Organisatie | Oude IJsselstreek |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels Samenwonen op proef Gemeente Oude IJsselstreek |
Citeertitel | Beleidsregels Samenwonen op proef Oude IJsselstreek |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
06-10-2023 | nieuwe regeling | 19-09-2023 |
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Oude IJsselstreek;
- titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht;
- artikel 18 en artikel 3 lid 4 van de Participatiewet;
- het college het wenselijk vindt om inwoners de mogelijkheid te geven op proef te gaan samenwonen, zonder directe consequenties hieraan te verbinden;
- het daarom wenselijk is voor dit doel aanvullende beleidsregels vast te stellen.
Beleidsregels Samenwonen op proef Gemeente Oude IJsselstreek:
1. Alle begrippen die in deze beleidsregels gebruikt worden en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Participatiewet, IOAW, IOAZ en de Algemene wet bestuursrecht (Awb);
2. Proefperiode: een periode van maximaal 4 maanden waarin het college bijstandsgerechtigde(n) toestemming geeft om samen te wonen op proef, zoals bedoeld in deze regeling, zonder consequenties voor de uitkering;
3. College: Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Oude IJsselstreek.
4. Gezamenlijke huishouding: Van een gezamenlijke huishouding is sprake wanneer twee personen hun hoofdverblijf in dezelfde woning hebben en voor elkaar zorgdragen door middel van het leveren van een bijdrage in de kosten van de huishouding dan wel anderszins.
1. Het college kan op aanvraag aan één of aan beide inwoners die een uitkering op grond van de Participatiewet, IOAW of IOAZ ontvangt of ontvangen maximaal eens in de vijf jaar een proefperiode toestaan. Wanneer in de vijf jaar voorafgaand aan de aanvraag al een proefperiode is toegekend, wordt de aanvraag afgewezen.
2. De proefperiode start niet eerder dan nadat het college schriftelijk toestemming heeft verleend.
3. De duur van de proefperiode wordt vastgesteld op drie maanden samenwonen.
4. Wanneer de inwoner besluit definitief te gaan samenwonen moet dit schriftelijk worden doorgegeven aan de inkomensbegeleider. Vervolgens wordt de periode met één
maand verlengd om de ruimte te geven zaken te regelen.
5. Gedurende de proefperiode ontvangt de inwoner inkomensondersteuning naar de norm die de inwoner ontving ten tijde van de aanvraag van de proefperiode, tenzij deze norm wijzigt wegens andere omstandigheden dan het samenwonen op proef.
6. De inlichtingenplicht ligt op de inwoner die inkomensondersteuning ontvangt.
Artikel 3: Voorwaarden voor toekenning proefperiode
1. Beide partners vragen gezamenlijk vooraf in de gemeente waar de
inwoner(s) inkomensondersteuning ontvang(en) aan of ze op proef mogen samenwonen, ook als de partner geen uitkering heeft. Wanneer er sprake is van twee partners die in verschillende gemeenten inkomensondersteuning ontvangen, dan kan er met schriftelijke toestemming van de andere gemeente gebruik worden gemaakt van de proefperiode. Beide gemeenten dienen in te stemmen.
2. Beide aanvragers houden hun eigen woonadres aan, blijven op dat woonadres ingeschreven staan in BRP en verhuren de woning niet onder.