Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Flevoland

Nadere regels Subsidieregeling Klimaatadaptieve en Groene dorpen en steden 2023-2024

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieFlevoland
OrganisatietypeProvincie
Officiële naam regelingNadere regels Subsidieregeling Klimaatadaptieve en Groene dorpen en steden 2023-2024
CiteertitelNadere regels Subsidieregeling Klimaatadaptieve en Groene dorpen en steden 2023-2024
Vastgesteld doorgedeputeerde staten
Onderwerpmilieu
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervalt op 31 december 2024.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Algemene Subsidieverordening Flevoland 2023

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-11-2023aanhef/artikel 1, 17

10-10-2023

prb-2023-12217

3155746
09-10-202301-11-2023nieuwe regeling

19-09-2023

prb-2023-11216

3162782

Tekst van de regeling

Intitulé

Nadere regels Subsidieregeling Klimaatadaptieve en Groene dorpen en steden 2023-2024

Gedeputeerde Staten van Flevoland,

 

Overwegende dat:

 

Klimaat Adaptatie Flevoland (KAF) een samenwerkingsverband is tussen de zes Flevolandse gemeenten (Almere, Dronten, Lelystad, Noordoostpolder, Urk, Zeewolde), het Waterschap Zuiderzeeland, de Provincie Flevoland, de GGD Flevoland en Rijkswaterstaat Midden-Nederland;

 

  • de KAF-partners door middel van samenwerking beogen dat Flevoland in 2050 water robuust en klimaatbestendig is ingericht;

  • de zes Flevolandse gemeenten, het waterschap en de provincie, het van belang vinden dat initiatieven die een positieve bijdrage leveren aan het klimaatbestendig maken, het vergroenen en vergroten van de biodiversiteit van de stedelijke gebieden in de provincie Flevoland, worden gestimuleerd door inzet van een subsidieregeling;

  • deze acht partijen - hierna genoemd: de partijen – een samenwerkingsovereenkomst hebben gesloten waarin zij afspraken hebben gemaakt over de wijze waarop zij invulling geven aan de samenwerking;

  • de partijen hierin onder meer afspraken hebben gemaakt over de verantwoordelijkheden en de financiële bijdrage die zij voor subsidiering beschikbaar stellen;

  • de partijen afgesproken hebben om dat de benodigde subsidieregeling in de vorm van Nadere regels door Gedeputeerde Staten wordt vastgesteld en uitgevoerd en de Nadere regels de instemming heeft van de partijen;

  • hierbij de Algemene Subsidieverordening Flevoland 2023 van toepassing is, omdat de Nadere regels nader invulling geven aan de procedurele bepalingen die in de Algemene Subsidieverordening Flevoland 2023 zijn vastgesteld;

  • in artikel 2, tweede lid van de Algemene Subsidieverordening Flevoland 2023 aan Gedeputeerde Staten de bevoegdheid is toegekend om de door gewenste partijen Nadere regels vast te stellen die onder meer betrekking hebben op subsidiecriteria;

  • gelet op het bepaalde in artikel 4, eerste lid van de Algemene Subsidieverordening Flevoland 2023;

Besluiten:

 

De volgende Nadere regels vast te stellen:

 

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Artikel 1. Begripsbepalingen

Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    Algemene Subsidieverordening Flevoland 2023: subsidieverordening die op grond van artikel 145 van de Provinciewet en artikel 4:23 van de Algemene wet bestuursrecht, door Provinciale Staten van Flevoland op 28 juni 2023 is vastgesteld.

  • b.

    Aanvragen in buurtverband: aanvragen voortkomend uit een buurtinitiatief van minimaal twee verschillende eigenaren of huurders, die betrekking hebbend op minimaal twee verschillende panden/locaties, die in de directe omgeving van elkaar zijn gelegen.

  • c.

    Bebouwde kom: een door de gemeente aangegeven gebied dat door aaneengesloten bebouwing overwegend een woon- en verblijffunctie heeft en waarin (dus) veel mensen per oppervlakte-eenheid daadwerkelijk wonen of verblijven.

  • d.

    Biodivers dak: een groen dak bestaande uit een combinatie van grassen, kruiden en sedum.

  • e.

    Eenmalige subsidie: een subsidies die voor een eenmalige activiteit van een rechtspersoon of een natuurlijke persoon, wordt verleend. Dit houdt in dat een aanvrager op grond van deze Nadere regels slechts één keer een subsidie kan ontvangen.

  • f.

    Groen dak: een plat of hellend dak dat is opgebouwd uit een wortelwerende laag, een drainagelaag, een substraat laag en een vegetatielaag, beplant met droogteresistente soorten als sedum.

  • g.

    Groene gevel: een verticale constructie tegen of voor de gevel waarbij planten in de gehele constructie worden geplant in cassettes of vergelijkbaar. Hieronder wordt niet verstaan beplanting in bakken of volle grond, die langs een gevel of constructie omhoog groeien.

  • h.

    KAF: het samenwerkingsverband Klimaatadaptatie Flevoland, bestaande uit gemeente Almere, Dronten, Lelystad, Noordoostpolder, Urk, Zeewolde, Waterschap Zuiderzeeland, provincie Flevoland, GGD Flevoland en Rijkswaterstaat Midden Nederland.

  • i.

    Ontharden en vergroenen van bestaand verhard terrein: maatregelen waarin verharding (steen of asfalt) wordt verwijderd en vervangen wordt door groen.

  • j.

    Pand: een woning met een individueel adres en eigen nutsaansluiting en waaronder tevens begrepen een aan- of bijgebouw gelegen op hetzelfde perceel.

  • k.

    Partijen: de zes Flevolandse gemeenten, het waterschap Zuiderzeeland en de provincie Flevoland.

  • l.

    Perceel: het terrein behorend bij het pand als bedoeld onder lid j.

  • m.

    Regenwatervoorziening: een regenton, regenzuil en regenschutting.

  • n.

    Samenwerkingsverklaring: een door alle partijen ondertekende verklaring waaruit blijkt dat sprake is van een buurtinitiatief.

  • o.

    Sedumdak: een groen dak bestaande uit vetplanten en vetkruid.

  • p.

    Subsidiabele kosten: kosten die voor subsidie in aanmerking komen.

  • q.

    Subsidieplafond: het bedrag dat ten hoogste beschikbaar is voor de verstrekking van subsidies in het kader van deze regeling.

  • r.

    Voorzieningen voor nuttig gebruik van regenwater in woning/pand: een voorziening/installatie voor het gebruik van regenwater voor toilet, douche en/of wasmachine, bestaande uit een reservoir, een pomp, aansluiting op gebruikspunten, een overstort en een (eenrichtings)aansluiting op de drinkwaterleidingen (voor als het regenwater op is).

Artikel 2. Doel van de Nadere regels

Het doel van deze Nadere regels is het stimuleren van initiatieven welke een positieve bijdrage leveren aan het klimaatbestendig maken, het vergroenen en vergroten van de biodiversiteit van de dorpen en steden in de provincie Flevoland. Verder wordt het nuttig gebruik van regenwater gestimuleerd, hetgeen leidt tot besparing in het gebruik van drinkwater.

Artikel 3. De aanvrager

  • 1.

    Een aanvraag kan worden ingediend door eigenaren van een woning alsmede huurders van een woning waarvan de eigenaar toestemming heeft gegeven.

  • 2.

    Een aanvraag kan ook in buurtverband worden ingediend.

  • 3.

    Bij een aanvraag in buurtverband, dient:

    • a.

      per pand of perceel een afzonderlijke aanvraag te worden ingediend door de betreffende eigenaar of huurder;

    • b.

      bij de aanvraag een door alle partijen ondertekende samenwerkingsverklaring worden gevoegd.

Artikel 4. Reikwijdte Nadere regels

  • 1.

    Deze Nadere regels zijn van toepassing op eenmalige subsidies die verstrekt kunnen worden voor de volgende maatregelen en voorzieningen:

    • a.

      Regenwatervoorzieningen, bestaande uit een regenton, regenzuil of regenschutting.

    • b.

      Ontharden en vergroenen van bestaand verharde oppervlakken.

    • c.

      Groene daken.

    • d.

      Groene gevels.

    • e.

      Voorzieningen voor nuttig gebruik van regenwater in woning/pand.

  • 2.

    Deze Nadere regels zijn van toepassing op panden en percelen, gelegen in de bebouwde kom.

  • 3.

    Een subsidie wordt verstrekt voor maximaal 2 van de onder artikel 4, lid 1.a t/m e genoemde maatregelen en voorzieningen.

Hoofstuk 2. Hoogte van de subsidie

Artikel 5. Aanleg regenwatervoorziening

  • 1.

    Bij een regenton of regenzuil bedraagt de subsidie € 25,- per 100 liter inhoud van de regenwatervoorziening, met een maximale subsidie van € 100,-.

  • 2.

    Bij een regenwaterschutting bedraagt de subsidie € 200,-.

  • 3.

    De hoogte van de subsidie, als bedoeld onder lid 1 en 2, bedraagt maximaal 50% van de subsidiabele kosten.

Artikel 6. Ontharden en vergroenen van bestaand verharde oppervlakken

  • 1.

    De subsidie bedraagt € 10,- per m2 onthard en vergroend oppervlak.

  • 2.

    Aanvullend wordt een subsidie verleend van €10,- per m2, wanneer het ontharde terrein beplant wordt met vaste planten, struiken en/of bomen. Bij voorkeur is hier sprake van inheemse plantsoorten. Voor het toepassen van gras, zaden en eenjarig planten wordt geen aanvullende subsidie verleend.

  • 3.

    De maximale subsidie bedraagt € 500,- per aanvraag.

Artikel 7. Aanleg groen dak

  • 1.

    De subsidie voor een sedumdak is € 25,- per m2 dakoppervlak.

  • 2.

    De subsidie voor een biodivers dak is € 35,- per m2 dakoppervlak.

  • 3.

    De hoogte van de subsidie bedraagt maximaal 50% van de subsidiabele kosten, met een maximum subsidiebedrag van €2.500,- per aanvraag.

Artikel 8. Aanleg groene gevel

  • 1.

    De subsidie is €100,- per m2 groene gevel.

  • 2.

    De hoogte van de subsidie bedraagt maximaal 50% van de subsidiabele kosten, met een maximum subsidiebedrag van €2.500,- per aanvraag.

Artikel 9. Voorziening nuttig gebruik van regenwater in woning/pand

  • 1.

    De subsidie bedraagt 50% van de subsidiabele kosten met een maximum van € 1000,-.

Artikel 10. Aanvragen in buurtverband

  • 1.

    Bij een aanvraag in buurtverband wordt de toe te kennen subsidie verhoogd met 10%.

  • 2.

    Het gestelde in lid 1 is niet van toepassing op een regenwatervoorziening als bedoeld in artikel 4, lid1.a.

Hoofdstuk 3. Subsidiecriteria

Artikel 11. Regenwatervoorziening

  • 1.

    De inhoud van de regenton en/of regenzuil is minimaal 100 liter.

  • 2.

    Een regenton of regenzuil mag ook bestaan uit meerdere kleinere voorzieningen.

  • 3.

    De inhoud van een regenwaterschutting (bestaande uit meerdere segmenten) is minimaal 300 liter.

  • 4.

    Bij een regenton, regenzuil of regenwaterschutting dient een aansluitset/vulautomaat gebruikt te worden (waarmee het overlopen van de voorziening wordt voorkomen). Zie voor meer informatie onze website.

Artikel 12. Ontharden en vergroenen van bestaand verharde oppervlakken

  • 1.

    Het te ontharden en vergroenen bestaande verharde terrein nabij woningen en gebouwen, dient een minimale oppervlakte te hebben van 4 m2.

  • 2.

    De plantdichtheid van de toe te passen vaste planten, struiken of bomen, is:

    • a.

      minimaal twee planten of struiken per m2;

    • b.

      minimaal één boom per m2.

Artikel 13. Groen dak

  • 1.

    Een groen dak (sedumdak en biodivers) dak dient een minimum oppervlak te hebben van 25 m2.

  • 2.

    In een aanvraag mogen aan- en bijgebouwen op hetzelfde perceel worden meegerekend.

  • 3.

    Een biodivers dak dient naast sedum tenminste voor 30% te bestaan uit grassen en kruiden.

  • 4.

    Het waterbergend vermogen van een sedumdak dient minimaal 35 liter per m2 te zijn.

  • 5.

    Het waterbergend vermogen van een biodivers dak dient minimaal 45 liter per m2 te zijn.

  • 5.

    Wanneer de hellingshoek van een groen dak (sedumdak en biodivers dak) meer is dan 35 graden, dient een systeemopbouw te worden gebruikt die daarvoor geschikt is.

  • 6.

    Een groen dak (sedumdak en biodivers dak) bestaat minimaal uit een wortelwerende-, drainage-, substraat- en vegetatielaag.

  • 7.

    Een groen dak (sedumdak en biodiversdak) moet minimaal vijf jaar in stand blijven.

Artikel 14. Groene gevel

  • 1.

    Een groene gevel dient een minimum oppervlak te hebben van 25 m2.

  • 2.

    De groene gevel bestaat uit een constructie tegen of voor de gevel geplaatst, waarbij planten in de gehele constructie worden geplant in cassettes of vergelijkbaar.

  • 3.

    De groene gevel moet minimaal vijf jaar in stand blijven.

Artikel 15. Voorziening nuttig gebruik van regenwater in woning/pand

  • 1.

    De voorziening voor nuttig gebruik van regenwater, is ontworpen voor het gebruik van regenwater voor toilet, douche, en/of wasmachine in de woning/pand.

  • 2.

    De voorziening moet bestaan uit een reservoir, filter, pomp, aansluiting op gebruikspunten, een overstort en een (eenrichtings-)aansluiting op de drinkwaterleiding (voor als het regenwater op is).

  • 3.

    Niet bedoeld wordt een regenwatervoorziening als bedoeld in artikel 4, lid 1. onder a.

  • 4.

    In verband met gezondheidsrisico’s mag het regenwater niet voor consumptie-doeleinden worden gebruikt.

  • 5.

    De dimensionering van de voorziening moet zodanig zijn dat op jaarbasis gemiddeld 25% of meer bespaard kan worden op het gebruik van drinkwater.

Hoofdstuk 4. Overige voorwaarden

Artikel 16. Niet-subsidiabele kosten

  • 1.

    Niet-subsidiabele kosten zijn:

    • a.

      kosten van constructieve voorzieningen of aanpassingen, zoals aanpassingen van dakconstructies en overkappingen en bouwkundige kosten voor het plaatsen van voorzieningen;

    • b.

      kosten voor het verwijderen van bestaande beplanting en groen;

    • c.

      kosten – gederfde inkomsten daaronder begrepen – die verband houden met de eigen inzet of de inzet van eigen personeel van de aanvrager;

    • d.

      kosten voor het opstellen en indienen van de subsidieaanvraag;

    • e.

      kosten voor het indienen en verkrijgen van benodigde vergunningen/toestemmingen;

    • f.

      verrekenbare BTW.

Artikel 17. Subsidieverplichtingen

  • 1.

    In aanvulling op de verplichtingen als bedoeld in de Algemene Subsidieverordening Flevoland 2023, geldt voor de subsidieontvanger de verplichting dat binnen één jaar na datum van de subsidieverlening, de maatregelen en voorzieningen, geplaatst zijn/te zijn gerealiseerd.

Artikel 18. Aanvraag

  • 1.

    Subsidieaanvragen kunnen worden ingediend tot en met 1 november 2024.

  • 2.

    Een aanvraag wordt ingediend door een natuurlijk persoon.

  • 3.
  • 4.

    Een aanvraag voor subsidie bevat minimaal een volledig ingevuld en ondertekend aanvraagformulier ‘subsidie Klimaatadaptieve en Groene dorpen en steden, Flevoland 2023-2024, inclusief de bijbehorende stukken.

  • 5.

    Een eigendomsbewijs van het pand.

  • 6.

    Indien de subsidie door een huurder is aangevraagd: een ondertekende toestemming van de eigenaar.

  • 7.

    Het gestelde in lid 5 en 6, is niet van toepassing op een aanvraag voor een regenton of regenzuil.

  • 8.

    Een kopie van een bankafschrift of bankpas waaruit het rekeningnummer is van de aanvrager blijkt.

  • 9.

    Indien een aanvraag in buurtverband wordt aangevraagd: een door alle partijen ondertekende samenwerkingsverklaring.

  • 10.

    De aanvraag voor een regenton, regenzuil of waterschutting, bevat tevens:

    • a.

      een factuur waarop het type voorziening en inhoud in liters vermeld staat alsmede de gebruikte aansluitset/vulautomaat om overlopen van de voorziening te voorkomen.

  • 11.

    De aanvraag voor het ontharden en vergroenen, bevat tevens:

    • a.

      een opgave van het aantal m2 te ontharden en te vergroenen oppervlak;

    • b.

      een tekening op schaal van het te ontharden en te vergroenen oppervlak

    • c.

      een factuur van de beplanting (ook van toepassing bij gras, zaden en eenjarig planten).

  • 12.

    De aanvraag voor een groen dak (sedumdak en biodivers dak) bevat tevens:

    • a.

      een opgave van het aantal m2 dakoppervlak, het waterbergend vermogen in liters per m2, de hellingshoek van het dak, de laagopbouw van het groene dak en welke type beplanting wordt gebruikt;

    • b.

      een factuur of offerte waaruit blijkt:

      • het aantal m2 toe te passen sedum of sedum gecombineerd met grassen en kruiden (biodivers dak). Het oppervlak van dakkapellen, zonnepanelen en dergelijke mogen niet worden meegerekend.

      • alleen van toepassing bij een biodivers dak: dat 30% van het plantoppervlak bestaat uit grassen en kruiden.

    • c.

      een tekening op schaal van het dak waarop het groene dak wordt aangelegd;

    • d.

      indien de helling van het dak meer dan 35 graden is: een uitleg van de leverancier van de toe te passen systeemopbouw waaruit blijkt dat het groene dak goed wordt verankerd en voldaan kan worden aan het gevraagde waterbergende vermogen.

  • 13.

    De aanvraag voor een groene gevel bevat tevens:

    • a.

      een opgave van het aantal m2 geveloppervlak, en de toe te passen verticale constructie;

    • b.

      een tekening op schaal van de gevel waartegen de groene gevel wordt aangebracht;

    • c.

      een offerte van het bedrijf dat de groene gevel gaat aanleggen/installeren.

  • 14.

    De aanvraag voor een voorziening voor nuttig gebruik van regenwater bevat tevens:

    • a.

      een brochure waarin de werking van het systeem uiteen wordt gezet;

    • b.

      een mede door de aanvrager ondertekende offerte van het bedrijf dat de voorziening gaat aanleggen/installeren.

    • c.

      de dimensionering van het systeem en uitleg daarbij waaruit blijkt dat op jaarbasis gemiddeld 25% of meer bespaard kan worden op het gebruik van drinkwater.

Artikel 19. Weigeringsgronden.

  • 1.

    Een subsidieaanvraag wordt afgewezen wanneer:

    • a.

      de activiteiten waarvoor subsidie wordt gevraagd niet passen binnen de reikwijdte van deze Nadere regels;

    • b.

      voor dezelfde activiteit reeds subsidie is verstrekt op basis van deze Nadere regels, dan wel andere bestaande regelingen;

    • c.

      het subsidieplafond, de maximale bijdrage per gemeente en/of deelplafond is bereikt, rekening houdend met de verdelingsafspraken gemaakt met de zes gemeenten in de provincie Flevoland (zie bijlage I);

    • d.

      de aanvraag wordt ingediend anders dan een eigenaar van een woning, of huurder waarvan de eigenaar toestemming heeft gegeven, als omschreven in artikel 3, lid 2;

    • e.

      een maatregel of voorziening is gerealiseerd, aangeschaft of geplaatst voor het inwerkingtreden van deze subsidieregeling (zie artikel 23);

    • f.

      voor een maatregel of voorziening meerdere aanvragen worden ingediend. Bijvoorbeeld voor een regenwaterschutting die op de erfgrens geplaatst wordt;

    • g.

      wanneer bij het ontharden en vergroenen van verhard oppervlak (artikel 4, lid 1.b.) gebruik wordt gemaakt van grind, grasbeton of kunstgras.

Artikel 20. Subsidieplafond en verdeelcriteria

  • 1.

    Het subsidieplafond voor deze regeling bedraagt € 366.666,-.

  • 2.

    Toe te kennen subsidie vindt plaats op volgorde van binnenkomst van de subsidieaanvragen, rekening houdend met de verdelingsafspraken die gemaakt zijn met de gemeenten.

  • 3.

    De verdelingsafspraken houden in dat:

    • a.

      een maximale financiële bijdrage per gemeente is afgesproken. Wanneer de maximale financiële bijdrage van een gemeente is bereikt, wordt de subsidieverstrekking voor aanvragen afkomstig uit die gemeente stopgezet;

    • b.

      voor regentonnen en regenzuilen een subsidiebedrag is gereserveerd van € 50.000,-. Dit met als doel om de beschikbare subsidie evenredig te verdelen over de verschillende maatregelen en voorzieningen waarvoor subsidie kan worden aangevraagd.

  • In de bijlage behorend bij deze Nadere regels zijn de verdelingsafspraken per partij uiteengezet.

  • 3.

    Indien een subsidieaanvraag nog niet volledig is, geldt voor het bepalen van de onderlinge rangschikking voor de verdeling van de subsidie de dag waarop de subsidieaanvraag volledig is, als datum van ontvangst.

  • 4.

    Voor zover door verstrekking van subsidie voor aanvragen, die op dezelfde dag zijn ontvangen, het subsidieplafond wordt overschreden vindt rangschikking van de op die dag binnengekomen volledige subsidieaanvragen plaats op basis van de hoogte van het aangevraagde subsidiebedrag, waarbij een lager aangevraagd subsidiebedrag voorgaat op een hoger aangevraagd subsidiebedrag.

  • 5.

    Indien toepassing van het vierde lid ertoe leidt dat subsidieaanvragen op een gelijke plaats eindigen, wordt de onderlinge rangschikking van die aanvragen bepaald door middel van loting.

Artikel 21. Subsidieverlening en betaling

  • 1.

    Het besluit tot subsidieverlening vindt plaats binnen 8 weken na ontvangst van een volledige aanvraag. De uitkering van subsidie vindt uiterlijk 1 maand daarna plaats.

  • 2.

    Uiterlijk 13 weken na realisatie van de maatregel dient een gereedmelding te worden ingediend via de volgende link:

  • 3.

    Het vorige artikel is niet van toepassing voor het plaatsen van een regenton, regenzuil en regenwaterschutting.

  • 4.

    Bij de gereedmelding bedoeld in lid 2, dient toegevoegd te worden:

    • facturen die betrekking hebben op de ingediende aanvraag;

    • één of meerdere kleurenfoto’s van de gerealiseerde maatregel of voorziening.

  • 5.

    De subsidieontvanger dient medewerking te verlenen aan een daartoe bevoegd persoon die in opdracht van de provincie Flevoland ter plaatse vaststelt of subsidiabele activiteiten daadwerkelijk zijn uitgevoerd.

Artikel 22. Hardheidsclausule

  • 1.

    Gedeputeerde Staten kunnen, indien hiervoor naar hun oordeel dringende redenen zijn, gemotiveerd afwijken van het in deze regels gestelde.

Artikel 23. Citeertitel

Dit besluit kan worden aangehaald als Nadere regels ‘Subsidieregeling Klimaatadaptieve en Groene dorpen en steden 2023-2024’.

Artikel 24. Slotbepalingen

  • 1.

    De Nadere regels treden in werking op maandag 9 oktober 2023

  • 2.

    De Nadere regels hebben een looptijd tot en met 31 december 2024.

Aldus vastgesteld in de vergadering van Gedeputeerde Staten van Flevoland van 19 september 2023

Gedeputeerde Staten van Flevoland

de secretaris,

de voorzitter,

Bijlage I – Verdelingsafspraken beschikbare subsidie

 

Maximale subsidie

Waarvan maximale bijdrage regentonnen en regenwaterzuilen

Uitvoeringskosten

Maximale bijdrage incl. uitvoeringskosten

Waterschap Zuiderzeeland

10%

€ 36.666,-

€ 5000,-

€ 5000,-

€ 41.666,-

Provincie Flevoland

40%

€ 146.666,-

€ 20.000,-

€ 20.000,-

€ 166.666,-

Gemeenten (tezamen)

50%

€ 183.333,-

€ 25.000,-

€ 25.000,-

€ 208.333,-

 

Totaal

€ 366.666,-

€ 50.000,-

€ 50.000,-

€ 416.666,-

 

Per gemeente:

Almere

€ 73.333,-

€ 10.000,-

€ 10.000,-

€ 83.333,-

Lelystad

€ 55.000,-

€ 7.500,-

€ 7.500,-

€ 62.500,-

Dronten

€ 13.750,-

€ 1.875,-

€ 1.875,-

€ 15.625,-

Urk

€ 13.750,-

€ 1.875,-

€ 1.875,-

€ 15.625,-

Noordoostpolder

€ 13.750,-

€ 1.875,-

€ 1.875,-

€ 15.625,-

Zeewolde

€ 13.750,-

€ 1.875,-

€ 1.875,-

€ 15.625,-

 

 

 

 

 

 

Toelichting Subsidieregeling Klimaatadaptieve en groene dorpen en steden, Flevoland

Algemeen

Het klimaat verandert. Door klimaatverandering neemt de kans op overlast en schade door hevige neerslag, hitte, droogte en overstromingen toe. Klimaatverandering vormt een potentieel risico voor de leefbaarheid van onze stedelijke gebieden en kan een negatieve invloed hebben op onze gezondheid. Hogere temperaturen zorgen voor meer hittestress en tot een toename van allergieën en infecties. Extreme buien veroorzaken wateroverlast en schade aan gebouwen.

 

Hoe meer regenwater kan worden opgevangen, hoe minder wateroverlast er op straat is. Bovendien kan het opgevangen regenwater nuttig worden gebruikt als sproeiwater in de tuin of als water voor het toilet en wasmachine.

 

Groen kan vele functies hebben. Het zorgt voor een aantrekkelijke woonomgeving, bewoners voelen zich er beter door. Groen is tevens een klimaatadaptieve maatregel. Het vermindert de warmte in steden en zorgt ervoor dat regenwater makkelijker kan infiltreren in de bodem. Meer groen draagt ook bij aan meer biodiversiteit.

 

Water en groen zijn dus onlosmakelijk met elkaar verbonden en essentieel voor een klimaatadaptieve, groene en gezonde leefomgeving.

 

Klimaatadaptatie Flevoland

Klimaatadaptatie Flevoland (KAF) is een samenwerkingsverband van de overheden binnen de provincie Flevoland. De partijen van KAF beogen Flevoland klimaatbestendig en waterrobuust in te richten. Dit vraagt om samenwerking met zowel publieke als private partijen, maar ook om bewustwording van de verandering van ons klimaat. Met deze subsidieregeling wil KAF, de inwoners van Flevoland, stimuleren om aan de slag te gaan met klimaatadaptieve maatregelen en vergroening.

 

Deze subsidieregeling is financieel mogelijk gemaakt door het waterschap Zuiderzeeland, de zes Flevolandse gemeenten (Almere, Dronten, Lelystad, Noordoostpolder, Urk en Zeewolde) en de provincie Flevoland. De subsidieregeling is vorm gegeven op grond van de subsidieverordening van de provincie Flevoland.

 

Voor wie is deze subsidieregeling?

Deze subsidieregeling is bedoeld voor bewoners in het stedelijk gebied van de gemeenten Almere, Lelystad, Zeewolde, Dronten, Urk en Noordoostpolder. De regeling is daarom alleen van toepassing voor maatregelen en voorzieningen binnen de bebouwde kom. Ook huurders kunnen een aanvraag indienen.

 

Bewoners kunnen ook samen een aanvraag indienen. Voor gezamenlijke aanvragen in buurtverband, wordt onder voorwaarden het subsidiebedrag met 10% verhoogd.

 

Website

Op de website van de deelnemende partijen kunt u alle informatie vinden over de maatregelen en voorzieningen die onder deze subsidieregeling vallen en de subsidievoorwaarden die van toepassing zijn.

 

Subsidieplafond en verdeelcriteria

Het subsidieplafond is vastgesteld op € 366.666,- waarbij een afspraak is gemaakt met de gemeenten over de verdeling van de toe te kennen subsidie. Deze verdeling is gebaseerd op de grootte van de deelnemende gemeenten.

 

De aanvragen worden behandeld op volgorde van binnenkomst waarbij rekening wordt gehouden met de hiervoor genoemde verdelingsafspraak. Wanneer een ingediende aanvraag nog niet volledig is, wordt om aanvullende informatie gevraagd. Een aanvraag wordt pas in behandeling genomen op de dag dat alle gevraagde informatie is ontvangen. Deze datum geldt als ‘datum van ontvangst’.

 

Uitvoering

Volledigheidshalve wordt benadrukt dat de subsidieaanvrager te allen tijde zelf verantwoordelijk is en blijft voor de eventueel noodzakelijke constructieve aanpassingen, het voldoen aan de bouwregelgeving in het Bouwbesluit en de Bouwverordening, als ook voor het noodzakelijke onderhoud van de voorziening waarvoor subsidie wordt aangevraagd.

 

Bij de aanleg van een groendak of groene gevel is de aanvrager zelf verantwoordelijk om na te gaan of de dragende constructie van het pand voldoende draagkracht bezit en/of het dak in een juiste staat verkeerd.

 

Een aanvrager is zelf verantwoordelijk voor het hebben van de eventueel benodigde vergunningen.

 

Bij de subsidieaanvraag verplicht in te dienen gegevens

Om te kunnen bepalen of een aanvraag aan het gestelde doel voldoet is het nodig dat verschillende documenten/overzichten overlegd worden. In de subsidieregeling is aangegeven wat hieronder wordt bedoeld. Alleen op basis van een complete aanvraag kan een subsidie worden toegekend. Conform de Algemene Subsidieverordening Flevoland 2012, worden aanvragen t/m € 25.000,- direct vastgesteld. Hieronder vallen dus ook de subsidies die middels deze regeling worden toegekend. Om moeizame controles en eventuele terugvorderingen te voorkomen, willen wij benadrukken dat het van belang is dat de gevraagde gegevens volledig en kloppend zijn en dat de aanleg van de voorziening(en) vakkundig plaatsvindt.