| Organisatie | Dinkelland |
|---|---|
| Organisatietype | Gemeente |
| Officiële naam regeling | Alcoholverordening gemeente Dinkelland 2023 |
| Citeertitel | Alcoholverordening gemeente Dinkelland 2023 |
| Vastgesteld door | gemeenteraad |
| Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
| Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt de Drank- en Horecaverordening gemeente Dinkelland 2013.
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
|---|---|---|---|---|---|
| 17-10-2023 | nieuwe regeling | 26-09-2023 | 823496 |
Hoofdstuk 2. Bepalingen voor paracommerciële inrichtingen
Artikel 3 Privébijeenkomsten en bijeenkomsten derden
Het is verboden om de mogelijkheid tot het houden (waaronder inbegrepen de verhuur van het pand en inventaris) van bijeenkomsten van persoonlijke aard en bijeenkomsten die gericht zijn op personen die niet of niet rechtstreeks bij de activiteiten van de desbetreffende rechtspersoon betrokken zijn, als bedoeld in het eerste lid en tweede lid van dit artikel, openlijk aan te prijzen of onder de aandacht te brengen.
Artikel 4 Verbod verstrekken sterke drank
Het is verboden in paracommerciële inrichtingen sterke drank te verstrekken.
Hoofdstuk 4. Toelichting Alcoholverordening
Deze verordening bevat medebewindbepalingen die zijn gebaseerd op de artikelen 4, 25a, 25b, 25c en 25d van de Alcoholwet.
Gelet op de naamswijziging van de Drank- en Horecawet naar de Alcoholwet is ervoor gekozen om ook de Drank- en Horecaverordening te wijzigen naar de Alcoholverordening.
Oneerlijke mededinging (concurrentie) met commerciële horecabedrijven
Volgens artikel 4, derde lid, van de Alcoholwet moeten bij verordening in ieder geval regels worden gesteld om oneerlijke mededinging voorkomen. Paracommerciële rechtspersonen moeten zich hieraan houden bij de verstrekking van (zwak) alcoholhoudende dranken. Bij het opstellen van deze verordening houdt de gemeente rekening met de aard van de paracommerciële rechtspersoon.
De belangrijke maatschappelijke functie van de verschillende paracommerciële instellingen vormt hierbij tevens een uitgangspunt. Er mogen namelijk geen onnodige beperkingen worden opgelegd daar waar oneerlijke concurrentie geen rol speelt en er mag geen sprake zijn van onverantwoorde verstrekking van alcohol, met name aan jongeren. Er is dus aanzienlijke ruimte voor een afweging van belangen vanuit de verschillende invalshoeken.
De regels in de verordening hebben in elk geval betrekking op de tijden wanneer een inrichting alcohol mag verstrekken, in de inrichting te houden bijeenkomsten van persoonlijke aard en in de inrichting te houden bijeenkomsten van personen die niet of niet rechtstreeks zijn betrokken bij de inrichting.
Bepalingen voor paracommerciële inrichtingen
Een paracommerciële rechtspersoon richt zich naast activiteiten van recreatieve, sportieve, sociaal-culturele, educatieve, levensbeschouwelijke of godsdienstige aard op de exploitatie van een horecabedrijf in eigen beheer. Hieronder vallen onder meer sportkantines en dorps- en kulturhusen. In deze paragraaf wordt uitvoering gegeven aan artikel 4 van de Alcoholwet waarin aan gemeenten wordt opgelegd in een verordening regels vast te stellen voor paracommerciële inrichtingen. De regels hebben als doel het voorkomen van oneerlijke mededinging (concurrentie) en gelden bij het verstrekken van alcoholhoudende drank. De schenktijden voor alcoholhoudende drank moet hier tenminste in geregeld worden en de mogelijkheden voor het schenken van alcoholhoudende drank tijdens privébijeenkomsten en bijeenkomsten van derden.
De Alcoholverordening is een medebewindsverordening. Er wordt daarom verwezen naar de begripsbepalingen van de wet, artikel 1 bevat om die reden alleen de 4 essentiële begripsbepalingen.
Op basis van artikel 4, eerste lid en derde lid, onder a, van de Alcoholwet moet geregeld worden tijdens welke tijden in de horeca inrichting alcoholhoudende drank mag worden verstrekt. Met andere woorden, de schenktijden voor alcoholhoudende dranken moeten geregeld worden. Artikel 4 lid 4 van de Alcoholwet bepaald dat de burgemeester ontheffing kan verlenen van de schenktijden.
Artikel 3 Privébijeenkomsten en bijeenkomsten derden
Op basis van artikel 4, eerste lid en derde lid, onder b en c, van de Alcoholwet moeten regels gesteld worden over door paracommerciële rechtspersonen in de inrichting te houden bijeenkomsten van persoonlijke aard en bijeenkomsten die gericht zijn op personen welke niet of niet rechtstreeks bij de activiteiten van de desbetreffende rechtspersoon betrokken zijn. Uiteraard alleen voor zover er tijdens deze bijeenkomsten alcoholhoudende drank wordt verstrekt door de paracommerciële rechtspersoon. Op basis van artikel 4, vierde lid, van de Alcoholwet heeft de burgemeester de bevoegdheid om voor ten hoogste twaalf aaneengesloten dagen ontheffing te verlenen van de hier door de gemeenteraad gestelde regels voor schenktijden en voor de verschillende soorten bijeenkomsten. Het gaat om bijzondere gelegenheden van zeer tijdelijke aard. Uit deze bewoordingen van de wet blijkt dat hier zeer terughoudend mee moet worden omgegaan. Te denken valt aan kampioenschappen en dergelijke grotendeels onvoorziene gebeurtenissen, maar het kan ook gaan om feestelijkheden die wel te voorzien zijn, zoals carnaval en Koningsdag. Omdat de burgemeester deze bevoegdheid rechtstreeks aan de wet ontleent, kan de gemeenteraad hier geen beperkingen aan stellen. De burgemeester kan hiervoor zelf wel beleidsregels opstellen op basis van artikel 4:81 van de Awb.
Artikel 4 Verbod verstrekken sterke drank
Dit artikel verbiedt het schenken van sterke drank in paracommerciële inrichtingen. De gemeente Dinkelland heeft daarvoor als basisbepaling gekozen omdat paracommerciële inrichtingen veel door jongeren worden bezocht. Bovendien is het wenselijk een duidelijk onderscheid te maken tussen paracommerciële en commerciële inrichtingen.
Artikel 5 Ontheffingsbevoegdheid burgemeester
In artikel 5 van deze verordening worden de ontheffingsmogelijkheden van de burgemeester opgesomd. In het eerste lid gaat het om ontheffing van de schenktijden. Conform artikel 4, lid 4 van de Alcoholwet kan een ontheffing van het verbod voor het schenken van zwak-alcoholhoudende dranken buiten de vastgestelde schenktijden worden afgegeven.
Door de burgemeester kan tijdelijk of permanent een ontheffing van het verbod op het schenken van sterke drank worden verleend, eventueel met voorschriften en beperkingen (artikel 5, lid 3). Dit maakt maatwerk mogelijk. De afweging kan afhankelijk zijn van de aard van de activiteiten. Het ‘nee, tenzij principe’ geniet uit preventief oogpunt de voorkeur. Bovendien wordt daarmee oneerlijke mededinging zoveel mogelijk tegengegaan.
Aan al deze ontheffingen kan de burgemeester voorschriften verbinden. Overwegingen die hierbij een rol kunnen spelen zijn de aard van de rechtspersoon, de doelgroep waar die rechtspersoon zich op richt en de vraag of er sprake is van concurrentie met reguliere commerciële horecabedrijven. De Alcoholwet verplicht paracommerciële rechtspersonen de ontheffing of een afschrift daarvan in de inrichting aanwezig te hebben.
Artikel 6 Intrekken vorige verordening