Artikel 1 Begripsbepalingen
- 1.
In deze beleidsregels wordt verstaan onder:
- a.
aanvrager: belanghebbende en – indien van toepassing - diens gehuwde;
- b.
bijstandsnorm: de voor de aanvrager van toepassing zijnde norm als bedoeld in de artikelen 21 en 22 van de Participatiewet, waarbij geen rekening wordt gehouden met kostendeling en verlaging van de bijstand vanwege lagere of ontbrekende woonlasten;
- c.
college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Krimpenerwaard;
- d.
energietoeslag: eenmalige tegemoetkoming voor de energiekosten in een huishouden in de vorm van categoriale bijzondere bijstand als bedoeld in artikel 35 van de Participatiewet;
- e.
hoofdbewoner: de hoofdhuurder of (mede)eigenaar van de woonruimte die voldoet aan het bepaalde in artikel 11 van de Wet op de huurtoeslag.
- f.
huishouden: een alleenstaande als bedoeld in artikel 4 van de Participatiewet of een gezin als bedoeld in artikel 4 van de Participatiewet in samenhang gelezen met artikel 3 van de Participatiewet;
- g.
inkomen: totaal van het inkomen, bedoeld in artikel 31, 32 en 33 van de Participatiewet en artikel 8 van de IOAW en artikel 8 van de IOAZ;
- h.
IOAW: Wet Inkomensvoorziening voor oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers;
- i.
IOAZ: Wet Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen;
- j.
minimaregeling: de minimaregelingen zoals opgenomen in de Verordening Werk, Participatie en Inkomen Krimpenerwaard 2022 en de Beleidsregels Werk, Participatie en Inkomen Krimpenerwaard 2023.
- k.
peildatum: 1 oktober 2023;
- l.
peilmaand: de kalendermaand voorafgaand aan de maand waarin de aanvraag of – bij wisselend inkomen – de drie kalendermaanden voorafgaand aan de maand waarin de aanvraag is gedaan.
- 2.
Voor zover niet anders bepaald, worden de begrippen in deze beleidsregels gebruikt in dezelfde betekenis als in de Beleidsregels Werk, Participatie en Inkomen Krimpenerwaard 2023, Participatiewet, of de Algemene wet bestuursrecht en in deze volgorde van belangrijkheid.
Artikel 2 Doelgroep
- 1.
De Energietoeslag 2023 is bedoeld voor de aanvrager:
- •
die hoofdbewoner is van de woning en een energiecontract heeft of via de servicekosten kosten maakt voor gas en elektriciteit;
- •
met een (gezamenlijk) inkomen dat niet hoger is dan 130% van de op het huishouden betrekking hebbende bijstandsnorm. Hierbij wordt rekening gehouden met het inkomen dat overblijft na schuldregeling of beslag;
- 2.
Voor de toepassing van deze regeling wordt het vermogen niet in aanmerking genomen.
Artikel 3 Hoogte, uitbetaling en terugvordering
- 1.
De Energietoeslag 2023 bedraagt € 1.300, - en wordt slechts eenmaal per huishouden verstrekt.
- 2.
De Energietoeslag 2023 wordt in één keer uitbetaald.
- 3.
Het college maakt geen gebruik van de mogelijkheid tot terugvordering op grond van artikel 58, tweede lid van de wet.
Artikel 4 Ambtshalve toekenning en aanvraag
- 1.
Huishoudens ontvangen de Energietoeslag 2023 ambtshalve als zij:
- •
Op peildatum van de gemeente een uitkering voor levensonderhoud ontvingen volgens de Participatiewet (incl. Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004)), IOAW, IOAZ en Aanvullende Inkomensvoorziening Ouderen, of;
- •
In de periode van 1 januari 2023 tot 1 oktober 2023 een minimaregeling van de gemeente toegekend hebben gekregen, of;
- •
In de periode van 1 januari 2023 tot 1 oktober 2023 bijzondere bijstand van de gemeente toegekend hebben gekregen, of;
- •
De Energietoeslag 2022 ontvingen en op dat moment AOW-gerechtigd op grond van de Algemene Ouderdomswet waren.
- 2.
Huishoudens die niet in aanmerking komen voor een ambtshalve toekenning van de Energietoeslag 2023 kunnen vanaf 16 oktober 2023 een aanvraag indienen via het daartoe bestemde aanvraagformulier.
- 3.
Een aanvraag voor de Energietoeslag 2023 kan worden ingediend tot en met 30 juni 2024.
- 4.
Bij de aanvraag wordt in ieder geval overgelegd:
- •
kopie van een identiteitsbewijs (geen rijbewijs); en,
- •
bewijs van het inkomen van de peilmaand.
- 5.
Het college kan, indien vereist voor de beoordeling van de aanvraag, nadere stukken opvragen bij aanvrager.
Artikel 6 Hardheidsclausule
Het college handelt overeenkomstig de beleidsregel, tenzij dat voor de aanvrager gevolgen zou hebben die wegens bijzondere omstandigheden onevenredig zijn in verhouding tot de met de beleidsregel te dienen doelen.
Artikel 7 Inwerkingtreding en duur beleidsregels
- 1.
De beleidsregels treden met terugwerkende kracht in werking met ingang van 11 oktober 2023.
- 2.
De Beleidsregels Eenmalige energietoeslag voor lage inkomens Krimpenerwaard 2022, welke is vastgesteld op 19 juli 2022, worden hierbij ingetrokken, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op de energietoeslag die op grond van deze beleidsregels is verstrekt.
- 3.
Deze beleidsregels vervallen op 1 januari 2025, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op de energietoeslag die op grond van deze beleidsregels is verstrekt, alsmede op volledige ingediende aanvragen voor de inwerkingtreding van deze beleidsregels.
Artikel 8 Citeertitel
Deze beleidsregels worden aangehaald als: Beleidsregels Energietoeslag 2023.