Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Oss

Centrumregeling Wmo Brabant Noordoost-oost 2024

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieOss
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingCentrumregeling Wmo Brabant Noordoost-oost 2024
CiteertitelCentrumregeling Wmo Brabant Noordoost-oost 2024
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervalt op 31 december 2028.

Deze regeling vervangt de Centrumregeling Wmo en Wvggz Brabant Noordoost-oost 2020.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 2.6.1 van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015
  2. afdeling 10.1.1 van de Algemene wet bestuursrecht
  3. artikel 1 van de Wet gemeenschappelijke regelingen
  4. artikel 8, vierde lid, van de Wet gemeenschappelijke regelingen
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

03-01-2024nieuwe regeling

15-06-2023

gmb-2024-234

Tekst van de regeling

Intitulé

Centrumregeling Wmo Brabant Noordoost-oost 2024

De colleges van burgemeester en wethouders van de gemeenten Bernheze, Boekel, Land van Cuijk, Maashorst en Oss, ieder voor zover zij voor de eigen gemeente bevoegd zijn;

 

Overwegende dat

zij, of hun rechtsvoorgangers, met ingang van 1 januari 2015 regionaal hebben samengewerkt in de centrumregelingen Wmo Brabant Noordoost-oost, waarbij de gemeente Oss als Centrumgemeente is aangewezen en het college van de gemeente Oss mandaat en volmacht is verleend om de ondersteuning in het kader van de Wmo, en vanaf 1 januari 2020 ook bepaalde taken op grond van de Wvggz, in te kopen namens de Brabant Noordoost-oost Gemeenten;

 

de huidige regeling op 31 december 2023 eindigt;

 

de samenwerking tussen de Gemeenten door een extern bureau is geëvalueerd;

 

uit de evaluatie naar voren is gekomen dat de colleges belang hechten aan voortzetting van de samenwerking en dat die samenwerking is gericht op:

  • gezamenlijke inkoop, contractmanagement en toezicht

  • innovatie en sturing in de keten

  • regionale samenwerking en afstemming

  • uitvoering, expertise en toegang specialistisch vangnet Beschermd wonen en opvang;

er een geleidelijke doordecentralisatie van Beschermd wonen naar alle gemeenten plaatsvindt. Dit betekent onder meer dat de financiële middelen voor Beschermd wonen worden gedecentraliseerd naar alle gemeenten en niet langer alleen naar centrumgemeenten;

 

in verband met de doordecentralisatie Beschermd wonen het Rijk de opdracht heeft gegeven regionaal een verplichte samenwerkingsvorm aan te gaan, gericht op een regionaal vangnet van passende voorzieningen voor inwoners met een psychische kwetsbaarheid;

 

de colleges vastgesteld hebben dat zij het Specialistisch vangnet Beschermd wonen en opvang met elkaar regionaal blijven inkopen, uitvoeren en bekostigen in de periode 2024-2028;

 

zij ingaande 1 januari 2024 een centrumregeling wensen aan te gaan voor tenminste vijf jaar (2024-2028) waarin de gemeente Oss wordt aangewezen als Centrumgemeente;

 

zij hun verantwoordelijkheid nemen om de basisvoorzieningen en randvoorwaarden lokaal goed op orde te hebben zodat inwoners zo veel mogelijk zelfstandig kunnen wonen met daar waar nodig integrale ondersteuning op alle leefgebieden;

 

de colleges de intentie hebben hun raden voor te stellen hun verordening Wmo waar nodig gelijkluidend vast te stellen en hun beleid op het gebied van de Wmo en Wvggz

waar nodig gelijkluidend te ontwikkelen en/of op elkaar af te stemmen;

 

Gelet op

artikel 2.6.1 Wmo 2015, afdeling 10.1.1 Algemene wet bestuursrecht, en de artikelen 1 en 8, vierde lid, van de Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr); en

 

de door de raden van voornoemde Gemeenten aan hun colleges verleende toestemming tot

het aangaan van deze samenwerking op het gebied van de Wmo en Wvggz, en het treffen van deze regeling;

 

B E S L U I T E N

 

vast te stellen de navolgende gemeenschappelijke regeling voor de Brabant Noordoost-oost Gemeenten voor de taken op het gebied van Reguliere geïndiceerde ondersteuning Wmo, het Specialistisch vangnet Beschermd wonen en opvang, en taken in het kader van de Wvggz;

 

 

Centrumregeling Wmo Brabant Noordoost-oost 2024

 

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsbepalingen

Deze regeling verstaat onder:

  • a.

    Centrumregeling: Centrumregeling Wmo Brabant Noordoost-oost 2024;

  • b.

    Centrumgemeente: gemeente als bedoeld in artikel 8, vierde lid, van de Wgr:

    de gemeente Oss;

  • c.

    Gemeenten: alle colleges van de Brabant Noordoost-oost gemeenten die aan deze regeling deelnemen, inclusief de Centrumgemeente Oss;

  • d.

    Gemeente: een van de Gemeenten die aan deze regeling deelnemen;

  • e.

    Regiogemeenten: Bernheze, Boekel, Land van Cuijk en Maashorst;

  • f.

    Regio: regio Brabant Noordoost-oost, bestaande uit 5 gemeenten en drie subregio’s:

    • subregio Land van Cuijk

    • subregio Maashorst en Boekel

    • subregio Maasland: Bernheze en Oss.

  • g.

    Portefeuillehouder Wmo: het collegelid van een deelnemende Gemeente, verantwoordelijk voor de Wmo;

  • h.

    Basis op orde: de lokale basisvoorzieningen, steunstructuren en randvoorwaarden om ervoor te zorgen dat inwoners met een psychische kwetsbaarheid mee kunnen blijven doen zoals omschreven in het Regionaal Koersdocument;

  • i.

    Ondersteuning: voorzieningen in het kader van de Wmo ten behoeve van zelfredzaamheid, participatie, Beschermd wonen en maatschappelijke opvang;

  • j.

    Reguliere geïndiceerde ondersteuning: reguliere ondersteuningsvormen in het kader van de Wmo zoals individuele ondersteuning, gespecialiseerde dagbesteding, kortdurend verblijf en Beschermd Thuis;

  • k.

    Specialistische vangnet Beschermd wonen en opvang: een regionaal palet van opvang en ondersteuningsaanbod voor dak- en thuisloze inwoners, zorgwekkende zorgmijders en inwoners die een beschermde woonomgeving nodig hebben. Het gaat hierbij o.a. om de volgende voorzieningen: Beschermd wonen, maatschappelijke opvang, time-out voorziening, Beschermd wonen voor verslaafden in herstel, meldpunt zorg en overlast, bemoeizorg, preventie verslavingszorg en preventie GGZ;

  • l.

    Regionale toegang: Regioteam BWO, het team van medewerkers bij de Centrumgemeente dat bepaalt of een inwoner in aanmerking komt voor een voorziening in het Regionaal specialistisch vangnet Beschermd wonen en opvang, dat zorgt voor de plaatsing van de inwoner, toeziet op de voortgang van het traject en een expertisefunctie vervult voor Gemeenten en ketenpartners;

  • m.

    Overlegtafel Wmo: op objectieve criteria door de Gemeenten geselecteerde Wmo-aanbieders die overleg hebben met de Gemeenten;

  • n.

    Inkoopplan: afsprakenkader waarbinnen de Centrumgemeente de inkoop en contractering van specialistische Ondersteuning en bepaalde taken Wvggz organiseert voor de regio;

  • o.

    Opheffingsplan: financiële afspraken tussen de Gemeenten die regelen hoe de kosten worden verdeeld als de samenwerking voor 1 januari 2029 wordt opgeheven;

  • p.

    Liquidatieplan: financiële afspraken tussen de Gemeenten die regelen hoe de kosten worden verdeeld als de samenwerking tussen alle Gemeenten of een beperkt aantal van die Gemeenten wordt beëindigd per 1 januari 2029;

  • q.

    Regionaal budget BW: het lokaal uitgekeerde rijksbudget dat elke Gemeente ontvangt voor nieuwe cliënten Beschermd wonen opgeteld bij het rijksbudget dat de Centrumgemeente ontvangt voor bestaande cliënten Beschermd wonen. Samen vormen deze budgetten de beschikbare regionale middelen voor Beschermd wonen;

  • r.

    Lokaal uitgekeerde rijksbudget BW: de rijksmiddelen voor Beschermd wonen, zichtbaar binnen het gemeentefonds als een integratie-uitkering, die de Gemeenten ontvangen vanuit het Rijk voor de nieuwe cliënten Beschermd wonen;

  • s.

    Lokaal uitvoeringsbudget BW: de beschikbare middelen Beschermd wonen van de Gemeenten voor het realiseren van de lokale Basis op orde en stijgende Wmo-kosten voor de doelgroep;

  • t.

    Investeringsfonds Beschermd wonen: een ingesteld fonds met als doel innovatie en transformatie in de Regio te stimuleren, waarvoor Gemeenten een aanvraag kunnen indienen voor tijdelijke, projectmatige opstartkosten;

  • u.

    Verdeelsleutel: verdeling op basis van CBS-inwoneraantallen van de Gemeenten per 1 januari 2023 zoals opgenomen in bijlage 1;

  • v.

    Wlz: Wet langdurige zorg;

  • w.

    Wmo: Wet maatschappelijke ondersteuning 2015;

  • x.

    Beschermd Thuis: een lokaal product, met als doel afschalen vanuit intramuraal, ook wel tussenvorm in de doordecentralisatie genoemd, waarbij scheiden van wonen en zorg is doorgevoerd en waarbij er altijd minder dan 24-uurs ondersteuning nodig is. De beoogde ondersteuning is intensiever dan bij het product individuele ondersteuning Wmo. De bekostiging vindt plaats vanuit de lokale Wmo middelen.

  • y.

    Wvggz: Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg.

Artikel 2 Doelstelling voor samenwerking

De Gemeenten zijn een onderlinge samenwerking aangegaan gericht op:

  • het zorgdragen voor een kwalitatief goede en efficiënte inkoop van de ondersteuning in het kader van de Wmo en bepaalde taken in het kader van de Wvggz;

  • het zorgdragen voor het Specialistisch vangnet Beschermd wonen en opvang.

Artikel 3 Uitgangspunten voor samenwerking

  • 1.

    De Gemeenten sluiten bij het uitvoeren van de taken binnen de samenwerking aan bij de volgende regionale beleidskaders:

    • het Regionaal Beleidskader Wmo 2024-2028 (Regionaal Beleidskader Wmo);

    • het Regionaal Koersdocument specialistisch vangnet voor inwoners met een psychische kwetsbaarheid regio Brabant Noordoost-oost 2024-2028 (Regionaal Koersdocument);

    • de Regionale Ontwikkelagenda opvang, ondersteuning en zorg voor inwoners met een psychische kwetsbaarheid regio Brabant Noordoost-oost 2024-2028 (Regionale Ontwikkelagenda psychische kwetsbaarheid).

  • 2.

    Strategische beleidskaders en beleidsuitgangspunten blijven regionaal gelijk. Daarbinnen is ruimte voor elke Gemeente voor lokale ambities, -beleidsontwikkeling, -processen en -uitvoering.

  • 3.

    De volgende aandachtspunten komen regelmatig terug op de ambtelijke agenda en aan de Overlegtafel Wmo:

    • innovatie en transformatie

    • gezamenlijke inkoop en contractmanagement

    • kwaliteit en toezicht

    • uitvoering van het Specialistisch vangnet Beschermd wonen en opvang.

  • 4.

    De Gemeenten gebruiken innovatie, transformatie, kwaliteit en datagesteund werken als sturingsmechanismen om te anticiperen op ontwikkelingen.

  • 5.

    De Gemeenten dragen verantwoordelijkheid om de lokale Basis voor inwoners op orde te brengen. Dit is een randvoorwaarde voor het functioneren van het Specialistisch vangnet Beschermd wonen en opvang.

  • 6.

    Er wordt voldoende ambtelijke lokale capaciteit geleverd die noodzakelijk is om de regionale opgaven te realiseren.

  • 7.

    De regionale zorgplicht op inwonerniveau reikt tot de wettelijke kaders van de Wmo. Binnen de reikwijdte van de Centrumregeling worden geen taken overgenomen die behoren tot andere wettelijke kaders zoals Zorgverzekeringswet, Wlz, Wet zorg en dwang, forensische zorg en/of beveiligde zorg. Uitzonderingen hierop zijn:

    • situaties op de scheidslijn van wettelijke kaders; daar wordt actief overleg en samenwerking gezocht over schotten en domeinen heen en worden afspraken gemaakt over verdeling verantwoordelijkheden lokaal-regionaal.

    • mogelijke nieuwe vormen van samenwerking en co-financiering om de samenwerking tussen domeinen (sociaal-, medisch-, veiligheidsdomein) en bij uitvoering van wetten te bevorderen.

Artikel 4 Opdracht Centrumgemeente

  • 1.

    De Centrumgemeente voert de regionale inkoop uit van de Reguliere geïndiceerde ondersteuning en het Specialistisch vangnet Beschermd wonen en opvang in het kader van de Wmo en de regionale inkoop van bepaalde taken in het kader van de Wvggz. De Centrumgemeente treedt namens de Gemeenten op als inkopende partij.

  • 2.

    De Centrumgemeente draagt zorg voor het Specialistisch vangnet Beschermd wonen en opvang waarbij de kaders van de landelijke Norm voor Opdrachtgeverschap leidend zijn.

  • 3.

    De Regiogemeenten verlenen de Centrumgemeente opdracht tot het verrichten van de in artikel 5 genoemde taken namens de Gemeenten overeenkomstig artikel 8, vierde lid van de Wgr.

  • 4.

    De Centrumgemeente aanvaardt deze opdracht.

  • 5.

    De Centrumgemeente draagt zorg voor de archiefbescheiden conform de archiefregeling van de Centrumgemeente.

Artikel 5 Taken Centrumgemeente

  • 1.

    Taken van de Centrumgemeente in het kader van de Wmo zijn:

    • a.

      de regionale inkoop van Reguliere geïndiceerde ondersteuning en het Specialistisch vangnet Beschermd wonen en opvang in het kader van de Wmo zoals omschreven in het Regionaal Beleidskader Wmo, het Regionaal Koersdocument, de Regionale Ontwikkelagenda psychische kwetsbaarheid en het Inkoopplan, en alle activiteiten die daarvoor noodzakelijk zijn, waaronder in ieder geval de organisatie/het uitvoeren van de Overlegtafel Wmo, het opstellen van overeenkomsten en het bepalen van tarieven/budgetten per aanbieder binnen het financiële kader van de Regio;

    • b.

      in voorkomende gevallen het aangaan van een subsidierelatie;

    • c.

      het afsluiten, beheren, uitvoeren van de overeenkomsten die voortvloeien uit de aanbesteding en alle activiteiten die daarvoor noodzakelijk zijn, waaronder registratie, controle, monitoring, rapportage, contractmanagement en relatiebeheer;

    • d.

      het leveren van monitorrapportages per half jaar of zo veel vaker als nodig waarmee Gemeenten sturingsinformatie ontvangen over zorggebruik Wmo en de kosten daarvan, soorten producten, omvang en samenloop van de diverse producten per Gemeente en ten opzichte van andere Gemeenten in de samenwerkingsregio;

    • e.

      het organiseren van het toezicht Wmo op kwaliteit en rechtmatigheid bij gecontracteerde, regionaal gesubsidieerde en PGB-aanbieders Wmo;

    • f.

      het zorgdragen voor het Specialistisch vangnet Beschermd wonen en opvang. Dit betekent onder meer:

      • uitvoering van de Regionale toegang;

      • indicatiestelling en behandeling van bezwaar- en beroepschriften voor zover de Centrumgemeente een beschikking heeft afgegeven;

      • regionale expertise- en consultatiefunctie;

      • het opstellen van de begroting Specialistisch vangnet Beschermd wonen en opvang, beheer van de regionale financiën en het Investeringsfonds Beschermd wonen;

      • het uitvoeren van regionale beleidstaken en het zorgen voor beleidsregels;

      • het afstemmen van een goede aansluiting met het lokale veld;

      • monitoring en registratie herkomstgemeente;

    • g.

      het voeren van rechtsgedingen voortvloeiende uit de hiervoor vermelde taken.

  • 2.

    Taken van de Centrumgemeente in het kader van de Wvggz zijn:

    • a.

      de regionale inkoop van taken in het proces voorbereiding aanvraag Zorgmachtiging Wvggz en het horen van de betrokkene in het kader van een crisismaatregel en alle activiteiten die daarvoor noodzakelijk zijn, waaronder in ieder geval het opstellen van overeenkomsten en het bepalen van tarieven/budgetten per aanbieder binnen het financiële kader van de Regio;

    • b.

      de vertegenwoordiging in de bovenregionale samenwerking Wvggz;

    • c.

      het afsluiten, beheren, uitvoeren van de overeenkomsten die voortvloeien uit de inkoop en alle activiteiten die daarvoor noodzakelijk zijn, waaronder registratie, controle, monitoring, rapportage, contractmanagement en relatiebeheer;

    • d.

      het leveren van monitorrapportages minimaal eenmaal per jaar of zo veel vaker als nodig waarmee Gemeenten informatie ontvangen over de uitgevoerde activiteiten en de behaalde resultaten, mits deze informatie regionaal toegankelijk is;

    • e.

      het afstemmen van een goede aansluiting met het lokale veld;

    • f.

      het voeren van rechtsgedingen voortvloeiende uit de hiervoor vermelde taken.

Artikel 6 Bevoegdheden

  • 1.

    De colleges geven het college van de Centrumgemeente mandaat, volmacht en machtiging om de in artikel 5 genoemde taken uit te voeren, begrensd door wetgeving, jurisprudentie en financiële kaders.

  • 2.

    Het college van de Centrumgemeente kan de bevoegdheden in het eerste lid ondermandateren aan de medewerkers van de Centrumgemeente.

Artikel 7 Taken en bevoegdheden Gemeenten in het kader van de doordecentralisatie van Beschermd wonen

  • 1.

    Elke Gemeente zorgt voor een stevige lokale Basis conform de uitgangspunten in de regionale beleidskaders, zodat inwoners kunnen meedoen, participeren naar vermogen en zo lang mogelijk zelfstandig, al dan niet met ondersteuning, kunnen wonen. Zwaardere zorg en/of een beroep op het Specialistische vangnet Beschermd wonen en opvang wordt daardoor zoveel mogelijk voorkomen.

  • 2.

    Elke Gemeente heeft een lokaal uitvoeringsprogramma waarin is opgenomen hoe er wordt gewerkt aan het realiseren van de Basis op orde. Dit gebeurt binnen de kaders van de Regionale Ontwikkelagenda psychische kwetsbaarheid.

  • 3.

    Alle Gemeenten organiseren gezamenlijk elk jaar een bijeenkomst waarbij de ontwikkelingen van het afgelopen jaar worden gepresenteerd aan alle stakeholders en waarbij vooruit wordt gekeken naar het komende jaar.

  • 4.

    Alle Gemeenten dragen zorg voor:

    • het lokaal oppakken van de brede vraagverheldering voor Beschermd wonen en opvang;

    • het bouwen aan de Basis op orde;

    • procesregie bij in- en uitstroom naar en vanuit het Specialistisch vangnet Beschermd wonen en opvang;

    • de verantwoordelijkheid voor openbare orde en veiligheid bij uitstroom naar Gemeente van herkomst;

    • toeleiding van eigen inwoners naar beveiligde en/of Wlz plekken;

    • een aanpak-voorkomen-escalatiemodel en een gemeentelijke procesregisseur die binnen kantoortijden aanspreekbaar is voor inwoners, ketenpartners, Gemeenten en de Regionale toegang voor overleg over complexe casuïstiek;

    • het realiseren van tussenvormen voor Beschermd Thuis voor eigen inwoners.

Artikel 8 Inkoopplan Wmo

  • 1.

    Met het oog op een goede inkoop van de specialistische Ondersteuning Wmo zorgt de Centrumgemeente voor 1 april in het jaar voorafgaande aan de ingangsdatum voor een inkoopplan Wmo 2024-2025 en een inkoopplan Wmo 2026-2028 met daarin uitgangspunten en doelstellingen voor de komende twee respectievelijk drie jaren. Dit plan is gebaseerd op het Regionaal Beleidskader Wmo, het Regionaal Koersdocument en de Regionale Ontwikkelagenda psychische kwetsbaarheid en wordt aan alle colleges ter besluitvorming voorgelegd.

  • 2.

    De Centrumgemeente neemt de inkoop van de taken Wvggz op in het Inkoopplan.

  • 3.

    De Centrumgemeente neemt in het Inkoopplan een transparante en regionale (meerjaren) begroting in hoofdlijnen op.

  • 4.

    Als niet alle Gemeenten instemmen met het Inkoopplan, vindt verder overleg plaats over de inhoud van het Inkoopplan. Als vervolgens de meerderheid – op basis van de CBS-inwoneraantallen per 1 januari van het jaar voorafgaande aan het Inkoopplan van minimaal drie Gemeenten– instemt, dan is het inkoopplan Wmo vastgesteld.

Artikel 9 Toezicht Centrumgemeente

  • 1.

    De Centrumgemeente draagt zorg voor adequaat toezicht op naleving van kwaliteit en rechtmatigheid bij gecontracteerde, regionaal gesubsidieerde en PGB-aanbieders Wmo en de communicatie op hoofdlijnen hierover naar de Gemeenten.

  • 2.

    Bij bijzondere aandacht voor, terugkerende signalen en/of een verscherpt toezicht op een (locatie van een) aanbieder, wordt de gemeente van vestiging door de Centrumgemeente geïnformeerd.

Hoofdstuk 2 Financiële bepalingen

Artikel 10 Financiering Reguliere geïndiceerde ondersteuning

  • 1.

    De kosten van de reguliere ondersteuningsvormen zoals gespecialiseerde dagbesteding, individuele ondersteuning (begeleiding), kortdurend verblijf en Beschermd Thuis worden door de Gemeenten afzonderlijk gedragen.

  • 2.

    De Centrumgemeente rapporteert jaarlijks over de stand van zaken van de kosten van zorggebruik aan de Gemeenten.

  • 3.

    Indien Gemeenten besluiten gezamenlijk regionale voorzieningen te treffen, die niet tot het Specialistisch vangnet Beschermd wonen en opvang behoren, betalen Gemeenten op basis van gebruik per deelnemende inwoner.

Artikel 11 Financiering Specialistisch vangnet Beschermd wonen en opvang

  • 1.

    Het regionaal Specialistisch vangnet Beschermd wonen en opvang wordt bekostigd van de rijksbudgetten die de Centrumgemeente en Gemeenten gezamenlijk in de komende jaren ontvangen.

  • 2.

    Wanneer de financiële doordecentralisatie van Beschermd wonen ingaat ontvangen de Gemeenten – naast het rijksbudget welke de Centrumgemeente ontvangt voor bestaande cliënten Beschermd wonen – geoormerkte middelen voor de nieuwe cliënten Beschermd wonen. Deze twee budgetten gezamenlijk vormen het Regionaal budget BW.

  • 3.

    Naast de middelen voor Beschermd wonen, ontvangt de Centrumgemeente ook een separate doeluitkering voor maatschappelijke opvang. De gezamenlijke middelen voor Beschermd wonen en maatschappelijke opvang worden ingezet om het regionaal Specialistisch vangnet Beschermd wonen en opvang te bekostigen.

  • 4.

    Bij bekostiging van het regionaal Specialistisch vangnet Beschermd wonen en opvang spreken de Gemeenten af:

    • a.

      Gemeenten zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor het regionaal Specialistisch vangnet Beschermd wonen en opvang.

    • b.

      Gemeenten financieren gezamenlijk de voorzieningen in het regionaal Specialistisch vangnet Beschermd wonen en opvang, om zo deze specialistische zorg voor inwoners beschikbaar te houden en te borgen in de regio. De gezamenlijke verantwoordelijkheid geldt zowel bij overschotten als tekorten.

    • c.

      Het Regionaal budget BW en de doeluitkering voor maatschappelijke opvang is het plafond voor besteding en leidend.

    • d.

      Bij besteding van middelen en het opstellen van de begroting voor het regionaal Specialistisch vangnet Beschermd wonen en opvang, geldt de volgende opbouw van de begroting:

      • 1.

        Borgen van beschikbare specialistische zorg voor de doelgroep in de Regio

      • 2.

        Uitvoering geven aan deze zorg

      • 3.

        Risico’s afdekken

      • 4.

        Lokale financiële ruimte voor de Basis op orde

      • 5.

        Innovatie en verandering stimuleren

      • 6.

        Lokale financiële ruimte voor stijgende lokale Wmo-kosten voor de doelgroep

    • e.

      Om de lokale randvoorwaarden en de Basis op orde te realiseren, heeft elke Gemeente de beschikking over een Lokaal uitvoeringsbudget BW.

  • 5.

    De Lokaal uitgekeerde rijksbudgetten BW worden doorgestort naar de Centrumgemeente voor bekostiging van het regionaal Specialistisch vangnet Beschermd wonen en opvang. Hierover worden afspraken gemaakt.

  • 6.

    De Centrumgemeente maakt jaarlijks een meerjarenbegroting voor het regionaal Specialistisch vangnet Beschermd wonen en opvang op basis van benodigde inkoop en actuele ontwikkelingen. De meerjarenbegroting Beschermd wonen en opvang op hoofdlijnen, wordt om de twee respectievelijk drie jaar opgenomen in het Inkoopplan Wmo. De meerjarenbegroting bestaat uit een regionale begroting Beschermd wonen en een begroting maatschappelijke opvang.

    De regionale begroting Beschermd Wonen is opgedeeld in vier onderdelen:

    • 1.

      Regionale begroting Beschermd wonen:

      • a.

        Wat: inkoop en uitvoering regionaal Specialistisch vangnet Beschermd wonen en opvang

      • b.

        Doel: borgen beschikbare zorg in de Regio

      • c.

        Beheer: Centrumgemeente

      • d.

        Hoeveel: wat noodzakelijk is op basis van realistisch begroten

    • 2.

      Reserve Beschermd wonen:

      • a.

        Wat: reserve opbouwen voor schaarse en dure zorg

      • b.

        Doel: risico’s afdekken

      • c.

        Beheer: bij Centrumgemeente

      • d.

        Hoeveel: 15% van de begroting zoals bedoeld onder artikel 11, lid 6, onderdeel 1

    • 3.

      Investeringsfonds Beschermd wonen:

      • a.

        Wat: eenmalige kosten voor financiering van de lokale voorzieningen

      • b.

        Doel: innovatie en transformatie stimuleren in de regio

      • c.

        Beheer: bij Centrumgemeente, uitbetaling aan Gemeenten na goedgekeurde aanvraag

    • 4.

      Lokaal uitvoeringsbudget Beschermd wonen:

      • a.

        Wat: opbouw lokale randvoorwaarden en voorzieningen

      • b.

        Doel: 1. Basis op orde, 2. opvangen stijgende kosten Wmo

      • c.

        Waar: jaarlijkse uitbetaling aan Gemeenten tot en met 2028 op basis van inwoneraantallen

  • 7.

    Het Lokaal uitvoeringsbudget BW, onderdeel Basis op orde, wordt in 2024 tot en met 2028 jaarlijks verdeeld over de Gemeenten op basis van de Verdeelsleutel. Daarbij wordt een deel bekostigd vanuit de bestaande reserve Beschermd wonen.

  • 8.

    Het Lokaal uitvoeringsbudget BW, onderdeel opvangen stijgende kosten Wmo, wordt in 2024 tot en met 2028 jaarlijks verdeeld over de Gemeenten op basis van de Verdeelsleutel. De omvang van het te verdelen uitvoeringsbudget om stijgende kosten in de Wmo op te vangen voor de doelgroep, is afhankelijk van de middelen die over blijven na het opstellen van de jaarlijkse regionale begroting Beschermd wonen.

  • 9.

    Uitbetaling van het Lokaal uitvoeringsbudget BW aan de Gemeenten geschiedt zo snel mogelijk na het ontvangst van het Lokaal uitgekeerde rijksbudget BW bij de Centrumgemeente.

  • 10.

    Indien er sprake is van een overschot na afloop van een jaar van niet bestede middelen op de regionale begroting Beschermd wonen, dan worden deze middelen gestort in de hiervoor ingestelde bestemmingsreserve.

  • 11.

    Indien er sprake is van een tekort op de regionale middelen na afloop van een jaar, dan wordt dit tekort afgedekt vanuit de regionale reserve. Indien de bestemmingsreserve een eventueel tekort niet dekt, wordt gekeken welke beleidskeuzes en/of financiële maatregelen de Gemeenten in kunnen zetten om het tekort op te vangen. Mocht er desondanks een tekort resteren dan wordt dit ten laste gebracht van de Gemeenten op basis van de Verdeelsleutel.

  • 12.

    Het Investeringsfonds Beschermd wonen kan ingezet worden voor uitgewerkte projecten die voldoen aan alle volgende randvoorwaarden:

    • gericht op de doelgroep inwoners met een psychische kwetsbaarheid;

    • passend zijn bij de landelijke visie op het gebied van Beschermd wonen en de kaders van de Regionale Ontwikkelagenda psychische kwetsbaarheid;

    • bijdragen aan de doordecentralisatie, transformatie in de Regio en de Basis op orde;

    • vernieuwend zijn;

    • een regionaal leerelement in zich hebben, waarbij SMART doelen zijn geformuleerd;

    • voldoen aan de ambities van keuzevrijheid, passende zorg, scheiden van wonen en zorg, uitstroom uit het Specialistisch vangnet Beschermd wonen en opvang naar gemeente van herkomst;

    • een maximale doorlooptijd kennen van twee jaar;

    • spreiding van voorzieningen in de Regio;

    • haalbaarheid en doelmatigheid.

  • 13.

    De Gemeenten maken nadere afspraken over het aanvragen, beoordelen van aanvragen en toekennen van aanvragen voor het Investeringsfonds Beschermd wonen.

  • 14.

    De Centrumgemeente ontvangt rijksbudgetten voor de financiering van maatschappelijke opvang en zet dit in voor de bekostiging van het Specialistisch vangnet Beschermd wonen en opvang.

  • 15.

    Gemeenten zetten de beschikbare middelen, inclusief de Lokale uitvoeringsbudgetten BW, in voor de doelgroep inwoners met een psychische kwetsbaarheid. Daarover leggen zij op de volgende manier verantwoording af:

    • a.

      Jaarlijks wordt er verantwoording afgelegd op doelrealisatie in de Regio en per Gemeente lokaal (opgaven versus resultaten) aan het bestuurlijk overleg, Portefeuillehoudersoverleg Wmo. Dit om gezamenlijk te kunnen blijven sturen op de beweging, transformatie en realisatie in de Regio als geheel.

    • b.

      Jaarlijks wordt er verantwoording afgelegd over de besteding van de Lokale uitvoeringsbudgetten BW aan de eigen gemeenteraad.

    • c.

      In 2026 worden afspraken in dit artikel geëvalueerd. Onderdeel van de evaluatie zijn doelrealisatie en of de middelen, zowel regionaal als lokaal, bij de beoogde doelgroep en de opgaven effect hebben.

Artikel 12 Financiering aanverwante taken

  • 1.

    De kosten van taken in het proces voorbereiding aanvraag Zorgmachtiging Wvggz worden door de Gemeenten gezamenlijk gedragen en verdeeld volgens de Verdeelsleutel.

  • 2.

    De Centrumgemeente neemt hiertoe in het inkoopplan een regionale (meerjaren)begroting in hoofdlijnen op.

  • 3.

    De Centrumgemeente rapporteert jaarlijks over de stand van zaken aan de Gemeenten.

Artikel 13 Kosten van de uitvoeringsorganisatie, het toezicht Wmo en de Regionale toegang

  • 1.

    De Centrumgemeente laat de kosten van de uitvoeringsorganisatie en het toezicht Wmo door de colleges van de Gemeenten vaststellen via het Inkoopplan Wmo. Deze kosten bestaan uit onder meer:

    • De kosten van het Team Contractmanagement en Inkoop Wmo regio BNO-O (Team C&I)

    • Capaciteit en kosten toezicht Wmo

    • Beleidscoördinatie en administratieve ondersteuning

    • Doorberekening overheadkosten (o.a. financieel-, juridisch- en inkoopadvies).

  • 2.

    De kosten van de uitvoeringsorganisatie en het toezicht worden voor de jaren 2024 tot en met 2028 ten laste van de Gemeenten gebracht op basis van de Verdeelsleutel.

  • 3.

    De kosten van de Regionale toegang worden via het Inkoopplan Wmo opgenomen in de meerjarenbegroting Beschermd wonen en opvang.

  • 4.

    De Centrumgemeente rapporteert jaarlijks over de stand van zaken aan de Gemeenten.

Artikel 14 Verantwoordelijkheid berichtenverkeer, factuurafhandeling en eigen bijdrage

  • 1.

    Elke Gemeente is voor de Reguliere geïndiceerde ondersteuning verantwoordelijk voor een deugdelijke administratieve afhandeling via het berichtenverkeer van het Gemeentelijk Gegevensknooppunt (GGK).

  • 2.

    Elke Gemeente is verantwoordelijk voor tijdige betaling van haar facturen.

  • 3.

    Elke Gemeente is verantwoordelijk voor het tijdig aanleveren van lokale gegevens/data/cijfers zodat de Centrumgemeente aan de afgesproken verantwoordingsplichten kan voldoen.

  • 4.

    Wanneer de indicatiestelling en/of toegang heeft plaatsgevonden via de Reguliere toegang, ligt de administratieve afhandeling via het berichtenverkeer, factuurafhandeling, betaling, controle en verantwoording, monitoring en het opleggen van de eigen bijdrage bij de Centrumgemeente.

  • 5.

    Bij in de toekomst nieuw te ontwikkelen producten die vallen onder Beschermd Thuis, waarvan de toegang en indicatiestelling bij de lokale Gemeente ligt, komt ook het administratieve proces voor de eigen bijdrage bij de lokale Gemeente te liggen.

Hoofdstuk 3 Overleg

Artikel 15 Overlegstructuur

De Gemeenten voorzien in een overlegstructuur door middel van bestuurlijk en ambtelijk overleg, om te borgen dat de taken zoals beschreven in artikel 5 goed worden uitgevoerd.

Artikel 16 Bestuurlijk overleg (POHO=portefeuillehoudersoverleg Wmo)

  • 1.

    In het bestuurlijk overleg worden de taken van de Wmo en de Wvggz besproken.

  • 2.

    In ieder geval wordt gesproken over het regionale beleid Wmo, de inkoop van de Ondersteuning Wmo en genoemde taken Wvggz aan de hand van ontwikkelingen, monitorinformatie, het verloop van de samenwerking, het inkoopplan en het jaarverslag.

  • 3.

    Aan het portefeuillehoudersoverleg Wmo nemen deel de Portefeuillehouders Wmo en een ambtelijke vertegenwoordiger per subregio.

  • 4.

    De Portefeuillehouder Wmo van de Centrumgemeente overlegt ten minste driemaal per jaar met de portefeuillehouders van de Regiogemeenten.

  • 5.

    De portefeuillehouders Wmo van de Gemeenten komen voorts bijeen wanneer de Centrumgemeente en/of 2 Gemeenten dit noodzakelijk achten.

  • 6.

    Het extra bestuurlijk overleg bedoeld in het vijfde lid wordt uiterlijk binnen twee weken na het verzoek belegd door de Centrumgemeente.

Artikel 17 Ambtelijk overleg (RAO=Regionaal Ambtelijk Overleg)/ Overlegtafel Wmo

  • 1.

    Er is ambtelijk overleg over de Wmo en Wvggz onderwerpen voorafgaand aan de Overlegtafel Wmo en het bestuurlijk overleg.

  • 2.

    In het ambtelijk overleg is iedere gemeente vertegenwoordigd.

  • 3.

    De vertegenwoordiger van de Centrumgemeente is voorzitter van het ambtelijk overleg.

  • 4.

    Iedere subregio wijst één ambtelijke vertegenwoordiger en een plaatsvervanger aan om deel te nemen aan de Overlegtafel Wmo.

  • 5.

    De ambtelijke vertegenwoordiger van de subregio is verantwoordelijk voor inbreng namens de subregio en terugkoppeling naar de subregio.

Hoofdstuk 4 Informatie, verantwoording en bedrijfsvoering

Artikel 18 Informatie en verantwoording

  • 1.

    De Centrumgemeente verstrekt de Gemeenten tijdig alle informatie over de uitvoering van deze regeling, voor zover het haar taak betreft, ten behoeve van de invulling van de verantwoordingsplicht van de Gemeenten overeenkomstig de artikelen 212 en 213 Gemeentewet.

  • 2.

    De Gemeenten verstrekken de Centrumgemeente tijdig alle benodigde informatie die zij voor de uitoefening van haar taken nodig heeft.

  • 3.

    Tussentijdse bestuurlijke terugkoppeling over de uitvoering van deze Centrumregeling vindt plaats via het portefeuillehoudersoverleg Wmo.

  • 4.

    De voortgangsrapportages over het verloop van het inkoopproces worden ter kennisname voorgelegd aan de colleges van de Gemeenten.

  • 5.

    De Centrumgemeente rapporteert:

    • a.

      minimaal twee keer per jaar over het zorggebruik per zorgvorm in natura en PGB, ontwikkelingen en trends en financiële stand van zaken van de Gemeenten en de Regio als geheel;

    • b.

      jaarlijks over de cliënttevredenheid Wmo voor alle producten die de regionale inkoop betreffen;

    • c.

      jaarlijks over de uitgevoerde activiteiten voor inkoop, contractmanagement, toezicht en uitvoering Regionale toegang;

    • d.

      jaarlijks over de financiële verantwoording van de uitvoeringsorganisatie en het toezicht Wmo, zoals bedoeld in artikel 13 lid 1 en 2, en een voorstel voor afrekening per Gemeente.

  • 6.

    De Gemeenten kunnen de Centrumgemeente om aanvullende inlichtingen verzoeken, voor zover het haar taak betreft.

Artikel 19 Communicatie aanbieders en Gemeenten

  • 1.

    Sturing op de keten en communicatie met aanbieders verloopt zoveel mogelijk via de Overlegtafel Wmo.

  • 2.

    De Centrumgemeente is het aanspreekpunt voor de aanbieders van de Ondersteuning Wmo en taken Wvggz voor alle taken, contractuele afspraken en vraagstukken over de uitvoering, inkoop en toezicht op grond van artikel 5 van deze regeling.

Hoofdstuk 5 Tussentijdse wijziging, toetreding, uittreding, opheffing en beëindiging

Artikel 20 Tussentijdse wijziging

  • 1.

    De colleges van de Gemeenten kunnen tussentijds aan de Centrumgemeente voorstellen doen tot wijziging van de regeling.

  • 2.

    Na een positief advies van het portefeuillehoudersoverleg Wmo over het wijzigingsvoorstel verstrekt de Centrumgemeente een daartoe strekkend voorstel aan de Gemeenten.

  • 3.

    Een wijziging is tot stand gekomen, wanneer alle colleges van de Gemeenten daartoe hebben besloten na verkregen toestemming van hun raden.

  • 4.

    Op de tussentijdse wijziging van deze regeling is artikel 27, eerste lid, van deze regeling van overeenkomstige toepassing.

Artikel 21 Tussentijdse toetreding

  • 1.

    Andere gemeenten kunnen tussentijds tot deze regeling toetreden, wanneer alle colleges van de Gemeenten daarmee hebben ingestemd na verkregen toestemming van hun raden.

  • 2.

    De Gemeenten regelen in overleg de rechten en verplichtingen die voor de toe te treden gemeente uit de regeling voortvloeien.

  • 3.

    Indien een gemeente tot de regeling wenst toe te treden, draagt deze gemeente de financiële gevolgen van deze toetreding.

  • 4.

    Op de tussentijdse toetreding tot deze regeling is artikel 27, eerste lid, van deze regeling van overeenkomstige toepassing.

Artikel 22 Tussentijdse uittreding

  • 1.

    Een Regiogemeente kan tussentijds uittreden door een besluit van het college na verkregen toestemming van de betreffende raad.

  • 2.

    Een Regiogemeente kan uitsluitend per 1 januari van een kalenderjaar uittreden.

  • 3.

    Een Regiogemeente maakt het voornemen tot uittreding minimaal één jaar van tevoren per aangetekende brief kenbaar aan de Centrumgemeente.

  • 4.

    Als een Regiogemeente uittreedt, zal die gemeente tot 1 januari 2029 de jaarlijkse uitvoeringskosten van de Centrumgemeente en de contractuele verplichtingen met aanbieders aan de Centrumgemeente blijven voldoen. Daarnaast betaalt die regiogemeente ook via de afgesproken Verdeelsleutel van de opheffings- of liquidatiebijdrage de werkelijke kosten. Deze kosten worden vastgesteld in een opheffings- of liquidatieplan.

  • 5.

    De uitgetreden Regiogemeente is verantwoordelijk voor het regelen van de overgang van de eigen inwoners van de regionaal ingekochte Ondersteuning Wmo naar elders in te kopen ondersteuning.

  • 6.

    Op de tussentijdse uittreding uit deze regeling is artikel 29, eerste lid, van deze regeling van overeenkomstige toepassing.

  • 7.

    Financiële verplichtingen die aangegaan zijn bij voorzieningen in het Specialistisch vangnet Beschermd wonen en opvang, blijven bestaan tenzij daarover nadere afspraken gemaakt worden.

Artikel 23 Tussentijdse opheffing, en beëindiging

  • 1.

    De regeling wordt tussentijds opgeheven, wanneer de colleges van alle Gemeenten dit besluiten na daartoe verkregen toestemming van hun raden.

  • 2.

    Indien de regeling tussentijds wordt opgeheven regelt de Centrumgemeente de financiële gevolgen van de opheffing in een opheffingsplan.

  • 3.

    Indien de samenwerking wordt beëindigd per 1 januari 2029 regelt de Centrumgemeente de financiële gevolgen van de beëindiging in een liquidatieplan.

  • 4.

    De Centrumgemeente registreert de werkelijke kosten die zij per jaar maakt voor het te herplaatsen personeel en declareert deze volgens de Verdeelsleutel bij de Gemeenten.

  • 5.

    De Verdeelsleutel van de opheffings- of liquidatiebijdrage is gebaseerd op het inwoneraantal van de Gemeenten.

  • 6.

    Het is in ieders belang de opheffings- of liquidatiekosten zo laag mogelijk te houden en er wordt afgesproken dat iedere gemeente een bijdrage levert aan het te herplaatsen personeel dat ingezet wordt voor uitvoering van deze Centrumregeling.

  • 7.

    De bijdrage aan de opheffings- of liquidatiekosten voor alle Gemeenten komt te vervallen als al het personeel is herplaatst met dien verstande dat financiële verplichtingen die zijn aangegaan bij voorzieningen in het Specialistisch vangnet Beschermd wonen en opvang, blijven bestaan, tenzij daarover nadere afspraken worden gemaakt.

  • 8.

    Op de tussentijdse opheffing van deze regeling is artikel 27, eerste lid, van deze regeling van overeenkomstige toepassing.

Hoofdstuk 6 Overige bepalingen

Artikel 24 Geschillen

Onverminderd het bepaalde in artikel 28 Wgr, verplichten de Gemeenten zich om in geval van geschillen over de inhoud en uitvoering van deze regeling met elkaar in overleg te treden, waarbij zal worden getracht dergelijke geschillen in der minne te beslechten.

Artikel 25 Privacy

Gemeenten waarborgen, als verwerkingsverantwoordelijken in de zin van de Algemene Verordening Gegevensbescherming, dat bij de onderlinge gegevensuitwisseling de vigerende privacywetgeving wordt nageleefd.

Artikel 26 Evaluatie

  • 1.

    Deze regeling en de uitvoering daarvan wordt voor 1 juli 2027 geëvalueerd.

  • 2.

    Eind 2025 voeren we een tussentijdse evaluatie uit.

  • 3.

    De evaluatie en tussenevaluatie vinden plaats onder verantwoordelijkheid van het portefeuillehoudersoverleg Wmo.

  • 4.

    De evaluatie resulteert in een evaluatieverslag dat wordt aangeboden aan de colleges van de Gemeenten.

  • 5.

    De colleges van de Gemeenten brengen het evaluatieverslag en hun zienswijzen daarbij onder de aandacht van hun raden.

Artikel 27 Inwerkingtreding en duur van de regeling

  • 1.

    De regeling treedt in werking op de eerste dag na bekendmaking van de regeling in het gemeenteblad door de Centrumgemeente.

  • 2.

    De regeling wordt aangegaan voor de duur van vijf jaar en eindigt derhalve van rechtswege op 31 december 2028.

  • 3.

    Deze Centrumregeling kan na 31 december 2028 steeds met 1 jaar verlengd worden, na instemming van alle Gemeenten tenminste 1 jaar voor de startdatum van de beoogde verlenging.

  • 4.

    De Gemeenten beslissen voor 1 januari 2028 of de gezamenlijke inkoop in 2029 en volgende jaren wordt voortgezet en voor welk deel van de Wmo en de Wvggz dat gebeurt.

Artikel 28 Slotbepaling

In alle gevallen waarin deze regeling niet voorziet, treedt de Centrumgemeente met de betreffende Regiogemeente(n) in overleg. Dit wordt geagendeerd tijdens de eerstvolgende bijeenkomst van het portefeuillehoudersoverleg Wmo.

Artikel 29 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Centrumregeling Wmo Brabant Noordoost-oost 2024.

Aldus vastgesteld door het college van de gemeente d.d.

Namens de gemeente Bernheze

… , wethouder

Aldus vastgesteld door het college van de gemeente d.d.

Namens de gemeente Boekel

…., wethouder

Aldus vastgesteld door het college van de gemeente d.d.

Namens de gemeente Land van Cuijk

…., wethouder

Aldus vastgesteld door het college van de gemeente d.d.

Namens de gemeente Maashorst

…, wethouder

Aldus vastgesteld door het college van de gemeente d.d.

Namens de gemeente Oss

…, wethouder

Bijlage 1 Verdeelsleutel

 

Bron: CBS Statline

 

Gemeenten

Inwoners 1-1-2022

Procentuele verdeling

Bernheze

31.715

11%

Boekel

11.030

4%

Land van Cuijk

90.707

32%

Maashorst

58.362

20%

Oss

93.307

33%

Totaal

285121

100%