Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Midden-Groningen

Nadere regels gebiedsgerichte aanpak verduurzamen woningen Muntendam gemeente Midden-Groningen 2023

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieMidden-Groningen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingNadere regels gebiedsgerichte aanpak verduurzamen woningen Muntendam gemeente Midden-Groningen 2023
CiteertitelNadere regels gebiedsgerichte aanpak verduurzamen woningen Muntendam Midden-Groningen 2023
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 3 van de Algemene subsidieverordening Midden-Groningen 2019

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

09-11-202331-12-2024nieuwe regeling

31-10-2023

gmb-2023-475883

Tekst van de regeling

Intitulé

Nadere regels gebiedsgerichte aanpak verduurzamen woningen Muntendam gemeente Midden-Groningen 2023

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Midden-Groningen;

gelet op artikel 3 van de Algemene subsidieverordening Midden-Groningen 2019;

besluit de Nadere regels gebiedsgerichte aanpak verduurzamen woningen Muntendam gemeente Midden-Groningen 2023 vast te stellen.

 

 

 

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze nadere regels wordt verstaan onder:

  • a.

    aanvrager: de eigenaar-bewoner die een aanvraag voor subsidie op grond van deze regeling heeft ingediend;

  • b.

    ASV: Algemene subsidieverordening Midden-Groningen 2019;

  • c.

    bespaarcoach: een expert van het Regionaal Woon en Leefbaarheidsplan die in opdracht van de gemeente Midden-Groningen inwoners helpt met het maken van een verduurzamingsplan van hun woning inclusief financiering;

  • d.

    college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Midden-Groningen;

  • e.

    eigenaar-bewoner: natuurlijke persoon die eigenaar en bewoner is van een als woning gebruikte en geregistreerde onroerende zaak.

 

Artikel 2 Toepassingsbereik

Het bepaalde in deze subsidieregeling is enkel van toepassing op de verstrekking van subsidies door het college voor de in artikel 3 bedoelde activiteiten.

 

Artikel 3 Criteria waar woningen aan moeten voldoen

  • 1.

    Subsidie kan uitsluitend worden verstrekt voor verduurzamende maatregelen als bedoeld in bijlage 1.

  • 2.

    De maatregelen als bedoeld in het eerste lid kunnen enkel aangewend worden voor een woning in de gemeente Midden-Groningen die in het bezit is van de bewoner(s) van deze woning.

 

Artikel 4 Doelgroep

  • 1.

    Voor de subsidie als bedoeld in artikel 3 komen uitsluitend natuurlijke personen die eigenaar en bewoner zijn van een als woning gebruikte en geregistreerde onroerende zaak in aanmerking. De woning als bedoeld in de eerste volzin:

    • a.

      heeft een WOZ-waarde van maximaal € 180.000 in peiljaar 2021, en:

    • b.

      is gelegen in de buurten Muntendam-west (BU19521801) of Muntendam-oost (BU19521802) als gedefinieerd door het Centraal Bureau voor de Statistiek, en:

    • c.

      kan naar het oordeel van de bespaarcoach met een totale investering van minimaal € 2.000 en maximaal € 20.000 toekomstbestendig gemaakt worden en klaargemaakt worden voor een aardgasvrije energiehuishouding.

  • 2.

    Met toekomstbestendig maken en klaarmaken voor een aardgasvrije energiehuishouding wordt bedoeld dat minimaal een verduurzamende maatregel als bedoeld in bijlage 1 wordt uitgevoerd.

 

Artikel 5 Kosten die voor subsidie in aanmerking komen

  • 1.

    Uitsluitend kosten voor verduurzamende maatregelen als bedoeld in bijlage 1 komen in aanmerking voor subsidiëring.

  • 2.

    Voor subsidie komen de in redelijkheid gemaakte kosten (inclusief btw) in aanmerking die direct verbonden zijn aan de uitvoering van de activiteiten. Dit zijn kosten voor het aanschaffen, installeren en in bedrijf stellen van de verduurzamende maatregelen.

  • 3.

    De volgende kosten komen per definitie niet in aanmerking voor subsidie:

    • a.

      oprichtingskosten van stichtingen en verenigingen;

    • b.

      reis- en verblijfkosten;

    • c.

      consumptie- en cateringkosten;

    • d.

      niet-gespecificeerde kosten, waaronder de post onvoorzien, de post diversen of een vergelijkbare kostenpost.

 

Artikel 6 Hoogte van de subsidie

  • 1.

    De subsidie:

    • a.

      bedraagt maximaal 40% van de subsidiabele kosten, en:

    • b.

      bedraagt maximaal € 8.000.

  • 2.

    Het staat de aanvrager vrij om voor de activiteiten als bedoeld in artikel 3 aanvullende subsidies te verwerven. De aanvrager meldt het college welke subsidies hij heeft aangevraagd en/of verleend heeft gekregen.

 

Artikel 7 Wijze van verdeling

  • 1.

    Het budget voor de subsidie als bedoeld in artikel 3 bedraagt € 551.750 voor de periode 1 oktober 2023 tot en met 31 december 2024.

  • 2.

    Indien door volledige honorering van een aanvraag het subsidieplafond zou worden overschreden wordt die aanvraag gehonoreerd tot dat plafond wordt bereikt. Latere aanvragen worden geweigerd.

 

Artikel 8 Aanvraag

  • 1.

    Een aanvraag kan uitsluitend worden ingediend via een bespaarcoach voorafgaand aan het aanschaffen, installeren en in bedrijf stellen van de verduurzamende maatregelen.

  • 2.

    Een aanvraag geschiedt met een door de aanvrager en de bespaarcoach ondertekend verduurzamingsplan.

  • 3.

    In afwijking van artikel 6, tweede lid van de ASV bevat het verduurzamingsplan een besparingsplan en financieel plan met het gevraagde subsidiebedrag, die beide zijn opgesteld door een bespaarcoach.

 

Artikel 9 Administratie van subsidiestromen

Het college kan in overleg met de aanvrager de subsidie uitkeren aan degene die de maatregelen als bedoeld in bijlage 1 gaat uitvoeren.

 

Artikel 10 Aanvraagtermijn

  • 1.

    In afwijking van artikel 7, derde lid van de ASV wordt een aanvraag op grond van deze nadere regels ingediend uiterlijk 4 weken voor de start van de activiteit.

  • 2.

    Een aanvraag kan uiterlijk 31 december 2024 worden ingediend.

 

Artikel 11 Beslistermijn

  • 1.

    In afwijking van artikel 8, tweede lid van de ASV, beslist het college binnen 4 weken na ontvangst van een volledige aanvraag.

  • 2.

    Het college kan eenmalig besluiten tot verlenging van de termijn als bedoeld in het eerste lid met maximaal 4 weken.

 

Artikel 12 Aanvullende weigeringsgronden

Op basis van artikel 9, derde lid, aanhef en onderdeel f van de ASV kan subsidieverstrekking worden geweigerd als:

  • a.

    de aanvrager is begonnen met het aanschaffen, installeren en in bedrijf stellen van de verduurzamende maatregelen voordat hij een aanvraag voor subsidie heeft ingediend;

  • b.

    de aanvrager doelstellingen beoogt of activiteiten zal ontplooien die in strijd zijn met het algemeen belang of belang van openbare orde, volksgezondheid, veiligheid en milieuhygiëne;

  • c.

    de kosten naar het oordeel van het college niet in verhouding staan met de activiteit.

 

Artikel 13 Verplichtingen

  • 1.

    De verduurzamende maatregelen dienen binnen 1 jaar nadat de subsidie is ontvangen te zijn uitgevoerd of binnen die termijn dient schriftelijk hiertoe opdracht te zijn gegeven.

  • 2.

    Als niet aan de verplichting als bedoeld in het eerste lid is voldaan, kan de vaststelling worden ingetrokken en de subsidie worden teruggevorderd.

 

Artikel 14 Verantwoording

  • 1.

    In afwijking van artikel 10 van de ASV worden subsidies vrijgesteld van verantwoording.

  • 2.

    Een aanvrager toont, indien het college dit wenst, door middel van facturen aan welke kosten zijn gemaakt. Deze facturen moeten 5 jaar worden bewaard.

  • 3.

    Als de aanvrager middels facturen niet kan bewijzen welke kosten zijn gemaakt, kan de aanvrager middels foto’s van de verduurzamende maatregelen bewijzen dat deze zijn uitgevoerd.

  • 4.

    Als het college niet middels foto’s kan vaststellen of de verduurzamende maatregelen zijn uitgevoerd, kan het middels een huisbezoek vaststellen of deze maatregelen zijn uitgevoerd.

 

Artikel 15 Subsidievaststelling

  • 1.

    Op basis van artikel 13 van de ASV worden subsidies direct door het college verleend en vastgesteld.

  • 2.

    De subsidie als bedoeld in artikel 3 wordt vastgesteld op een lager bedrag dan € 8.000 als dat aangevraagd wordt. Anders wordt het subsidiebedrag op € 8.000 vastgesteld.

 

Artikel 16 Hardheidsclausule

Het college kan, in bijzondere gevallen, een of meerdere artikelen van deze nadere regels buiten toepassing laten of daarvan afwijken, voor zover toepassing gelet op het belang van de aanvrager of subsidieontvanger leidt tot onbillijkheid van overwegende aard. Toepassingen van deze hardheidsclausule worden gemotiveerd in de besluiten.

 

Artikel 17 Slotbepalingen

  • 1.

    Deze nadere regels worden aangehaald als Nadere regels gebiedsgerichte aanpak verduurzamen woningen Muntendam Midden-Groningen 2023.

  • 2.

    Deze nadere regels treden in werking op de dag na bekendmaking en vervallen op 31 december 2024, met dien verstande dat ze van toepassing blijven op subsidies waarvoor op basis van deze nadere regels een subsidie is verstrekt.

  • 3.

    Bijlage 1 bij deze nadere regels maakt integraal onderdeel uit van deze nadere regels.

 

 

 

Aldus vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders op 31 oktober 2023.

Burgemeester

Gemeentesecretaris

Bijlage 1 Lijst met verduurzamende maatregelen

 

  • 1.

    Dakisolatie (Rc ≥ 3,5 m² K/W)

  • 2.

    Vloerisolatie (Rc ≥ 2,5 m² K/W)

  • 3.

    Spouwmuurisolatie (Rc ≥ 1,1 m² K/W)

  • 4.

    Paneelisolatie (Rc ≥ 2,5 m² K/W)

  • 5.

    Isolatie massieve muur (Rc ≥ 2,5 m² K/W)

  • 6.

    Bodemisolatie (Rc ≥ 2,5 m² K/W)

  • 7.

    HR++glas (Uglas ≤ 1,2 W/ m²)

  • 8.

    Raamkozijn indien van toepassing of bij het plaatsen van triple glas

  • 9.

    Zonnepanelen

 

Toelichting

 

Isolatiewaardes dak, vloer, spouw, paneel en bodem (punt 1,2,3,4,5 en 6): In de maatregelenlijst zijn voor isolatie minimale Rc-waarden vermeld. De Rc-waarde staat voor de warmteweerstand van het materiaal. Hoe hoger de Rc-waarde hoe beter de isolatie. De hier vereiste minimale waarden betreffen de isolatiewaarden van de toegepaste isolatiematerialen.

 

De U-waarde HR++glas (punt 7) wordt onder andere bepaald door de dikte van de glaslagen, de dikte van de spouw tussen de glaslagen, het soort gas van de vulling en de al of niet aanwezige coating van het glas. Indien het voor de plaatsing van HR++- of triple glas wenselijk is nieuwe ramen of kozijnen te plaatsen en/of gedeeltelijke aan te passen, of aanpassing nodig is van reeds aanwezige gevelbekleding, dan vallen deze kosten ook onder de subsidieregeling.