| Organisatie | Sluis |
|---|---|
| Organisatietype | Gemeente |
| Officiële naam regeling | Beleidsregels Ventbeleid gemeente Sluis |
| Citeertitel | |
| Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
| Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
| Eigen onderwerp |
Geen
Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Sluis
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
|---|---|---|---|---|---|
| 01-01-2017 | nieuwe regeling | 25-10-2016 ZVA 9 november 2016 |
Straat- of ambulante handel brengt dynamiek en levendigheid in het straatbeeld en kan op een positieve manier bijdragen aan de leefbaarheid in kleine kernen. Het is daarbij van belang dat de uitstraling van de straathandel ook past binnen de kwaliteit en het karakter van de openbare ruimte. Ambulante handel komt voor in verschillende vormen en vindt plaats tijdens week- en jaarmarkten en evenementen, maar ook op wisselende of vaste plekken in de gemeente Sluis.
In de APV wordt onderscheid gemaakt tussen enerzijds venten en anderzijds het innemen van een standplaats. Standplaatsen zijn vaste plekken in de gemeente waar ambulante handelaren waren kunnen verkopen vanuit een mobiele kraam of kar. Venten gebeurt met een kar of rijdende winkel, waarbij niet langer op een plek wordt stilgestaan dan er klanten zijn. Bovenstaande betekent dat men niet langdurig op één plaats mag blijven staan. Wat van belang is bij venten, is dat de “venter” in beweging is. Het komt erop neer dat de venter zijn goederen “voortdurend” vanaf een “andere” plaats aan willekeurige voorbijgangers aanbiedt. Tijdelijk “stilstaan” in afwachting van klanten is daarom geen venten. Ingevolge een uitspraak van de Hoge Raad mag men bij het venten niet langer dan tien minuten op één plaats blijven staan.
Ten aanzien van standplaatsen, niet zijnde standplaatsen op week- en jaarmarkten en evenementen, heeft het college van de gemeente Sluis regels vastgesteld in de beleidsnotitie Voorwerpen in de openbare ruimte. De beleidsnotitie welke u nu leest ziet alleen op het stellen van regels ten aanzien van venten.
Het wettelijk kader omtrent venten is terug te vinden in de vigerende Algemene Plaatselijke Verordening van de gemeente Sluis (hierna: APV) en wel in de hierna opgesomde artikelen.
1. In deze afdeling wordt onder venten verstaan: het in de uitoefening van de ambulante handel te koop aanbieden, verkopen of afleveren van goederen dan wel diensten op een openbare en in de open lucht gelegen plaats of aan huis;
2. Onder venten wordt niet verstaan:
a. het aan huis afleveren van goederen door of vanwege degene die dit doet ter exploitatie van zijn winkel als bedoeld in artikel 1 van de Winkeltijdenwet;
b. het te koop aanbieden, verkopen of afleveren van goederen dan wel het aanbieden van diensten op jaarmarkten en markten als bedoeld in artikel 160, eerste lid, onder h, van de Gemeentewet of op snuffelmarkten als bedoeld in artikel 5:22;
c. het te koop aanbieden, verkopen of afleveren van goederen dan wel het aanbieden van diensten op een standplaats als bedoeld in artikel 5:17.
1. Het is verboden zonder vergunning van het bevoegd orgaan in de uitoefening van handel op of aan de weg of aan een openbaar water, aan een huis dan wel op een andere, al dan niet met enige beperking, voor het publiek toegankelijke en in de openlucht gelegen plaats goederen te koop aan te bieden, te verkopen of af te geven dan wel diensten aan te bieden.
2. Het in het eerste lid gestelde verbod geldt niet:
a. ten aanzien van het te koop aanbieden, verkopen of afleveren van gedrukte of geschreven stukken waarin gedachten of gevoelens worden geopenbaard als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de Grondwet;
b. voor het aan de huizen van vaste afnemers afleveren van goederen door - of door huisgenoten of personeel van - hem die dit mede doet ter exploitatie van zijn winkel, bedoeld in artikel 1 van de Winkeltijdenwet;
c. voor het te koop aanbieden of verkopen van goederen op de plaats die is aangewezen voor het houden van een markt, zulks gedurende de tijden waarop die markt gehouden wordt;
d. voor het te koop aanbieden, verkopen of afleveren van goederen op een standplaats bedoeld in artikel 5:17.
3. Het college kan organisaties aanwijzen waarvoor het in het eerste lid gestelde verbod niet van toepassing is.
4. Een vergunning bedoeld in het eerste lid kan worden geweigerd:
a. in het belang van de openbare orde;
b. in het belang van het voorkomen of beperken van overlast;
c. in het belang van de verkeersvrijheid of -veiligheid;
d. wanneer als gevolg van bijzondere omstandigheden in de gemeente of in een deel der gemeente redelijkerwijs te verwachten is dat door het verlenen van de vergunning een redelijk verzorgingsniveau voor de consumenten ter plaatse in gevaar komt.
5. Op de vergunning is paragraaf 4.1.3.3 Awb (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) niet van toepassing.
Artikel 5:16 Vrijheid van meningsuiting
1. Het verbod als bedoeld in artikel 5:15, eerste lid geldt niet voor venten met gedrukte of geschreven stukken waarin gedachten en gevoelens worden geopenbaard als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de Grondwet .
2. Het college kan de vrijheid van meningsuiting als bedoeld in het eerste lid beperken door een verbod in te stellen:
a. op door het college aangewezen openbare plaatsen, of
b. voor bepaalde dagen en uren.
3. Het college kan ontheffing verlenen van het verbod als bedoeld in het tweede lid.
4. Op de ontheffing is paragraaf 4.1.3.3 Awb (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) niet van toepassing.
Verder zijn de volgende APV-artikelen van toepassing:
Artikel 1:6 Intrekking of wijziging van vergunning of ontheffing
De vergunning of ontheffing kan worden ingetrokken of gewijzigd:
a. indien ter verkrijging daarvan onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt;
b. indien op grond van een verandering van de omstandigheden of inzichten opgetreden na het verlenen van de ontheffing of vergunning, intrekking of wijziging noodzakelijk is vanwege het belang of de belangen ter bescherming waarvan de vergunning of ontheffing is vereist;
c. indien de aan de vergunning of ontheffing verbonden voorschriften en beperkingen niet zijn of worden nagekomen;
d. indien van de vergunning of ontheffing geen gebruik wordt gemaakt binnen een daarin gestelde termijn dan wel, bij het ontbreken van een gestelde termijn, binnen een redelijke termijn;
e. indien de houder dit verzoekt.
De vergunning of ontheffing kan door het bevoegd gezag of het bevoegde bestuursorgaan worden geweigerd in het belang van:
3. Locaties voor ventvergunningen
Ventvergunningen kunnen worden verleend voor elke kern van de gemeente. Venten in het buitengebied is toegestaan, tenzij de verkeersveiligheid in gevaar komt. Venten op het strand, bij duinovergangen, in het duingebied of op parkeerterreinen aan de kust is niet toegestaan. Voor de kern Sluis noopt de toeristische aantrekkingskracht en de infrastructuur er toe een uitzondering te maken voor wat betreft het winkelgebied. Dit is ook in het verleden steeds gebeurd. Mobiele verkoopwagens brengen de verkeersveiligheid in deze gebieden in het gedrang. De kust en het winkelgebied van de kern Sluis worden zo druk bezocht, dat als zich eenmaal klanten aanmelden, de verkoopwagen genoodzaakt is langer stil te staan om aan de vraag te voldoen, waardoor de verkeersveiligheid in het gedrang komt. Deze problematiek is alleen te voorkomen door het kustgebied en in de kern Sluis het winkelgebied uit te blijven sluiten van ventactiviteiten.
Brancheverdeling ventvergunningen
Reeds in 2005 is besloten de brancheverdeling voor het venten los te laten en uit te gaan van het mechanisme van de marktwerking. Deze beleidslijn wordt in deze notitie voortgezet. Het college is van mening dat de marktwerking een overaanbod zal corrigeren. De huidige praktijk wijst uit het venten “oude stijl” een teruglopend fenomeen is, met uitzondering van het venten met ijs. Wel is een toename te zien van venten “nieuwe stijl”. Hierbij is te denken aan promotieacties of donateurwervingen en het aan de deur aanbieden van commerciële contracten of diensten. Echter, dergelijke activiteiten zijn niet altijd aan te merken als venten zoals omschreven in de APV. Hierna worden de meest voorkomende activiteiten omschreven.
Een actie om donateurs te werven is feitelijk een actie om geld in te zamelen waarbij wordt gewerkt met een vorm van intekenlijsten, doorgaans machtigingen. Deze activiteit moet volgens de APV gelijk worden gesteld aan een collecte.
Een stichting met een ideëel doel, die langs de deuren gaat om handtekeningen te verzamelen en informatie te verstrekken heeft geen ventvergunning nodig. Het doel heeft niets te maken met een collectevergunning op grond van de APV te maken (er wordt geen geld ingezameld). Omdat er geen sprake is van handel vallen ook de APV-artikelen met betrekking tot venten buiten gebruik. Als er alleen met lijsten wordt gewerkt in combinatie met mondelinge uitleg kan de actie zonder vergunning plaatsvinden.
Een activiteit waarbij aan voorbijgangers gratis artikelen worden uitgedeeld (samplen), valt niet onder “venten”. In de APV is hiervoor nog niets geregeld en moet er formeel een standplaatsvergunning worden aangevraagd.
Venten ten behoeve van locale verenigingen
Ten aanzien van het venten (hierbij is te denken aan jaarlijkse wafel-acties of paaseierenverkoop) door locale sportverenigingen of locale onderwijsinstellingen, acht het college de tijd rijp om de vergunningplicht hiervoor af te schaffen. Dit wordt meegenomen in een notitie inzake de aanwijzingsbesluiten op grond van de APV.
Als tijden worden aangehouden:
Venten aan de deur: maandag t/m zaterdag van 08:00 tot 20:00.
Venten niet aan de deur: maandag t/m zondag van 08:00 tot 22:00.
Op de dagen dat het in de betreffende kern (week)markt is, mag u geen gebruik maken van de ventvergunning in de directe omgeving (op een afstand van minder dan 100 meter) van het gebied dat als marktterrein is aangewezen. Evenmin mag u venten bij of in de directe omgeving (op een afstand van minder dan 100 meter) van scholen en supermarkten.
Venten is tijdens evenementen alleen toegestaan indien hiervoor overeenstemming is bereikt met de vergunninghouder van het evenement.
Ventvergunningen worden voor een looptijd van 5 jaar verleend. De ondernemer die het eerst op een ventgebied aanspraak maakt, heeft het zogenaamde eerste recht voor de aangevraagde dag(en). Een tweede ondernemer kan de volgende dag(en) opvullen, een derde de volgende enz. Aan eenzelfde vergunninghouder wordt maximaal voor 2 dagen per week per ventgebied een vergunning verleend. Aanvragen dienen vanaf 1 oktober tot uiterlijk 1 december in het voorafgaande kalenderjaar bij het college ingediend te worden. Indien een ondernemer daar niet aan voldoet, wordt de vergunning vergeven aan een andere ondernemer.
Conform de vigerende Legesverordening worden leges in rekening gebracht.
De vergunninghouder dient zich te houden aan het bepaalde in de vergunning. De vergunning kan tijdelijk of definities worden ingetrokken wanneer de venter zich ook na gewaarschuwd te zijn, niet houdt aan het bepaalde in de vergunning. De vergunning kan ook worden ingetrokken indien de venter gedurende 1 maand, zonder opgaaf van reden, geen gebruik maakt van de vergunning. Bij het college gemelde klachten aangaande venters worden altijd nagetrokken en kunnen leiden tot intrekking van de vergunning.
Ten tijde van de inwerkingtreding van deze beleidsregels geldende vergunningen behouden hun geldigheid gedurende de termijn waarvoor ze zijn afgegeven. Geldende individuele afbouwregelingen worden gehandhaafd.
In dit nieuwe beleid legt de gemeente Sluis de regels rondom het venten opnieuw vast. Voortschrijdend inzicht, ontwikkelingen, veranderde wet- en regelgeving en de grote aantrekkingskracht die de gemeente Sluis op ondernemers blijft uitoefenen, maakt dat de keuze is gemaakt het beleid te vernieuwen, optimaliseren en dereguleren. Voorafgaand aan de vaststelling zijn de bij dit beleid betrokken partijen, waaronder ondernemers- en middenstandsverenigingen, in de gelegenheid gesteld commentaar op de nadere regels te geven. Vanwege de minimale inhoudelijke veranderingen van het beleid is deze herziening van ondergeschikt belang te noemen en is er bij de vaststelling van het beleidsstuk voor gekozen niet de formele inspraakprocedure zoals deze is vastgelegd in de Inspraakverordening gemeente Sluis te volgen, doch, de importantie van de inbreng van ondernemers bij dit beleidsstuk te erkennen door deze in een informele procedure bij de voorbereiding van dit beleidsstuk te betrekken.
Zodra de beleidsregels uit de voorliggende notitie zijn vastgesteld en de effecten zichtbaar zijn geworden vind 1 jaar na dato van de vaststelling een evaluatie plaats. Indien daartoe aanleiding bestaat, zal het beleid eerder aangepast worden.