Organisatie | Bunschoten |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en de invordering van havengeld Bunschoten 2024 |
Citeertitel | Verordening havengeld Bunschoten 2024 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2024.
Deze regeling vervangt de Verordening havengeld Bunschoten 2023.
artikel 229, eerste lid, van de Gemeentewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
16-11-2023 | nieuwe regeling | 02-11-2023 | 1080642f |
De raad van de gemeente Bunschoten;
gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 19 september 2023,
gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel a, van de Gemeentewet;
Verordening op de heffing en de invordering van havengeld Bunschoten 2024 (Verordening havengeld Bunschoten 2024)
Onder de naam havengeld wordt een recht geheven voor het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten, bestaande uit het ter beschikking stellen van een ligplaats of het voor anker gaan in de gemeentelijke haven.
Als er meerdere potentiële belastingplichtigen zijn aan wie de aanslag kan worden opgelegd, wordt de aanslag in onderstaande volgorde gesteld op naam van:
Artikel 5. Maatstaf van heffing en belastingtarief
Artikel 9. Ontstaan van belastingschuld en heffing naar tijdsevenredigheid
Indien de belastingplicht in de loop van het kalenderjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel driehonderd vijfenzestigste gedeelten van de voor dat belastingjaar verschuldigde belasting als er in het belastingjaar, na het einde van de belastingplicht nog volle etmalen overblijven, tenzij blijkt dat het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 5,00.
Indien een vaartuig wordt vervangen door een ander vaartuig, wordt het voor het vervangende vaartuig over de nog niet verstreken periode van lopende termijnen verschuldigde havengeld op schriftelijke aanvraag van de belastingplichtige verrekend met het verschuldigde havengeld over die periode voor het vervangende vaartuig, met dien verstande dat, indien het laatstgenoemde havengeld lager is dan het betaalde, teruggave van het verschil niet plaatsvindt.
Artikel 11. Termijnen van betaling
In afwijking van lid 1 van dit artikel worden belastingaanslagen waarvoor de belastingschuldige een machtiging heeft afgegeven om deze af te schrijven door middel van automatische incasso, betaald in tien maandelijkse termijnen. Als de dagtekening van het aanslagbiljet is gelegen voor of op de 15de van een kalendermaand, vervalt de eerste incassotermijn nog in diezelfde kalendermaand. In alle andere gevallen vervalt de eerste incassotermijn aan het einde van de kalendermaand volgend op de kalendermaand waarin de dagtekening van het aanslagbiljet is gelegen.
Het dagelijks bestuur van GBLT kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van het havengeld.