Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Losser

Nadere regels gemeentelijke begraafplaats Bookholtlaan gemeente Losser

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieLosser
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingNadere regels gemeentelijke begraafplaats Bookholtlaan gemeente Losser
CiteertitelNadere regels gemeentelijke begraafplaats Bookholtlaan gemeente Losser
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpmilieu
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

24-10-2023nieuwe regeling

29-08-2023

gmb-2023-450945

21.0022086

Tekst van de regeling

Intitulé

Nadere regels gemeentelijke begraafplaats Bookholtlaan gemeente Losser

Het college van burgemeester en wethouders van Losser;

 

Gelezen het voorstel van 8 augustus 2023 (nummer 21.0022086)

 

 

BESLUIT:

 

 

vast te stellen de navolgende:

 

Nadere regels gemeentelijke begraafplaats Bookholtlaan gemeente Losser

Artikel 1. Begripsbepalingen

Alle begrippen die in deze nadere regels worden gebruikt hebben dezelfde betekenis als in de Beheersverordening gemeentelijke begraafplaats Bookholtlaan gemeente Losser.

Artikel 2. Openstelling begraafplaatsen

  • 1.

    De begraafplaats is voor een ieder dagelijks toegankelijk van zonsopgang tot zonsondergang.

  • 2.

    Voor werkzaamheden aan graven is de begraafplaats geopend op werkdagen van 8.00 uur tot 16.00 uur.

  • 3.

    Voor werkzaamheden op de begraafplaats kan de beheerder de begraafplaats of een deel van de begraafplaats tijdelijk sluiten.

Artikel 3. Aantal overledenen in graven en asvoorzieningen

  • 1.

    Per particulier graf mag maximaal één overledene worden begraven en maximaal twee asbussen worden bijgezet. De rechthebbende bepaalt wie wordt begraven en bijgezet.

  • 2.

    Per algemeen graf mag maximaal één overledene worden begraven. Bijzetting van asbussen is niet toegestaan. De houder van de begraafplaats bepaalt wie wordt begraven.

Artikel 4. Reserveringen

  • 1.

    Het reserveren van een particulier graf kan voor een periode van twintig jaar. Ingangsdatum is de datum van uitgifte van het grafrecht, waarbij het grafrecht pas ingaat na betaling van het verschuldigde recht.

  • 2.

    Het reserveren van een dubbelgraf is alleen mogelijk bij gelijktijdige uitgifte van beide grafrechten.

  • 3.

    Het reserveren van een particulier urnengraf kan voor een periode van twintig jaar. Ingangsdatum is de datum van uitgifte van het grafrecht, waarbij het grafrecht pas ingaat na betaling van het verschuldigde recht.

  • 4.

    De beheerder bepaalt welke delen van de begraafplaats en welke graven in aanmerking komen voor reserveringen.

  • 5.

    Het in het eerste lid van dit artikel bedoelde recht wordt op aanvraag van de rechthebbende verlengd met een termijn tien jaar, mits de aanvraag voor het verstrijken van de lopende termijn wordt ingediend.

Artikel 5. Afmetingen van de graven

De maximale afmetingen voor een graf en urnenplaats zijn:

  • a.

    de afmeting van een particulier graf op nieuwe begraafvakken bedraagt 250 x 120 cm (l x b);

  • b.

    de afmeting van een particulier kindergraf voor kinderen jonger dan 1 jaar bedraagt ca. 60 x 40 cm (l x b);

  • c.

    de afmeting van een algemeen graf bedraagt 250 x 120 cm (l x b);

Artikel 6: Termijnen particuliere graven

  • 1.

    Particuliere graven worden uitgegeven voor een termijn van twintig jaar, voor zover de daartoe bestemde ruimte van de begraafplaats dat toelaat.

  • 2.

    Particuliere urnengraven worden uitgegeven voor een termijn van twintig jaar voor zover de daartoe bestemde ruimte van de begraafplaats dat toelaat.

  • 3.

    Het in het eerste en tweede lid van dit artikel bedoelde recht wordt op aanvraag van de rechthebbende verlengd met een termijn van tien jaar mits de aanvraag voor het verstrijken van de lopende termijn wordt ingediend.

  • 4.

    Tussentijdse verlenging van grafrechten per jaar is mogelijk indien bij een bijzetting de resterende termijn korter is dan de vereiste grafrusttermijn van 10 jaar. Het tarief bedraagt een tiende deel per te verlengen jaar, uitgaande van het vastgestelde tarief van een verlenging met 10 jaar.

  • 5.

    Algemene graven worden uitgegeven voor een termijn van tien jaar, voor zover de daartoe bestemde ruimte van de begraafplaats dat toelaat en alleen indien het een uitvaart op kosten van de gemeente betreft.

Artikel 7. Overschrijving van verleende grafrechten

  • 1.

    Na het overlijden van de rechthebbende dient het grafrecht binnen zes maanden te worden overgeschreven op naam van een nieuwe rechthebbende.

  • 2.

    Wanneer nabestaanden ontbreken, kan de rechthebbende bij laatste wil of bij notariële akte bepalen dat de rechten worden overgeschreven op naam van de notaris die de nalatenschap beheert, een stichting voor grafzorg of een kerkgenootschap.

  • 3.

    Het college wordt op de hoogte gesteld van het overschrijven van de grafrechten, onder opgave van de nieuwe rechthebbende.

  • 4.

    Het college kan in bijzondere gevallen van het bepaalde in de voorgaande leden afwijken.

Artikel 8. Melding en vergunning grafbedekking

  • 1.

    De melding tot het plaatsen, aanbrengen of wijzigen van een grafbedekking op een (urnen-)graf, urnenplaats en gedenkplaats moet schriftelijk worden gedaan bij het college, uiterlijk een maand voor plaatsing. Het verzoek dient te bevatten:

    • a.

      NAW-gegevens van de rechthebbende van het graf, de urnenplaats of de gedenkplaats;

    • b.

      de naam en het adres van de aanvrager indien deze een ander is dan de rechthebbende en tevens de toestemming van de betreffende rechthebbende om eigenaar van de grafbedekking te zijn;

    • c.

      de ligging (grafveld) en nummer van het graf;

    • d.

      naam en adres van degene die de te verrichten werkzaamheden op de begraafplaats uitvoert;

    • e.

      een werktekening (in tweevoud), schaal 1:10, waarin aangegeven:

      • een boven-, voor- en zijaanzicht met alle hoogte-, breedte-, dikte- en lengtematen;

      • de soort en kleur van het materiaal van het gedenkteken en de bewerking ervan;

      • de vermelding of de letters en/of tekens, ingehakt, opgehakt of van een ander materiaal zijn;

      • de woordindeling van het opschrift en de plaats van de figuratie(s);

      • de soort van het materiaal van de fundering en de wijze van bevestiging van het gedenkteken daarop;

      • de soort vaste planten indien het een levende grafbedekking betreft.

  • 2.

    Voor gewenste grafbedekkingen die niet voldoen aan de voorwaarden van artikel 10 van de nadere regels, ornamenten voor op het (urnen-)graf, een bovengrondse urnenplaats of een gedenkplaats inbegrepen, is een vergunning vereist.

  • 3.

    De aanvraag voor de vergunning dient de in eerste lid genoemde gegevens te bevatten.

  • 4.

    De beslissing op de vergunningaanvraag wordt door het college schriftelijk meegedeeld.

Artikel 9. Voorwaarden voor monumenten en gedenktekens

  • 1.

    Voor monumenten en gedenktekens mogen alleen duurzame materialen worden gebruikt, zoals natuursteen, metaal, keramiek, duurzame kunststoffen, verduurzaamde houtsoorten en gehard glas met een minimale dikte van 3 cm.

  • 2.

    De lengte en de breedte van de grafbedekking, de daarop geplaatste monumenten en ornamenten inbegrepen, mogen de afmetingen van het (urnen-)graf, bovengrondse urnenplaats en gedenkplaats niet overschrijden.

  • 3.

    De grafbedekking en de daarop geplaatste monumenten en ornamenten moeten minimaal 20 centimeter smaller zijn dan het (urnen-)graf.

  • 4.

    Monumenten en gedenktekens moeten geplaatst worden op een fundament of afdekplaat die verzakkingen van het monument uitsluiten.

  • 5.

    Voor het plaatsen van monumenten en gedenktekens op een graf gelden de volgende maximale afmetingen, gemeten in centimeters vanaf het maaiveld: maximaal 200 x 90 x 150 cm (l x b x h).

  • 6.

    Voor het plaatsen van monumenten en gedenktekens op een dubbel graf gelden de volgende maximale afmetingen, gemeten in centimeters vanaf het maaiveld: maximaal 200 x 180 x 150 cm (l x b x h).

  • 7.

    Voor het plaatsen van monumenten en gedenktekens op een kindergraf gelden de volgende maximale afmetingen, gemeten in centimeters vanaf het maaiveld:

    • a.

      kindergraven voor kinderen van 1 tot 12 jaar maximaal 200 x 90 x 150 centimeter (l x b x h);

    • b.

      kindergraven voor kinderen jonger dan 1 jaar, maximaal 60 x 40 x 60 centimeter (l x b x h).

  • 8.

    Voor het plaatsen van monumenten en gedenktekens op een urnengraf gelden de volgende maximale afmetingen, gemeten in centimeters vanaf het maaiveld: 50 x 50 x 60 cm (l x b x h).

  • 9.

    De in het vijfde, zesde, zevende en achtste lid genoemde monumenten en gedenktekens moeten vast aan elkaar en/of afzonderlijk bevestigd of gefundeerd worden.

  • 10.

    Sierurnen moeten stevig verankerd worden op een bijpassende grondplaat of sokkel, zodanig dat verwijdering door onbevoegden wordt voorkomen.

  • 11.

    Bodembedekking of strooibedekking, zoals grind en schelpen zijn alleen toegestaan binnen een deugdelijke omranding van minimaal 10 cm hoogte boven het maaiveld en indien voorzien van een bodemplaat.

  • 12.

    In specifieke situaties kan het college afwijken van de in het vijfde, zesde, zevende en achtste lid genoemde afmetingen. Een vergunningaanvraag daartoe wordt beoordeeld op inpasbaarheid binnen het betreffende begraafvak.

  • 13.

    Op oudere delen van de begraafplaats kunnen de in het vijfde, zesde, zevende en achtste lid genoemde afmetingen afwijken indien de beschikbare ruimte voor de grafbedekking dit niet toelaat. De beheerder bepaalt de maximale afmetingen.

  • 14.

    De namen van leveranciers, ontwerpers of uitvoerders van gedenktekens mogen alleen aan de achterkant van het gedenkteken worden aangebracht, in de vorm van een klein koperen of bronzen naamplaatje van maximaal 2 x 4 centimeter.

  • 15.

    Gedenkplaatjes mogen tekstueel en figuratief vrijelijk worden ingevuld.

  • 16.

    Op algemene graven wordt van gemeentewege een gedenkteken met naam en overlijdensdatum geplaatst.

Artikel 10. Onderhoud door rechthebbende/gebruiker

  • 1.

    Onder onderhoud wordt verstaan het schoonmaken van het monument of gedenkteken, het verven of vergulden van letters en andere figuraties op het monument of gedenkteken, het verwijderen van spontaan opkomende kruiden of zaailingen op de grafbedekking, het rechtzetten van verzakkingen van het monument of gedenkteken en het uitvoeren van overige herstellingen van het monument of gedenkteken.

  • 2.

    Voor het schoonmaken van het monument en gedenktekens zijn alleen biologisch afbreekbare middelen toegestaan.

  • 3.

    Het afval dat vrij komt bij het onderhoud (groenafval en verpakkingsmaterialen) dient door eenieder in de daarvoor aanwezige afvalbakken te worden gedeponeerd.

Artikel 11. Grafbeplanting

  • 1.

    De beplanting op een graf moet binnen de afmeting van het graf blijven en mag niet hoger worden dan de maximaal toegestane hoogte van 80 cm.

  • 2.

    Verboden zijn niet kruidachtige en sterk woekerende planten, zoals klimop en bamboe, invasieve exoten en planten met stekels en doornen.

Artikel 12. Losse bloemen, planten en ornamenten

  • 1.

    Het plaatsen op graven van losse bloemen in steekvazen en planten in potten of bakken is toegestaan, mits geplaatst binnen de maximale afmetingen van de grafbedekking. Glazen vazen en voorwerpen waarin glas verwerkt is, zijn vanuit veiligheidsoogpunt niet toegestaan.

  • 2.

    Ornamenten, linten en dergelijke die na een teraardebestelling op het graf worden achtergelaten moeten binnen vier weken na de dag van de teraardebestelling door de rechthebbende of de gebruiker worden verwijderd. Indien niet aan de genoemde termijn voldaan wordt heeft de beheerder het recht om deze ongevraagd te verwijderen, zonder dat deze tot enige vergoeding verplicht is.

  • 3.

    Linten, siervazen en dergelijke voorwerpen worden gedurende zes weken na een begrafenis ter beschikking gehouden van de rechthebbende, indien deze daartoe tevoren een verzoek heeft ingediend bij de beheerder.

  • 4.

    De beheerder is gerechtigd om losse voorwerpen, buiten de toegestane afmetingen groeiende planten, verwelkte bloemen en dode planten te verwijderen indien de rechthebbende of gebruiker dat niet tijdig zelf doet, zonder dat deze tot enige vergoeding verplicht is.

Artikel 13. Plaatsen grafbedekking

  • 1.

    Voor plaatsing van de grafbedekking is toestemming nodig van de beheerder.

  • 2.

    De grafbedekking met toebehoren moet volgens aanwijzingen van de beheerder worden geplaatst. Alle sporen van afval, ontstaan door of ten gevolge van plaatsingswerkzaamheden, moeten worden opgeruimd.

Artikel 14. Crematie en herbegraven na ruiming

Transport van stoffelijke resten voor crematie of herbegraving elders buiten de begraafplaats is alleen toegestaan door medewerkers van de begraafplaats zelf, een erkende uitvaartonderneming of een erkend gespecialiseerd bedrijf.

Artikel 15. Slotbepalingen

Deze nadere regels treden in werking op de datum van inwerkingtreding van de Beheersverordening gemeentelijke begraafplaats Bookholtlaan te Losser.

Artikel 16. Citeertitel

Deze nadere regels worden aangehaald als “Nadere regels gemeentelijke begraafplaats Bookholtlaan gemeente Losser”.

Losser, 29 augustus 2023

Het college van burgemeester en wethouders van Losser;

secretaris,

drs. J. van Dam

burgemeester,

ir. C.A.M. Kroon