Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Den Helder

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Den Helder, houdende Integriteit en Overeenkomsten

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieDen Helder
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBesluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Den Helder, houdende Integriteit en Overeenkomsten
CiteertitelBeleidsregel Integriteit en Overeenkomsten Den Helder 2023
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht
  2. artikel 160, eerste lid, van de Gemeentewet
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

15-09-2023nieuwe regeling

04-07-2023

gmb-2023-396586

onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Den Helder, houdende Integriteit en Overeenkomsten

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Den Helder;

 

 

gelet op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht (AWB);

 

 

overwegende dat:

 

 

  • -

    zij in het kader van haar bevoegdheid op basis van artikel 160 lid 1 sub d Gemeentewet om overeenkomsten en andere privaatrechtelijke rechtshandelingen aan te gaan integriteitsbeleid wil vaststellen;

 

  • -

    zij de wens heeft om zoveel mogelijk te voorkomen dat niet-integere partijen worden gefaciliteerd in hun activiteiten door middel van het aangaan of het laten voortbestaan van overeenkomsten tussen deze partijen en de gemeente, met name ten aanzien van zorg, overheidsopdrachten en vastgoedtransacties;

 

  • -

    zij contractsvrijheid heeft en daardoor niet verplicht is welke partij dan ook te contracteren en het college met deze beleidsregel niet beoogt om deze vrijheid in te perken;

 

  • -

    deze contractsvrijheid tevens inhoudt dat het college, binnen de grenzen van de wet, de vrijheid heeft voorafgaande aan het verrichten van een privaatrechtelijke rechtshandeling onderzoek te doen naar het bestaan van integriteitsrisico’s ten aanzien van de potentiële wederpartij;

 

  • -

    zij met deze beleidsregel beoogt invulling te geven aan de vraag wat zij onder integriteitsrisico’s verstaat en wenst te verduidelijken wanneer zij de bevoegdheid heeft om vanwege het bestaan van een integriteitsrisico geen verbintenis aan te gaan met een partij dan wel een bestaande rechtsverhouding niet langer te laten voortbestaan;

 

  • -

    het tevens wenselijk is om in een beleidsregel te verduidelijken hoe de gemeente bij aanbestedingen, vastgoedtransacties en overeenkomsten gebruik maakt van haar bevoegdheid om advies in het kader van de Wet Bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur aan te vragen;

 

 

besluit:

 

 

de volgende beleidsregels vast te stellen.

 

 

Beleidsregel Integriteit en Overeenkomsten Den Helder 2023

 

 

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze beleidsregel wordt (zowel in enkelvoud als in meervoud) verstaan onder:

  • a.

    Overheidsopdracht: een schriftelijke overeenkomst onder bezwarende titel, die tussen een of meer Partijen en de gemeente is gesloten, die betrekking heeft op de uitvoering van werken, de levering van producten of de verlening van diensten;

  • b.

    Aanbesteding: procedure voor het zoeken van een opdrachtnemer voor het uitvoeren van een Overheidsopdracht door middel van een selectieprocedure waarbij iedereen uit Europa of uitgenodigde partijen kan meedingen naar de kans op gunning van een Overheidsopdracht;

  • c.

    Aanbestedingsbesluit: de algemene maatregel van bestuur met betrekking tot de regeling van enkele onderwerpen van de Aanbestedingswet 2012;

  • d.

    Besluit Bibob: de algemene maatregel van bestuur met betrekking tot de uitvoering van de Wet Bibob;

  • e.

    Bibob-advies: het advies dat op een daartoe strekkend verzoek wordt afgegeven door het Landelijk Bureau Bibob op grond van de Wet Bibob;

  • f.

    Integriteitsverklaring: de verklaring van een Partij met betrekking tot de aanwezigheid van integriteitsrisico’s;

  • g.

    Gelieerde Partij: een Partij als beschreven in artikel 2 lid 2;

  • h.

    Gedragsverklaring aanbesteden: een verklaring afgegeven door Justis, waaruit blijkt dat uit een onderzoek is gebleken dat er geen bezwaren zijn dat een natuurlijk persoon of rechtspersoon inschrijft op een overheidsopdracht, speciale-sectoropdracht, concessieovereenkomst voor openbare werken of prijsvraag.

  • i.

    Integriteitsrisico: een risico als beschreven in artikel 2 lid 1 van deze beleidsregel;

  • j.

    Overeenkomst: in afwijking van de wettelijke definitie van overeenkomsten, worden hieronder verstaan alle privaatrechtelijke rechtshandelingen van de Gemeente Den Helder;

  • k.

    Partij: de natuurlijke persoon of rechtspersoon:

    • i.

      die inschrijver of gegadigde is bij een opdracht,

    • ii.

      waarmee de gemeente voornemens is een Overeenkomst aan te gaan,

    • iii.

      waarmee de gemeente onderhandelt over het aangaan van een Overeenkomst, of

    • iv.

      waarmee de gemeente een Overeenkomst heeft;

  • l.

    Risicogroepen: een Overeenkomst met betrekking tot, waaronder in ieder geval, maar niet uitsluitend:

    • i.

      het uitvoeren van beveiligingswerkzaamheden of het plaatsen dan wel beheren van middelen ten behoeve van beveiliging binnen gemeentelijke gebouwen;

    • ii.

      het uitvoeren van schoonmaakwerkzaamheden binnen gemeentelijke gebouwen.

  • m.

    Screening / Screenen: alle vormen van onderzoek naar de aanwezigheid van een Integriteitsrisico;

  • n.

    Vastgoedtransactie: een Overeenkomst met betrekking tot onroerende zaken, waaronder in ieder geval, maar niet uitsluitend:

    • i.

      een overeenkomst tot het verwerven, vervreemden, vestigen of wijzigen van een eigendomsrecht of zakelijk recht;

    • ii.

      een overeenkomst tot het verlenen of verkrijgen van een recht van huur of verhuur;

    • iii.

      een overeenkomst tot het verlenen of verkrijgen van een gebruiksrecht;

    • iv.

      een overeenkomst tot het deelnemen aan of verwerven of vervreemden van een belang in een rechtspersoon of personenvennootschap die het recht op eigendom of een zakelijk recht met betrekking tot die onroerende zaak heeft of die onroerende zaak huurt of verhuurt of die overwegend of uitsluitend tot doel heeft het exploiteren en beheren van de onder I tot en met III genoemde rechten;

    • v.

      een overeenkomst tot het verlenen van toestemming voor de overdracht, toebedeling of wijziging van een onroerende zaak of het daarop gevestigde zakelijke recht.

  • o.

    VOG: een Verklaring Omtrent het Gedrag zoals namens de minister van Justitie en Veiligheid wordt verstrekt door het Centraal Orgaan Verklaring Omtrent het Gedrag;

  • p.

    Wet Bibob: Wet Bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur.

Artikel 2 Het aangaan en beëindigen van een Overeenkomst

  • 1.

    Voorafgaand aan het sluiten van een Overeenkomst komt de gemeente te allen tijde contractsvrijheid toe. De gemeente heeft het daaruit voortvloeiende recht om geen Overeenkomst met een Partij aan te gaan, mede of uitsluitend op basis van het feit dat de gemeente van oordeel is dat ten aanzien van die Partij een Integriteitsrisico bestaat. Met betrekking tot Aanbestedingen en Overeenkomsten, waaronder Vastgoedtransacties en niet via een Aanbesteding vergunde Overheidsopdrachten bestaat een Integriteitsrisico indien sprake is van een situatie als genoemd in artikel 4, 5 of 6 van deze beleidsregel.

  •  

  • 2.

    De gemeente kan gedragingen en omstandigheden van aan een Partij gelieerde partijen of personen, tot een periode van vijf jaar terug, bij de beoordeling van de vraag of er sprake is van een Integriteitsrisico betrekken. Onder gelieerde partijen worden in ieder geval verstaan personen of partijen die:

    • -

      direct of indirect leiding aan Partij geven of hebben gegeven;

    • -

      over Partij zeggenschap hebben of hebben gehad;

    • -

      aan Partij vermogen verschaffen of hebben verschaft;

    • -

      onderdeel zijn of zijn geweest van dezelfde groep als bedoeld in artikel 2:24b BW;

    • -

      in een zakelijk samenwerkingsverband tot Partij staan of hebben gestaan;

    • -

      op Partij anderszins direct of indirect invloed uitoefenen of hebben uitgeoefend.

  • 3.

    De gemeente heeft de mogelijkheid om, in aanvulling op haar wettelijke rechten en bevoegdheden, in een Overeenkomst een integriteitsclausule op te nemen, op basis waarvan zij onder meer het recht heeft om (I) de betrokken Partij(en) gedurende de looptijd van de Overeenkomst te Screenen en (II) de Overeenkomst op te schorten of tussentijds te beëindigen vanwege een Integriteitsrisico of het feit dat door de betrokken Partij(en) onvoldoende medewerking aan een Screening of aan het wegnemen van het Integriteitsrisico wordt verleend.

  •  

  • 4.

    De gemeente kan bij aanbestedingen in de gunningsleidraad verwijzen naar de toepasselijkheid van deze beleidsregels. Toepassing geschiedt in ieder geval bij in deze beleidsregels vastgestelde Risicogroepen.

  •  

  • 5.

    De gemeente verwijst bij Overeenkomsten betrekking hebbend op vastgoedtransacties of verhuur van kadastrale eigendommen naar de toepasselijkheid van deze beleidsregels.

  •  

  • 6.

    De gemeente verwijst bij Overeenkomsten met zorgaanbieders naar de toepasselijkheid van deze beleidsregels.

  •  

  • 7.

    De gemeente is gerechtigd de onderhandelingen of besprekingen terzake de Overeenkomst te beëindigen, de partij uit te sluiten van deelname of de overeenkomst tussentijds te beëindigen indien en zodra de Partij de integriteitsclausule niet accepteert.

  •  

  • 8.

    Bij de beslissing om met een Partij vanwege het bestaan van een Integriteitsrisico

    • -

      geen Overeenkomst aan te gaan,

    • -

      een Partij uit te sluiten van de kans op gunning van een overheidsopdracht of

    • -

      een reeds gesloten Overeenkomst te beëindigen, maakt de gemeente altijd een afweging tussen het Integriteitsrisico en de maatregel. Bij deze afweging worden de volgende aspecten betrokken:

      • de maatregelen die een Partij heeft getroffen om herhaling van het Integriteitsrisico te voorkomen;

      • de zwaarte van het Integriteitsrisico in kwestie;

      • het totale aantal Integriteitsrisico’s of onderliggende delicten of kwesties;

      • de verstreken tijd sinds het zich voordoen van het Integriteitsrisico;

      • de vraag of er reeds een (passende) sanctie is opgelegd naar aanleiding van het Integriteitsrisico in kwestie;

      • de mate van betrokkenheid van leidinggevenden of sleutelpersoneel bij het Integriteitsrisico.

  • 9.

    Indien de gemeente voornemens is om een Overeenkomst te beëindigen wegens een Integriteitsrisico, biedt de gemeente Partij de gelegenheid om op het voornemen te reageren voordat de Overeenkomst daadwerkelijk beëindigd wordt. Het college van burgemeester en wethouders kan besluiten van deze hoorplicht af te zien indien de omstandigheden aanleiding geven tot snel handelen.

Artikel 3 Screening

  • 1.

    De gemeente heeft het recht om voor het aangaan van een Overeenkomst en gedurende de looptijd van een Overeenkomst een Partij te Screenen.

  •  

  • 2.

    Bij de Screening kan de gemeente gebruik maken van de screeningsmiddelen die haar ter beschikking staan, met inachnneming van haar wettelijke verplichtingen en bevoegdheden. Deze middelen bestaan in ieder geval uit:

     

    • -

      een door een Partij in te vullen Integriteitsverklaring;

    • -

      het door een Partij laten overleggen van een VOG of een Gedragsverklaring Aanbesteden;

    • -

      het doen van onderzoek in open bronnen;

    • -

      het doen van onderzoek in gesloten bronnen.

  • 3.

    De gemeente kan advies vragen aan het Landelijk Bureau Bibob bij Overheidsopdrachten in de sectoren als aangewezen in het Bibob-beleid. Voorts kan de gemeente advies vragen aan het Landelijk Bureau Bibob bij vastgoedtransacties in de zin van de Wet Bibob.

  •  

  • 4.

    Indien een Partij geen of onvoldoende medewerking verleent aan een Screening is de gemeente gerechtigd:

    • -

      de onderhandelingen of besprekingen terzake de Overeenkomst te beëindigen indien de Screening plaatsvindt in het kader van het aangaan van een Overeenkomst;

    • -

      de Overeenkomst op te schorten of te beëindigen indien de Screening plaatsvindt in het kader van een lopende Overeenkomst, met inachtneming van haar wettelijke mogelijkheden en, indien van toepassing, de integriteitsclausule.

Artikel 4 Verplichte uitsluitingsgronden Aanbestedingen

  • 1.

    Bij Aanbestedingen is de gemeente verplicht een Partij uit te sluiten van de kans op gunning van de Overheidsopdracht in geval de Partij zich schuldig heeft gemaakt aan het in artikel 2.86 van de Aanbestedingswet 2012 genoemde.

 

  • 2.

    Als gelijkgesteld aan het in het eerste lid genoemde wordt beschouwd ieder delict naar buitenlands recht waarvan de omschrijving geacht kan worden overeen te stemmen met het in artikel 2.86 van de Aanbestedingswet 2012 genoemde of de in de aanbestedingsrichtlijn van de Europese Unie genoemde delicten die leiden tot verplicht uitsluiten van een Partij.

  •  

  • 3.

    De gemeente kan besluiten om een Partij niet op grond van het eerste lid van de kans op gunning van een Overheidsopdracht uit te sluiten vanwege dwingende redenen van algemeen belang of wanneer naar het oordeel van de gemeente de Partij in kwestie voldoende maatregelen heeft genomen om het geschonden vertrouwen te herstellen of wanneer uitsluiting met het oog op de tijd die is verstreken sinds de veroordeling van Partij en gelet op het voorwerp van de opdracht niet proportioneel is.

  •  

  • 4.

    Het eerste lid is niet van toepassing op:

    • -

      onderhandse aanbestedingen waarbij er geen sprake is van Werken waar het Aanbestedingsreglement Werken 2016 op van toepassing is;

    • -

      enkelvoudige gunning.

Artikel 5 Facultatieve uitsluitingsgronden

  • 1.

    Bij Aanbestedingen en bij overige Overeenkomsten waaronder Vastgoedtransacties kan de gemeente een Partij uitsluiten van de kans op gunning van de Overheidsopdracht respectievelijk besluiten geen Overeenkomst aan te gaan of deze te beëindigen indien die Partij een delict heeft gepleegd dat in strijd is met de voor hem relevante beroepsgedragsregels of een ernstige fout in de uitoefening van het beroep heeft begaan.

 

Delicten in strijd met de beroepsgedragsregels

 

  • 2.

    Bij Aanbestedingen verstaat de gemeente onder delicten die in strijd zijn met de beroepsgedragsregels: onherroepelijke strafrechtelijke veroordelingen voor het (doen) (mede)plegen van of uitlokken van of medeplichtigheid aan de delicten die door de Minister van Veiligheid en Justitie conform artikel 4.7 lid 1 van de Aanbestedingswet en artikel 8 van het Aanbestedingsbesluit betrokken worden in zijn beoordeling van de aanvraag om een Gedragsverklaring Aanbesteden en alle delicten naar buitenlands recht die daarmee vergelijkbaar zijn.

 

  • 3.

    Bij overige Overeenkomsten waaronder vastgoedtransacties verstaat de gemeente onder delicten die in strijd zijn met de beroepsgedragsregels naast de in het vorige lid bedoelde delicten tevens onherroepelijke strafrechtelijke veroordelingen voor het (doen) (mede)plegen van of uitlokken van of medeplichtigheid aan:

    • a.

      fraude c.q. valsheid in geschrifte als bedoeld in artikelen 230, 231, 232 Wetboek van Strafrecht;

    • b.

      het in strijd handelen met belastingwetgeving als bedoeld in artikel 68 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen of in strijd handelen met strafbepalingen genoemd in wetten op grond waarvan gemeentelijke belastingen worden geheven;

    • c.

      milieudelicten die volgens de Nederlandse wet kwalificeren als misdrijf;

    • d.

      alle andere dan de hiervoor bedoelde delicten die volgens het Nederlandse recht gesanctioneerd kunnen worden met een vrijheidsstraf van zes maanden of langer of met een geldboete gelijk aan of hoger dan het bedrag van de vierde categorie van artikel 23 lid 4 Wetboek van Strafrecht voor zover die delicten zien op de professionele integriteit van die Partij;

    • e.

      naar buitenlands recht met de hiervoor bedoelde delicten vergelijkbare delicten.

 

Ernstige fouten in de uitoefening van het beroep

 

  • 4.

    Onder ernstige fout in de uitoefening van het beroep verstaat de gemeente het in de uitoefening van het beroep of bedrijf:

    • a.

      handelen of nalaten waardoor de lichamelijke integriteit van werknemers of andere personen ernstig in gevaar wordt gebracht;

    • b.

      overtreden van de binnen artikel 2:86 lid 2 onder f Aanbestedingswet 2012 genoemd artikel;

    • c.

      begaan van overtredingen op het gebied van milieuwetgeving;

    • d.

      handelen in strijd met door de daartoe bevoegde autoriteit vastgestelde import-, export-, aankoop-, vervoers- en/of investeringsverboden;

    • e.

      als gevolg van grove nalatigheid, opzet of bewuste roekeloosheid onrechtmatig handelen waardoor ernstige schade is of kan ontstaan;

    • f.

      het begaan van gedragingen in strijd met voor het beroep of bedrijf van Partij relevante wet- en regelgeving - waaronder ook gemeentelijke wet- en regelgeving -, mededingingsrecht, tuchtregels, toezichtregels, gedragsregels of gedragscodes;

    • g.

      het verrichten van werkzaamheden of het doen van gedragingen die in strijd zijn met de openbare orde;

    • h.

      alle andere delicten en gedragingen of omstandigheden die naar hun aard zijn aan te merken als ernstige fout in de uitoefening van het beroep.

  • 5.

    In aanvulling op het in lid 4 bepaalde acht de gemeente een ernstige fout in de uitoefening van het beroep aanwezig indien er, al dan niet blijkend uit een Bibob-advies, gevaar bestaat dat een Overeenkomst door de Partij mede zal worden gebruikt om (i) uit gepleegde strafbare feiten verkregen of te verkrijgen, op geld waardeerbare voordelen te benutten, (ii) strafbare feiten te plegen of (iii) dat teneinde een Overeenkomst te sluiten een strafbaar feit is gepleegd.

 

Het aannemelijk maken van een ernstige fout in de uitoefening van het beroep

 

  • 6.

    De gemeente kan een ernstige fout in de uitoefening van het beroep in ieder geval, maar niet uitsluitend, aannemelijk maken:

    • a.

      doordat de ernstige fout in de uitoefening van het beroep wordt erkend door de betrokken Partij;

    • b.

      door eigen (betrouwbare en verifieerbare) ervaring van voor de gemeente werkzame ambtenaren, ambtsdragers of door de gemeente ingehuurd personeel;

    • c.

      door een rechterlijke uitspraak, bindend advies of arbitraal vonnis;

    • d.

      door een strafrechtelijke transactie of civielrechtelijke schikking;

    • e.

      door een uitspraak of beschikking van een bevoegde autoriteit, waaronder begrepen een uitspraak of beschikking van een tuchtrechter, toezichthouder of geschillencommissie;

    • f.

      door een Bibob-advies;

    • g.

      door te wijzen op door de bevoegde autoriteiten ingesteld strafrechtelijk onderzoek of strafvervolging;

    • h.

      door één of meer gemeentelijke handhavingsbesluiten in de zin van hoofdstuk 5 van de Algemene Wet Bestuursrecht;

    • i.

      door een bestuurlijke rapportage.

Artikel 6 financiële en economische draagkracht

Indien blijkt dat de betrokken ondernemer gefinancierd wordt uit criminele gelden, kan deze omstandigheid, mits hiervoor voldoende bewijs voor handen is, opgevat worden als een aantasting van zijn financiële en economische draagkracht. De gemeente betrekt in haar beoordeling onder meer de totale financiële situatie van de partij, de looptijd van de overeenkomst en de hoogte van de te verwachten sancties.

Artikel 7 (Slotbepaling)

Deze beleidsregel wordt aangehaald als: Beleidsregel Integriteit en Overeenkomsten Den Helder 2023 en treedt in werking na publicatie.

 

 

Aldus besloten in de collegevergadering van 4 juli 2023.

J.A. (Jan) de Boer MSc.

burgemeester

M. Pothast

secretaris