Organisatie | Waalwijk |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Ondermandaat Subsidieregeling IPS-trajecten voor de gemeentelijke doelgroep bezwaar en beroep |
Citeertitel | Ondermandaat subsidieregeling IPS-trajecten voor de gemeentelijke doelgroep bezwaar en beroep |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | Ondermandaat subsidieregeling IPS-trajecten voor de gemeentelijke doelgroep bezwaar en beroep |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
09-11-2023 | 'nieuwe regeling' | 24-10-2023 | 2023/040 |
gelet op de artikelen 3, eerste lid, en 5, van de Kaderwet SZW-subsidies en de artikelen 45, derde lid, en 49, vijfde lid, van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen;
colleges ondermandaat kunnen verlenen of hun andere vertegenwoordigingsbevoegdheden doorverlenen aan een of meer functionarissen die onder hun verantwoordelijkheid werkzaam zijn, met dien verstande dat de persoon die betrokken is bij het besluitvormingsproces van bezwaarschriften en het in rechte optreden in beroep of hoger beroep, niet ook betrokken is geweest bij het besluitvormingsproces in eerste aanleg.
de bevoegdheden zoals door de minister aan het college gemandateerd in artikel 5, eerste lid onderdeel b, van de subsidieregeling IPS-trajecten voor de gemeentelijke doelgroep, onder te mandateren aan de portefeuillehouder werk & inkomen tenzij de beslissing op bezwaar afwijkt van het ambtelijk advies, of de portefeuillehouder betrokken is geweest bij de totstandkoming van het primaire besluit.
De volgende verkregen bevoegdheden onder te mandateren aan medewerkers werkzaam voor de gemeente Waalwijk in de functie van de senior of medior juridisch beleidsmedewerkers:
a. de bevoegdheid op grond van artikel 2:1, tweede lid, van de Awb;
b. de bevoegdheid op grond van artikel 6:6 van de Awb, voor wat betreft het de indiener stellen van een termijn;
c. de bevoegdheid op grond van artikel 6:17 van de Awb, voor zover het de verzending van stukken betreft tijdens de behandeling van het bezwaar;
d. de terinzagelegging op grond van artikel 7:4, tweede lid, van de Awb.
e. de bevoegdheid tot het rechtstreeks inwinnen van de in verband met de voorbereiding van de behandeling van het bezwaarschrift gewenste inlichtingen;
f. de bevoegdheid om de plaats en tijdstip te bepalen van de zitting waarin de belanghebbenden en het bestuursorgaan in de gelegenheid worden gesteld zich te laten horen;
g. de bevoegdheid om mededeling te doen aan de belanghebbenden en bestuursorgaan van het besluit om met toepassing van artikel 7:3 van de Awb af te zien van het houden van een hoorzitting;
h. de bevoegdheid om de belanghebbenden en het bestuursorgaan schriftelijk uit te nodigen voor de zitting;
i. de bevoegdheid op om het bestuursorgaan dat op het bezwaarschrift dient te beslissen te verzoeken tijdig de beslissing te verdagen.
Aldus vastgesteld in de collegevergadering van 24 oktober 2023.