Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Werk en Inkomen Lekstroom

Beleidsplan handhaving 2023

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieWerk en Inkomen Lekstroom
OrganisatietypeRegionaal samenwerkingsorgaan
Officiële naam regelingBeleidsplan handhaving 2023
CiteertitelBeleidsplan handhaving Werk en Inkomen Lekstroom 2023
Vastgesteld doordagelijks bestuur
Onderwerpopenbare orde en veiligheid
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt het Handhavingsplan zoals vastgesteld in de vergadering van het dagelijks bestuur op 17 februari 2022.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

29-09-2023nieuwe regeling

14-09-2023

bgr-2023-946

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsplan handhaving 2023

Leeswijzer

 

U treft hier het herziene Beleidsplan handhaving 2023 aan. Dit plan bevat onze visie. Daarnaast kijken wij terug en kijken we vooruit. De kern van ons Beleidsplan handhaving 2023 is “In vertrouwen handhaven.” We gaan uit van het vertrouwen in de klant en treden de klant met respect tegemoet. Een foutje maken kan, maar daarmee ben je nog geen fraudeur. Dat is een andere benadering dan streng de wet volgen. We doen zorgvuldig onderzoek en komen daarna tot een beslissing.

 

In dit beleidsplan gaan wij in op de huidige ontwikkelingen, de cirkel van naleving en het wettelijk kader. Ook staan we stil bij de ervaringen, de resultaten van de afgelopen jaren en de aanpak die wij voorstellen. Het beleidsplan sluit af met de financiering en monitoring.

 

In de bijlage treft u een uitgebreide toelichting aan over de cirkel van naleving, de feiten, resultaten en besparingen vanaf het jaar 2017 tot en met 2022.

 

1 | INLEIDING

 

WIL heeft bij haar start een duidelijke keuze gemaakt dat handhaving integraal onderdeel moet uitmaken van de uitvoering. Deze ingeslagen weg zetten we voort, op basis van de uitgangspunten zoals weergegeven in de cirkel van naleving.

We baseren ons op 2 pijlers voor ons handhavingsbeleid. Dat zijn:

  • 1.

    Preventie bij de start en gedurende de uitkeringsperiode en

  • 2.

    Signaalsturing; het behandelen van signalen van mogelijk oneigenlijk gebruik.

Hoe de wet moet worden uitgevoerd, is sinds 2015 vastgelegd in de Participatiewet. De wetten die WIL uitvoert zijn hard. Dat is een bewuste keuze geweest van de wetgever. Dit was en is in lijn met het landelijke beleidskader dat is gevormd door het oude regeerakkoord van het kabinet Rutte 3. Het regeerakkoord 20211 van Rutte 4 heeft de intentie de hardheid van de Participatiewet te verzachten. Dit komt onder andere tot uiting in de voorstellen Participatiewet in Balans2 Daarop lopen we graag vooruit. Zo nodig passen wij ons beleid op de nieuwe wetgeving verder aan.

 

De huidige wettelijke verplichtingen zijn nog steeds van toepassing in de Participatiewet, de IOAW, de IOAZ en de Bbz. In deze wetten is ook de nadruk gelegd op de eigen kracht van klanten. Sinds 2015 is er meer financiële verantwoordelijkheid voor de gemeenten en WIL. Dat zorgt voor meer onderzoek op de rechtmatige besteding van de middelen.

 

In de praktijk merken wij dat het beeld van de zelfredzame klant achterhaald is3. De doelgroep van WIL verandert. De vragen zijn complexer geworden en zijn niet meer even snel op te lossen. Ook zijn bepaalde elementen van de wetgeving zó ingewikkeld dat klanten het niet begrijpen. Door het afsluiten van de sociale werkvoorziening neemt het aantal klanten met een arbeidsbeperking toe. Daarmee zijn onze klanten niet zo zelfredzaam als we aanvankelijk dachten.

 

Ondanks de hardheid van de wet treden wij onze klanten met respect tegemoet en zoeken wij de ruimte in de wet op. Dat wordt gewaardeerd en dat blijkt uit het laatste klanttevredenheidsonderzoek. Klanten geven ons voor het onderdeel algemene bijstand het rapportcijfer 7,64. Dit is een stimulans om onze dienstverlening verder te ontwikkelen.

 

Wij willen uitgaan van de bedoeling: “In vertrouwen handhaven.”

We werken vanuit vertrouwen en er is ruimte voor maatwerk. Daarbij vinden wij het belangrijk om goed contact te hebben en te houden met onze klanten. Het gaat om het beschermen van de belangen van kwetsbare klanten in samenhang met het maatschappelijk draagvlak voor de sociale zekerheid. Preventie5 en signaalsturing zijn daarbij cruciaal. Hoe wij dat bij WIL gaan doen, leest u in dit plan.

2. | WAT IS HANDHAVING?

 

Handhaving bij WIL gaat over “In vertrouwen handhaven”, met een menselijke maat kijken naar de situatie van de klant en vervolgens rechtmatig een uitkering verstrekken. We zorgen ervoor dat de uitkering terecht komt bij mensen die er recht op hebben. Handhaving is méér dan het uitvoeren van onderzoeken. Een effectief handhavingsbeleid is een samenspel van preventieve en repressieve taken. Daarbij hanteren wij een aantal uitgangspunten.

 

Gepaste zelfredzaamheid

Klanten zijn zelf verantwoordelijk voor het tijdig verstrekken van de juiste gegevens. Daar kunnen zij ook op aangesproken worden. Voor WIL geldt het basisprincipe “In vertrouwen handhaven”; klanten krijgen het vertrouwen, totdat het tegendeel is bewezen. Waar nodig biedt WIL ondersteuning aan klanten die even niet meekomen en weer op de rails geholpen moeten worden. Die ondersteuning omvat ook preventie, waaronder actieve voorlichting aan klanten.

 

Integrale aanpak

Handhaving staat niet op zichzelf, maar is een onderdeel van de totale dienstverlening van WIL aan klanten. Versnippering van het handhavingsbeleid moet worden voorkomen; dit zou het beleid immers minder effectief maken. Daarom leggen we verbindingen tussen de uitvoering en externe organisaties binnen en buiten het sociale domein en beleid. Dit zijn bijvoorbeeld zaken op het gebied van jeugdzorg, de Wmo, bewoning en ondermijning. Korte lijnen en een goede interne en externe communicatie zijn hierbij een voorwaarde, met inachtneming van de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG).

 

Inlichtingenplicht

Klanten kunnen worden aangesproken op hun eigen verantwoordelijkheid en hebben een inlichtingenplicht. Die is niet vrijblijvend. WIL speelt hier echter een belangrijke rol; ook wij hebben een actieve rol om voorlichting te geven. Daar hoort bij dat wij tijdens re-integratiegesprekken bijvoorbeeld ook vragen naar wijzigingen in de persoonlijke omstandigheden. Zo is het voor beide partijen duidelijk wat de rechten en verplichtingen zijn en wat we van elkaar verwachten. Door onderwerpen vaker bespreekbaar te maken, verlagen we de drempel om veranderingen door te geven en vergroten wij de bereidheid van klanten om de regels na te leven.

 

Gelijke behandeling

Voor WIL is iedereen gelijk. Klanten benaderen en behandelen wij op dezelfde manier. Dit kan, gelet op individuele omstandigheden, leiden tot verschillende uitkomsten. Dat is niet erg. De benadering is immers persoonlijk, ook in het handhavingsbeleid.

 

Kosten en baten zorgvuldig afwegen

Voor WIL is van belang wat wij met het beleid en met de regels willen bereiken. We gaan uit van vertrouwen. Daarbij zetten we bij handhaving in op preventie en voorlichting. Controle (repressie) is het laatste middel dat we willen inzetten. We korten alleen op de uitkering en vorderen geld terug als na zorgvuldig onderzoek is vastgesteld dat er teveel uitkering is verstrekt. We proberen de kosten van terugvordering voor de klant en WIL zoveel mogelijk te beperken. Niemand is gebaat bij een oplopende schuldenlast.

 

Bestuursrechtelijk en strafrechtelijk

WIL probeert zoveel mogelijk zaken bestuursrechtelijk af te handelen. Indien er sprake is van nadere regels, waarbij het benadelingsbedrag gelijk of hoger is dan de aangegeven grens, werken we samen met de Regionale Sociale Recherche Nieuwegein (RSRN)

3. | HANDHAVINGSVISIE WIL

 

WIL is op grond van de Participatiewet IOAW, IOAZ en Bbz verantwoordelijk voor:

 

  • Het verstrekken van een uitkering aan degenen die er recht op hebben

  • Het voorkomen en bestrijden van misbruik en oneigenlijk gebruik van een uitkering

De handhavingsvisie van WIL kent de volgende uitgangspunten:

 

  • In vertrouwen handhaven

  • De menselijke maat is het uitgangspunt

  • WIL kijkt naar de mate van zelfredzaamheid van de klant

  • We gaan uit van onbewuste regelovertreding. We maken duidelijk onderscheid tussen onbewuste en bewuste regelovertreding

  • WIL gaat uit van de spontane nalevingsbereidheid

  • We verstrekken rechtmatig een uitkering, om het maatschappelijk draagvlak te behouden

  • We reageren adequaat op handhavingssignalen van misbruik en oneigenlijk gebruik

  • We proberen de schadelast

  • voor de klant en gemeenten te beperken

  • We werken bestuursrechtelijk. Indien nodig bewandelen wij de strafrechtelijke weg

  • Een effectief handhavingsbeleid bestaat uit een goed evenwicht tussen preventie en controle

4. | DE CIRKEL VAN NALEVING

 

Ons handhavingsbeleid is gebaseerd op het principe van hoogwaardige handhaving.

De kern is de cirkel van naleving. De cirkel bestaat uit 4 visie-elementen die handvatten bieden voor een integraal handhavingsproces. De kracht van de methode is de combinatie van inzetten van preventieve elementen (voorlichting en dienstverlening) en controlerende elementen. Voor een uitgebreide toelichting verwijzen we naar bijlage 3.

5. | WETTELIJK KADER EN DE HANDHAVINGSWERKWIJZE

5.1 Wetgeving

De huidige Participatiewet, IOAW, IOAZ en Bbz vormen het juridisch kader voor een rechtmatige verstrekking en daarmee voor de handhaving. Hierbij gaat het om het niet nakomen van de informatieplicht en arbeids- en re-integratieverplichtingen zoals opgenomen in de wettelijke bepalingen. Dit kan onbewust en bewust gebeuren. Hiermee is sprake van een wettelijke basis voor het toepassen van een korting op de uitkering.

5.2 Klantniveau

Klanten hebben een inlichtingenplicht (artikel 17 lid 1 Participatiewet)

Bij de Participatiewet zijn door WIL aangewezen medewerkers belast met toezicht of handhaving en naleving van de wet (artikel 76a Participatiewet). Allereerst gaan wij uit van onbewuste regelovertreding. Bij schending van de inlichtingenplicht onderzoeken wij of er sprake is van (on)bewuste regelovertreding van de inlichtingenplicht (artikel 58 lid 1 Participatiewet). In het geval van bewuste regelovertreding leggen wij een boete op. Dit is een extra bedrag dat moet worden terugbetaald, boven op het teruggevorderde bedrag. Vooralsnog is in het nieuwe Wetsvoorstel Participatiewet in balans niet voorzien in afschaffing van de boetewetgeving.

 

Medewerking

Klanten zijn verplicht om mee te werken aan onderzoek in het kader van de rechtmatigheid (artikel 17 lid 2 Participatiewet). Daarnaast kan medewerking worden gevraagd aan de klant voor het verstrekken van extra informatie (artikel 53a Participatiewet) en mee te werken aan toezichthoudende taken. Dit in samenhang met titel 5.2 toezicht en naleving art 5:11 en verder van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).

Bij het schenden van de arbeidsverplichtingen kan WIL een waarschuwing opleggen. Gebeurt het vaker, dan kunnen wij een korting op de uitkering toepassen (artikelen 8, 18 en 58 Participatiewet). Dit kan het geval zijn bij onder andere het weigeren van een baan of het niet komen op een afspraak voor een medische keuring.

5.3 Privacy en handhaving

Binnen WIL verwerken wij persoonsgegevens, waaronder bijzondere persoonsgegevens zoals financiële gegevens. Op 25 mei 2018 is de Algemene verordening gegevensverwerking (AVG) in werking getreden. Deze stelt strengere eisen aan het verwerken van persoonsgegevens: verwerking is alleen toegestaan als daar een in de AVG genoemde grondslag voor is. WIL mag alleen gegevens verwerken die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van de wet. Gegevens moeten tevens op de minst belastende wijze verkregen worden; zo is een huisbezoek bijvoorbeeld niet toegestaan als de informatie op een minder belastende manier verkregen kan worden. Daarnaast gelden eisen van doelbinding en data-minimalisatie (alleen gegevens verwerken die noodzakelijk zijn; need-to-know in plaats van nice-to-know).

 

Gegevensuitwisseling

WIL werkt in het kader van de Participatiewet met ketenpartners samen op grond van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen (SUWI). Belangrijke ketenpartners zijn het UWV, het Bureau Keteninformatiesering Werk en Inkomen (BKWI) en het Inlichtingenbureau (IB). Deze partners wisselen onderling elektronisch gegevens met elkaar uit via het zogenaamde Suwinet. WIL hanteert voor de waarborg het Strategisch

Informatiebeveiligingsbeleid Werk en Inkomen Lekstroom 2021 – 2025.6

 

Naast de regels uit de AVG spelen ook andere wetten een rol. Bijvoorbeeld wanneer er sprake is van strafrechtelijk optreden tegen misbruik van de uitkering. Dit zijn bijvoorbeeld situaties waarbij veelvuldig auto’s op de naam van de klant staan, langdurig zwart wordt gewerkt, het niet melden van langdurige samenwoning of meerdere cryptorekeningen in bezit hebben.

 

De beperking in gegevensverwerking en -uitwisseling heeft daarom gevolgen voor de handhavingspraktijk. De balans tussen privacybescherming enerzijds en handhaving anderzijds is daarom een blijvend aandachtspunt.

5.4 Handhavingskoers 2018 – 2021 en 2022 - 2025

Het huidige handhavingsbeleid van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid is versterkt in de periode 2018 – 2021. Met de toeslagenaffaire van de Belastingdienst in 2020 in ons achterhoofd en een nieuw kabinet wordt meer tijd en energie besteed om de mens centraal te stellen. Dat blijkt ook uit de Meerjarige handhavingskoers 2022-2025.7 Maatwerk dus.

 

VNG-Naleving werkt aan een verdere uitwerking van de handhavingskoers. Onze huidige werkwijze past daarin. Dit is weergegeven in de cirkel van naleving is. Zij is zorgvuldig en heeft haar nut bewezen. Deze werkwijze blijft WIL hanteren. Vooruitlopend op wijzigingen in de wetgeving gaat WIL werken volgens het basisprincipe ”In vertrouwen handhaven.” Daarmee lopen wij vooruit op nieuwe wetgeving vanuit de overheid.

5.5 Handhavingswerkwijze

In eerste instantie blijven klanten verantwoordelijk voor het naleven van wet- en regelgeving. We willen onze handhaving versterken aan de hand van vier hoofdlijnen:

 

Handhaven/open bronnenonderzoek

We maken gebruik van beschikbare gegevens van klanten en analyseren die met inachtneming van de kaders van de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG). Daarbij gaan wij bij de meeste aanvragen voor levensonderhoud uit van een verkorte aanvraag.

 

Is er meer informatie nodig om het recht op uitkering te kunnen beoordelen, dan kunnen wij gebruikmaken van de open bronnen die voor iedereen toegankelijk zijn. Denk aan internet en sociale media.

 

Grensoverschrijdend handhaven

Handhaving gaat samen met goede internationale afspraken. Bepaalde vormen van misbruik of oneigenlijk gebruik kennen namelijk een grensoverschrijdende component, zoals het verzwijgen van inkomsten en vermogen in het buitenland. Samenwerking tussen de lidstaten is hierbij van belang.

 

Effectief handhaven

Het is zaak de juiste instrumenten en interventies te vinden en te monitoren wat effectief is; dit kan per klant verschillen. Daarvoor passen we maatwerk toe.

 

Versterken en verbinden van de handhavingsketen

Complexe situaties van oneigenlijk gebruik beperken zich niet tot werk en inkomen alleen maar spelen binnen het hele sociale domein en daarbuiten. Hiervoor kan een integrale en multidisciplinaire aanpak noodzakelijk zijn. Ketensamenwerking en kennisdeling is onontbeerlijk om tot een sluitende aanpak te komen wanneer dit naar ons oordeel noodzakelijk is en het wettelijk mag op grond van de AVG en aanpalende wetgeving.

6. | HANDHAVING IN DE PRAKTIJK

 

In hoofdstuk 6 zetten wij de huidige manier van werken uiteen.

Bij de start van WIL hebben we onze werkwijze bij handhaving met elkaar vormgegeven. De cirkel van naleving (zie bijlage 3) is een verbeelding hiervan. Onze werkwijze blijkt nog steeds effectief en daarom gaan we ermee door. In jaarplannen beschrijven we de activiteiten van Team Handhaving en hoe we ze uitvoeren. Afhankelijk van de effectiviteit en de gestelde prioriteiten, passen wij de activiteiten aan.

6.1 Huidige uitvoering

a. Preventie

Op basis van de Participatiewet informeren wij de klant bij een aanvraag voor levensonderhoud welke rechten en plichten er aan de uitkering verbonden zijn. Deze informatie geven wij ook op papier mee (informatiebrief). In deze informatiebrief worden onder andere de rechten en verplichtingen genoemd en worden enkele regelingen uiteengezet. Mensen met een uitkering worden periodiek middels een nieuwsbrief geïnformeerd over wijzigingen, aandachtspunten, nieuwe ontwikkelingen, etc. Daarnaast is deze informatie ook terug te vinden op de website van WIL www.wil-lekstroom.nl in een uitlegvideo met ondertiteling in meerdere talen.

 

b. Intake

In de regel gaan we uit van een verkorte aanvraag. Indien na het gesprek blijkt dan meer informatie nodig is , dan vragen we aanvullende informatie op.

 

c. Administratieve screening

Indien na de aanvullende informatie meer onderzoek nodig is, dan doen wij een administratief onderzoek. Hierbij gebruiken wij de wettelijk toegestane bronnen, waaronder Suwinet. Dit is het minst belastend voor de klant.

Op basis van de uitkomsten handelen wij de aanvraag verkort of regulier af. Is verder aanvullend onderzoek nodig dan volgt een intensiever onderzoek.

 

d. Intensieve onderzoeken

Wanneer er na een administratieve screening aanleiding voor is, volgt een intensief onderzoek. Daarbij gaan we dieper in op de aanvraag. Dit is bijvoorbeeld op het gebied van inkomen, de woon-, leef- en vermogenssituatie.

 

Diverse onderzoeksmiddelen kunnen hierbij ingezet worden: internetonderzoek, waarnemingen, gesprek, huisbezoek en buurtonderzoek als dat nodig is. We maken hierbij gebruik van de handreiking internetprotocol van de VNG.8

Deze middelen zetten we in op grond van het proportionaliteits- en subsidiariteitsbeginsel. Op basis van de feiten en de persoonlijke situatie volgt een zorgvuldige afweging of we een uitkering toekennen of afwijzen.

 

e. Signaal-gestuurd werken tijdens de uitkering

Bij signaal-gestuurd werken doet Team Handhaving nader onderzoek na handhavingssignalen uit een hercontrole, een (anonieme) tip of handhavingssignalen van het Team Inkomen of het Inlichtingenbureau. Handhavingssignalen ontvangen wij via externe en interne kanalen.

Bij deze handhavingssignalen doen we eerst een administratieve screening. Indien nodig volgt een intensief onderzoek zoals hiervoor is beschreven.

 

f. Themaonderzoeken

In 2016 en 2017 zijn themaonderzoeken uitgevoerd. Een thema onderzoek gaat over een specifiek onderzoek naar een groep klanten. Bijvoorbeeld de groep die na de WW periode nog geen baan heeft gevonden, parttime werkt, onderzoek naar woonsituatie (kamerhuur/kostgangers), langere tijd een oproepcontract met een beperkt aantal uren, of geen gebruik maakt van minimavoorzieningen. Voor de themaonderzoeken zijn destijds extra middelen beschikbaar gesteld. De onderzoeken zijn effectief gebleken en hebben geleid tot meer blijvende beëindigingen van de uitkering. Dat blijkt ook uit de benchmark. WIL heeft minder klanten die opnieuw een uitkering aanvragen in vergelijking met organisaties voor werk en inkomen van gelijke omvang.

6.2 Huisbezoeken

Klanten kunnen huisbezoeken als belastend ervaren. Dat realiseren wij ons terdege. Voordat we op huisbezoek gaan, maken wij daarom een afweging of dit noodzakelijk is en of informatie op een minder belastende manier kan worden verkregen. Bijvoorbeeld door een administratieve screening.

 

Juridisch onderscheiden wij drie soorten huisbezoeken:

 

  • 1.

    Een dienstverleningsonderzoek, waarbij de klant niet naar WIL kan komen

  • 2.

    Een verificatie huisbezoek om het recht op een uitkering te beoordelen

  • 3.

    Een huisbezoek bij een sterk vermoeden van misbruik

Voor een verdere uitwerking van de inhoud van de huisbezoeken verwijzen wij naar bijlage 4.

6.3 Proportionaliteit en subsidiariteit

Proportionaliteit betekent of het in verhouding staat tot de inbreuk op de persoonlijke levenssfeer.

Subsidiariteit wil zeggen dat je het minst ingrijpende middel moet inzetten om een bepaald doel te bereiken.

Belangrijk voor overheidshandelen - en dus voor WIL - is dat het evenredig moet zijn in relatie tot de gestelde doelen. Het ingezette middel, en met name de wijze waarop, moet in verhouding staan tot het beoogde doel (= het verkrijgen van volledige en de juiste informatie om het recht op een uitkering vast te stellen). Dat geldt ook voor Handhaving.

Bijvoorbeeld bij een huisbezoek; dat mag alleen als middel worden ingezet als de inzet van andere middelen niet tot het gewenste resultaat leidt. Het schendt de privacy van de klant en moet dus noodzakelijk zijn (proportioneel) en adequaat (er moet geen lichter middel beschikbaar zijn).

 

Een huisbezoek leggen we altijd met twee medewerkers af. Bij een huisbezoek mogen medewerkers niet tegen de wil van de bewoner binnentreden. Als de bewoner vrijwillig toestemming geeft voor binnentreden van de woning is er geen sprake van een inbreuk op het huisrecht. Dit heet ´informed consent´. Voordat de medewerker de woning betreedt, legitimeert deze zich, geeft de reden van het huisbezoek aan en vraagt om toestemming tot binnentreden. Voor iedere vervolgstap in het huisbezoek is steeds weer ´informed consent´ nodig. Een feitelijke weergave van het huisbezoek wordt opgenomen in een rapportage.

 

De Wet huisbezoeken9 geeft de gevolgen voor het recht op uitkering weer als de klant het aanbod tot verificatie van de woonsituatie door middel van een huisbezoek afwijst.

Ook om andere redenen kan er aanleiding zijn voor een huisbezoek na ontvangst van meerdere signalen. Ook kan er sprake zijn van een themaonderzoek, waarbij besloten is het huisbezoek als een verificatiemiddel in te zetten. De medewerkers stellen de klant vooraf op de hoogte of niet meewerken wel of geen gevolgen kan hebben voor de uitkering.

6.4 Mag een huisbezoek worden geweigerd?

De klant bepaalt zelf of hij wil meewerken aan het huisbezoek en dus toestemming geeft om zijn woning binnen te treden. Hij mag ook weigeren. De weigering kan nadelige consequenties hebben voor de klant.

6.5 Bejegening

WIL gaat voor een correcte uitvoering van de wet- en regelgeving en maakt gebruik van de ruimte in de wet. Daarbij staan de menselijke maat en een eerlijk gesprek voorop. Bejegening is één van de onderdelen. We tonen begrip voor de persoonlijke leefsituatie. Is er meer hulp nodig dan zoeken we naar een oplossing, samen met andere partners.

 

Geen klachten 2019 – tot heden

Klanten verwachten misschien dat Team Handhaving flink inzet op een correcte uitvoering en minder oog heeft voor hun leefwereld. Dit kan veel klachten opleveren over uitvoerend medewerkers van Team Handhaving. Dit zien wij echter niet terug in de praktijk. Uit de jaarverslagen en informatie van de klachtencoördinator van zijn er over de periode 2019 tot en met augustus 2023 geen klachten ingediend tegen medewerkers van Team Handhaving. Hiermee concluderen wij dat medewerkers van Team Handhaving klanten met respect tegemoet treden en de algemene beginselen van behoorlijk bestuur in acht nemen.

7. | DE RESULTATEN VAN HANDHAVING

7.1 Effectiviteit en de besparingen door handhaving

Allereerst vinden wij het belangrijk te benadrukken dat klanten die dat echt nodig hebben een uitkering ontvangen. Tijdens ons werk proberen wij oneigenlijk gebruik en misbruik te voorkomen. Zo blijft er maatschappelijk draagvlak voor sociale voorzieningen.

 

Is handhaving kosteneffectief? Ja. De resultaten sinds 2017 laten zien dat door te handhaven forse besparingen zijn gerealiseerd. Bovendien besparen wij uitkeringskosten op de BUIG. Dat zorgt voor minder uitgaven bij de gemeenten.

 

De resultaten in het kort

Over de periode 2017 tot en met 2022 werd bij intensieve onderzoeken bij aanvragen levensonderhoud gemiddeld 53% van de aanvragen niet toegekend. Handhavingssignalen over oneigenlijk gebruik en misbruik die wij tijdens de uitkeringsperiode ontvangen, leiden over de laatste 5 jaar gemiddeld tot 42% van de situaties tot beëindiging van de uitkering.

 

Themaonderzoeken leidden eveneens tot beëindigingen. Het aantal beëindigingen is verwerkt in de resultaten. Met de beëindiging van één uitkering bespaarde WIL over de periode van 2017 tot en 2022 gemiddeld € 21.000,- over een periode van 18 maanden. Dit komt neer op € 14.000,- per kalenderjaar. Dit besparingsbedrag is over 2022 gestegen naar € 22.500,-. Met een gemiddelde van € 15.000,- per kalenderjaar. Sinds 2023 is dit

€ 24.000,- en € 16.000,- per kalenderjaar. Dit vanwege de verhoging van de uitkeringen met 10% per 1 januari 2023.

7.2 Alle signalen worden opgepakt

We hebben in 2019 tm 2021 veel handhavingssignalen niet kunnen onderzoeken. Gelet op de beperkte financiële ruimte van de gemeenten, is er voor 2020 en 2021 een “nullijn” afgesproken. In de kaderstellende raadsdebatten(KRD) is er door de raden meer prioriteit gelegd bij de aard en kwaliteit van onze dienende dienstverlening aan de klanten van onze gemeenten. Dit betrof onder andere de doorontwikkeling van de dienstverlening richting leefwereld. Voor Schuldhulpverlening betekende dat een tandje meer. En voor Handhaving een tandje minder. Het gevolg van deze prioriteitenstelling was dat wij taken op het terrein van handhaving niet uitvoerden. Zoals de raden hebben aangegeven, hebben wij onze inzet bij de uitkeringsaanvraag wel voortgezet.

Uit de opgehaalde noties tijdens het kaderstellende raadsdebat van 13 oktober 2021 blijkt dat een tandje minder voor Handhaving in 2022 niet langer acceptabel is.

Door de gemaakte keuze in 2020 en 2021 is slechts 40% van de handhavingssignalen tijdens de uitkeringsperiode onderzocht. 60% van de signalen blijven liggen. Dat knaagt aan een rechtvaardige uitvoering en het draagvlak voor de sociale zekerheid. Door deze keuze was Handhaving door het ijs gezakt.

Na de begrotingswijziging in april 2022, met meer structurele formatie, is WIL in staat handhaving op de juiste wijze uit te voeren en alle handhavingssignalen te onderzoeken. We werken vanuit ons basisprincipe; “In vertrouwen handhaven.”

8. | ONZE PLANNEN

8.1 Waar gaan we voor

De afgelopen jaren deden we ruime ervaring op met wat werkt bij handhaving. Dat nemen we mee. We gaan werken vanuit de volgende uitgangspunten:

 

  • In vertrouwen handhaven

  • Voorlichting aan de poort en tijdens de uitkeringsperiode

  • We gaan uit van onbewust handelen

  • We doen zorgvuldig onderzoek

  • We ondersteunen waar het kan en

  • Handhaven waar het moet

Mede gelet op onze ervaringen gaan we daarvoor het volgende doen:

8.2 Huidige visie en werkwijze

Onze visie en werkwijze van handhaving dragen ertoe bij dat wij op een zorgvuldige manier een uitkering verstrekken. We blijven aandacht houden voor de leefwereld van klanten en passen maatwerk toe.

8.3 Inzet op begrijpelijke taal

WIL zet in op vroegtijdige informatievoorziening via allerlei kanalen, zowel intern als extern. De brieven zijn inmiddels op taalniveau B1 herschreven om op klantniveau aan te sluiten (B1), zodat we het merendeel van onze klanten bereiken. Wanneer dit moeilijk is en blijft voor de klant, dan zetten we in op mondelinge voorlichting door een WIL- medewerker of met hulp van een contactpersoon van de klant.

8.4 Optimaliseren dienstverlening en voorlichting

We helpen klanten met goede voorlichting. Dat kan in een persoonlijk gesprek of tijdens workshops. Beter is wanneer zij ook daadwerkelijk bij ons in beeld zijn, zich gehoord en gezien voelen. Medewerkers pakken vervolgacties snel en effectief op. Daarbij hoort: zeg wat je doet en doe wat je zegt.

We streven naar administratieve lastenverlichting, waardoor de klant niet iedere keer gegevens hoeft aan te leveren die al bij ons bekend zijn (Wet eenmalige gegevens-uitvraag (WUE). Dat is steeds meer gemeengoed binnen WIL. Er is aandacht voor een goed functionerend ICT-systeem. Dat wordt verder geoptimaliseerd. Door het ontbreken van wettelijke bepalingen mag niet alle informatie met betrokken afdelingen en organisaties worden gedeeld. Dat vertraagt een snelle afhandeling. Hierbij kan het enerzijds gaan om situaties die handhavers waarnemen en waar hulp van jeugdzorg, Wmo of schuldhulpverlening noodzakelijk is. Anderzijds kan er sprake zijn van oneigenlijke bewoning of ondermijning.

8.5 Vroegtijdig onderzoek bij aanvraag en tijdens de uitkering

Goede voorlichting en optimale dienstverlening hebben een preventief effect en zorgen voor een grotere nalevingsbereidheid. Toch kan het gebeuren dat een uitkering/voorziening (minimabeleid) oneigenlijk gebruikt wordt. Dit moet zo snel mogelijk worden onderzocht, zodat we erger voorkomen. Dat betekent dat wij handhavingssignalen bij aanvraag van de uitkering en tijdens de uitkeringsperiode direct onderzoeken. Hier mag geen achterstand ontstaan. Team Handhaving doet een integrale beoordeling, stellen de klant centraal en beoordelen de rechtmatigheid.

8.6 Inkomsten opgeven

Inkomsten/periodieke verklaringen over de ontvangen inkomsten kunnen maandelijks en halfjaarlijks worden opgevraagd bij de klanten. Daarvoor is een standaardformulier.

Met die gegevens stellen wij de juiste hoogte van de uitkering vast. Is een nader onderzoek nodig, dan is dat in de regel een taak van Team Inkomen en de Uitkeringsadministratie. Indien nodig kan Team Handhaving adviseren of, een nader onderzoek doen.

8.7 Huisbezoeken

Wij blijven huisbezoeken inzetten als dat nodig is om een goede afweging te kunnen maken.

8.8 Themaonderzoeken

Met themaonderzoeken kunnen we nader onderzoek doen naar uitkeringssituaties. Dit zijn bijvoorbeeld lage inkomsten uit parttime werk, autobezit, na een WW periode nog werkloos. Daarmee wordt niet het gehele klantenbestand belast, maar een beperkte groep. Dit is een klantvriendelijke en effectieve methode.

8.9 Handhaving: bestuursrechtelijke insteek

WIL kiest voor de bestuursrechtelijke insteek voor het afhandelen van onderzoeken. Dat is in eerste aanleg het minst belastend. Hiermee kunnen we de schadelast voor de klant en de gemeenten beperken. Daar waar het nodig is en moet, bijvoorbeeld in het belang van een groter onderzoek, volgt WIL de strafrechtelijke weg, werken wij samen met de RSRN en andere gerechtelijke instanties, voor zover dit op grond van de AVG mogelijk is.

9. | FINANCIERING, INZET EN MONITORING

9.1 Organisatie en financiering “In vertrouwen handhaven”

We zien de afgelopen jaren een dynamischer klantenbestand. Onze klanten zijn diverser geworden en er is vaker sprake van multi-problematiek. WIL gaat daarom meer dan voorheen uit van de leefwereld van de klant. Deze gewijzigde aanpak heeft effect op de onderzoeken waar Team Handhaving bij betrokken is.

 

WIL-collega’s vragen Team Handhaving vaker om advies. Het gaat hierbij onder andere om consultatie, administratieve onderzoeken, intensieve onderzoeken, gesprekken en huisbezoeken. Zo nodig wordt het team betrokken bij strafrechtelijke onderzoeken.

 

Om het beleidsplan en onze visie “In vertrouwen handhaven” te bekrachtigen, is 2 fte structureel toegevoegd aan het team bij de begrotingswijziging in 2022. Het betrof een structurele bijdrage van € 150.000,-. Dit is 1 fte voor themaonderzoeken en 1 fte voor het onderzoeken van handhavingssignalen tijdens de uitkeringsperiode.

 

Zijn deze onderzoeken effectief en is het een verantwoorde investering?

De afgelopen jaren heeft WIL laten zien dat themaonderzoeken en reguliere signaalonderzoeken van Team Handhaving effectief waren. Dat leidde tot minder uitkeringen en besparingen op de BUIG. Daarmee bespaarden de gemeenten structureel geld. Gelet op deze ervaringen sinds 2017 ligt er een stevig resultaat. De toegekende structurele investering van 2 fte is maatschappelijk verantwoord en verdient zich meer dan terug.

 

Met deze structurele middelen kan WIL de handhaving opnieuw vorm geven. “In vertrouwen handhaven” zorgt daarmee voor een stevige basis; we zijn dan in staat meer oog te hebben voor de mens achter de klant.

 

Met deze investering blijven we preventief werken aan de poort en gedurende de uitkeringsperiode. Daar waar nodig ondersteunen we collega’s en onderzoeken wij 100% van de reguliere handhavingssignalen. Indien nodig prioriteren wij. Verder zijn we voornemens 1 themaonderzoek per jaar uit te voeren. Op deze wijze verstrekken wij een uitkering aan wie daar recht op heeft en voorkomen we misbruik en oneigenlijk gebruik.

Voor een uitgebreid overzicht van de kosten en baten verwijzen wij naar bijlage 6.

9.2 Onze inzet en verwachte besparingen

Naast de al omschreven uitgangspunten geven we in dit schema onze inzet en verwachte besparingen weer, op basis van historische gegevens:

 

Onze inzet

Verwachting

Handhaving aan de poort

Verwachting: 5% van de aanvragen leidt tot een intensief onderzoek.

Gemiddeld 50% van deze aanvragen die intensief wordt onderzocht leidt niet tot een toekenning van een uitkering levensonderhoud.

Alle handhavingssignalen onderzoeken tijdens de uitkeringsperiode

Verwachting: 40% leidt tot een beëindiging van de uitkering.

Signalen onderzoeken in relatie tot de investering

Verwachting: Een besparing van 150% van € 75.000,- per kalenderjaar op basis van een besparingstermijn van 18 maanden per beëindigde uitkering.

9.3 Monitoring

Wij blijven voortgang monitoren.

We willen wel opmerken dat het een illusie is om te denken dat er geen misbruik meer zal zijn. Dat blijft altijd bestaan.

9.4 Jaarplannen

In de jaarplannen beschrijven we de activiteiten van het team. Op basis van worden de resultaten gemonitord. Deze resultaten vormen de inzet voor het volgende jaar.

10. | SLOTBEPALINGEN

Artikel 10.1 Citeertitel

Dit plan wordt aangehaald als

“Beleidsplan handhaving Werk en Inkomen Lekstroom 2023”

Artikel 10.2 Inwerkingtreding

Dit plan treedt in werking op de dag na de dag van bekendmaking.

Het Handhavingsplan zoals vastgesteld in de vergadering van het dagelijks bestuur op 17 februari 2022 komt hiermee te vervallen.

Aldus vastgesteld in de vergadering van het dagelijks bestuur van de Gemeenschappelijke regeling Werk en Inkomen Lekstroom, gehouden op 14 september 2023

De voorzitter,

W. Eggengoor

De secretaris,

R.H. Esser

Bijlage 1: Lijst met afkortingen

In dit Beleidsplan handhaving en daarop gebaseerde regels en afspraken wordt verstaan onder:

 

AB

Algemeen bestuur

AVG

Algemene verordening gegevensbescherming

Awb

Algemene wet bestuursrecht

AWBI

De Algemene wet op het binnentreden

Bbz

Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004

BKWI

Bureau Keteninformatiesering Werk en Inkomen

BRP

Basisregistratie persoonsgegevens

BUIG

Bundeling Uitkeringen Inkomensvoorzieningen Gemeenten

DB

Dagelijks Bestuur

GR

Gemeenschappelijke regeling Werk en Inkomen Lekstroom

IB

Inlichtingenbureau

IOAW

Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers

IOAZ

Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandige

Pwet

Participatiewet

RSRN

Regionale Sociale Recherche Nieuwegein

UWV

Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen

Wet SUWI

Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen

WEU

Wet eenmalige gegevensuitvraag werk en inkomen

Wgr

Wet gemeenschappelijke regeling

WIL

Werk en Inkomen Lekstroom

Wmo

Wet maatschappelijke ondersteuning

WW

Werkloosheidswet

Bijlage 2: Definities

Handhaving

Handhaving betreft alle activiteiten van de overheid die erop gericht zijn dat regels worden nageleefd:

  • -

    Het bevorderen van de spontane nalevingsbereidheid

  • -

    Maatschappelijk draagvlak hebben en houden voor de regels

  • -

    Het terugdringen van misbruik en oneigenlijk gebruik

Naleving, handhaving

In de dienstverlening worden de begrippen handhaving en naleving naast en door elkaar gebruikt.

 

Naleving

Met naleving wordt het handelen van de klant bedoeld. Die is zelf verantwoordelijk voor de naleving van de verplichtingen die aan een uitkering zijn verbonden.

 

Handhaving

Dit zijn de inspanningen die WIL doet om naleving van wet- en regelgeving te controleren en te versterken. Hierbij gaat het om met name naar onderzoek op de rechtmatigheid van de uitkeringsverstrekking.

 

Misbruik en oneigenlijk gebruik

Het begrip “misbruik en oneigenlijk gebruik” wordt in de wet gehanteerd voor het verwijtbaar niet-naleven van de inlichtingenplicht. Hierdoor ontstaat schade die met terugvordering en een boete dient te worden hersteld.

Bijlage 3: Cirkel van naleving

Ons handhavingsbeleid is gebaseerd op het principe van hoogwaardige handhaving. De gedachte hierbij is dat klanten die weten wat hun verplichtingen zijn en wat de consequenties zijn als zij die verplichtingen niet nakomen, eerder geneigd zijn hun verplichtingen na te komen. Daarnaast zijn wij verplicht duidelijke voorlichting te geven.

Onze werkwijze van handhaving is weergegeven in onderstaande cirkel van naleving. De werkwijze bestaat uit vier fases: de eerste twee zijn preventief van aard, de laatste twee controlerend (repressief).

De preventieve activiteiten bestaan uit het vroegtijdig informeren en optimaliseren van de dienstverlening.

De repressieve activiteiten bestaan uit opsporen/nader onderzoek/ en zo mogelijk het korten op de uitkering. De cirkel omvat hierdoor een sluitende aanpak.

 

Het handhavingsproces in beeld: DE CIRKEL VAN NALEVING

 

 

De kern van de cirkel is dat het effectiever is om klanten aan te zetten tot wenselijk gedrag en het niet naleven te corrigeren. De cirkel verbindt zo rechtmatigheid met doelmatigheid. Een nadere uitleg van de vier fases volgt hieronder.

 

4.1 De klant centraal

 

a. Vroegtijdig informeren

Klanten zijn er zelf verantwoordelijk voor dat zij kennisnemen van de regels waar zij zich aan hebben te houden. Iedere klant zou in principe kunnen weten welke verplichtingen er bij het ontvangen van een voorziening horen. Het is onze taak om te voorkomen dat onrechtmatig gedrag onbewust en ongewild ontstaat, bijvoorbeeld door onwetendheid, laaggeletterdheid of door een verkeerd verwachtingspatroon. Daarom is het van belang dat wij de klant al zo vroeg mogelijk, zo vaak mogelijk en zo volledig mogelijk informeren over de rechten en plichten die aan het aanvragen en ontvangen van een uitkering of voorziening zijn verbonden. Wij houden rekening met het communicatieniveau van onze klanten. Juiste, eenduidige en tijdige informatie is een noodzakelijke basisvoorwaarde voor een heldere handhavingspraktijk.

 

b. Optimaliseren dienstverlening

Goed voorbeeld doet goed volgen. Klanten houden zich aan regels en afspraken. De kans dat zij dit zullen doen wordt groter als WIL dit zelf ook doet. Als WIL zich zelf aan afspraken houdt, helder communiceert en klanten correct bejegent, is de verwachting dat klanten eerder geneigd zullen zijn dit gedrag zelf ook te vertonen.

 

c. Vroegtijdige onderzoek

Onderzoek op maat kan reactief of proactief zijn. Zo voorkomen we dat mensen een verkeerd bedrag ontvangen of dat we iets moeten corrigeren.

De reactieve aanpak is toezicht naar aanleiding van handhavingssignalen en/of meldingen; signaal-gestuurd onderzoeken. Periodieke heronderzoeken/ projecten of andere vormen van onderzoek maken hier onderdeel van uit.

De proactieve aanpak richt zich op preventie aan de poort; daar waar de uitkering wordt aangevraagd.

 

d. Oneigenlijk gebruik en het korten op de uitkering

Oneigenlijk gebruik en misbruik moet worden voorkomen; dit mag niet lonen. Klanten die niet correct of onrechtmatig handelen mogen geen gewin hebben ten opzichte van diegenen die wel correct handelen. Voor klanten waar sprake is van onbewust oneigenlijk gebruik, kijken wij eerst goed naar de oorzaken, voordat wij tot een besluit komen.

Voor klanten die zich na onderzoek bewust niet aan de afspraken houden, geldt een ‘lik op stuk beleid’. Daarbij moeten terugvorderingen en boetes ook werkelijk betaald worden, zodat het voordeel dat het oneigenlijk gebruik biedt wordt ontnomen. Als bewust oneigenlijk gebruik niet direct wordt aangepakt, verliest het handhavingsbeleid aan geloofwaardigheid en draagvlak in de Lekstroom.

 

WIL doet aangifte bij zwaardere misbruikzaken boven een landelijk vastgesteld bedrag. Zij volgt hier de Aanwijzing sociale zekerheidsfraude10. In overleg met en na akkoord van het Openbaar Ministerie kan in dergelijke situaties strafrechtelijk vervolgd worden. Daarbij werken wij samen met RSRN. De sociaal rechercheurs maken dan proces-verbaal op, waarna de klant zich moet verantwoorden voor de strafrechter.

De aangiftegrens is € 50.000,-. In bepaalde situaties geldt een lagere aangiftegrens van € 20.000,-11.

De praktijk van WIL wijst uit dat het benadelingsbedrag in het algemeen lager is dan de aangiftegrens van € 50.000,-. Omdat het bedrag onder de aangiftegrens ligt, kan dit bestuursrechtelijk worden afgehandeld. WIL probeert de kosten voor de klant en gemeenten zoveel mogelijk te beperken. Hiervan kan worden afgeweken wanneer dit in het belang van een groter strafrechtelijk onderzoek wordt geadviseerd.

Bijlage 4: Nadere toelichting op de vormen van huisbezoeken

We onderscheiden (juridisch) drie vormen van huisbezoeken:

 

  • 1.

    Een dienstverleningsonderzoek, waarbij de klant niet naar WIL kan komen

  • 2.

    Een verificatie huisbezoek om het recht op een uitkering te beoordelen

  • 3.

    Een huisbezoek bij een sterk vermoeden van misbruik

1.Een dienstverleningshuisbezoek waarbij de klant niet WIL kan komen

Er zijn huisbezoeken in het kader van de dienstverlening. Bijvoorbeeld bij een klant die door fysieke- of gezondheidsproblemen niet de mogelijkheid heeft om bij WIL langs te komen. Hierbij kan het gaan om klanten met een grotere afstand tot de arbeidsmarkt.

De Algemene wet op het binnentreden (AWBI) is wel van toepassing. Legitimatie en toestemming voorafgaand aan het betreden van de woning is dus een vereiste.

 

2. Een verificatiehuisbezoek (rechtmatigheidsbeoordeling)

De “Wet Huisbezoeken” richt zich specifiek op het huisbezoek ter verificatie van door de klant verstrekte inlichtingen, waarbij geen vermoeden van fraude aanwezig is.

De “Wet Huisbezoeken” geeft WIL in dat geval meer mogelijkheden. Als wij door weigering van huisbezoek de leefsituatie van de klant - en daarmee de rechtmatigheid van de uitkering of de hoogte daarvan - niet kunnen vaststellen, heeft dat immers gevolgen voor de uitkering.

Artikel 53a lid 2 van de Participatiewet geeft WIL de bevoegdheid om de klant te vragen om aan te tonen dat hij bijvoorbeeld alleenstaand is, feitelijk verblijft op het adres of de kosten kan delen met een ander. Dat kan door middel van een huisbezoek.

 

3. Een huisbezoek bij een sterk vermoeden van misbruik

Wanneer er een redelijk vermoeden van misbruik is ontstaan, geeft art. 53a van Participatiewet de mogelijkheid om de door de klant verstrekte inlichtingen met betrekking tot zijn woon- en leefsituatie te onderzoeken middels een huisbezoek. De klant heeft volgens art. 17 lid 2 Pwet een “meewerkplicht.” Het niet meewerken aan een huisbezoek bij een redelijk vermoeden van oneigenlijk gebruik kan leiden tot het afwijzen van een aanvraag of het intrekken van uitkering.

 

Protocol huisbezoek

Ter ondersteuning van de huisbezoeken hanteren we het Protocol Huisbezoeken voor Werk en Inkomen Lekstroom WIL12. In dit protocol is een kader meegegeven waarbinnen de werkzaamheden worden uitgevoerd. Dit met inachtneming van de rechtswaarborgen voor de klant.

Bijlage 5: Hoogwaardig handhaven samengevat

In het kort komt de inzet van handhaving hierop neer:

 

Preventief bij aanvragen

  • Tijdens voorlichtingsbijeenkomsten leggen we de dienstverlening, de voorwaarden en spelregels uit

  • Het voorkomen van onrechtmatige verstrekking van een uitkering bij de aanvraag

Preventief, signaalgestuurd bij lopende uitkeringen

  • Groepsgewijze en persoonlijke voorlichting over dienstverlening en spelregels

  • Wijzigingen in omstandigheden bespreken tijdens dienstverleningsgesprekken(werkcoaches)

  • Handhavingssignalen van misbruik en oneigenlijk gebruik onderzoeken we

  • Themaonderzoeken

De feitelijke inzet in 2017, 2018 en 2019

Maximale inzet op preventie bij aanvragen

  • Vroegtijdige en proactieve voorlichting

  • Vroegtijdige opsporing van oneigenlijk gebruik door onderzoek op maat

Maximale inzet op onderzoek bij lopende uitkeringen

  • Handhavingssignalen misbruik en oneigenlijk gebruik zijn onderzocht

  • In 2017 themaonderzoeken uitgevoerd (businesscase)

De feitelijke inzet in 2020/2021 en de effecten (beperkte inzet/nullijn)

Maximale inzet op preventie bij aanvragen

  • Vroegtijdige en proactieve voorlichting

  • Vroegtijdige opsporing van oneigenlijk gebruik door onderzoek op maat

Beperkte inzet op onderzoek bij lopende uitkeringen

  • 40% van de handhavingssignalen van misbruik en oneigenlijk gebruik werd onderzocht, 60% niet

  • Er is geen themaonderzoek uitgevoerd

  • De achterstallige handhavingssignalen zijn niet opgepakt

  • Vermogenssignalen van het Inlichtingenbureau zijn niet opgepakt

De feitelijke inzet in 2022 en de effecten

Na de begrotingswijziging per april 2022 is structureel € 150.000,- beschikbaar gesteld voor handhaving. Per 1 juli 2022 is 1 fte ingevuld. Voor de tweede vacature is geworven en deels ingehuurd. Dit heeft tot de volgende resultaten geleid:

 

Blijven inzetten op preventie bij aanvragen

  • Vroegtijdige en proactieve voorlichting

  • Vroegtijdige opsporing van oneigenlijk gebruik door onderzoek op maat

Onderzoeken van signalen op lopende signalen

  • De handhavingssignalen worden onderzocht

  • 39 % van de signalen hebben geleid tot beëindiging van de uitkering

  • Er is geen themaonderzoek uitgevoerd bij gebrek aan formatie

Notabene

  • Op basis van de cijfers 2017 t/m 2022 blijkt dat 42% van alle afgehandelde handhavingssignalen leidt tot beëindiging van de uitkering.

  • In vergelijking met 2021 zijn in 2022, 5 uitkeringen meer beëindigd. Dit een besparing van € 112.500,-

  • WIL heeft een lager aantal draaideurklanten dan in de benchmark, dus dit is ook een realistisch uitgangspunt voor WIL.

  • Bijkomend effect is dat meer handhavingssignalen oppakken leidt tot meer werk verderop in de keten bij beëindigingen, Terugvordering & Incasso, Bezwaar en Beroep.

Bijlage 6: Feiten, resultaten en cijfers Handhaving 2017 - 2022

In vertrouwen handhaven: Investering versus besparing

Draagvlak behouden voor sociale voorzieningen is een maatschappelijke verantwoordelijkheid. Zo behouden draagvlak voor diegene die het echt nodig hebben. Handhaving speelt een belangrijke rol bij de rechtmatige verstrekking zonder de menselijke maat uit het oog te verliezen. De resultaten over een periode van 5 jaar geven een duidelijk beeld van het aantal beëindigde uitkeringen en bespaarde regelingskosten. Dat leidt voor WIL en de gemeenten tot een besparing op de BUIG.

 

Figuur A. Handhavingsonderzoeken o.b.v. handhavingssignalen leiden tot beëindigingenen besparingen*

Hieronder het aantal uitkeringen dat is beëindigd met de gerealiseerde besparingen.

 

Jaar

2017

2018

2019

2020

2021

2022

Leidt tot beëindigingen

45

31

26

14

16

21

Besparing

€ 945.000

€ 651.000

€ 546.000

€ 294.000

€ 336.000

€ 472.500

*Toelichting: Bij de berekeningen is de gemiddelde besparing per beëindigde uitkering gesteld op € 21.000,- (€ 14.000,- x 1,5 kalenderjaar (Divosa norm). Op basis van de cijfers van WIL en de stijgende uitkeringslasten bedraagt de besparing voor 2022 per beëindigde uitkering € 22.500,-. Dit is € 15.000,- per kalenderjaar.

 

Figuur B. Een overzicht van het aantal afgehandelde handhavingssignalen gedurende deuitkeringsperiode die leiden tot beëindiging van de uitkering

 

Jaar

2017

2018

2019

2020

2021

2022

Aantal handhavingssignalen per jaar

85

85

70

76

78

71

Aantal afgehandelde handhavingssignalen

85

65

70

38

37

56

Aantal beëindigingen

45

31

26

14

16

21

Percentage beëindigingen t.o.v. het aantal afgehandelde signalen

53%

48%

37%

37%

38%

38%

Gemiddeld % beëindigingen 2017 t/m 2022

42%

 

Niet alle signalen zijn intensief onderzocht vanwege beëindiging van de uitkering of niet onderzoekswaardig bevonden.

 

 

Figuur C. Een overzicht van het aantal toekenningen en afwijzingen na een intensief onderzoek

 

Hieronder het overzicht van de resultaten na een intensief onderzoek. Gemiddeld leidt dit in 47% tot een toekenning en 53% tot een afwijzing van de aanvraag.

Jaar

Leidt tot toekenning

Leidt tot afwijzing

% intensieve onderzoeken

2017

44%

56%

100%

2018

47%

53%

100%

2019

42%

58%

100%

2020

43%

57%

100%

2021

54%

46%

100%

2022

50%

50%

100%

gemiddeld

47%

53%

100%


3

WRR, Weten is nog geen doen 2017 e-ISBN 978 94 9018 (www.wrr.nl/publicaties/rapporten/2017/04/24/weten-is-nog-geen-doen)

4

Klanttevredenheidonderzoek WIL 2021 (www.wil-lekstroom.nl/feedback)

5

Tweede Kamer 34 352, vergaderjaar 2020-2021, 34 352, nr. 207 Uitvoering en evaluatie Participatiewet

6

Informatiebeveiligingsbeleid Werk en Inkomen Lekstroom 2021 – 2025 vastgesteld in het AB van 8 april 2021 (bijlage 9a).

8

Handreiking internetonderzoek Participatiewet, VNG juli 2021 https://vng.nl/kennisbank-naleving/internetonderzoek-participatiewet-handreiking

9

Besluit 1e kamer 13-10-2012 inwerkingtreding per 1-1-2013 https://www.eerstekamer.nl/wetsvoorstel/31929_huisbezoek_voor

10

Aanwijzing sociale zekerheidsfraude dd. 1 april 2016: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2016- 12609.html

12

Vastgesteld in het MT van 25 november 2014 onder nummer B160