Organisatie | Amsterdam |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Uitwerkingsbesluit kunst en cultuur Nieuw-West 2024 |
Citeertitel | Uitwerkingsbesluit kunst en cultuur Nieuw-West 2024 |
Vastgesteld door | gedelegeerde functionaris |
Onderwerp | algemeen |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt Alle voorgaande Uitwerkingsbesluiten Kunst en Cultuur Nieuw-West.
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
29-09-2023 | 01-07-2023 | nieuwe regeling | 12-09-2023 |
In dit Uitwerkingsbesluit is vastgelegd hoe de subsidieregeling ‘gebiedsgebonden kunst- en cultuuractiviteiten’ wordt toegepast in relatie tot de Hoofdlijnen en het Kunstenplan 2021-2024, de gebiedsagenda’s en/of gebiedsplannen. Het dagelijks bestuur bepaalt, met inachtneming van de voorschriften zoals opgenomen in bovengenoemde subsidieregeling, per soort activiteit de wijze waarop de subsidie wordt verleend (Hoofdstuk 5).
Artikel 2 Kunst en Cultuurprofiel
Korte beschrijving van het kunst- en cultuurprofiel van het stadsdeel gerelateerd aan de gebiedsagenda’s en/of gebiedsplannen:
Stadsdeel Nieuw-West kent een kunst en cultuursector met veel kansen, met jonge bewoners zit het stadsdeel vol talent. Naast een aantal grote aanbieders, bevinden zich in het stadsdeel dan ook vooral veel kleine grassroots instellingen met ieder hun eigen karakter en groeimogelijkheden. Nieuw-West kent veel broedplaatsen en veel nieuw talent onder de kunstenaars, creatievelingen en makers. Voor Nieuw-West is een diverse en rijke kunst en cultuurklimaat dan ook het uitgangspunt.
De kunst en cultuursector kent veel uitdagingen, zoals financiering en huisvesting. De meeste broedplaatsen blijven in de tijdelijkheid zitten en het nieuwe talent lijkt moeite te hebben met professionalisering, financiering, ontwikkeling en huisvesting.
Nieuw-West zal zich dan ook richten op de volgende pijlers:
In Nieuw-West zullen de plaatsen waar cultuur kan worden ervaren in stand worden gehouden en uitgebreid, terwijl we tegelijkertijd streven naar een grotere toegankelijkheid.
Wij willen blijven doorgaan met het in stand houden en uitbreiden van plaatsen waar cultuur kan worden ervaren en deze, waar mogelijk, steeds toegankelijk maken. Belangrijk hierin zijn activiteiten en projecten waarbij bewoners samenwerken met kunstenaars of kunstinstellingen, waarbij de nadruk ligt op ontmoeting en verbinding. Daarnaast hechten we veel waarde aan het aanbod dat aansluit op de behoeften van onze bewoners. Om dit te bereiken, moeten projecten en activiteiten aantoonbaar draagvlak hebben binnen de buurt.
Samenwerkingen tussen bestaande culturele instellingen en nieuwe, jonge cultuuraanbieders juichen wij toe. Het is belangrijk dat daarbij ook het jongere deel van de bevolking in ons stadsdeel wordt aangesproken en in verbinding wordt gebracht met andere groepen. Dit geldt met name voor festivals in het gebied.
Wij besteden daarbij extra aandacht aan de gebiedsplannen en gebiedsagenda, waarbij juist de inbedding in en verbinding met het gebied een belangrijk aandachtspunt is. Wij juichen daarbij toe dat de activiteit meegroeit met de buurt en leert van de effecten en uitvoering.
Wij willen de culturele sector aanjagen, verbinden, ondersteunen en versterken. Wij stimuleren het cultureel aanbod dat aansluit op de behoefte van bewoners en gebruikers van Nieuw-West. Aanbod dat het snijvlak van kunst en maatschappij opzoekt. Kunst die bijdraagt aan sociale verbindingen.
Wij zien de rol van het stadsdeel Nieuw-West ten aanzien van het culturele veld als: wij jagen aan, verbinden, ondersteunen en versterken een divers en rijk kunst en cultuurklimaat in Nieuw-West.
Voor de uitvoering van het Uitwerkingsbesluit kunst en cultuur Nieuw-West 2024 is een subsidieplafond vastgesteld van € 365.145,-. Dit onder voorbehoud van conforme vaststelling van de begroting voor de subsidieregeling gebiedsgebonden kunst- en cultuuractiviteiten 2021-2024 en het Van Eesterenmuseum.
Dit subsidieplafond is onderverdeeld in de volgende deelsubsidieplafonds:
Artikel 4 Subsidiabele activiteiten
Kunst en cultuurprojecten (eenmalig): Hieronder wordt verstaan: tijdelijke actuele kunst- of cultuurprojecten op het gebied van theater, muziek / muziektheater, letteren, beeldende kunst, film, fotografie, mode, vormgeving, digitale media en community art of cross-overs van disciplines,- uitgevoerd door professionele kunstenaars of kunst- of culturele instellingen en die in stadsdeel Nieuw-West worden gerealiseerd en voor een zo groot mogelijk publiek toegankelijk zijn. Tevens dienen ze verbindend in de buurt te zijn. Atelierroutes evenals aanvragen die slechts bedoeld zijn voor enkel bedrijfsmatige kosten (zoals huur, overheadkosten en materiaal) vallen hier niet onder.
Kleine kunst en cultuurprojecten (eenmalig): de activiteiten beschreven onder lid 1 van dit artikel, met dien verstande dat: het om een kleinschalige activiteit gaat en er ruimte is om de activiteiten in de vorm van een pilot, beginnende activiteit of onderzoek te laten plaatsvinden. Voor de activiteit is géén eerdere subsidie aangevraagd.
Gebiedsgebonden één of meerdaagse culturele festivals Hieronder wordt verstaan: een uiting van een reeks van muziek, theater of andere kunstuitvoeringen in een bepaald verband en met een beperkte tijdsduur van maximaal enkele dagen. Festivals zijn in grote mate gericht op de bewoners en bezoekers van Nieuw-West of een deel van Nieuw-West en hebben zodanig voor het gebied betekenis. Voorwaarde hierbij is dat het festival geen winstoogmerk mag hebben. Echter, voor festivals die gebiedsgebonden zijn, kunnen aanvragers zonder winstoogmerk samenwerken met een partij met winstoogmerk, zij het in beperkte mate. De buurtgerichte opgave is leidend. Evenementen waarbij het niet primair gaat om kunst en cultuur worden hier niet toe gerekend.
Gebiedsgebonden een- of meerdaagse culturele festivals met een prioritaire aanvrager. Hieronder wordt verstaan: een uiting van een reeks van muziek, theater of andere kunstuitvoeringen in een bepaald verband en met een beperkte tijdsduur. Festivals zijn in grote mate gericht op de bewoners en bezoekers van Nieuw-West of een deel van Nieuw-West en hebben zodanig voor het gebied betekenis. Voorwaarde hierbij is dat het festival geen winstoogmerk mag hebben. Echter, voor festivals met een prioritaire aanvrager, kunnen aanvragers zonder winstoogmerk samenwerken met een partij met winstoogmerk, zij het in beperkte mate. De buurtgerichte opgave is leidend. Evenementen waarbij het niet primair gaat om kunst en cultuur worden hier niet toe gerekend.
Artikel 6 In afwijking op artikel 15, lid 1 van de Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2023 worden subsidies tot en met €5.000,- direct vastgesteld.
Artikel 7 In afwijking op artikel 5 van de Algemene Subsidieverordening
Amsterdam 2023 mogen natuurlijke personen en rechtspersonen zonder volledige rechtsbevoegdheid een subsidie aanvragen indien dit bij de betreffende activiteit staat vermeld. Het totaal aan subsidies binnen de gemeente Amsterdam die in dit geval door de natuurlijke personen en rechtspersonen zonder volledige rechtsbevoegdheid mogen worden mogen het totaalbedrag van € 50.000 niet overschrijden.
Aldus vastgesteld in de vergadering van 12 september 2023
de heer E. Ünver,
voorzitter
De heer F. van Erkel
Stadsdeelsecretaris a.i.
Het Uitwerkingsbesluit Kunst en Cultuur maakt integraal onderdeel uit van de stedelijke subsidieregeling Gebiedsgebonden Kunst- en Cultuuractiviteiten en wordt vastgesteld door het dagelijks bestuur. Dit betekent dat voor elk stadsdeel een apart Uitwerkingsbesluit geldt. Een aantal variabele componenten van de stedelijke regeling Gebiedsgebonden Kunst- en Cultuuractiviteiten wordt per stadsdeel ingevuld of gedefinieerd.
In onderdeel I van het Uitwerkingsbesluit wordt een korte beschrijving opgenomen van het kunst- en cultuurprofiel van het stadsdeel gerelateerd aan de gebiedsagenda’s en/of gebiedsplannen en binnen het kader van de Hoofdlijnen Kunst en Cultuur 2021-2024.
Gebaseerd op de conceptbegroting 2023, volgt in onderdeel II een beschrijving van het begrotingsplafond en de deelplafonds specifiek voor deze regeling. Indien een deelplafond niet volledig gebruikt wordt voor een activiteit kan in een aantal gevallen de middelen ingezet worden voor een andere activiteit uit dit Uitwerkingsbesluit.
Gebaseerd op het kunst- en cultuurprofiel, volgt in onderdeel III een opsomming van de subsidiabele activiteiten (bijvoorbeeld festivals gericht op kunst en cultuur, atelierroutes, tijdelijke kunstprojecten, etc.).
Van elke soort activiteit die voor subsidie in aanmerking komt bepaalt het dagelijks bestuur in onderdeel IV van het uitwerkingsbesluit de kaders waarbinnen de subsidie wordt verleend. De onderdelen van de kaders die het dagelijks bestuur zelfstandig kan invullen dan wel definiëren zijn vastgelegd in artikel 5 lid 3 van de regeling.
Partijen die vaker een subsidie willen aanvragen, moeten er rekening mee houden dat voor eenzelfde of vergelijkbare aanvraag binnen de activiteit A en activiteit C uit deze regeling geen herhalende aanvragen kunnen worden gesubsidieerd.
Om te zorgen dat een nieuw concept een kans krijgt om andere inkomsten te zoeken, kan een bewezen concept voor een tweede of derde keer een subsidie aanvragen als uit de aanvraag voldoende duidelijk blijkt dat:
Partijen die een aanvraag doen op activiteit B moeten er rekening mee houden dat voor deze specifieke activiteit slechts éénmalig een aanvraag om subsidie mogelijk is, elke vervolgaanvraag op basis van activiteit B zal meteen worden afgewezen. Een aanvraag op basis van activiteit A of C is mogelijk, indien de vervolgaanvraag een vervolg is op de gesubsidieerde activiteit, deze voldoet aan de eisen onder A of C en aan de aanvraag nadrukkelijk is te zien hoe de aanvraag voor activiteit B heeft geleid tot de activiteit onder A of C.
De relatie met het gebied, de gebiedsagenda en gebiedsplannen maken een belangrijk onderdeel uit bij dit Uitwerkingsbesluit. Het enkel verwijzen hierna is bij de aanvraag niet voldoende en uit de aanvraag zal duidelijk moeten blijken wat de relatie is. Beschrijf in de aanvraag dan ook goed welke relatie er ligt, bij voorkeur heeft u contact gezocht met de medewerkers van het gebied.
Partijen dragen zelf de verantwoordelijkheid voor de (formele) vereisten die aan een activiteit, evenement of festival worden gesteld of bijvoorbeeld gebruik van een gebied of aansluitingen. Het ontvangen van een subsidie kan nooit worden gezien als een formele toestemming van de gemeente.
Bij een eerste aanvraag is het vaak lastig om een overzicht te krijgen van de beschikbare financiële stromen en andere hulp. Je kunt je natuurlijk altijd voorbereiden door onderzoek te doen. Voor Nieuw-West kun je wellicht ook een beroep doen op de cultuurverkenner van het Amsterdamse Fonds voor de Kunst die het stadsdeel goed kent en je wellicht op weg kan helpen. Naast de kennis over de mogelijkheden van het Fonds zijn zij ook beter bekend met andere mogelijkheden.
Daarnaast is het ook mogelijk om een hulpvraag te leggen bij de medewerkers van het stadsdeel Nieuw-West. U krijgt dan ondersteuning van collega’s die niet direct betrokken zijn bij de eventuele aanvraag die volgt. U bent zich hierbij ook bewust dat de ondersteuning en hulp vanuit het stadsdeel nooit kan leiden tot gewekte verwachtingen bij de aanvraag zelf.
Voor de verbinding met de gebieden, kan contact worden gezocht met de gebiedsmakelaars, die meer informatie kunnen geven over het gebied en de gebiedsplannen en gebiedsagenda. Maar bijvoorbeeld ook over bijzondere aandachtsgebieden, zoals de pleinenaanpak.
Hou er rekening mee dat een aanvraag zal worden beoordeeld zoals die op 1 oktober of 1 april bij de gemeente is ontvangen. Aanvullende informatie die daarna binnenkomt zal niet worden meegenomen in de beoordeling. Er zal ook géén aanvullende informatie opgevraagd worden.
Belangrijk is om te beseffen dat de gemeente een subsidieaanvraag beoordeeld langs het doel van de regeling en langs de lijnen die in de regeling en dit uitwerkingsbesluit zijn opgenomen. Aanvragen die geheel gericht zijn op het verkopen van een eigen idee, leveren vaak weinig punten op. Wij waarderen het enthousiasme, maar verzoeken de aanvragers dit uitwerkingsbesluit bij de aanvraag als handleiding te gebruiken.
Er wordt veel gevraagd van een aanvrager, wij wijzen er wel op dat het vooral gaat om de kwaliteit van de aanvraag en niet altijd om de omvang.
Nieuw in 2024 is activiteit B, “kleine kunst en cultuurprojecten” en is vooral bedoeld om de kleine en beginnende makers te ondersteunen in het opzetten van een activiteit of project. Hoewel wij deze aanvragen soepeler kunnen beoordelen, is het toch van belang voor de aanvrager om inhoudelijk wel naar de aanvraag te kijken. Vergeet daarbij ook niet de intentieverklaringen, alleen noemen dat je samenwerkt is niet voldoende.
Niet alle kunst- en cultuuractiviteiten vallen onder de regeling gebiedsgebonden Kunst- en Cultuuractiviteiten 2021-2024. Belangrijke hierbij is of een activiteit past binnen de doelen waar de regeling voor bedoeld is of dat er een andere regeling of financieringsbron is waar de aanvrager een aanvraag voor kan indienen.
Binnen het stadsdeel Nieuw-West vallen in ieder geval de volgende activiteiten niet onder deze regeling:
Alle binnen schoolse en naschoolse kunstbeoefening (voor kinderen in de leeftijd van 4 -18 jaar) vallen niet onder deze regeling. Financiële ondersteuning is deze beleidsperiode geregeld via het door de gemeente opgezette Basispakket Kunst en cultuureducatie en alle scholen kunnen daar gebruik van maken. In de praktijk komt het erop neer dat in de meeste gevallen voor activiteiten voor kinderen onder de 18 jaar geen subsidie zal worden verleend.
Als de kosten waarvoor subsidie aangevraagd wordt, slecht bedoeld is voor overhead en/of bedrijfsactiviteiten van de aanvrager (denk bijvoorbeeld aan huur van een locatie, kosten voor management, communicatie). Overheadkosten en bedrijfsactiviteiten die integraal onderdeel zijn van de activiteit worden vanzelfsprekend als zodanig beoordeeld.
In de meeste hierboven genoemde gevallen zijn er andere regelingen of middelen beschikbaar of kan de aanvrager bijvoorbeeld terecht bij het Amsterdamse fonds voor de kunst.
Binnen het stadsdeel Nieuw-West is ervoor gekozen om in ieder geval een viertal gebiedsgebonden een- of meerdaagse culturele festivals voor een vast bedrag te subsidiëren, deze staan beschreven onder activiteit D “Gebiedsgebonden een- of meerdaagse culturele festivals met een prioritaire aanvrager”. De prioritaire aanvrager dient te voldoen aan de eisen van de regeling en tijdig de aanvraag te doen. Wanneer hiervan geen sprake is, kan ervoor gekozen worden om de subsidie aan een andere aanvrager toe te wijzen. Het stadsdeel kan er dan ook voor kiezen om ook te zoeken naar een nieuwe prioritaire aanvrager.
De intentie van het stadsdeel is om aan vernieuwing te werken in de vier gekozen festivals. Het stadsdeel houdt zich dan ook het recht voor om voor een volgend jaar een festival te wijzigen of een nieuwe prioritaire aanvrager te benoemen.
Andere festivals kunnen daarop een aanvulling zijn. Gezien het subsidieplafond van de regeling, is dit zeer beperkt mogelijk. Eventuele aanvullende festivals moeten in de aanvraag kenbaar maken waarom ze een aanvulling zijn op deze vier festivals. Daarbij gaat de voorkeur uit naar festivals die het jongere deel van de bevolking aanspreken en een verbinding maken tussen ouderen en jongeren.
Gelet op het beperkt beschikbare budget is ervoor gekozen voor een maximaal te subsidiëren bedrag voor deze aanvullende festivals van € 15.000,--. Daarbij hebben is er vanaf 2023 rekening gehouden met een snel veranderende markt, zodat er meer ruimte ontstaat voor kleinere aanvullende festivals. Een eventueel restantbedrag van deze deelsubsidie komt geheel ten goede aan activiteiten genoemd onder activiteiten A “Kunst- en Cultuurprojecten”.
Binnen het stadsdeel Nieuw-West is ervoor gekozen om een bedrag van €95.000,-- geheel ten goede te laten komen aan het Van Eesterenmuseum. Het Van Eesterenmuseum zal haar aanvraag voor een eenmalige subsidie op basis van deze regeling voor 1 oktober 2023 in moeten dienen. Het bijbehorende budget vormt een eigen bedrag in de begroting en drukt daarbij niet op de onderdelen a, b of c.
Uitwerking van de beoordelingscriteria uit artikel 7 lid 3 waaraan de adviescommissie en/of het gebiedsteam de aanvragen toetst:
Toetsing op deze punten zijn leidend en afhankelijk van de toetsing van de commissie. In de aanvraag zal duidelijk moeten zijn in hoeverre aan deze punten is voldaan. Verwijzingen naar bijvoorbeeld ervaringen uit het verleden of andere activiteiten alsmede samenwerkingen zullen in de aanvraag onderbouwd moeten worden. Er kan niet worden afgeweken van deze beoordeling, ook niet als met andere onderdelen van de gemeente Amsterdam daar andere afspraken over zijn gemaakt. Het is aan de aanvrager om in die gevallen altijd zelf na te gaan of die betreffende afdeling gemandateerd is dergelijke afspraken te maken.
Bij de activiteiten A en C is er sprake van een beoordeling en een rangschikking op basis van deze beoordeling op basis waarvan de subsidie verdeeld zal worden. Bij de activiteit D zal enkel de aanvraag beoordeeld worden op deze punten en gekeken worden of het minimaal aantal punten is behaald.
Bij de beoordeling zal in ieder geval naar de volgende onderdelen gekeken worden:
Artikel 7.3.a. “de mate waarin de activiteit bijdraagt aan het bevorderen van de kwaliteit van de leefomgeving in buurten en gebieden in het stadsdeel”
● Communicatieplan (buurtgericht aspect)
● Samenwerkingsverbanden (voorzien van een samenwerkingsovereenkomst of een intentieverklaring. Hierbij is het duidelijk welke rol de samenwerkingspartners hebben.)
a. past bij imago/kleurrijk karakter van stadsdeel
c. openbaar karakter (weigeringsgrond)
• Aantoonbaar passend bij de behoefte van het gebied.
Artikel 7.3.b. “de mate waarin de activiteit gericht is op het in stand houden, verbreden en vernieuwen van aanbod van gebiedsgebonden kunst- en cultuuractiviteiten waaraan door bewoners actief en/of passief kan worden deelgenomen”
a. nieuw publiek, vooral gericht op het uitnodigen van die mensen die niet eerder aan een dergelijke activiteit hebben deelgenomen.
b. verdieping van het aanbod in verhouding met het ander aanbod in het stadsdeel of gebied.
c. verbreding van het aanbod, bijvoorbeeld door te kijken naar nieuwe en unieke locaties of verassende toevoegingen.
d. nieuwe samenwerkingspartners, voor de activiteiten wordt gezocht naar niet eerder betrokken partners die uit de wijk of het stadsdeel afkomstig zijn. Deze samenwerking hoeft zich niet specifiek te beperken tot partners uit de kunst en cultuurwereld.
a. Uit de aanvraag blijkt duidelijk wat de meerwaarde is van het festival op de festivals met prioritaire aanvragers.
b. De aanvraag mag niet de intentie hebben om duurzaam met een subsidie voor te bestaan.
Artikel 7.3.c. “de mate waarin de activiteit zich onderscheidt door de artistiek-inhoudelijke kwaliteit”.
● Merendeels optredens/uitingen van professionele kwaliteit
● Artistieke visie en profiel waaruit in voldoende mate de professionele kwaliteit blijkt
● Activiteitenplan/reflectie op activiteitenplan
● Mate waarin de kwaliteit een meerwaarde is voor het gebied waar de activiteiten plaatsvinden.
● Mate waarin de activiteit zich onderscheid van andere activiteiten.
Artikel 7.3.d. “de mate waarin de activiteit past binnen het Uitwerkingsbesluit kunst en cultuur van het stadsdeel”
● Dit aspect moet beoordeeld worden als: de mate waarin de activiteiten voldoen aan het kunst- en cultuurprofiel van het stadsdeel gerelateerd aan de gebiedsagenda’s en/of gebiedsplannen.
● Indien er niets specifieks over kunst en cultuur in het gebiedsplan is opgenomen, of indien het gebiedsplan nog niet (in concept) bekend is, dient de aanvrager op basis van eigen ervaring in het gebied of de plannen van voorgaande jaren een onderbouwing te geven.
● Het impliceren van een relatie met het gebied levert geen punten op, de aanvrager zal zelf moeten beschrijven op welke wijze de activiteit meewerkt aan de realisatie van de gebiedsplannen en agenda.
Artikel 7.3.e. “de mate waarin de activiteit een positieve bijdrage levert aan het kunstklimaat in een of meer gebieden”
● Vernieuwing: verbanden met andere disciplines
a. door onverwachte aspecten van de kunst aan de orde te stellen
b. door onverwachte verbanden met andere disciplines
Artikel 7.3.f. “de zakelijke kwaliteit van de aanvrager”
c. Haalbaarheid (organisatie/entreeprijs)
d. Verhouding kosten/kwaliteit
e. heeft de aanvrager de zakelijke kennis voor de betreffende activiteit.
a. Benut/creëert kansen uit omgeving
b. Kijkt kritisch naar eigen organisatie/middelen
c. De aanvraag is niet bedoeld als jaarlijks terugkomende subsidie
a. Is transparant hoe de geldstromen lopen.
b. Indien een derde partij aanvraagt namens de uitvoerder, ligt er een overeenkomst aan ten grondslag. Komt de indirecte aanvrager niet boven het maximaal aan te vragen bedrag uit voor rechtspersonen zonder volledige rechtsbevoegdheid of natuurlijke personen.
c. Als aanvrager onderdeel uitmaakt van meerdere partners, is uit de aanvraag duidelijk hoe de verhoudingen liggen?
d. Is uit de aanvraag helder welke natuurlijke personen uiteindelijk verantwoording dragen.
De medewerkers van de gemeente Amsterdam die voor het stadsdeel werken en de beoordeling doen zullen deze beoordeling doen aan de hand van een kwalitatieve schaal van 1 – 5 op de hierboven genoemde punten. Bij afwezigheid van de kenmerken kan daarnaast een nul worden gescoord.
De Gebiedsteams, bestaande uit medewerkers die voor het stadsdeel werken in de betreffende gebieden, adviseren waar mogelijk op de punten 7.3.a, b, e en f van de regeling Gebiedsgebonden Kunst- en Cultuuractiviteiten. Het programma Kunst – en Cultuur van het stadsdeel adviseert waar mogelijk over de toekenning van de punten. De adviezen van de Gebiedsteams en de uitkomsten van de beoordeling worden vervolgens gebundeld aangeboden aan de portefeuillehouder die een eindadvies kan geven.