Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!

Hoeksche Waard

Beleidsregels “Eenmalige bijdrage energietoeslag Hoeksche Waard 2023”

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
Organisatie	Hoeksche Waard
Organisatietype	Gemeente
Officiële naam regeling	Beleidsregels “Eenmalige bijdrage energietoeslag Hoeksche Waard 2023”
Citeertitel	Beleidsregels Eenmalige bijdrage energietoeslag Hoeksche Waard 2023
Vastgesteld door	college van burgemeester en wethouders
Onderwerp	financiën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervalt op 31 augustus 2024, maar blijft van toepassing op besluiten die op basis hiervan genomen zijn.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen
Datum inwerkingtreding	Terugwerkende kracht tot en met	Datum uitwerkingtreding	Betreft	Datum ondertekening Bron bekendmaking	Kenmerk voorstel
01-11-2023	07-10-2023		nieuwe regeling	17-10-2023 gmb-2023-461476

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregels “Eenmalige bijdrage energietoeslag Hoeksche Waard 2023”

Het college van gemeente Hoeksche Waard;

gelet op het bepaalde in artikel 35 van de Participatiewet en titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht:

Overwegende dat het:

-
het college het wenselijk vindt om aan te geven in welke situaties en onder welke voorwaarden huishoudens in aanmerking kunnen komen voor een eenmalige energietoeslag 2023;
-
het daarom wenselijk is voor dit doel aparte, tijdelijke, beleidsregels vast te stellen;

Besluit vast te stellen de:

Beleidsregels “Eenmalige bijdrage energietoeslag Hoeksche Waard 2023”

Inhoudsopgave

Hoofdstuk 1.Algemene bepalingen

Hoofdstuk 2.Eenmalige bijdrage energietoeslag

Hoofdstuk 3.Overige bepalingen

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

a.
bijzondere bijstand: de bijstand, bedoeld in artikel 35 van de wet;
b.
college: college van burgemeester en wethouders van gemeente Hoeksche Waard;
c.
de wet: Participatiewet;
d.
energietoeslag: de eenmalige energietoeslag, bedoeld in artikel 35, lid 4 van de wet;
e.
huishouden: alleenstaande, alleenstaande ouder of gezin zoals bedoeld in artikel 4, lid 1 onderdeel a, b of c van de wet die huurder of eigenaar is van een woning;
f.
Inkomen: totaal van het inkomen, bedoeld in artikel 32 van de Participatiewet, waarbij het gezinsinkomen gelijkgesteld wordt met de toepasselijke bijstandsnorm als:
- 1
  er sprake is van aanwezige professionele hulp bij het oplossen van schuldenproblematiek: of
- 2
  er sprake is van een minnelijke schuldregeling of een WSNP-traject;
g.
Laag inkomen:
- 1.
  het gezinsinkomen lager of gelijk aan 120% van de toepasselijke bijstandsnorm zoals bedoeld in artikel 21, 22 en 24 van de wet, de kostendelersnorm is niet van toepassing. De leefvorm van een kostendeler wordt afgezet tegen de “volle uitkeringsnorm; of
- 2.
  als er sprake is van een beslaglegging of een betalingsregeling die wordt nagekomen én aangetoond kan worden dat er geen andere schuldenproblematiek aanwezig is én het gezinsinkomen waarover redelijkerwijs beschikt kan worden gelijk is aan het gestelde in lid 1;
h.
“om niet”: de tegemoetkoming die wordt gegeven en in principe niet terugbetaald hoeft te worden;
i.
Referteperiode:
- 1
  bij een vast inkomen één maand direct voorafgaande aan de maand van aanvraag.
- 2
  In geval van wisselende inkomsten, drie maanden voorafgaande de maand van aanvraag.
- 3
  Voor aanvragen na 31 december 2023 wordt bij een vast inkomen uitgegaan van de maand november 2023, bij wisselende inkomsten is dit het gemiddeld inkomen over de maanden oktober, november, december 2023.

Hoofdstuk 2. Eenmalige bijdrage energietoeslag Hoeksche Waard

Inwoners met een laag inkomen worden hard geraakt door de stijging van de energiekosten. Deze groep wordt financieel ondersteund met een eenmalige bijdrage als tegemoetkoming in de stijging van de energiekosten.

Artikel 2. Doelgroep

1.
De eenmalige energietoeslag 2023 van € 1.300, - is bedoeld voor een huishouden met een laag inkomen en wordt ambtshalve (categoriaal) of op aanvraag als bijzondere bijstand verleend.
2.
Een huishouden heeft een laag inkomen als over de referteperiode het netto-inkomen, exclusief vakantietoeslag lager of gelijk is aan 120% van de toepasselijke bijstandsnorm exclusief vakantietoeslag of als het inkomen inclusief vakantietoeslag lager of gelijk is aan 120% van de toepasselijke bijstandsnorm, inclusief vakantietoeslag.
3.
Voor de toepassing van deze regeling wordt het vermogen zoals bedoeld in artikel 34 van de wet, buiten beschouwing gelaten.
4.
Tot een huishouden wordt niet gerekend de persoon die:
- a.
  in een inrichting verblijft als bedoeld in artikel 1 aanhef en onderdeel f van de wet én geen energiekosten, direct of indirect, betaald; of
- b.
  18,19 of 20 jaar is; of
- c.
  in aanmerking komt voor studiefinanciering als bedoeld in artikel 3.1 lid 1 of 2 van de Wet Studiefinanciering 2000; of
- d.
  is ingeschreven in de basisregistratie personen als ingezetene met enkel een briefadres; of
- e.
  op grond van artikel 19a van de Participatiewet wordt aangemerkt als kostendelende medebewoner, tenzij men hoofdbewoner is en het energiecontract op zijn naam staat.
5.
Er wordt per huishouden éénmaal energietoeslag 2023 verstrekt.
6.
Personen die in 2023 naar de gemeente Hoeksche Waard zijn verhuisd komen alleen in aanmerking voor de energietoeslag 2023 als zij deze niet eerder van een andere gemeente hebben gekregen.

Artikel 3. Ambtshalve toekenning

1.
Huishoudens krijgen een ambtshalve toekenning als zij voldoen aan de doelgroepomschrijving van artikel 2, en
- a.
  een periodieke uitkering voor levensonderhoud ontvangen op grond van:
  - •
    Participatiewet; of
  - •
    de IOAW; of
  - •
    de IOAZ; of
- b.
  inwoners die een schuldregelingstraject hebben; of
- c.
  inwoners die eerder recht hadden op de energietoeslag 2022 en aannemelijk is dat zij voldoen aan de vereisten om in aanmerking te komen voor de energietoeslag 2023.

Artikel 4. Aanvraag

1.
Huishoudens die de eenmalige energietoeslag niet ambtshalve krijgen toegekend kunnen de toeslag vanaf 1 november 2023 aanvragen, met gebruikmaking van het daarvoor bestemde aanvraagformulier.
2.
Een aanvraag voor de eenmalige energietoeslag 2023 kan worden ingediend tot en met 30 juni 2024.
3.
Het college verstrekt de eenmalige energietoeslag 2023 overeenkomstig artikel 35, lid 4 onderdeel b, van de wet tot en met 31 augustus 2024.

Hoofdstuk 3. Overige bepalingen

Artikel 4. Hardheidsclausule

1.
Het college kan ten gunste van de inwoner afwijken van de bepalingen in deze beleidsregel, indien toepassing van de beleidsregel leidt tot onbillijkheden van overwegende aard.
2.
In gevallen waarin deze beleidsregel niet voorziet beslist het college.

Artikel 5. Inwerkingtreding en duur beleidsregels

1.
Deze beleidsregels treden in werking, op de dag na publicatie en hebben terugwerkende kracht tot 7 oktober 2023.
2.
Deze beleidsregels worden aangehaald als: “Beleidsregels Eenmalige bijdrage energietoeslag Hoeksche Waard 2023”.
3.
Deze beleidsregels vervallen op 31 augustus 2024, maar blijven van toepassing op besluiten die op basis hiervan genomen zijn.
4.
De Beleidsregels “Eenmalige bijdrage energietoeslag Hoeksche Waard 2022 ” zijn op 30 juni 2023 vervallen.

Vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hoeksche Waard, d.d. 17 oktober 2023.

de secretaris,

de burgemeester,

Algemene toelichting

Inleiding

De energietoeslag is bedoeld om huishoudens met een laag inkomen deels te compenseren voor de gestegen energieprijzen. De energietoeslag is één van de maatregelen die het Rijk heeft genomen om de energiekosten enigszins betaalbaar te houden.

Categoriaal

Voor het verstrekken van de energietoeslag wordt gebruik gemaakt van het instrument categoriale bijzondere bijstand. Hiervoor is artikel 35 van de Participatiewet aangepast (lid 4 en 5). Het college kan aan huishoudens (alleenstaanden en gezinnen) die aan de voorwaarden voldoen een energietoeslag toekennen, zonder te hoeven controleren of de energiekosten van die huishoudens daadwerkelijk sterk gestegen zijn en of zij over voldoende middelen (vermogen) beschikken om de energierekening te kunnen betalen. Overigens heeft de gemeente bij de categoriale bijzondere bijstand in de vorm van de eenmalige energietoeslag niet de ruimte om te beoordelen of het huishouden daadwerkelijk is geconfronteerd met een sterk gestegen energierekening. Die ruimte bestaat alleen bij de individuele bijzondere bijstand.

Bijzondere bijstand

De Participatiewet kent twee vormen van bijstand: algemene bijstand en bijzondere bijstand. Algemene bijstand is bedoeld voor de algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan, waaronder energiekosten. Bijzondere bijstand is bedoeld - zoals is opgenomen in artikel 35, lid 1 van de Participatiewet - om te voorzien in de uit bijzondere omstandigheden voortvloeiende noodzakelijke kosten van het bestaan. Energiekosten worden tot de incidenteel voorkomende algemeen noodzakelijke bestaanskosten gerekend. Deze kosten dienen uit een inkomen op bijstandsniveau te worden betaald, hetzij door middel van reservering, hetzij door middel van gespreide betaling achteraf.

Bijzondere bijstand voor energiekosten is dus in principe niet mogelijk, tenzij de kosten voortvloeien uit bijzondere omstandigheden. Het kabinet vindt dat bij de huidige onverwachte en ongekend sterke stijging van de energieprijzen sprake is van extra kosten vanwege bijzondere omstandigheden. Het verlenen van bijzondere bijstand in verband met deze sterk gestegen energieprijzen wordt dan ook toelaatbaar geacht. Dit geldt zowel voor de individuele bijzondere bijstand als voor de categoriale bijzondere bijstand. Naast de energietoeslag (categoriale bijzondere bijstand) is maatwerk in de vorm van individuele bijzondere bijstand voor de sterk gestegen energiekosten dus ook mogelijk.

Onbelaste uitkering

De energietoeslag kan via de bijzondere bijstand belastingvrij worden verstrekt. Het feit dat de energietoeslag onbelast wordt verstrekt, betekent dat de ontvangst ervan géén gevolgen heeft voor het recht op en de hoogte van de huurtoeslag, de zorgtoeslag, de kinderopvangtoeslag en het kindgebonden budget, en ook niet voor de hoogte van de eigen (inkomensafhankelijke) bijdrage in de zorg.

Uitsluitingsgronden bijzondere bijstand

Aangezien de energietoeslag als bijzondere bijstand wordt bestempeld, gelden ook diverse regels uit de Participatiewet. Op basis van artikel 11 van de Participatiewet dient vastgesteld te worden of de aanvrager een rechthebbende is en of er sprake is van één van de uitsluitingsgronden van artikel 13, lid 1 van de Participatiewet.

Beleidsvrijheid en richtlijn uitvoering

De gemeente heeft de bevoegdheid om in 2023 een energietoeslag toe te kennen aan huishoudens met een laag inkomen; het betreft dus geen verplichting. Het feit dat de energietoeslag onderdeel uitmaakt van de bijzondere bijstand, geeft beleidsvrijheid ten aanzien van de vormgeving.

De gemeente bepaalt:

•
de doelgroep van de energietoeslag. Dit houdt in dat de gemeente bepaalt wat er onder een laag inkomen wordt verstaan;
•
of er groepen worden uitgesloten van het recht op de energietoeslag (bijvoorbeeld groepen waarvan vaststaat dat zij geen energierekening hebben, zoals personen die in een instelling verblijven, studenten en dak- en thuislozen);
•
welk inkomen in aanmerking wordt genomen, waarbij de inkomsten bedoeld in artikel 31, lid 2 van de Participatiewet in ieder geval buiten beschouwing worden gelaten;
•
de periode waarover het inkomen in aanmerking wordt genomen. Dit is de referteperiode of peildatum of peilmaand;
•
de hoogte van het bedrag van de toe te kennen energietoeslag, eventueel gedifferentieerd naar leefsituatie.

Er wordt veel belang gehecht aan een landelijk uniforme uitvoering van de energietoeslag. Daarom is er door het ministerie van SZW en VNG een (niet-bindende) landelijke richtlijn opgesteld met betrekking tot onder andere de doelgroep, het uit te keren bedrag, aansluiting bij het huidige beleid bijzondere bijstand c.q. minimabeleid en het niet in aanmerking nemen van vermogen.

Bij het opstellen van deze beleidsregels zijn de uitgangspunten van de Handreiking eenmalige energietoeslag en de landelijke richtlijn in ogenschouw genomen. Waar dit past binnen ons beleid bijzondere bijstand, is dit overgenomen. Dit betekent bijvoorbeeld dat we jongeren en studenten niet uitsluiten voor de energietoeslag. Waar zij een zelfstandige woning hebben met een energiecontract en leven van een laag inkomen, hebben zij op dit moment net zo goed te maken met energiearmoede.

Maatwerk (via de individuele bijzondere bijstand)

Het hanteren van een inkomensgrens voor het recht op de energietoeslag betekent dat huishoudens met een inkomen net boven die inkomensgrens niet in aanmerking zullen komen voor de energietoeslag. Het bedrag van de energietoeslag maakt het verschil in tegemoetkoming tussen rechthebbenden en net-niet-rechthebbenden groot.

Deze net-niet-rechthebbenden kunnen echter in vergelijkbare mate te maken hebben met energiearmoede. Voor deze groep kan op individuele basis maatwerk geleverd worden met individuele bijzondere bijstand. Bij individuele bijzondere bijstand zal er specifiek gekeken moeten worden naar de individuele situatie van de belanghebbende en de kosten die hij heeft te maken.