Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Reimerswaal

Beleidsregel ontheffing artikel 35 Drank- en Horecawet gemeente Reimerswaal

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieReimerswaal
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregel ontheffing artikel 35 Drank- en Horecawet gemeente Reimerswaal
CiteertitelBeleidsregel ontheffing artikel 35 Drank- en Horecawet
Vastgesteld doorburgemeester
Onderwerpopenbare orde en veiligheid
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 35 van de Alcoholwet

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

12-09-2023nieuwe regeling

13-08-2012

gmb-2023-389868

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregel ontheffing artikel 35 Drank- en Horecawet gemeente Reimerswaal

De burgemeester van Reimerswaal;

 

gelezen het voorstel van de afdeling Bouwen, Milieu en Handhaving d.d.28 juni 2012;

overwegende dat:

 

  • ingevolge artikel 35 van de Drank- en Horecawet de burgemeester ontheffing kan verlenen van het gestelde in artikel 3 van die wet en dat de burgemeester aan die ontheffing beperkingen en / of voorschriften kan verbinden;

  • de gemeente Reimerswaal één van de deelnemers is aan het Zeeuwse project Jeugd & Alcohol;

  • de deelnemende gemeenten zich hebben voorgenomen om te werken aan het tegengaan van alcoholgebruik door jongeren onder de 16 jaar en het verantwoord alcohol gebruik door jongeren vanaf 16 jaar;

  • de mate van de verkrijgbaarheid van alcoholhoudende drank hierin een belangrijke pijler is;

  • dat door de evenementen in de gemeente Reimerswaal waarbij alcohol buiten een inrichting beschikbaar wordt gesteld de verkrijgbaarheid groot is;

  • het daarom noodzakelijk is uniform beleid vast te stellen voor het verlenen van een ontheffing artikel 35 van de Drank- en Horecawet;

besluit:

vast te stellen:

  • 1.

    “De beleidsregel ontheffing artikel 35 Drank- en Horecawet”;

  • 2.

    De beleidsregel treedt in werking op 1 januari 2013;

  • 3.

    De beleidregel wordt aangehaald als “Beleidsregel ontheffing artikel 35 Drank- en Horecawet”.

     

1. Inleiding

 

a. Aanleiding en probleem

De problematiek rondom jeugd en alcohol is in Zeeland vergelijkbaar ernstig met die in de rest van Nederland: jongeren drinken steeds jonger, sommigen drinken veel en vaak. In de kern kan het vraagstuk teruggebracht worden tot twee onderdelen. Het eerste heeft betrekking op het gebruik van alcohol door jongeren onder de 16 jaar. De afgelopen jaren is het drinken van alcohol door deze groep jongeren gestegen terwijl dit gepaard gaat met gezondheidsrisico’s op korte en lange termijn. Het tweede onderdeel heeft betrekking op overmatig en excessief alcoholgebruik door jongeren in het algemeen. Dit gebruik gaat niet zelden gepaard met overlast en openbare orde problematiek, in het bijzonder in de weekenden. Ook voor deze jongeren brengt het nuttigen van (grote hoeveelheden) alcohol grote gezondheidsrisico's met zich mee.

 

Dit heeft geleid tot de volgende hoofddoelstellingen in het project Jeugd en Alcohol:

  • Het tegengaan van alcoholgebruik door jongeren onder de 16 jaar. Introductie en bestendiging van de norm: onder de 16 geen alcohol.

  • Verantwoord alcoholgebruik door jongeren vanaf 16 jaar. Tegengaan van overmatig en excessief alcoholgebruik door uitgaande jongeren zowel privé als in het publieke domein.

  • Er sprake is van een blijvend politiek en maatschappelijk draagvlak met betrekking tot het tegengaan van alcoholgebruik door jongeren onder de 16 jaar en een verantwoord alcoholgebruik door jongeren vanaf 16 jaar.

De aanpak 'Jeugd en alcohol' staat nadrukkelijk op de politieke en bestuurlijke agenda van de 13 Zeeuwse gemeenten en de provincie.

 

Een van de middelen om de doelen van het project te halen is, naast voorlichting en preventie en handhaving van regels, om consequent uitvoering te geven aan de ontheffingsregeling op grond van artikel 35 Drank en Horecawet. Reimerswaal kent als gemeente evenementen waarbij buitenbars en tapwagens worden geplaatst waarvoor de burgemeester een ontheffing ingevolge de Drank en Horecawet verstrekt. In 2010 zijn 31 en in 2011 40 ontheffingen verleend.

 

b. Doel

Deze beleidsregel is bedoeld om tot een betere onderbouwing te komen bij de verlening of weigering van een ontheffing ex artikel 35 van de Drank- en Horecawet (de wet). Dit document moet er toe leiden, dat niet meer “automatisch” een ontheffing wordt verleend als daartoe een aanvraag wordt ingediend.

Met deze beleidsregel dient bereikt te worden dat alle gemeenten in Zeeland artikel 35 Drank- en Horecawet op consequente wijze toepassen. Hiermee wordt bereikt dat aan evenementen/festiviteiten voorschriften worden gesteld vanuit oogpunt van onder meer alcoholmatiging en dat het schenken van alcohol plaatsvindt door een persoon die beschikt over de vereiste papieren.

2. Wettelijke kader en voorschriften uit de Drank- en Horecawet

 

Artikel 35, lid 1 van de wet geeft aan dat de burgemeester ten aanzien van het verstrekken van zwak-alcoholhoudende drank op aanvraag ontheffing kan verlenen van het in artikel 3 Drank- en Horecawet voor de uitoefening van het horecabedrijf gestelde verbod. Ontheffing kan worden verleend voor een in de beschikking aangegeven bijzondere gelegenheid van zeer tijdelijke aard voor een aaneengesloten periode van ten hoogste twaalf dagen. Verstrekking van alcoholhoudende drank mag alleen geschieden onder de onmiddellijke leiding van een persoon die voldoet aan de eisen, gesteld in artikel 8, lid 2 en lid 4 van de wet. Deze eisen zijn:

  • De leidinggevende mag niet onder curatele staan of uit de ouderlijke macht of voogdij gezet zijn;

  • De leidinggevende mag niet in enig opzicht van slecht levensgedrag zijn;

  • De leidinggevende moet de leeftijd van eenentwintig jaren hebben bereikt;

  • De leidinggevende moet in het bezit zijn van een Verklaring Sociale Hygiëne (of een daaraan gelijkgesteld bewijsstuk).

De ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de wet heeft uitsluitend betrekking op het bedrijfsmatig of anders dan om niet verstrekken van zwakalcoholhoudende drank, buiten een horeca-inrichting.

 

De wet definieert zwakalcoholhoudende drank als volgt: alcoholhoudende drank, met uitzondering van sterke drank.

Onder “alcoholhoudende drank” verstaat de wet: de drank, die bij een temperatuur van 20 graden Celsius voor meer dan een half volumeprocent uit alcohol bestaat.

En het begrip “sterke drank” wordt gedefinieerd als de drank, die bij een temperatuur van 20 graden Celsius voor vijftien of meer volumeprocenten uit alcohol bestaat, met uitzondering van wijn.

Voor alle duidelijkheid: de ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de wet heeft betrekking op het verstrekken van zwakalcoholhoudende drank, dus alcoholhoudende drank met uitzondering van sterke drank.

3. Afbakening begrip ‘ bijzondere gelegenheid van zeer tijdelijke aard’

 

De burgemeester heeft – als het gaat om het verlenen van deze ontheffingen – enige beleidsvrijheid en dat is ook absoluut noodzakelijk, omdat de wet geen definitie geeft van het begrip “bijzondere gelegenheid van zeer tijdelijke aard.”

 

In een toelichting op de wet is een bijzondere gelegenheid omschreven als: een kermis, braderie, muziek- en/of sportfeest, jaarmarkt en andere tijdelijke manifestaties. Het gaat om incidentele gevallen. Let wel, dit is een toelichting en geen definitie. Elke gemeente maakt binnen de ontheffingverlening zijn afweging wat onder “bijzondere gelegenheid” dient te worden verstaan. Wat de wet wel heeft bepaald is, dat “tijdelijk” nooit langer mag duren dan twaalf dagen. Ook lokale omstandigheden kunnen er dus niet voor zorgen, dat er een ontheffing wordt verleend voor een periode, langer dan 12 achtereenvolgende dagen.

4. Lokale beperkingen en/of voorwaarden (de beleidsregels)

 

Artikel 35, lid 2 van de wet geeft de burgemeester de mogelijkheid, beperkingen en/of voorwaarden te verbinden aan de te verlenen ontheffing. Deze hebben betrekking op sociale hygiëne en openbare orde en veiligheid.

 

Ter voorkoming van overmatig alcoholgebruik en alcoholmisbruik worden aan de ontheffing de volgende voorwaarden verbonden: (hierbij wordt de term “evenement” gebruikt voor het begrip bijzondere gebeurtenis van zeer tijdelijke aard).

 

a. Sociaal-hygiënische aspecten

De sociaalhygiënische aspecten komen tot uiting in: de leeftijdsgrenzen, de zedelijkheidseisen en de eisen gesteld aan leidinggevenden.

 

Artikel 1  

Aan personen van wie niet is vastgesteld, dat zij de leeftijd van 16 jaar hebben bereikt wordt geen alcoholhoudende drank verstrekt. Deze voorwaarde wordt duidelijk leesbaar en goed zichtbaar aan het publiek kenbaar gemaakt.

Artikel 2  

De (zwakalcoholhoudende) drankverstrekking vindt plaats onder toezicht van minstens één persoon die in het bezit is van een verklaring sociale hygiëne.

Artikel 3  

Aan personen die de aan hen verstrekte drank doorgeven aan personen die de leeftijd van 16 jaar nog niet hebben bereikt, wordt geen alcoholhoudende drank meer verstrekt.

Artikel 4  

Personen beneden de leeftijd van 16 jaar mogen niet werkzaam zijn ter zake van de verkoop van zwakalcoholhoudende drank.

Artikel 5  

Personen die kennelijk onder invloed van alcoholhoudende drank verkeren wordt geen alcohol verstrekt.

Artikel 6  

Bij het tappunt mag geen sterke drank aanwezig zijn.

Artikel 7  

Voor het publiek moeten steeds ook alcoholvrije dranken verkrijgbaar zijn.

Artikel 8  

Waar mogelijk (en dat beoordeelt de burgemeester in de procedure van de vergunningverlening van een evenement), maakt de ontheffingshouder gebruik van een polsbandjesregeling of een andere methode van toegangscontrole.

Artikel 9  

De ontheffing wordt geweigerd indien de bezoekers van de bijzondere gelegenheid van tijdelijke aard, hoofdzakelijk of uitsluitend bestaan uit personen die de leeftijd van 16 jaar nog niet hebben bereikt.

 

b. Openbare orde en veiligheidsaspecten

Bij openbare orde aspecten gaat het om het feit dat het tappen van alcohol op een verantwoorde wijze plaatsvindt. Artikel 21 van de wet verbiedt het om bedrijfsmatig of anders dan om niet alcoholhoudende drank te verstrekken, indien redelijkerwijs moet worden aangenomen, dat dit tot verstoring van de openbare orde, veiligheid of zedelijkheid zal leiden.

Ervaringen uit het verleden en aanwijzingen uit het heden kunnen hierbij tot het versterken van het begrip “redelijkerwijs” dienen. Een weigering van een aangevraagde ontheffing van artikel 35 van de wet, op grond van artikel 21 van de wet zal zorgvuldig en overtuigend moeten worden gemotiveerd.

 

Ter voorkoming van openbare orde problemen worden aan de ontheffing de volgende voorwaarden verbonden:

Artikel 10  

Het aanvangtijdstip dat in de ontheffing vermeld staat is nooit eerder dan het aanvangtijdstip van het evenement.

Artikel 11  

De eindtijd van de ontheffing is afhankelijk van de eindtijd van het evenement waaraan de artikel 35-ontheffing is gekoppeld:

 

  • a.

    Evenementen buiten op of aan de openbare weg krijgen een einde schenktijd van een half uur voor de eindtijd van het evenement;

  • b.

    Evenementen in een inrichting (sporthal) anders dan een horeca-inrichting hebben een schenktijd die is gekoppeld aan de eindtijd van het evenement.

Artikel 12  

Mobiele tappunten zijn verboden, waaronder ook begrepen de zogenaamde “rugzaktap” en de navulslang, waarbij met een lange slang vanaf het tappunt, de klanten op enige afstand vanaf het vaste tappunt kunnen worden bediend. Ook voor de bekende bierfiets verleent de burgemeester geen ontheffing.

Artikel 13  

De alcoholhoudende drank moet worden verstrekt in gebruikersverpakkingen, anders dan van glas.

Artikel 14  

De ontheffinghouder dient er zorg voor te dragen dat alcoholhoudende dranken niet van het evenemententerrein worden meegenomen naar elders.

Artikel 15  

Het tappunt waarvoor de ontheffing wordt gebruikt is op of direct aan het terrein gelegen waarop of waaraan de gelegenheid van bijzondere aard plaatsvindt.

4. De aanvraag

 

Een aanvraag voor ontheffing van artikel 35 van de wet moet worden gedaan met een voorgeschreven aanvraagformulier. De Regeling aanvraaggegevens en formulieren Drank- en Horecawet heeft hiertoe het aanvraagformulier Model C vastgesteld. Om tot een juiste beoordeling van alle criteria te kunnen komen wordt dit aanvraagformulier uitgebreid met een extra vragenlijst (zie bijlage). Het formulier maakt daarom integraal onderdeel uit van de ontheffingsprocedure.

Aldus vastgesteld door de burgemeester van Reimerswaal.

De burgemeester,

A.J. Huisman

De beleidsregel is bekendgemaakt op 2 januari 2013.