Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Amsterdam

Marktreglement Tussen Meer in Amsterdam

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieAmsterdam
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingMarktreglement Tussen Meer in Amsterdam
CiteertitelMarktreglement Tussen Meer in Amsterdam
Vastgesteld doorgedelegeerde functionaris
Onderwerpalgemeen
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Alle vorige marktreglementen van de markt Tussen Meer te Amsterdam zijn ingetrokken.

Deze regeling bevat de vroegst mogelijke datum van inwerkingtreding.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Marktverordening
  2. Verordening op de stadsdelen en het stadsgebied Amsterdam 2022
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

08-11-2023nieuwe regeling

31-10-2023

gmb-2023-472046

ZD2023-013029

Tekst van de regeling

Intitulé

Marktreglement Tussen Meer in Amsterdam

Het dagelijks bestuur van stadsdeel Nieuw-West van Amsterdam,

 

gelet op artikel 5.1 van de Marktverordening in samenhang met bijlage 3, onderdeel G4, van de Verordening op de stadsdelen en het stadsgebied Amsterdam 2022,

 

besluit het volgende vast te stellen:

 

Marktreglement Tussen Meer in Amsterdam

Artikel 1: Het branchepatroon op de markt

  • 1.

    In het inrichtingsbesluit met de bijbehorende situatietekening zijn de bijzondere marktplaatsen en de marktplaatsen voor de verkoop van bepaalde waren aangewezen.

  • 2.

    Het aantal marktplaatsen dat ter beschikking wordt gesteld aan marktondernemers die bovenkleding voor volwassenen verhandelen is gemaximeerd op 15. Het maakt hierbij niet uit of de kleding wordt aangeboden als hoofdbranche, die overheerst op de marktplaats, of als nevenbranche. In het geval van verkoop vanaf een twee- of meervoudige marktplaats tellen alle plaatsen waaruit de marktplaats is samengesteld als afzonderlijke plaats bij de berekening van het aantal beschikbare plaatsen.

  • 3.

    Bij de toewijzing van beschikbare brancheplaatsen bij de dagelijkse indeling krijgen marktondernemers die handelen in de desbetreffende branche op volgorde van anciënniteit voorrang boven marktondernemers die in een andere branche actief zijn.

  • 4.

    Bij de toewijzing van beschikbare bakplaatsen bij de dagelijkse indeling krijgen marktondernemers die voor de verkoop van hun waren afhankelijk zijn van een bakplaats, op volgorde van anciënniteit voorrang boven marktondernemers die niet afhankelijk zijn van een bakplaats.

  • 5.

    Bij de toewijzing van beschikbare plaatsen voor een eigen verkoopinrichting bij de dagelijkse indeling krijgen marktondernemers die voor de verkoop van hun waren afhankelijk zijn van een plaats voor een eigen verkoopinrichting, op volgorde van anciënniteit voorrang boven marktondernemers die niet afhankelijk zijn van een dergelijke plaats.

  • 6.

    Indien niemand zich aandient overeenkomstig het bepaalde in lid 3, 4 en 5, worden de losse plaatsen toegewezen op basis van anciënniteit aan de overige marktondernemers met inachtneming van de van toepassing zijnde beperkingen met betrekking tot de branchering.

Artikel 2: Dagelijkse indeling

  • 1.

    De verkooptijden van de markt zijn van 9.00 tot 17.00 uur. De marktondernemer bezet zijn marktplaats vanaf 9.00 uur.

  • 2.

    Vanaf 16.00 uur mogen voorbereidingen worden getroffen voor het ontruimen van de marktplaats.

  • 3.

    Vaste plaatshouders en tijdelijke vaste plaatshouders zijn uiterlijk om 8.45 uur aanwezig en kunnen tot uiterlijk dat moment aan de marktmeester kenbaar maken dat zij willen verschuiven.

  • 4.

    De dagelijkse indeling begint om 9.00 uur, waarbij alle marktondernemers of hun vervangers persoonlijk aanwezig zijn.

  • 5.

    Bij de dagelijkse indeling worden eerst de brancheplaatsen, vervolgens de bakplaatsen, als derde de plaatsen voor een eigen verkoopinrichting, en ten slotte de overige marktplaatsen uitgegeven.

  • 6.

    Het is na afloop van de dagelijkse indeling niet toegestaan de toegewezen plek te ruilen met een andere marktondernemer, te vergroten of te verkleinen.

  • 7.

    De markt vindt geen doorgang op Nieuwjaarsdag, Eerste en Tweede Kerstdag, Koningsdag en in lustrumjaren op Bevrijdingsdag.

Artikel 3: De aanvoer, afvoer en opslag van materialen en waren

  • 1.

    Het rijden met voertuigen op de markt mag niet sneller dan stapvoets.

  • 2.

    Voor vaste plaatshouders en tijdelijke vaste plaatshouders is het aanvoeren van materialen en waren naar de marktplaats toegestaan vanaf 6.00 uur tot 10.30 uur.

  • 3.

    Voor sollicitanten is het aanvoeren van materialen en waren naar de marktplaats toegestaan tot 10.30 uur.

  • 4.

    Laad- en losvoertuigen mogen slechts kortstondig voor laden en lossen op de markt gebruikt worden en dienen vervolgens zo snel mogelijk, maar in ieder geval van 10.30 tot 16.00 uur, buiten het marktterrein geparkeerd te worden, tenzij de auto of aanhangwagen binnen de grenzen van de marktplaats wordt gestald.

  • 5.

    Het afvoeren van materialen en waren van de marktplaats is toegestaan vanaf 16.00 uur tot 17.30 uur.

  • 6.

    Het is marktondernemers niet toegestaan om na 17.30 uur verkoopinrichtingen en overige materialen en waren op de markt aanwezig te hebben of te laten staan.

  • 7.

    De kramenzetter heeft tot 19.00 uur om al het materiaal van het marktterrein te verwijderen.

  • 8.

    Bij het op- en afbouwen van de marktplaatsen dient geluidsoverlast voor omwonenden te worden voorkomen.

Artikel 4: Gebruik, inrichting en uitvoering van kramen en eigen verkoopinrichtingen

  • 1.

    De afmetingen van de marktplaatsen zijn zoals vastgesteld in het inrichtingsbesluit.

  • 2.

    De houders van een vergunning voor hoekplaatsen mogen een meter uitstallen naar de zijkant van de kraam, mits de uitstallingen geen gevaar of hinder opleveren. Dit is ter beoordeling van de marktmeester.

  • 3.

    De kap van de marktkraam mag niet uitsteken voorbij de grens van de marktplaats.

  • 4.

    Marktondernemers mogen hun waren, borden en reclamemateriaal uitsluitend uitstallen en opslaan binnen de grenzen van de aan hen toegewezen marktplaats(en) en niet op de kap.

  • 5.

    De loopruimte tussen de kramen dient vrij te worden gehouden van obstakels. De loophoogte aan de voorzijde van de kramen dient minimaal 2.05 meter te bedragen.

  • 6.

    Het is verboden op enigerlei wijze de doorgang op en langs het marktterrein te verhinderen, de wandelgangen te belemmeren en/of de marktplaats zodanig in te richten dat er hinder kan ontstaan of gevaar voor letsel of ongevallen.

  • 7.

    Het is verboden om aan de achterzijde van de marktkraam goederen aan te bieden of te verhandelen.

  • 8.

    Een voertuig mag uitsluitend worden geplaatst in het parkeervak achter de toegewezen marktplaats, waarbij geen verkeersgevaar, hinder of belemmering voor andere vergunninghouders mag ontstaan. Dit is mogelijk achter marktplaatsen: 2 t/m 13, 16 t/m 33, 42 t/m 52, 56 t/m 68. Achter deze marktplaatsen is het niet mogelijk om te parkeren: 1, 14, 15, 34, 35 t/m 41, 53-54.

  • 9.

    De achterzijde van de kraam mag uitsluitend worden afgedicht met een demontabel zeil, aanvoermateriaal of een voertuig dat niet langer is dan de breedte van de toegewezen marktplaats(en) en niet hoger dan 3,20 meter.

  • 10.

    Het is verboden om overspanningen of luifels te bevestigen aan de marktkraam, met uitzondering van zonne- of regenluifels, mits deze niet hoger zijn dan de kap.

  • 11.

    Marktondernemers die groente en fruit, zuivel, vis of bloemen en planten verkopen, mogen gebruikmaken van een parasol, indien een luifel de waren onvoldoende beschermt tegen de zon. De parasol mag daarbij geen obstakel vormen voor bezoekers. Dit wordt beoordeeld door de marktmeester.

  • 12.

    Voor plaatsen waarop een verkoopinrichting is toegestaan geldt dat dissels, zij- en achterkleppen, deuren en andere voorwerpen in de verkoopopstelling niet mogen uitsteken buiten de toegewezen marktplaats.

  • 13.

    Marktkramen moeten worden geplaatst op de stormankers. De marktondernemer is verplicht om materiaal bij zich te hebben waarmee, in geval van toename van de wind, de marktkraam deugdelijk kan worden vastgezet aan de stormankers.

  • 14.

    Marktondernemers die gebruikmaken van plastic hemdtasjes zijn verplicht om deze op rol aan de klanten aan te bieden; het is verboden om deze tasjes op een knijper aan te bieden.

Artikel 5: Gedrag en presentatie

  • 1.

    Het is verplicht de kraam of verkoopwagen op ordentelijke wijze in te richten. Alle materieel dient schoon en heel te zijn.

  • 2.

    Voor alle marktondernemers die werkzaam zijn op de markt is een klantvriendelijke en gastvrije opstelling vereist.

  • 3.

    Een ondernemer kan te allen tijde verplicht worden zijn verkooppresentatie aan te passen om de markt aantrekkelijk te houden en de markt klantgericht te laten functioneren.

  • 4.

    Het gebruik van alcohol, drugs en andere verdovende middelen is verboden voor marktondernemers tijdens de verkooptijden.

Artikel 6: Eigen verkoopinrichting

  • 1.

    Een eigen verkoopinrichting kan uitsluitend worden geplaatst op de daarvoor in het inrichtingsbesluit aangewezen plaatsen.

  • 2.

    Het plaatsen van de eigen verkoopinrichting wordt in ieder geval geweigerd als:

    • a.

      de eigen verkoopinrichting niet inpasbaar is binnen de daarvoor beschikbare ruimte op de markt.

    • b.

      de eigen verkoopinrichting niet voldoet aan de gangbare technische, esthetische en milieueisen.

  • 3.

    In het geval dat een marktondernemer gebruikmaakt van een eigen verkoopinrichting worden hem geen kosten voor marktmaterieel in de vorm van een marktkraam in rekening gebracht.

Artikel 7: Verwarmingstoestellen, bak- en kookinstallaties

  • 1.

    Het is verboden om gebruik te maken van verwarmingstoestellen, bak-, frituur- en/of kookinstallaties op andere plaatsen dan de marktplaatsen die in het inrichtingsbesluit zijn aangewezen als bakplaats.

  • 2.

    Het gebruik van open vuur op het marktterrein is verboden.

  • 3.

    Op elke marktplaats waar gefrituurd, gebakken, gebraden of verhit wordt, dient een doelmatig blusapparaat (geen water) evenals een deksel voor afsluiting van de pan(nen) aanwezig te zijn.

  • 4.

    Verwarmingstoestellen, bak-, frituur- en kookinstallaties moeten voldoen aan alle wettelijke eisen zoals gesteld in het Besluit brandveilig gebruik en basishulpverlening overige plaatsen (BGBOP). Van toepassing zijnde keuringsrapporten moeten op verzoek van de marktmeester direct worden getoond.

  • 5.

    Bij gebruik van een gasinstallatie moet worden voldaan aan de eisen zoals gesteld in artikel 3.27, 4.10, 5.6, 5.7, 5.11 en 5.14 van het BGBOP.

  • 6.

    De marktondernemer moet voorkomen dat brandgevaarlijke situaties en/of overlast van rook, geur of anderszins ontstaan. Brandweer- en milieuvoorschriften moeten stipt worden gevolgd en uitgevoerd.

Artikel 8: Energievoorziening

  • 1.

    Tijdens de openingstijden van de markt wordt de energievoorziening beschikbaar gesteld aan de marktondernemer.

  • 2.

    Het beheer voor de energievoorziening wordt uitgevoerd door de gemeente.

  • 3.

    De kosten voor de reguliere energievoorziening (230 Volt) zijn opgenomen in het basistarief voor een marktplaats, conform de geldende Heffingsverordening.

  • 4.

    Per enkelvoudige marktplaats mag één 230 Volt-aansluiting worden gebruikt.

  • 5.

    De maximale elektrische belastbaarheid mag niet worden overschreden. Voor deze markt geldt dat de stroomafname niet hoger mag zijn dan 3.680 Watt per aansluiting. Voor de berekening van het maximale gebruik geldt: aantal Ampère x Volt = Watt.

  • 6.

    Het is verboden om apparaten die meer verbruiken dan de maximale elektrische belastbaarheid, aan te sluiten op een reguliere energievoorziening.

  • 7.

    De marktondernemer maakt uitsluitend gebruik van de meest actuele NEN-goedgekeurde stekkers, snoeren en overige componenten en zorgt ervoor dat deze geen gevaarlijke situaties opleveren. De gebruikte snoeren moeten uit één stuk bestaan: het is verboden om snoeren door middel van bijv. koppelstukken aan elkaar te verbinden.

  • 8.

    De marktondernemer maakt uitsluitend gebruik van het stekkercompartiment in de daartoe geplaatste energievoorziening.

  • 9.

    Gebruik van een 400 Volt-aansluiting (krachtstroom) mag alleen na toestemming van de marktmeester.

    • a.

      Vaste plaatshouders en tijdelijke vaste plaatshouders geven bij acceptatie van de marktplaats aan of zij gebruik willen maken van krachtstroom.

    • b.

      Sollicitanten geven bij de dagelijkse indeling aan of zij gebruik willen maken van krachtstroom.

    • c.

      De kosten voor het gebruik van krachtstroom worden afzonderlijk belast, conform de geldende Heffingsverordening.

  • 10.

    De marktondernemer houdt de energievoorziening toegankelijk en vrij van obstakels.

  • 11.

    De marktondernemer sluit de putkast van de energievoorziening. Deze kast dient gesloten te zijn en mag alleen worden geopend voor het in- of uitpluggen van de stekkers.

  • 12.

    De marktondernemer meldt storing of schade direct bij de marktmeester.

Artikel 9: Watervoorziening

  • 1.

    Tijdens de openingstijden van de markt kan de watervoorziening beschikbaar worden gesteld aan marktondernemers die daarvan afhankelijk zijn.

  • 2.

    Slangen die worden gebruikt de watertoevoer naar de marktplaats mogen niet tot hinder leiden op de looppaden of marktplaatsen van andere marktondernemers.

  • 3.

    Het gebruik van watertappunten moet geschieden conform normaal gebruik; het is verboden om het water gedurende de marktdag permanent te laten stromen.

  • 4.

    Het beheer voor de watervoorziening wordt uitgevoerd door de gemeente.

  • 5.

    De kosten voor water zijn opgenomen in het basistarief voor een marktplaats, conform de geldende Heffingsverordening.

  • 6.

    Het gebruik van watertappunten is verboden bij een buitentemperatuur onder 0 °C.

  • 7.

    De marktondernemer houdt de watervoorziening toegankelijk en vrij van obstakels.

  • 8.

    De marktondernemer meldt storing of schade direct bij de marktmeester.

Artikel 10: Gevaarlijke situaties

De afdeling Markten is op grond van artikel 7.2 van de Marktverordening belast met het toezicht op de naleving van hetgeen is bepaald in de Marktverordening en het marktreglement: de door het college aangewezen ambtenaren, personen of categorieën ambtenaren zien toe op de orde en veiligheid op de markt en het college kan - naar haar oordeel - in gevaarlijke situaties de activiteit geheel of gedeeltelijk per direct laten beëindigen.

Artikel 11: Weer en calamiteiten

Toetsing van en het besluit over weersinvloeden en calamiteiten vindt plaats door de afdeling Markten op grond van artikel 3.22 van de Marktverordening.

Artikel 12: Sneeuwval

De marktondernemer wordt geacht om de ruimte rondom de eigen marktplaats sneeuw- en ijsvrij te maken.

Artikel 13: Straatmeubilair en bomen

Het is de marktondernemer niet toegestaan straatmeubilair, zoals plantenbakken, fietsnietjes en zitbanken te gebruiken als opbergplaats of te verplaatsen. Ook bomen mogen niet worden gebruikt voor marktdoeleinden.

Artikel 14: Afval

  • 1.

    De marktondernemer is verplicht de door hem/haar ingenomen marktplaats en de naaste omgeving daarvan gedurende de marktdag netjes te houden en na afloop van de markt schoon achter te laten.

  • 2.

    De marktondernemer die waren verkoopt die bedoeld zijn voor onmiddellijke consumptie, plaatst aan de voorzijde van zijn marktplaats voldoende voorzieningen ten behoeve van de afvalinzameling. Het afval dat wordt verzameld in deze voorzieningen hoort ook bij het bedrijfsafval van de marktondernemer.

  • 3.

    De ondernemer slaat het afval op de marktplaats niet-verwaaibaar en zo veel mogelijk uit het zicht van het publiek op.

  • 4.

    Op eerste aanwijzing van de marktmeester verwijdert de marktondernemer het aanwezige vuil en/of afval.

  • 5.

    Het is verboden om marktafval – in welke vorm dan ook - achter te laten op het marktterrein. Alle afval moet worden meegenomen door de marktondernemers.

  • 6.

    Een vergunninghouder die handelt in artikelen van een branche waaruit zou kunnen voortvloeien dat de ondergrond en de omgeving van zijn marktplaats vervuild raakt, dient ter voorkoming hiervan passende maatregelen te treffen die niet in strijd zijn met milieuwetgeving.

  • 7.

    De kosten voor het verwijderen of verwerken van onjuist aangeboden afval kunnen bij de overtreder in rekening worden gebracht.

Artikel 15: Vervangen bij overlijden

  • 1.

    Het dagelijks bestuur kan na het overlijden van de vergunninghouder aan diens levenspartner, kind of geregistreerd vervanger, toestemming geven om van de marktplaats gebruik te blijven maken, voor het regelen van een doorstart of afronding van de bedrijfsvoering, dan wel het doen van een overschrijvingsverzoek.

  • 2.

    Bij toestemming is de termijn ten hoogste acht weken aansluitend op de datum van overlijden van de vergunninghouder.

Artikel 16: Intrekken vorige besluiten

Alle vorige marktreglementen van de markt Tussen Meer te Amsterdam zijn ingetrokken.

Artikel 17: Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van 7 november 2023.

Artikel 18: Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als Marktreglement Tussen Meer in Amsterdam.

Aldus vastgesteld in de vergadering van 31 oktober 2023.

De voorzitter

Emre Ünver

De waarnemend secretaris

Frank van Erkel

Toelichting

Algemeen

Op de markt geldt de Marktverordening. Deze verordening heeft het karakter van een raamverordening. Marktspecifieke regels worden vastgesteld in het Marktreglement. Het betreft regels die zien op een ordentelijke en veilige gang van zaken op de markt. Ook de tijdsvensters voor de verschillende fases van de markt worden erin vastgesteld. En nadere regels over het branchepatroon, afval, gedrag en presentatie, en de mogelijkheid om de plaats tijdelijk te blijven gebruiken na het overlijden van de vergunninghouder.

 

Artikel 1 lid 2:

Om alle vergunninghouders die op Tussen Meer bovenkleding voor volwassenen verkopen te faciliteren, zijn 12 marktplaatsen nodig. De ervaring leert dat er veel animo is onder ondernemers om deze branche te voeren. Om te voorkomen dat het aanbod op Tussen Meer te eenzijdig wordt, is het wenselijk om een grens te stellen aan het aanbod van bovenkleding voor volwassenen. Zo kan beter worden gestuurd op een diverse markt. Het is raadzaam om daarbij uit te gaan van het aantal plaatsen dat feitelijk wordt gebruikt voor de verkoop hiervan. Door veel meer plaatsen beschikbaar te stellen, komt de diversiteit van de markt in het geding. En als het maximumaantal te rigide wordt ingesteld, lopen ondernemers die al iets hebben opgebouwd op Tussen Meer het risico van de markt te worden geduwd. Dat is niet redelijk en ook onnodig. Door maximaal 15 plaatsen – wat neerkomt op meer dan 20% van het totale aantal marktplaatsen - ter beschikking te stellen voor de verkoop van bovenkleding voor volwassenen, blijft de markt toegankelijk voor andere kledingverkopers maar wordt het risico op een te eenzijdig aanbod verkleind.

 

Artikel 4 lid 2:

De grenzen van de marktplaatsen zijn vastgesteld. Als er naast de marktplaats vrije ruimte ligt, willen ondernemers die niet zelden gebruiken om extra te kunnen uitstallen. Als dit geen gevaar of hinder oplevert, kan dit worden gehonoreerd. In het geval dat de marktondernemer en de marktmeester het hierover oneens zijn, heeft de laatstgenoemde de beslissende stem. Dit voorkomt dat er een potentieel onhandige of onveilige situatie ontstaat op het terrein.

 

Artikel 4 lid 14:

Op de markt op Plein 40-45 is een set regels ontwikkeld die zwerfvuil tegengaan, waaronder het verbod op plastic hemdtasjes op een knijper. Want vaak trekken klanten of ondernemers dan per ongeluk te veel tasjes los die niet zelden op de grond belanden. Gezien de gebleken effectiviteit van de maatregel in combinatie met de laagdrempeligheid om eraan te voldoen, wordt deze regel ten behoeve van het algemeen belang ook op Tussen Meer doorgevoerd.

 

Artikel 16:

Het Marktreglement Tussen Meer 2011 is gedateerd. Veel van de daarin vastgestelde kaders zijn inmiddels overbodig omdat deze zijn geregeld in de Marktverordening en het inrichtingsbesluit. Andere zaken zijn inmiddels in strijd met de Europese Dienstenrichtlijn. Daarom is het nodig om dit marktreglement in te trekken.