| Organisatie | Haarlemmermeer |
|---|---|
| Organisatietype | Gemeente |
| Officiële naam regeling | Nota Actualisatie beleid voorschoolse educatie en peuteropvang 2023 |
| Citeertitel | Nota Actualisatie beleid voorschoolse educatie en peuteropvang 2023 |
| Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
| Onderwerp | onderwijs |
| Eigen onderwerp |
Geen
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
|---|---|---|---|---|---|
| 26-09-2023 | nieuwe regeling | 09-05-2023 | 7621520 |
Met deze nota stellen wij ons beleid vast op het gebied van voorschoolse educatie (VE) voor peuters met een VE-indicatie (doelgroeppeuters) en voor peuters van wie de ouders geen recht hebben op kinderopvangtoeslag. Wij zijn verantwoordelijk voor de uitvoering van VE voor doelgroeppeuters. Ook moeten we zorgdragen voor een toereikend aanbod peuteropvang voor reguliere peuters (peuters die geen VE-indicatie hebben), van wie de ouders geen aanspraak kunnen maken op kinderopvangtoeslag bij de Belastingdienst. In het verleden is door het vaststellen van een nota ons beleidskader voorschoolse educatie en peuteropvang ontwikkeld. Inmiddels is de werkwijze aangepast, bijvoorbeeld door nieuwe regelgeving. In paragraaf 3.2 worden de betreffende onderwerpen toegelicht. Deze nota geeft de actuele stand van zaken weer en vervangt de nota van B&W ‘Bestuursafspraken over het effectief benutten voor- en vroegschoolse educatie en extra leertijd voor jonge kinderen’ (2012).
Het belangrijkste doel van het VE-aanbod is het zo veel mogelijk voorkomen of verminderen van achterstanden in de Nederlandse taal. Wij zetten in op een kwalitatief hoogwaardig VE-aanbod, een goede spreiding van de VE-locaties en op een effectieve voorschoolse zorgstructuur. Alle aanbieders met een gesubsidieerd VE-aanbod in de gemeente Haarlemmermeer voldoen aan de eisen en voorwaarden uit de verdeelregel Voorschoolse educatie en peuteropvang en zijn geregistreerd in het Landelijk Register Kinderopvang (LRK) als aanbieder met een VE-aanbod.
Wet ontwikkelingskansen door kwaliteit en educatie
Wij vinden het belangrijk dat aan jonge kinderen optimale ontwikkelingskansen geboden worden in een veilige en stimulerende omgeving. Door een kwalitatief hoogwaardig VE-aanbod zorgen wij ervoor dat doelgroeppeuters zo veel mogelijk zonder achterstand in de Nederlandse taal instromen in het primair onderwijs.
We hebben een resultaatafspraak voor VE vastgesteld waarmee het effect van het VE-aanbod op de taalontwikkeling van doelgroeppeuters in kaart wordt gebracht. Deze afspraak wordt in de werkgroep VE geëvalueerd en zo nodig geactualiseerd.
Bij de subsidieaanvraag en de vaststellingsaanvraag vullen VE-aanbieders een inhoudelijke vragenlijst in. Hierin staan onder andere vragen over het opbrengstgericht werken en de ouderbetrokkenheid. Dit geeft ons inzicht in het VE-aanbod en de resultaten.
VE is onderdeel van het onderwijsachterstandenbeleid. Doel van VE is om peuters met een (risico op een) achterstand in de Nederlandse taal goed voor te bereiden op de start in het primair onderwijs. Hiermee geven wij uitvoering aan de Wet ontwikkelingskansen door kwaliteit en educatie (Wet OKE, 2010), waarin het stimuleren van de taalontwikkeling van jonge kinderen centraal staat.
Daarnaast draagt deelname aan goede kinderopvang bij aan de ontwikkeling van kinderen en aan een goede start in het primair onderwijs. Daarom vinden wij het belangrijk dat er ook voor reguliere peuters zonder VE-indicatie, maar van wie de ouders geen aanspraak kunnen maken op kinderopvangtoeslag via de Belastingdienst, een gesubsidieerd aanbod in de kinderopvang is. De rijksoverheid en de VNG onderschrijven dit belang in de in 2016 gemaakte bestuurlijke afspraken, ‘een aanbod voor alle peuters’.
Door vroegtijdige signalering van taalachterstanden, maar ook van andere problematiek, bijvoorbeeld op het gebied van gedrag of ontwikkeling, kunnen problemen op langere termijn worden voorkomen of verminderd. Dit past bij de beweging van zwaar naar licht. Er wordt zo veel mogelijk ingezet op preventie en op laagdrempelige ondersteuning van kinderen en/of gezinnen.
3.2 Wat gaan we daarvoor doen?
De minister van Onderwijs en Wetenschappen heeft besloten dat vanaf 2020 het aanbod VE zestien uur per week is (960 uur voor doelgroeppeuters van tweeënhalf tot vier jaar). Wij houden ons aan het aantal uren VE dat door de rijksoverheid is vastgesteld. In onze gemeente is dit vormgegeven in een VE-aanbod van vier dagdelen van vier uur of vijf dagdelen van drie uur en een kwartier per week gedurende veertig weken per jaar.
Het aanbod voor reguliere peuters van wie de ouders geen recht hebben op kinderopvangtoeslag is twee dagdelen per week, gedurende veertig weken per jaar. Deze reguliere peuters kunnen terecht bij kinderopvangorganisaties met een gesubsidieerd VE-aanbod.
Hieronder worden de onderwerpen beschreven die het uitgangspunt vormen in ons beleid voorschoolse educatie en peuteropvang.
VE-aanbieders voldoen aan de eisen uit de verdeelregel 3.01 Voorschoolse educatie en peuteropvang en zijn in het LRK geregistreerd als aanbieder met een VE-aanbod. VE-aanbieders werken met een erkend programma, dat is opgenomen in de databank Effectieve jeugdinterventies van het Nederlands Jeugdinstituut (NJi). Door het gebruik van een genormeerd kindvolgsysteem, waarmee de ontwikkeling van een kind in kaart gebracht wordt, en door het opbrengstgericht werken, wordt de ontwikkeling van doelgroeppeuters zo optimaal mogelijk gemonitord en gestimuleerd.
Bij het opbrengstgericht werken wordt systematisch en cyclisch gewerkt en zo goed mogelijk aangesloten op de individuele ontwikkeling van de peuter. Doelgroeppeuters worden zo veel mogelijk gestimuleerd en uitgedaagd, passend bij hun eigen ontwikkelingsniveau. Voor doelgroeppeuters worden extra uren ingezet voor taken als het evalueren van de kwaliteit en de resultaten van het VE-aanbod het volgen van de brede ontwikkeling van het kind, coaching van beroepskrachten VE en de ontwikkeling en implementatie van het pedagogisch beleid.
Een stimulerende, betrokken thuisomgeving heeft een positieve invloed op de ontwikkeling van kinderen. VE-aanbieders betrekken ouders actief bij het stimuleren van de ontwikkeling van hun kind. De VE-aanbieders hebben een actueel beleidsplan ouderbetrokkenheid en informeren ouders over de verschillende thema's in het VE-programma en de activiteiten die zij thuis met hun kind kunnen doen.
Doorgaande leer- en ontwikkellijn
Voor een doorgaande ontwikkellijn is een goede overdracht van doelgroeppeuters naar het primair onderwijs van belang. Er zijn hiervoor afspraken gemaakt tussen de VE-aanbieders en het primair onderwijs over het moment waarop en de wijze van overdracht, zodat scholen zich goed kunnen voorbereiden en passende ondersteuning en/of zorg kunnen regelen wanneer dat nodig is.
Vanaf schooljaar 2022-2023 gebruiken VE-aanbieders bij de overdracht van doelgroeppeuters een nieuw digitaal overdrachtsformulier, ‘De Kleine Meerwijzer’. Dit formulier wordt, vanwege de bescherming van de privacy, alleen gebruikt als ouders hiervoor toestemming geven. Als zij dit niet doen, dan geeft de VE-aanbieder alleen de wettelijk verplichte informatie over het gebruikte VE-programma en de duur van het gevolgde programma door aan het primair onderwijs.
VE-aanbieders werken binnen de voorschoolse zorgstructuur samen met professionals, zoals de verpleegkundige van de Jeugdgezondheidszorg (JGZ) en de logopedist van de preventieve logopedie en met organisaties die opgroei- en opvoedondersteuning bieden. Er wordt gewerkt met methodiek Kinderen die opvallen, uitgevoerd door de Gemeentelijke Gezondheidsdienst (GGD) Kennemerland, en Alert4You. De gemandateerde zorgcoördinator 0-4 jaar kan betrokken worden bij (complexe) zorg- of ondersteuningsvragen die niet door de kinderopvang, in overleg met bijvoorbeeld de jeugdverpleegkundige, de professional van Alert4You of de logopedist kunnen worden opgelost. De zorgcoördinator biedt aan (ouders van) peuters met een zorg- of ondersteuningsbehoefte passende, laagdrempelige hulp en werkt samen met betrokken professionals en organisaties.
De werkgroep VE, bestaande uit VE-aanbieders, de gemeente en partijen die betrokken zijn bij jonge kinderen, zoals de JGZ, het samenwerkingsverband passend onderwijs en de preventieve logopedie, voert minimaal twee keer per jaar overleg. Doel van deze overleggen is het bespreken van actuele ontwikkelingen en het borgen van de kwaliteit van VE en de voorschoolse zorgstructuur. De kinderopvang neemt deel aan de lokaal educatieve agenda (LEA).
Effectieve toeleiding en bereik
De jeugdarts of jeugdverpleegkundige van het consultatiebureau van de JGZ stelt de VE-indicatie vast op basis van de checklist toeleiding voorschoolse educatie gemeente Haarlemmermeer. De JGZ verzorgt, in overleg met de ouders, de toeleiding van doelgroeppeuters met een VE-indicatie naar een VE-locatie via een digitale monitor. Doordat VE-aanbieders via deze monitor terugkoppelen of een doelgroeppeuter is geplaatst, is het traject van toeleiding tot plaatsing in beeld. Ouders van doelgroeppeuters die niet geplaatst zijn, worden door de JGZ nogmaals uitgenodigd voor een gesprek over het belang van het VE-aanbod.
Voor ouders en kinderen is het prettig als er een VE-locatie in de buurt is. We streven ernaar dat doelgroeppeuters zo veel mogelijk een VE-locatie kunnen bezoeken in de nabijheid van het woonadres. Dit doen we door spreiding van het VE-aanbod binnen de gemeente, waarbij ook voor doelgroeppeuters in kleinere dorpen een VE-locatie bereikbaar is.
3.5 Welke overige informatie is beschikbaar?
Het VE-aanbod is zestien uur per week gedurende veertig weken per jaar voor doelgroeppeuters van tweeënhalf tot vier jaar. Wij subsidiëren hiervan acht uur. Ouders betalen over deze acht uur geen inkomensafhankelijke ouderbijdrage. Als ouders geen recht hebben op kinderopvangtoeslag via de Belastingdienst, subsidiëren wij ook de andere acht uur. Over deze uren betalen ouders wel een inkomensafhankelijke ouderbijdrage.
Voor ouders die geen recht hebben op kinderopvangtoeslag en van wie het kind geen VE-indicatie heeft, de reguliere peuters van twee tot vier jaar, subsidiëren wij twee dagdelen per week (maximaal acht uur) gedurende veertig weken per jaar. Over deze uren betalen ouders een inkomensafhankelijke ouderbijdrage.
De subsidie wordt verstrekt aan de VE-aanbieders. Grondslag voor deze subsidie is het werkelijk geplaatste aantal (doelgroep)peuters en het aantal uren dat gebruik is gemaakt van een (VE-) peuterplaats.
Voor de subsidie wordt het maximum uurtarief kinderopvang aangehouden, dat jaarlijks wordt vastgesteld door de rijksoverheid. Voor de inkomensafhankelijke ouderbijdrage geldt de VNG-adviestabel ouderbijdrage peuteropvang in het betreffende jaar. Daarnaast subsidiëren wij per bezette VE-peuterplaats naar rato een VE-jaarbedrag voor de meerkosten van het VE-aanbod. Wanneer wij afwijken van deze bedragen nemen wij hierover een apart besluit. Bij de jaarlijkse subsidieaanvraag en vaststellingsaanvraag maken VE-aanbieders gebruik van een format waarin aantallen (doelgroep)peuters worden vermeld.
Het vaststellen van de nota Actualisatie beleid voorschoolse educatie en peuteropvang 2023 maken wij via de website officielebekendmakingen.nl bekend.