Organisatie | Amersfoort |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Subsidieregeling Impuls Jongerencultuur Amersfoort |
Citeertitel | Subsidieregeling Impuls Jongerencultuur Amersfoort |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Deze regeling eindigt per 31 december 2024.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
06-10-2023 | nieuwe regeling | 19-09-2023 |
Burgemeester en Wethouders van Amersfoort;
gelezen de nota Uitvoeringsagenda kunst & cultuur 2023-2026 d.d. 20 december 2022, nummer 171909;
gelet op de Algemene wet bestuursrecht en de Algemene Subsidieverordening Amersfoort;
overwegende dat het gewenst is activiteiten te stimuleren die bijdragen aan actieve cultuurparticipatie en/of het creëren van fysieke ruimte(s) voor, door en/of met jongeren in de leeftijd van 14 tot en met 27 jaar
Artikel 3. Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen
Het college verstrekt uitsluitend subsidie voor:
Artikel 6. Eisen aan de aanvraag
In afwijking van artikel 9, derde lid, van de Asv verstrekt het college slechts subsidie als:
de aanvraag is ingediend via het elektronisch aanmeldformulier Impuls Jongerencultuur op amersfoort.nl/subsidies;
de aanvraag vergezeld gaat van een begroting van maximaal 1 A4 conform het begrotingsformat op amersfoort.nl/subsidies, met een specificatie en onderbouwing van de bedragen;
Artikel 7. Subsidiabele kosten
In aanvulling op artikel 10 van de Asv verstrekt het college in ieder geval geen subsidie voor:
Overeenkomstig artikel 12, eerste lid, onderdeel f, van de Asv beslist het college afwijzend op de aanvraag als:
Artikel 11. Wijze van verdeling
Om te bepalen of een subsidie als bedoeld in het voorgaande lid voor subsidie in aanmerking komt, dient deze voldoende aan te sluiten bij het doel van deze regeling. Dit wordt beoordeeld aan de hand van de criteria zoals in het vijfde lid van dit artikel beschreven, waarbij geldt dat ieder punt voldoende moet zijn.
Als de aanvrager als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onder a op grond van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, geldt met betrekking tot de verdeling als datum van ontvangst van de aanvraag de datum waarop de aangevulde aanvraag is ontvangen.
De tijdig ingediende en complete aanvragen van aanvragers als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onder b worden beoordeeld aan de hand van de onderstaande criteria:
Ieder criterium, genoemd in het derde lid, wordt beoordeeld met onvoldoende (0 punten), voldoende (1 punt), of goed (2 punten).
Jongeren hebben in de coronaperiode veel moeten missen, ook op cultureel vlak. Dat terwijl cultuurdeelname positieve effecten heeft op ons welzijn. In het kader van herstel is er daarom in het bijzonder oog voor cultuurparticipatie door jongeren. Cultuurparticipatie verbindt jongeren met elkaar, draagt bij aan hun veerkracht en aan hun persoonlijke ontwikkeling.
Het rijk heeft middels de specifieke uitkering (SPUK) Impuls Jongerencultuur extra middelen beschikbaar gesteld om activiteiten en vormen van eigentijdse cultuurbeoefeningen door jongeren te stimuleren, waaronder ook cross-overs naar andere domeinen zoals sport en welzijn. Dit sluit ook aan bij de Uitvoeringsagenda Kunst en Cultuur 2023-2026, waarin staat dat het college kunst en cultuur voor iedereen beschikbaar wil maken, en dus ook voor jongeren.
sub a: de geldende Algemene subsidieverordening van de gemeente Amersfoort is van toepassing op de subsidieaanvraag. Op het moment van publiceren van deze subsidieregeling wordt de Algemene subsidieverordening Amersfoort geactualiseerd. De datum van aanvraag is bepalend voor welke verordening geldend is voor de subsidieontvanger.
sub c: De primaire leeftijdsgroep is personen in de leeftijdscategorie 14 tot en met 27 jaar. Uit de aanvraag moet blijken dat dit de doelgroep is. Activiteiten die een brede doelgroep bedienen, worden niet geweigerd als duidelijk is onderbouwd dat de activiteit hoofdzakelijk voor de leeftijdscategorie 14 tot en met 27 jaar is.
sub d: actieve cultuurparticipatie houdt in dat de mensen die meedoen aan een project daadwerkelijk zelf kunst of cultuur gaan maken. Het gaat om alle vormen van actief beoefenen en artistiek ontwikkelen van of anderszins betrokken zijn bij cultuur in de vrije tijd, zoals zelf muziek maken, zelf fotograferen, zelf films maken, zelf dansen, zelf een evenement organiseren. Onder actieve cultuurparticipatie vallen bijvoorbeeld community arts, kunstbeoefening in de vrije tijd en amateurkunst. Receptieve cultuurparticipatie valt nadrukkelijk niet binnen de reikwijdte van deze definitie.
sub e: receptieve cultuurparticipatie is het bezoeken of beschouwen van kunst en cultuur. Voorbeelden hiervan zijn het luisteren naar muziek, het kijken naar voorstellingen en het bezoeken van een theater, bioscoop of museum.
sub f: een project is per definitie eenmalig. Dit betekent dat repeterende en doorlopende activiteiten hier buiten vallen.
Artikel 3 Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen
Alleen de activiteiten die in dit artikel zijn benoemd komen voor subsidiëring in aanmerking. Aanvragen die op andere activiteiten zien niet en worden afgewezen.
sub a: projecten die gericht zijn op actieve cultuurparticipatie en worden georganiseerd door en/of met jongeren komen in aanmerking voor subsidiëring.
sub b: hieronder wordt onder meer verstaan: het (ver)bouwen van repetitieruimtes, muziekstudio’s, broedplaatsen en andere plekken waar jongeren zich organiseren om (nieuwe) vormen van kunst en cultuur te maken. Met het doel om in de toekomst actieve cultuurparticipatie onder jongeren te stimuleren en te faciliteren.
Artikel 4 Eisen aan de aanvrager
lid 2: natuurlijke personen kunnen geen subsidie aanvragen voor het realiseren/verbeteren van fysieke ruimtes.
lid 3: een stichting of vereniging die activiteiten uitvoert en een ideële doelstelling nastreeft en géén winstoogmerk heeft.
Artikel 5 Indieningstermijn aanvraag
lid 1: natuurlijke personen kunnen doorlopend een aanvraag indienen van 6 oktober 2023 tot 23 september 2024. Dit betekent dat de aanvragen voor 23 september 2024 volledig ingediend moeten zijn. Aanvragen die op of na 23 september worden ingediend, worden niet in behandeling genomen.
lid 2: voor rechtspersonen zijn er drie aanvraagrondes. Aanvragen die voor de ingangsdatum van de aanvraagronde en na de sluitingsdatum van de aanvraagronde worden ingediend, worden niet in behandeling genomen.
Artikel 6 Eisen aan de aanvraag
Sub a: aanvragen die op een andere wijze dan voorgeschreven worden ingediend, worden niet in behandeling genomen.
Sub b: aanvragen die niet op de juiste wijze digitaal zijn ondertekend, worden niet in behandeling genomen.
sub c: bij aanvragers tot 18 jaar ondertekent een ouder/voogd de aanvraag als hoofdaanvrager. De jongere onder 18 jaar wordt medeaanvrager van de aanvraag. Hiermee ligt de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van de subsidieaanvraag en de financiële gevolgen hiervan bij de ouder/voogd. Door als hoofdaanvrager te fungeren, geeft de ouder/voogd toestemming voor het uitvoeren van het project door de medeaanvrager.
Aanvragers van 18 jaar tot 23 jaar hebben de mogelijkheid een ouder/voogd als hoofdaanvrager de aanvraag te laten ondertekenen.
sub e: een begroting van de activiteit bestaat uit een raming van de lasten, zonder opname van een post onvoorzien, en van de baten, zoals publieksinkomsten, subsidies en sponsoring met vermelding van de instanties of organisaties, waar subsidie is aangevraagd of waar een sponsorbijdrage wordt verwacht of is gekregen. De sluitende begroting moet op maximaal één A4 staan. Dit is exclusief de onderbouwing van de bedragen in de begroting.
sub f: wanneer de rechtspersoon voor het eerst een subsidieaanvraag doet binnen een culturele subsidieregeling van Amersfoort of zijn statuten sinds de vorige keer zijn gewijzigd, dient de aanvrager de statuten bij te voegen.
Kosten die in een van de categorieën vallen, zijn niet subsidiabel. Deze kosten kunnen er wel zijn en moeten in dat geval ook in de begroting worden genoemd, maar moeten op een andere wijze gefinancierd worden.
lid 1, sub a: natuurlijke personen kunnen maximaal € 3.000,- aanvragen per aanvraag.
lid 1, sub b: rechtspersonen kunnen maximaal € 30.000,- aanvragen per aanvraag.
lid 2: wanneer uit de begroting blijkt dat na aftrek van niet-subsidiabele kosten het subsidiebedrag lager is dan € 1.000,-, wordt de subsidie geweigerd.
leden 1 tot en met 4: het subsidieplafond van € 370.000,- is voor de periode van de subsidieregeling, dus de kalenderjaren 2023 en 2024. Er geldt een deelsubsidieplafond voor natuurlijke personen van € 50.000,- en voor rechtspersonen van € 320.000,-. Het deelsubsidieplafond voor rechtspersonen is verdeeld over de drie aanvraagrondes:
Het deelsubsidieplafond voor aanvraagronde 2 wordt opgehoogd met het restant van het budget voor aanvraagronde 1. Het deelsubsidieplafond voor aanvraagronde 3 wordt opgehoogd met het restant van het budget van aanvraagronde 2.
Wanneer het bedrag van € 50.000,- voor natuurlijke personen na de sluitingsdatum van 23 september 2024 niet volledig is benut, wordt het resterende bedrag overgeheveld naar aanvraagronde 3 voor rechtspersonen.
Het totale deelsubsidieplafond voor aanvraagronde 3 bedraagt dus € 80.000 + resterende bedrag aanvraagronde 2 + resterende bedrag voor aanvragen van natuurlijke personen.
Dit artikel komt er op neer dat een subsidieplafond alleen kan worden verlaagd door het college als het oorspronkelijke subsidieplafond is vastgesteld voordat de raad de begroting voor het betrokken jaar heeft vastgesteld en de aanvragen ook voor de vaststelling van de begroting moesten zijn ingediend. Op deze manier is het helder voor aanvragers of het plafondbedrag definitief vast staat of nog naar beneden kan worden bijgesteld.
Naast de gronden opgenomen in de Asv worden subsidieaanvragen die voldoen aan één van de hier opgesomde redenen geweigerd.
sub a en b: er zijn voor rechtspersonen maximaal 10 punten te behalen per aanvraag. Een aanvraag moet minimaal 7 punten behalen, waarbij de criteria ‘zakelijke kwaliteit’, ‘aansluiting bij het doel van de regeling’ en ‘aansluiting op de behoeftes en belevingswereld van jongeren’ elk in ieder geval 1 punt moeten krijgen. Anders wordt de aanvraag afgewezen.
sub c: de ingediende begroting dient sluitend te zijn: de totale inkomsten zijn gelijk aan de totale uitgaven.
sub o: het organiseren van een evenement of festival waar jongeren slechts bezoeker zijn, valt onder receptieve cultuurparticipatie. Deze aanvragen worden geweigerd. Bijvoorbeeld; het organiseren van een dansfeest of muziekfestival. Als de organisatie van een evenement of festival wordt gedaan door en/of met jongeren, dan sluit het wel aan bij het doel van deze regeling, dan is er sprake van actieve cultuurparticipatie.
sub q: op het moment dat een aanvrager reeds tweemaal een subsidie heeft ontvangen onder deze subsidieregeling, wordt iedere volgende aanvraag van deze aanvrager geweigerd.
Artikel 11 Wijze van verdeling
leden 1 tot en met 3: aanvragen van natuurlijke personen worden behandeld op volgorde van binnenkomst. Wanneer de aanvraag compleet is, wordt beoordeeld of de aanvraag aansluit bij het doel van de regeling en de activiteit subsidiabel is. Om tot het oordeel te komen dat de aanvraag in aanmerking komt voor verlenen, wordt de aanvraag op de volgende onderdelen bekeken:
Wanneer blijkt dat een aanvraag niet compleet is, wordt de aanvrager in de gelegenheid gesteld om de aanvraag aan te vullen. De datum waarop de aanvraag door de aanvulling compleet is, geldt dan als ontvangstdatum voor de volgorde van verstrekking.
Leden 4 tot en met 6: aanvragen van rechtspersonen worden gerangschikt aan de hand van een kwalitatieve beoordeling. Alle complete en geldige aanvragen worden in de beoordeling meegenomen. Rechtspersonen worden niet in de gelegenheid gesteld om hun aanvraag aan te vullen wanneer deze niet compleet is.
Uit de begroting blijkt dat de kosten en inkomsten op de begroting realistisch, onderbouwd en uitgelegd zijn.
Aan de hand van het projectplan en de begroting wordt beoordeeld in hoeverre de aanvrager vanuit financieel en organisatorisch perspectief in staat is om de activiteit uit te voeren. Hierbij wordt nagegaan of de kosten en inkomsten op de begroting realistisch, onderbouwd en uitgelegd zijn.
b. Aansluiting bij het doel van de regeling
Aan de hand van het projectplan wordt beoordeeld in hoeverre de activiteit aansluit bij het doel van de regeling. Hierbij wordt beoordeeld op welke wijze de activiteit actieve deelname van jongeren aan kunst en cultuur vereist.
c. Aansluiting op de behoeftes en belevingswereld van jongeren
Uit de aanvraag blijkt op welke wijze de activiteit aansluit op de behoeftes en belevingswereld van jongeren.
d. Deelnemers en deelnemersbereik
Uit de aanvraag blijkt wie de beoogde deelnemers zijn en wat het deelnemersbereik is.
Onder de brede noemer toegankelijkheid wordt beoordeeld hoe de aanvrager participatie van jongeren mogelijk maakt. Dus bijvoorbeeld hoe drempels voor potentiële deelnemers worden verlaagd en dat potentiële deelnemers gemakkelijk toegang moeten kunnen krijgen.
Per criterium zijn er 2 punten te behalen. De punten worden gebaseerd op de volgende verdeling:
Leden 6-7: de aanvragen van rechtspersonen worden op basis van hun aantal behaalde punten van hoog naar laag gerangschikt. Wanneer twee of meer aanvragen een gelijk aantal punten behaalt, vindt rangschikking van de aanvragen plaats op basis van behaalde punten per criterium in de volgende volgorde:
Als het aantal punten op alle criteria gelijk is, vindt er een loting plaats.
lid 1: subsidies lager dan € 5.000 worden direct vastgesteld. Voor natuurlijke personen geldt dus dat de subsidie direct wordt vastgesteld en het gehele subsidiebedrag ineens wordt uitbetaald.
lid 2: Voor subsidies hoger dan € 5.000 geldt dat 90% van de toegekende subsidie wordt uitbetaald bij verlening van de subsidie, de overige 10% kan na de uitvoering van het project worden uitgekeerd, na indiening van de financiële en inhoudelijke verantwoording.
De subsidieontvanger dient aan de verplichtingen te voldoen. Het niet voldoen aan de verplichtingen dan wel het niet uitvoeren van de activiteit kan tot intrekking van de subsidie leiden.
sub a: indien de activiteit om welke reden dan ook niet uitgevoerd kan worden, dient de aanvrager de gemeente hier zo snel mogelijk van op de hoogte te stellen. In overleg met de aanvrager wordt gekeken op welke manier de activiteit wel kan plaats vinden om zo aan de verplichting te voldoen.
sub b: de subsidieontvanger draagt er zorg voor dat het project c.q. de activiteit binnen 12 maanden afgerond is.
Artikel 14 Aanvraag tot vaststelling
lid 2: een aanvraag tot vaststelling houdt in dat er een ondertekende aanbiedingsbrief met een inhoudelijk- en financieel verslag van het project wordt ingediend. De ondertekende aanbiedingsbrief wordt gericht aan het college. Het inhoudelijk verslag is een beknopte beschrijving van de uitvoering van de gerealiseerde activiteiten. Uit deze beschrijving moet blijken of en in hoeverre aan de subsidievoorwaarden is voldaan. In het financiële verslag staat een overzicht van de inkomsten en uitgaven die aansluiten bij de posten in de begroting naast de werkelijk gemaakte kosten. En een toelichting indien dit afwijkt.
Een aanvraag tot vaststelling dient binnen 3 maanden na uitvoering van de gesubsidieerde activiteit worden ingediend.