Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Smallingerland

VTH Jaarverslag 2022 en Uitvoeringsprogramma Bouwen, Ruimte, Milieu en APV 2023

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieSmallingerland
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVTH Jaarverslag 2022 en Uitvoeringsprogramma Bouwen, Ruimte, Milieu en APV 2023
CiteertitelVTH Jaarverslag 2022 en Uitvoeringsprogramma Bouwen, Ruimte, Milieu en APV 2023
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

28-07-2023nieuwe regeling

04-07-2023

gmb-2023-332727

Tekst van de regeling

Intitulé

VTH Jaarverslag 2022 en Uitvoeringsprogramma Bouwen, Ruimte, Milieu en APV 2023

Besluit:

  • 1.

    Het college stelt het gecombineerde VTH Jaarverslag 2022 en Uitvoeringsprogramma Bouwen, Ruimte, Milieu en APV 2023 vast.

  • 2.

    Het college stelt het Handhaving Uitvoeringsprogramma Publiek domein 2023 vast.

  • 3.

    Het college verlengt de looptijd van het VTH beleidsplan 2019-2022 voor de jaren 2023 en 2024, totdat het nieuwe VTH beleidsplan op basis van de Omgevingswet is vastgesteld.

  • 4.

    Het college stelt de raadsbrief vast met informatie over: - het VTH uitvoeringsprogramma 2023 en jaarverslag 2022 - het Handhavingsprogramma Publiek domein 2023 - de verlenging van het VTH beleidsplan.

  • 5.

    Wethouder Le Roy heeft mandaat voor tekstuele aanpassingen.

Samenvatting

Het college moet jaarlijks een VTH-uitvoeringsprogramma en jaarverslag vaststellen waarin staat hoe wij onze vergunning, toezicht en handhavingstaken uitvoeren, wat wij het afgelopen jaar hebben gedaan en hoe de planning voor dit jaar eruit ziet, gebaseerd op het VTH-beleidsplan. Het is nodig om de looptijd van het huidige VTH-beleidsplan 2019-2022 te verlengen, totdat het nieuwe VTH-beleid op grond van de Omgevingswet is vastgesteld. Daarnaast is het gewenst om een Handhaving Uitvoeringsprogramma Publiek domein (HUP) voor 2023 vast te stellen. Wij hebben de ambitie om overlast terug te dringen en de veiligheid in onze gemeente te vergroten. In het HUP 2023 staat o.a. de prioritering van de thema's waarop wij handhaven en de inzet van de BOA's die daarvoor nodig is.

 

1 INLEIDING

 

Om een veilige, gezonde, leefbare en duurzame omgeving te onderhouden en te verbeteren hebben we in 2019 het Vergunningen, Toezicht en Handhaving (VTH) beleidsplan 'Bouwen, ruimte en milieu' 2019-2022 vastgesteld. Het was de bedoeling om in 2022 het VTH-beleid te actualiseren en een nieuw VTH-beleidsplan vast te stellen dat 'Omgevingswetproof' is. Omdat de inwerkingtreding van de Omgevingswet opnieuw is uitgesteld tot 1 januari 2024, is het nodig om ons huidige VTH-beleidsplan met minimaal een jaar te verlengen tot het nieuwe VTH-beleidsplan is vastgesteld.

 

Op basis van het VTH-beleid stellen we vervolgens elk jaar een jaarverslag op over het afgelopen jaar en een uitvoeringsprogramma voor het komende jaar. Met het uitvoeringsprogramma, verplicht vanuit de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) en het Besluit omgevingsrecht (Bor), laat het college aan de raad, inwoners, instellingen en bedrijven zien, wat het college in 2023 doet om de doelen uit het VTH-beleidsplan te bereiken. In het VTH-beleidsplan is een aantal doelen geformuleerd. Deze lange termijn doelen zijn o.a. afgeleid uit doelstellingen uit het Collegeprogramma, diverse visies, de uitkomsten van de omgevingsanalyse Fryslân en de omgevings- en risicoanalyse. De doelen hebben we in dit uitvoeringsprogramma verder uitgewerkt in concrete acties, prestatie-indicatoren en gekoppeld aan de beschikbare capaciteit. De genoemde 'projecten' en werkzaamheden zijn mede tot stand gekomen door het toepassen van de risicomatrix uit het beleidsplan. Daarbij spelen ervaringen van toezichthouders en bestuurlijke thema's ook een belangrijke rol.

 

Wanneer we afwijken van de kaders van het VTH-beleidsplan, is dit in het uitvoeringsprogramma vastgelegd. Ook als er tussentijds nieuw beleid is vastgesteld dat van invloed is op uitvoering van de VTH-taken, is het uitvoeringsprogramma op deze onderdelen aangevuld.

 

Met het jaarverslag 2022 laat het college zien, wat het heeft gedaan om de doelstellingen uit het uitvoeringsprogramma 2022 en VTH-beleidsplan te realiseren. Het jaarverslag is ook een evaluatie over hoe het naleefgedrag zich op de verschillende beleidsterreinen ontwikkelt, welke nieuwe ontwikkelingen de aandacht verdienen en of de probleem- en risicoanalyse nog actueel is.

 

Vergunningverlening Algemene Plaatselijke Verordening (APV) & bijzondere wetten zijn niet in het huidige VTH-beleidsplan opgenomen, maar in het Kernbeleid Veiligheid Smallingerland 2023-2026. Omdat we integraal werken, zijn de werkzaamheden wel opgenomen in dit uitvoeringsprogramma. Handhaving publiek domein, ook onderdeel van het team VTH, heeft een eigen uitvoeringsprogramma.

 

Leeswijzer

De samenvatting staat in hoofdstuk 2. In hoofdstuk 3 geven we een overzicht van de wetgeving en de beleidskaders die van toepassing zijn op onze werkzaamheden. Vervolgens wordt in hoofdstuk 4 en 5 toegelicht wat voor vaste werkzaamheden en projecten we hebben uitgevoerd en dit jaar uitvoeren. In hoofdstuk 6 staat welke ontwikkelingen we de komende periode verwachten. Daarbij ligt de focus de komende maanden vooral op het verder voorbereiden van onze werkprocessen op de Omgevingswet en de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen. Na vele malen uitstel, treden deze wetten nu op 1 januari 2024 in werking. In dit hoofdstuk staat ook welke acties we ondernemen om ons team verder te ontwikkelen. De evaluatie is verwerkt in de verschillende hoofdstukken. In hoofdstuk 7 staan de belangrijkste samenwerkingspartners. Het budget en de benodigde capaciteit voor het uitvoeren van al deze taken, bespreken we in hoofdstuk 8.

2 SAMENVATTING

 

Terugkijkend op 2022, stellen we vast dat we langzaam maar zeker terug gaan naar 'het nieuwe normaal'. De twee Coronajaren die daaraan vooraf gingen, hebben een flinke invloed gehad op de manier waarop wij ons werk konden doen. Pas in de loop van het 2e kwartaal van 2022 werken collega's weer meer op kantoor en is er ook weer meer mogelijk op het gebied van controlebezoeken aan bedrijven, het organiseren van evenementen e.d. Ook moeten we vaststellen dat het door veranderende marktomstandigheden lastig is om gekwalificeerd personeel te werven én aan ons 'te binden'. Omdat er helaas ook op persoonlijk vlak tegenslag was bij enkele collega's, hebben we een intensief jaar achter de rug bij team VTH. In 2023 hopen we ons teamplan verder te ontwikkelen.

 

Het afgelopen jaar hebben we weer volop ingezet op de reguliere werkzaamheden zoals het verlenen van Wabo- en APV-vergunningen, het houden van toezicht en het afhandelen van klachten en meldingen. Daarnaast hebben wij de nodige stappen gemaakt om de nieuwe wetgeving verder te implementeren en de dienstverlening te verbeteren. In het reguliere proces is o.a. de BIBOB-toets verder geïmplementeerd om ondermijnende activiteiten tegen te gaan en voor aanvragen APV is het aanvraagproces vereenvoudigd. In aanloop naar de inwerkingtreding van de Omgevingswet is er veel tijd gestoken in omzetting van het huidige bedrijvenstand naar 'milieubelastende activiteiten'. De nieuwe basistaken worden door middel van een warme overdracht naar de FUMO doorgezet. Hiervoor zijn vele dossiers beoordeeld en controles uitgevoerd en dit loopt in 2023 nog door.

 

In maart is bekend geworden dat de Omgevingswet en de Wet Kwaliteitsborging voor het bouwen op 1 januari 2024 in werking treden. Als voorbereiding op de Wet Kwaliteitsborging voor het bouwen hebben wij in 2022 een lopend proefproject afgerond en nog een nieuw proefproject gedraaid. Voor de Omgevingswet hebben wij meegewerkt aan de Omgevingsvisie Smallingerland, die op 1 maart 2022 door de raad is vastgesteld. Ook is gewerkt aan het inrichten van één ingang voor initiatieven en verder geoefend met de Intaketafel en Omgevingstafel, aan de procedures voor de applicatiesystemen en het nieuwe informatie uitwisselingssysteem DSO.

 

Ook in 2023 moeten we nog een aantal acties uitvoeren om op tijd klaar te zijn voor de invoering van de wetgeving. Wij moeten vergunningen kunnen verlenen en aanvragen digitaal kunnen ontvangen. Daarnaast zijn wij nog bezig met het aanpassen van de legesverordening aan de nieuwe wetgeving en het afronden van een eerste (proef) Omgevingsplan Drachtstercompagnie. Het is aan de gemeenteraad om het Omgevingsplan en bijbehorende regels vast te stellen. Dit kunnen andere regels zijn dan de huidige regels. Het is in elk geval van belang dat de regels duidelijk en handhaafbaar zijn. Bij de afweging wordt gebruik gemaakt van de kennis bij team VTH. Zij kunnen vanuit de praktijk aangeven of een regel uitvoerbaar is, of er bepaalde risico's spelen en of bijvoorbeeld een geur- geluidregel, vergunningsplicht etc. een meerwaarde heeft.

 

In 2022 hebben 'de naweeën van Corona', verminderde toezichtcapaciteit, digitalisering en een toename van klachten en meldingen impact gehad op de uitvoering van onze toezichtwerkzaamheden. De beschikbare toezichtcapaciteit hebben we zoveel mogelijk ingezet op de meest risicovolle aspecten en klachten en daarnaast zijn wij meer steekproefsgewijs gaan controleren.

 

Door deze werkwijze, ingrijpen bij milieuovertredingen en het geven van voorlichting is er gewerkt aan een schone, veilige en duurzame leefomgeving. Een deel van de controles is doorgeschoven naar 2023. Wij hebben voor 2022 extra capaciteit ingehuurd bij de Veiligheidsregio om een inhaalslag te maken bij de controles brandveilig gebruik. Ook voor 2023 hebben we een contract gesloten met de Veiligheidsregio om controles voor ons uit te voeren.

 

Volgens ons beleid geven wij de prioriteit aan thema's die de meeste risico's voor de omgeving hebben, zoals milieu, brandveiligheid, constructieve veiligheid en omgevingsveiligheid. Als uitgangspunt hanteren we niet het aantal controles, maar de inzet van capaciteit op de meest risicovolle activiteiten. Wij kiezen dus voor kwaliteit boven kwantiteit.

Deze aanpak zetten we ook door in 2023 en dit leidt bij toezicht o.a. tot de volgende speerpunten:

 

  • Afronden project omzetten bedrijvenbestand van 'inrichtingen' naar 'milieubelastende activiteiten'

  • 'Warme' overdracht taken omgevingsdienst FUMO;

  • Label C/energiecontroles;

  • Controles brandveilig gebruik (brandveiligheid, hoge score in de risicoanalyse);

  • Integraal toezicht op horeca en Alcoholwet;

  • Instandhouding singellandschap.

Wij hebben voor 2023 ook extra capaciteit vrijgemaakt voor klachten en ad-hoc zaken. Wij zien een toename in het aantal klachten en milieu incidenten zoals kamerverhuur, houtrookoverlast en algemene geur- en geluidoverlast klachten. Het afhandelen hiervan kost meer inzet dan een gemiddelde geplande controle. Een deel van deze incidenten kan worden voorkomen door aan voorkant meer in te zetten op voorlichting, duidelijke regelgeving en projectmatige, gestructureerde controles. De capaciteit is echter nu niet aanwezig om de zaken ook zo op te pakken. Bij het uitwerken van het Omgevingsplan kan de gemeente zelf regelgeving opstellen. Het is van belang dat er de komende jaren in elk geval duidelijke regels worden opgenomen in het Omgevingsplan.

 

Eind juni 2023 wordt in de aanloop naar de Omgevingswet een ander applicatiesysteem geïmplementeerd (overgang van Squit 20/20 naar Rx.Mission). Dit betreft met name een technische overzetting, maar heeft ook een uitwerking op de rapportage elementen. De werkprocessen in Rx.Mission worden op dit moment ingericht voor de huidige wetgeving. Vanaf juli moeten we dat vervolgens ook nog verder uitwerken voor de nieuwe wetgeving. Dit kost de nodige capaciteit. In verband met overgangsrecht, moeten de oude en nieuwe werkprocessen na 1 januari 2024 nog een tijd naast elkaar worden gebruikt.

 

De omgevingsdienst FUMO heeft gewerkt aan de doorontwikkeling van de organisatie. We hebben samen met de FUMO verder gewerkt aan diverse onderwerpen zoals de implementatie van de Governance structuur, de financieringssystematiek en mandaatregeling en het uitvoeringsprogramma. Vanaf 2022 heeft de FUMO een eigen jaarprogramma.

3 WETTELIJKE EN BELEIDSMATIGE KADERS

 

In dit hoofdstuk zijn de wettelijke en beleidsmatige kaders beschreven waar we bij het opstellen van het Vergunningen, Toezicht en Handhaving (VTH) beleid en de uitvoering rekening mee houden.

 

3.1 Beleidscyclus

Het uitvoeringsprogramma, jaarverslag, Kernbeleid veiligheid en het VTH-beleidsplan maken onderdeel uit van een strategische cyclus (doelen en prioriteiten, uitvoering en resultaten, evaluatie, bijstelling doelen en prioriteiten) en een operationele cyclus (programma, uitvoering en resultaten, verslag en evaluatie, programma), die samen de beleidscyclus vormen. Dit is opgenomen in Figuur 1.

 

Figuur 1. De beleidscyclus (BIG 8)

3.1.1 Uitvoeringprogramma en jaarverslag

Het opstellen van een jaarlijks uitvoeringprogramma en jaarverslag, is op grond van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) verplicht voor de Wabo-taken. Inhoudelijke eisen zijn uitgewerkt in het Besluit omgevingsrecht (Bor) en de Ministeriële regeling omgevingsrecht (Mor). Met de inwerkingtreding van de Wet Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving (Wet VTH, april 2016) zijn deze verplichtingen ook gaan gelden voor de Wabo-vergunningverlening. Het vaststellen van een uitvoeringsprogramma en jaarverslag is een bevoegdheid van het college. De stukken leggen wij ter informatie voor aan de gemeenteraad. Voor vergunningverlening op het gebied van APV & Bijzondere Wetten geldt deze verplichting niet. Het verlenen van vergunningen voor bijvoorbeeld evenementen en op grond van de Alcoholwet is toebedeeld aan de burgemeester. Voor de volledigheid is ervoor gekozen om vergunningverlening op het gebied van APV & Bijzondere Wetten wel in dit uitvoeringsprogramma mee te nemen.

3.1.2 VTH beleidsplan Bouwen, ruimte en milieu

Het VTH beleidsplan maakt onderdeel uit van de bovenzijde van de BIG 8. We gaan in dit beleidsplan terug naar de bedoeling van ons werk: streven naar een schone, veilige en duurzame leefomgeving. We willen steeds meer gaan evalueren en rapporteren op basis van 'outcome' en minder op basis van 'output'. Niet het aantal controles (productie/output) staat centraal maar de kwaliteit van de leefomgeving. We gaan door met meer omgevingsgericht werken en daarmee flexibel inspelen op actuele omgevingsvraagstukken zonder onze expertise, oordeel en aandacht op de meest risicovolle activiteiten te verliezen. In het beleidsplan zijn aan de hand van de uitkomsten van een probleemanalyse prioriteiten doelen vastgesteld. Deze zijn verder uitgewerkt in dit uitvoeringsprogramma.

 

 

3.2 Verordening Frysk peil

In de Wet VTH is omschreven dat gemeenten verplicht zijn om kwaliteitscriteria vast te stellen in een beleidsnota of verordening. De kwaliteitscriteria zijn bedoeld om de uitvoering van vergunningverlening, toezicht en handhaving (de VTH-taken) door gemeenten en provincies in het omgevingsrecht te professionaliseren en de kwaliteit in de organisatie te borgen. De criteria gaan zowel over het proces als de inhoud. In Fryslân zijn in 2020 de landelijke kwaliteitscriteria 2.2 vertaald in de verordening VTH-kwaliteit en kwaliteitscriteria Frysk peil F2. In het uitvoeringsprogramma omschrijven we welke acties uit het ontwikkelplan we jaarlijks gaan uitvoeren om uiteindelijk aan de Frysk peil F2 te voldoen. Zie ook paragraaf 6.1.6.

 

3.3 Gemeentelijk BIBOB-beleid en Kernbeleid veiligheid

We hebben sinds 2012 BIBOB-beleid in Smallingerland. In de wet BIBOB (Wet bevordering integriteitsbeoordelingen) staat dat de overheid vergunning-/subsidieaanvragers mag beoordelen op integriteit (potentiële inmenging in criminele activiteiten). Het gemeentelijk BIBOB-beleid was in eerste instantie toegespitst op het beoordelen van aanvragen van vergunningen voor horeca, coffeeshops en prostitutie. Later is dit uitgebreid met bepaalde categorieën van Wabo aanvragen. Het beleid van Smallingerland wordt in 2023 herijkt. De Friese Norm is door de gemeente ondertekend en er komt een programma aanpak voor Fryslân in het geheel. Er is ook blijvende aandacht nodig voor het trainen van Bibob-medewerkers intern.

 

Het Kernbeleid Veiligheid Smallingerland 2023-2026 staat in het teken van het verder professionaliseren van de dienstverlening en het vergunningsverleningsproces op het gebied van APV & Bijzondere Wetten. Het doel is om te komen tot een situatie waarin de (vergunningverlenings-) processen voor alle betrokken partijen op de meest optimale manier zijn ingericht.

 

3.4 Beleidsregels evenementenveiligheid

Eind 2016 zijn alle regels rondom evenementen vastgelegd in de 'Beleidsregels evenementenveiligheid'. In deze beleidsregels is expliciet aandacht geschonken aan veiligheids- en gezondheidsrisico's bij evenementen en is meer duidelijkheid verschaft over het traject voor én na de vergunningverlening. Denk aan de classificering van evenementen (onderscheid in A-, B- en C-evenementen), indieningstermijnen, evenementenlocaties, bescheiden en gegevens van een vergunningaanvraag, evaluaties, toezicht en regels op gebied van openbare orde en veiligheid (beveiliging, parkeeroverlast, verkeersveiligheid, brandveiligheid, etc.). Doel van de beleidsregels is dat het meer duidelijkheid verschaft in het traject vóór de vergunningverlening, tijdens het evenement en na afloop.

 

Dit beleid beperkt zich tot het wettelijk kader, veiligheid en de procedure van aanvraag en volstaat eigenlijk niet meer. Thema's als milieueisen, veiligheidsvoorschriften en afname van de politiecapaciteit vragen om een herijking van het huidige beleid. Voor diverse evenementen worden de veiligheidseisen nu al aangescherpt. In het nieuwe Kernbeleid veiligheid 2023-2026 staat daarom dat er nieuw evenementenbeleid wordt opgesteld. Team OOV/Concern gaat dit tijdig afstemmen met o.a. de teams VTH en REO. In een later stadium wordt ook een evenementenvisie geformuleerd. Hierin wordt de gemeentelijke visie op evenementen en alle daarmee samenhangende zaken uiteengezet.

 

3.5 Omgevingsvisie Smallingerland 2040

De Omgevingsvisie is op basis van de Omgevingswet een verplicht instrument voor het Rijk, de provincie en de gemeente. Deze visie bevat het integrale beleid op hoofdlijnen voor de fysieke leefomgeving. Het geeft richting aan de manier waarop we de leefomgeving willen beheren, inrichten en ontwikkelen. De Omgevingsvisie is niet alleen belangrijk voor het handelen van de gemeente zelf maar ook voor de afweging van plannen en initiatieven vanuit de samenleving. Als er een initiatief is dat niet in het Omgevingsplan past, dan is de Omgevingsvisie belangrijk. In de Omgevingsvisie staat waar het initiatief aan moet voldoen en waar de gemeente bij de afweging naar kijkt.

 

Gemeente Smallingerland heeft een Omgevingsvisie opgesteld. Hierin zijn doelen en leidende principes vastgelegd. De doelen die wij voor 2040 hebben gesteld zijn samen te vatten in vier begrippen:

  • gezond

  • veilig

  • aantrekkelijk

  • economisch vitaal

De leidende principes helpen om onze doelen te bereiken. De drie leidende principes: duurzaam, inclusief en identiteit passen wij zowel toe bij alle plannen van de gemeente als bij initiatieven van inwoners, instellingen of ondernemers. De Omgevingsvisie Smallingerland 2040 is op 1 maart 2022 vastgesteld door de raad. Team VTH kan met name een bijdrage leveren aan de doelen 'een gezond, veilig en aantrekkelijk Smallingerland'. Dit sluit ook aan bij de visie in ons VTH beleid.

 

3.6 Omgevingsagenda Noord

De Omgevingsagenda Noord is de bestuurlijke samenwerkingsagenda van het Noorden en het Rijk voor de fysieke leefomgeving. Het vormt de gebiedsgerichte uitwerking van de Nationale Omgevingsvisie (NOVI). De Omgevingsagenda bevat geen nieuw beleid. Het legt de verbinding tussen de verschillende visies. Voor noord Nederland zijn er 5 thema's met 24 opgaven geïnventariseerd. De opgaven zijn samen met maatschappelijke organisaties en het bedrijfsleven verder uitgewerkt. De Omgevingsagenda Noord is nog niet in het Bestuurlijk Overleg Leefomgeving (BOL) vastgesteld.

 

3.7 Versterking VTH-stelsel

De afgelopen jaren heeft de commissie Van Aartsen onderzoek gedaan naar het VTH-stelsel. De uitkomsten zijn omschreven in het rapport ‘Om de leefomgeving, Omgevingsdiensten als gangmaker voor het bestuur’. De conclusie is dat het VTH-stelsel nog niet goed functioneert en niet voldoet aan de oorspronkelijke bedoeling van de commissie Mans. In het rapport worden tien aanbevelingen gedaan om het landelijke stelsel van omgevingsdiensten en de kwaliteit van toezicht en handhaving te verbeteren. In december 2021 is in een Kamerbrief aangegeven welke acties er nodig zijn voor de opvolging van de aanbevelingen. In 2022 is er een landelijk Interbestuurlijk programma gestart dat doorloopt in 2024. Doel is een goed werkend VTH-stelsel, met onder andere robuuste omgevingsdiensten en een goede financiering daarvan, waarmee alle partijen uit de voeten kunnen.

In januari 2023 is een Kamerbrief verschenen over de voortgang van het proces versterking VTH-stelsel. Wij blijven dit proces volgen omdat het gevolgen kan hebben voor de uitvoering van de taken door ons en de FUMO (basistakenpakket).

 

3.8 Interbestuurlijk Toezicht (IBT)

De provincie Fryslân is wettelijk aangewezen om onze VTH-taakuitvoering te toetsen. APV en bijzondere wetten maakt geen onderdeel uit van de IBT-toets. De provincie heeft in 2021 onderzoek gedaan naar een andere manier van toetsen en beoordelen. Het is de bedoeling om tot een nieuwe, meer effectieve vorm van IBT te komen, in lijn met de landelijke 'agenda toekomst van het toezicht'. Uitgangspunten hierin zijn maatwerk en risicogericht toezichthouden. Vanwege de overgang naar een nieuw stelstel met nieuwe systemen wordt in 2023 samen met de provincie bekeken hoe we het uitvoeringsprogramma opnieuw vorm kunnen geven in lijn met andere (regionale) uitvoeringsprogramma's.

4 VERGUNNINGVERLENING

4.1 Vergunningverlening APV & Bijzondere wetten

Mede door twee jaar corona waren er in 2020 en 2021 nauwelijks evenementen en lag de focus meer op de bestrijding van de pandemie. In de loop van 2022 werd er weer meer mogelijk. Het aantal aanvragen en verleende vergunningen is dan ook - in tegenstelling tot de verwachting begin 2022 - flink toegenomen. Vanaf 1 juli 2022 is er dan ook een junior medewerker APV toegevoegd aan team VTH.

 

Samen met de teams Concern en Informatie & Analyse hebben we gewerkt aan het digitaal indienen van de aanvraag of melding voor een evenement. De aanvrager kan nu met DigiD of e-Herkenning inloggen op de website. Via een keuzeboom krijgt de aanvrager direct inzichtelijk of er een vergunning of melding nodig is. Daarnaast krijgt de aanvrager via vervolgvragen direct een overzicht van de van toepassing zijnde informatie en de in te dienen gegevens. De aanvrager kan de aanvraag vervolgens direct indienen en krijgt automatisch een bevestiging.

 

In 2022 zijn we begonnen met het uitwerken van een digitaal werkproces en het aanpassen van de standaardbrieven en sjablonen voor de vergunningverlening APV en bijzondere wetten. Dit werkproces wordt in 2023 ingebouwd in Rx.Mission.

 

Het verbranden van snoeihout in agrarische gebieden is niet zomaar toegestaan. Daarvoor is een stookontheffing van de gemeente nodig. Wij geven die ontheffing circa 10 á 15 keer per jaar en alleen voor het verbanden van takkenbulten die ontstaan bij het onderhoud van het landschap. Met landschapsonderhoud bedoelen we snoeien van houtwallen, bosjes en bomen in het buitengebied. We geven in de periode van 15 maart tot 15 augustus géén ontheffing om snoeihout te verbranden. Dit is om wilde dieren en planten te beschermen om te voldoen aan de zorgplicht van de Wet Natuurbescherming. In takkenbulten kunnen er in deze periode bijvoorbeeld vogels broeden of egels huishouden. Ook in (zeer) droge periodes worden geen ontheffingen afgegeven vanwege brandgevaar.

 

We willen in 2023-2024 nieuw beleid opstellen dat het verbranden van snoeihout e.d. gaat verbieden. We onderzoeken de mogelijkheden om het te laten versnipperen en hergebruiken als bodemverbeteraar. Dit is beter voor de mineralenbalans en past in het streven naar een circulaire economie. Een toezichthouder van ons team werkt nauw samen met externe partijen om dit verder uit te werken.

 

APV & Bijzondere wetten

Realisatie

2021

Planning 2022

Realisatie 2022

Planning 2023

Omvang

activiteiten:

Vergunningen

21

50

55 individuele verzoeken met meerdere onderdelen in

1 aanvraag, o.a.:=>11 exploitatie vergunning-en

=>5 droge horecaver-gunningen

=>6 Alcoholwetvergunningen

=>37 onthef-fingen

=>3 droge horeca verleend =>12x terras =>11x

wijziging

leiding-

gevende

=>10x ontheffing sluitingstijd

55

Evenementen

32

40

97 (waarvan 96 verleend)

100

Standplaatsen

19

25

31

30

Uitstalvergunning

16

20

Reclameborden

42

35

92

90

Overig

67

100

Totaal: 129 Vuurwerk: 6 Kansspel

automaten: 26 Snuffel-markten: 9 Collecte: 8 Loterij: 4 Tijdelijke ontheffing kamperen: 7

Geluid-

hinder: 67 (vergunning/ontheffing) Venten: 2

130

Stookontheffing

26

10

15

10

Capaciteit 2023:

3450 uren

Doelstellingen:

Doel: het verder professionaliseren van de dienstverlening en het proces van vergunningverlening:

  • De beschikking met voorschriften is duidelijk en van een goede (juridische) kwaliteit en handhaafbaar;

  • Beschikkingen uiterlijk twee weken voorafgaand aan de activiteiten verlenen;

  • Het contact met de aanvragers intensiveren.

Wat gaan we doen:

  • Aanvragers actief benaderen voor de plaatsing van het evenement op de evenementenkalender en meenemen in het proces en de planning;

  • Strakker toezien op de termijnen;

  • Meer persoonlijk contact onderhouden met aanvragers, in de vorm van vooroverleggen en evaluaties;

  • Bij meer evenementen of andere activiteiten een schouw toepassen en daarmee vaker 'ons gezicht laten zien';

  • Enquêtes meesturen met beschikkingen.

Indicatoren:

  • Aantal klachten over de inhoud van de beschikkingen en aantal ingediende bezwaren/plaatsgevonden voorlopige voorziening-procedures;

  • Aantal aanvragen dat tijdig is ingediend;

  • Aantal beschikkingen dat meer en minder dan twee weken voorafgaand aan de betreffende activiteit is verleend;

  • Aantal keer dat er een voor-, dan wel tussentijds overleg is ingediend;

  • Aantal keer dat er een evaluatie heeft plaatsgevonden.

 

4.2 Vergunningverlening bouwen, slopen en ruimtelijke ordening

Het aantal aanvragen is ongeveer gelijk gebleven in 2022. De invoering van de Wet kwaliteitsborging voor het Bouwen (Wkb) en de Omgevingswet is opnieuw uitgesteld, deze wetten treden op 1 januari 2024 in werking. Dat leidt in het laatste kwartaal van 2023 wellicht tot extra aanvragen. De aanvragers zijn bekend met de oude wetgeving en onbekend met de nieuwe wetgeving.

 

Het aantal vooroverleggen en informatieverzoeken fysieke leefomgeving neemt steeds meer toe en kost veel tijd. Tot nu toe is dit gratis voor de indieners van een dergelijk verzoek. De vraag is of hiervoor een 'drempel' moet komen. In 2023 betrekken we dit punt bij het opstellen van de Legesverordening voor 2024. Daarbij bekijken we o.a. de mogelijkheid om leges te heffen voor de Intake- en Omgevingstafel. We verwachten dat er dan serieuzere en beter onderbouwde informatieverzoeken worden ingediend.

 

Team VTH heeft een belangrijke signaalfunctie in het BIBOB-beleid gekregen. Een aantal Wabocoördinatoren zijn belast met het controleren en toetsen. Vanaf 2021 voeren we deze toets uit. Met name de toetsing van het financiële deel vergt de nodige kennis waarbij de ondersteuning door het team Concern nog wel nodig is.

 

Vanaf vorig jaar is team VTH nauwer betrokken bij de Wob/Woo verzoeken. Het aantal verzoeken neemt nog steeds toe, dit vraagt de nodige capaciteit.

 

In het VTH-beleidsplan is een toetsprotocol Bouwbesluit opgenomen. Op grond van een prioritering is het toetsingsniveau en de diepgang van de toetsing vastgelegd. We toetsen alle aanvragen aan dit beleid, m.u.v. bouwwerken die vanaf 2024 onder de Wkb vallen.

 

Tijdens de bezwaar- en beroepsprocedures is een paar keer gebleken dat de motivering m.b.t. het afwijken van het bestemmingsplan te minimaal is. Het doel was om de motivering meer te standaardiseren. Inmiddels krijgen de Wabocoördinatoren daarbij meer ondersteuning van de juristen van team VTH.

 

Verdere aandachtspunten bij de vergunningverlening zijn o.a. het verplichte label C voor kantoren en de stikstofproblematiek. Wij hebben 4 lopende aanvragen om een omgevingsvergunning van agrarische bedrijven waarvoor i.v.m. stikstof een verklaring van geen bedenkingen nodig is. GS heeft deze nog niet afgegeven.

 

Bouw, sloop en RO

Realisatie

2021

Plan-ning 2022

Realisatie 2022

Planning 2023

Totaal overzicht

omgevingsvergunningen

657 Wabo-vergunningen verleend, 71 aanvragen buiten behandeling gelaten, 36 ingetrokken en 42 waren vergunningsvrij, 28 aanvragen zijn geweigerd en 42 ingetrokken of afgebroken; geen omgevingsvergunning van rechtswege verleend.

502

647 aanvragen (binnen gekomen in 2022), waarvan 458 omgevingsvergunning-en totaal verleend

650

Omvang

activiteiten:

Bouw

311

280

235 (219 verleend, 1 van rechtswege, 6 geweigerd, 2 buiten behandeling, 7 ingetrokken)

Afwijken ruimtelijke regels

108

115

Totaal: 147 aanvragen 4 buitenplans (3 verleend, 1 buiten behandeling), 57 binnenplans (waarvan 4 geweigerd, 1 buiten behandeling), 86 'kruimel', (81 verleend, 2 geweigerd, 1 buiten behandeling, 1 van rechtswege, 1 ingetrokken)

Uitweg/inrit

40

45

53 (48 verleend, 5 geweigerd)

Reclame

13

15

17 verleend

Rijks- of gemeentelijk monument

4

7

8 verleend

Sloopmelding

33

40

Asbest particulieren: 162 (waarvan 6 niet geaccepteerd) Slopen particulieren: 25 Asbestmeldingen bedrijfsmatig: 190

Vooroverleggen

309

320

416

Informatie verzoeken

83

300

111 verzoeken fysieke leefomgeving

Pilot 'Wet kwaliteitsborging voor het bouwen'

2

1

1

-

Capaciteit 2023:

6150 uren

Wat zegt het VTH-beleid:

Doel: 80% van de klanten geeft het proces vergunningverlening minimaal een 7

  • De proceduretijd is zo kort mogelijk;

  • De beschikking is duidelijk, van een goede kwaliteit en handhaafbaar;

  • Op alle ontvankelijke aanvragen om vergunning wordt op tijd beschikt;

Wat gaan we doen:

  • De proceduretijd van aanvragen zo kort mogelijk houden;

  • De beschikkingen zijn van een goede (juridische) kwaliteit en handhaafbaar;

  • Op alle ontvankelijke aanvragen om vergunning op tijd beschikken;

  • Aanvragen toetsen aan protocol Bouwbesluit;

  • Enquêtes meesturen met beschikkingen en meldingen;

Indicatoren:

  • Aantal keer dat er een vooroverleg plan is ingediend;

  • Aantal volledige en onvolledige aanvragen;

  • Aantal ontvankelijke aanvragen waarop tijdig en niet tijdig is beschikt;

  • Aantal malen dat een beslistermijn is verlengd;

  • Aantal (on)gegronde bezwaarschriften tegen verleende vergunningen.

4.2.1 Welstand

De welstandscommissie toetst of de bouwplannen voldoen aan richtlijnen uit de welstandsnota. Deze nota is door de gemeenteraad vastgesteld. Bouwplannen kunnen meerdere keren door de lokale welstandscommissie behandeld worden. Plannen die de lokale welstandscommissie meeneemt naar de grote commissie in Leeuwarden, zijn geregistreerd onder het kopje 'overig'. Ook de plannen die we voorleggen aan de commissie in het kader van vooroverleg of een tussenoverleg, zijn geregistreerd onder het kopje 'overig'. Het aantal principe adviezen is lager, uit kostenoverweging vragen we bij kleine vooroverlegplannen vaak direct een definitief advies aan.

 

Tabel - Resultaten welstandstoetsing

Activiteit

2022

2021

2020

2019

2018

Voldoet aan redelijke eisen van welstand

93

92

50

104

133

Voldoet met opmerkingen

38

58

49

55

45

Voldoet mits, plan wordt aangepast

97

153

72

102

59

Voldoet niet aan redelijke eisen van welstand

50

54

38

75

36

Aanhouden

12

18

15

31

15

Overig (principe advies, geen advies ontvangen)

178

236

130

152

173

Totaal voorgelegd aan welstandscommissie

468

611

386

519

461

 

Het college heeft in 2022 18 keer besloten om het welstandstandadvies niet over te nemen en in afwijking van het advies wel een vergunning te verlenen. Er zijn dan bijvoorbeeld in de omgeving eerder soortgelijke bouwwerken vergund, het ging om een vervanging van een bouwwerk of er zijn algemene belangen die zwaarder wegen dan het advies. We zien een kleine toename van het aantal keer dat wij afwijken van het welstandsadvies (in 2021 was dat 12 keer). Het college heeft wel aangegeven dat er bij voorstellen waarbij wordt afgeweken van het welstandadvies, meer beeldmateriaal moet worden toegevoegd aan de stukken. In de geest van de nieuwe Omgevingswet is enige flexibiliteit in de beoordeling door de welstandscommissie gewenst.

 

4.3 Vergunningverlening milieu en gebruik

Steeds meer bedrijven vallen onder de algemene regels. Er zijn nog maar weinig bedrijven waarvoor de vergunningplicht geldt. De milieu vergunningverlening voor deze bedrijven ligt bij de FUMO. Wij blijven het bevoegd gezag en veelal het aanspreekpunt als het gaat om milieuzaken. Daarnaast hebben we nog een adviesrol voor andere teams op het gebied van milieuzonering, geluid, externe veiligheid, lucht en bodem. In 2021 en 2022 is een milieuvergunningverlener na zijn pensionering voor een paar dagen in de week weer ingehuurd om milieumeldingen af te handelen. Inmiddels is de medewerker die we in 2022 inhuurden (via een detacheerder) voor de bodemtaken, begin 2023 in vaste dienst bij team VTH gekomen en zijn z'n taken uitgebreid met de afhandeling van milieumeldingen.

 

Volgens de huidige versie van het invoeringsbesluit Omgevingswet, gaan er met het invoeren van de Omgevingswet bedrijven/taken over van de gemeente naar de omgevingsdienst en komen er een paar terug. Deze verschuiving kan grote impact hebben op de bedrijfsvoering van team VTH en de FUMO, ook budgettair. Afhankelijk van de hoeveelheid over te dragen bedrijven/taken kunnen we onder de kritieke grens van de kwaliteitscriteria uitkomen.

 

In 2021 hebben wij de bedrijven globaal omgezet van 'Activiteitenbesluit' naar het nieuwe 'Besluit activiteiten leefomgeving (Bal)'. In 2022 en in het 1e kwartaal 2023 hebben wij de lijst door nader dossieronderzoek en controles verder uitgewerkt.

 

Op basis van het huidige invoeringsbesluit Omgevingswet gaan er van de 2100 bedrijven in onze gemeente die aan de milieuregels moeten voldoen, 452 naar de FUMO. Dit zijn bedrijven die op dit moment nog niet bij de FUMO liggen. Van de bedrijven die nu nog bij de FUMO liggen, komt er een aantal terug. Dit zijn met name paardenhouderijen en andere bedrijven met dieren die geen landbouwhuisdieren zijn.

Het 'warm' overdragen van de 452 bedrijven en dossiers gaat dit jaar nog de nodige inspanning vergen van de vergunningverleners, toezichthouders en archiefmedewerkers. (Zie ook paragraaf 5.10).

De gebruiksvergunningen en -meldingen handelen wij zelf af. Om de regeldruk voor de organisaties en bedrijven te verminderen, vragen we niet meer bij alle wijzigingen om een nieuwe vergunning/melding. We nemen alleen de gewijzigde situatie, zoals bijvoorbeeld een tekening, op in het dossier.

 

Milieu en gebruik

Realisatie

2021

Planning 2022

Realisatie 2022

Planning 2023

Omvang activiteiten:

Omgevingsvergunning

Brandveilig gebruik

0

1

2 (verleend)

2

Melding brandveilig gebruik

5

7

15

15

Meldingen AMvB’s milieu

68

70

96

100

Procedure hogere waarde Wet geluidhinder

3

2

7

5

Capaciteit 2023:

400 uren

Wat zegt het VTH-beleid:

Doel: 80% van de klanten geeft het proces minimaal een 7

  • De proceduretijd is zo kort mogelijk;

  • De beschikking met voorschriften is duidelijk van een goede (juridische) kwaliteit en handhaafbaar;

  • Op alle ontvankelijke aanvragen om vergunning wordt op tijd beschikt;

Wat gaan we doen:

  • De proceduretijd van aanvragen zo kort mogelijk houden;

  • De beschikking is duidelijk van een goede (juridische) kwaliteit en handhaafbaar;

  • Op alle ontvankelijke aanvragen om vergunning op tijd beschikken;

  • Enquêtes meesturen met beschikkingen en meldingen;

Indicatoren:

  • Aantal keer dat er een vooroverleg plan is ingediend;

  • Aantal volledige en onvolledige aanvragen;

  • Aantal ontvankelijke aanvragen waarop tijdig en niet tijdig is beschikt;

  • Aantal malen dat een beslistermijn is verlengd;

  • Aantal (on)gegronde bezwaarschriften tegen verleende vergunningen.

 

4.4 Vergunningverlening natuur en landschap

De Wet natuurbescherming (Wnb) regelt de taken en bevoegdheden voor de bescherming van natuurgebieden en plant- en diersoorten. De wet bevat o.a. bepalingen over houtopstanden. We komen in beeld als de aanvrager van een natuurvergunning of ontheffing wil aanhaken bij een door ons te verlenen omgevingsvergunning. De natuurtoets wordt uitgevoerd door de provincie, die een verklaring van geen bedenkingen (VVGB) moet afgeven.

 

In het bestemmingplan buitengebied zijn bepalingen opgenomen ter bescherming van landschapselementen waaronder houtsingels en boomwallen. De als 'beeldbepalend' aangeduide singels mogen niet worden verwijderd. De als 'overig' aangeduide singels mogen onder voorwaarden worden verwijderd met compensatieverplichting waar een omgevingsvergunning voor wordt verleend. Na vergunningverlening vindt controle plaats op naleving van de vergunningsvoorwaarden.

In paragraaf 5.4 gaan we verder in op het toezicht (o.a. op het in stand houden van het singellandschap).

 

Het verlenen van kap- en aanlegvergunningen is de bevoegdheid van het college. De inhoudelijke beoordeling van kap- en aanlegvergunningen gebeurt bij het team Omgevingsbeheer Geregeld.

De meeste kapvergunningen worden verleend. In het kader van het opnemen van 'kappen' in het Omgevingsplan moet onderzoeken we of het vergunningstelsel al dan niet in stand moet blijven.

 

In 2022 is de vrijstelling van de Wet natuurbescherming voor de stikstofimmissie - die wordt veroorzaakt door bouwen/slopen - vervallen. Bij de omgevingsvergunning 'bouwen' is er weer een toets op stikstof nodig. Bij een aanvraag toetsen wij of het aannemelijk is dat er geen stikstofdepositie van meer dan 0.00 mol/ha/j op enig N2000 gebied plaatsvindt. Bij een mogelijk hogere depositie moeten wij GS om een VVGB vragen voor de 'activiteit Natuur'.

 

Natuur en landschap

Realisatie

2021

Planning 2022

Realisatie 2022

Planning 2023

Omvang activiteiten:

Omgevingsvergunning aanleg

(bv. kappen of ophoging grond)

12

12

10

12

Omgevingsvergunning kap (art. 4.10B lid 1 APV)

201

220

191 (1 ingetrokken)

200

Capaciteit 2023:

550 uren1

Wat zegt het VTH-beleid:

Doel: 80% van de klanten geeft het proces van vergunningverlening minimaal een 7

  • De proceduretijd is zo kort mogelijk;

  • De beschikking met voorschriften is duidelijk van een goede (juridische) kwaliteit en handhaafbaar;

  • Op alle ontvankelijke aanvragen om vergunning wordt op tijd beschikt;

Wat gaan we doen:

  • De proceduretijd van aanvragen zo kort mogelijk houden;

  • De beschikking met voorschriften zijn duidelijk van een goede (juridische) kwaliteit en handhaafbaar;

  • Op alle ontvankelijke aanvragen om vergunning op tijd beschikken;

  • Enquêtes meesturen met beschikkingen en meldingen;

  • Afstemmen adviezen met de FUMO en provincie.

Indicatoren:

  • Aantal volledige en onvolledige aanvragen;

  • Aantal ontvankelijke aanvragen waarop tijdig en niet tijdig is beschikt;

  • Aantal malen dat een beslistermijn is verlengd;

  • Aantal (on)gegronde bezwaarschriften tegen verleende vergunningen.

1 inzet team VTH.

 

4.5 Bodem

In de huidige situatie is het de FUMO die de bevoegd gezag taken van de provincie op grond van de Wet bodembescherming en de bodemtaken van de gemeente op grond van het Besluit bodemkwaliteit uitvoert. Daarnaast zijn wij verantwoordelijk voor het uitvoeren van een aantal taken op het gebied van bodembeheer en bodembescherming:

 

Advies:

  • Advisering bodem bij eigen projecten: bij projecten, zoals infrastructurele werken of herinrichtingsprojecten, speelt het aspect bodem ook een rol. Ons team VTH speelt een coördinerende en begeleidende rol bij deze projecten voor wat betreft de bodemaspecten.

  • Beheer bodeminformatiesysteem: het actueel houden van de informatie in het bodem informatiesysteem Nazca-i. Nieuwe bodemrapporten worden periodiek ingevoerd. Door het vertrek van een medewerker in 2022 is achterstand ontstaan. Dit wordt in 2023 ingehaald, daarom is de planning veel hoger (160). Er is inmiddels een nieuwe medewerker (trainee bodem en milieu) die tot medio dit jaar ondersteuning krijgt van een ervaren bodemspecialist (inhuur).

  • Bodemtoets bij ruimtelijke ontwikkelingen en omgevingsvergunning bouw: het beoordelen van bodemonderzoeken en bodemkwaliteit om vast te stellen of deze een belemmering vormt voor de beoogde ontwikkelingen.

  • Beoordelen nul- en eindsituatie bodemonderzoek: bij bodembedreigende activiteiten dient de nul- en eindsituatie van de bodemkwaliteit bij aanvang en beëindiging van de activiteit vastgelegd te worden. De activiteit mag de bodem niet negatief beïnvloed hebben.

Meldingen:

  • Melding gesloten bodemenergiesystemen (<70 kW)4: De gemeente is bevoegd gezag met betrekking tot de gesloten bodemenergiesystemen < 70 kW. De melding wordt beoordeeld en het systeem wordt geregistreerd in het Landelijk Grondwater Register.

  • Melding tanksanering5: Meldingen van het verwijderen/saneren van tanks dienen gemeld te worden bij de gemeente. Bij ondergrondse tanks dient een bodemonderzoek uitgevoerd te worden ten behoeve van de sanering. De resultaten worden door ons beoordeeld.

De resultaten staan in de tabel hieronder.

 

Veranderingen op bodemgebied door de komst van de Omgevingswet

In hoofdlijnen geldt dat onder de Omgevingswet alle taken die samenhangen met de beoordeling van de milieubelastende activiteiten onderdeel zijn van het Basistakenpakket. Dat geldt ook voor maatwerkvoorschriften bij de behandeling van individuele situaties. In het kader van het nieuwe basistakenpakket gaan straks de meldingen van de gesloten bodemenergiesystemen over naar de FUMO. Tot de Plustaken behoren beleidsondersteunende taken als het opstellen van maatwerkregels in een Omgevingsplan. Voor deze Plustaken kunnen gemeenten kiezen of ze deze zelf uitvoeren dan wel door de FUMO laten uitvoeren. Wat tot het Basistakenpakket behoort, is geregeld in het Invoeringsbesluit Omgevingswet.

Het Omgevingswet-principe ‘decentraal tenzij’ is ook voor bodemkwaliteit van toepassing; gemeenten zijn primair verantwoordelijk voor de drie pijlers van het bodembeleid:

  • 1.

    preventie tegen nieuwe verontreiniging/aantasting;

  • 2.

    bij het toedelen van functies in gebieden rekening houden met de kwaliteiten van de bodem;

  • 3.

    het duurzaam en doelmatig beheren van de resterende historische verontreinigingen.

De gemeente is onder de Omgevingswet dus het bevoegd gezag voor zowel het omgaan met licht verontreinigde grond en bagger, maar ook voor het omgaan met de locaties waar ernstige bodemverontreiniging aanwezig is.

 

Provincie, gemeenten en omgevingsdiensten werken samen om voor inwerkingtreding van de Omgevingswet klaar te zijn voor de uitvoering van de bodemtaken en om verantwoordelijkheden en informatie over te dragen waar dit nodig is. Daarvoor is in 2018 het traject 'Warme Overdracht bodemkwaliteitszorgtaak' gestart. Daarin wordt gewerkt aan vier thema’s:

  • 1.

    Bodemlocaties:

  • Het scheppen van duidelijkheid in de locaties waar de provincie de verantwoordelijkheid voor bodemkwaliteit houdt en de locaties waarvoor de gemeente bevoegd gezag wordt onder de Omgevingswet. Voor de gemeente Smallingerland is hier door de FUMO in opdracht van de provincie een lijst samengesteld van de locatie die overgaan naar de gemeente. De locaties waar het traject behorende bij de Wet bodembescherming nog niet geheel is afgerond blijven bij de provincie en gaan niet over naar de gemeente. Deze lijst is zo goed als klaar. Er dient nog een extra controle te worden uitgevoerd of er geen monitoringslocatie over gaan naar de gemeente.

  • 2.

    Bodeminformatie:

  • Gemeenten moeten bodeminformatie aan initiatiefnemers kunnen leveren en moeten zelf informatie hebben om de effecten van initiatieven op bodem te beoordelen. Regionaal gaan we na hoe het toekomstig beheer van bodeminformatie in Fryslân na de inwerkingtreding van de Omgevingswet zou moeten plaatsvinden en welke acties daarvoor nodig zijn. Momenteel kijken we 'Friesland breed' naar de mogelijkheid om over te gaan op één systeem. Dit is van belang voor een soepele uitvoering van de gemeentelijke en provinciale taken.

  • 3.

    Bodembeleid en taken:

  • Binnen de algemene rijksregels en eventuele provinciale regels kan de gemeente zelf beleidskeuzen maken en regels in het Omgevingsplan opnemen. Dit is relevant als een gemeente bepaalde ambities heeft of als er een specifieke situatie is met betrekking tot de bodemkwaliteit. Provincie en FUMO helpen om informatie over de nieuwe regels toe te passen en om de beleidskeuzes helder te maken. Jarenlange kennis en ervaring van provincie en omgevingsdiensten onder de Wet bodembescherming wordt hiermee overgedragen aan gemeenten. Dit wordt ook Fryslân breed opgepakt. Het streven is om één bodemkwaliteitskaart en één nota bodembeheer op te stellen. Op deze manier wordt er een basis voor het Omgevingsplan gelegd.

  • 4.

    Financiering uitvoering bodemtaken:

  • In de afgelopen jaren werden de taken van de provincie voor uitvoering van de Wet bodembescherming (de bodemsaneringsoperatie) betaald uit rijksmiddelen die waren verdeeld volgens afspraken in het Convenant bodem en ondergrond 2016-2020. Het rijk moet opnieuw middelen verdelen die voor 2021-2025 in de rijksbegroting zijn aangegeven voor bodembeheer. Momenteel wordt landelijk een voorstel voorbereid. Daarin zitten ook middelen voor de uitvoering van de overheidstaken voor bodem onder de Omgevingswet. Dit voorstel wordt in een separaat bestuurlijk traject (ministerie, VNG, IPO en Unie van Waterschappen) besproken. Naar verwachting zou hierover al meer informatie beschikbaar moeten zijn. Dit is van belang voor de begrotingsvoorbereiding van gemeenten en provincie voor inwerkingtreding van de Omgevingswet. Dit is nog niet duidelijk. In het kader van de 'Warme Overdracht' blijven decentrale overheden de informatie hierover delen

Bodem

Realisatie

2021

Planning

2022

Realisatie

2022

Planning

2023

Omvang activiteiten:

Beheer bodeminformatiesysteem

(ingevoerde rapporten)

90

80

10

160

Afhandeling bodeminformatieverzoeken2

50

50

45

50

Bodemtoets bij ruimtelijke ontwikkelingen (bestemmingsplannen)

10

9

10

10

Bodemtoets bij omgevingsverg. bouwen

31

25

30

25

Beoordelen nul- en eindsituatie bodem

1

2

1

2

Melding gesloten bodemenergiesystemen (< 70kW)4

7

6

9

10

Meldingen tanksaneringen5

7

5

4

4

Capaciteit 2023:

600 uren

Wat zegt het VTH-beleid:

Doel: 80% van de klanten geeft het proces vergunningverlening minimaal een 7

  • De proceduretijd is zo kort mogelijk;

  • De beschikking is duidelijk van een goede (juridische) kwaliteit en handhaafbaar;

  • Op alle ontvankelijke aanvragen om vergunning wordt op tijd beschikt.

Wat gaan we doen:

  • De proceduretijd van aanvragen zo kort mogelijk houden.

Indicatoren

  • Aantal meldingen.

2 Betreft interne en externe verzoeken om beschikbare bodeminformatie voor een specifieke locatie.

4 valt onder die AMvB's milieu.

5 melding tanksanering komt voort uit een AB-voorschrift.

 

4.6 Juridische werkzaamheden

Het is gemeentelijk beleid dat wij klachten, bezwaren en zienswijzen zoveel mogelijk oplossen door in gesprek te gaan. Als dit niet lukt, dan leggen wij de klacht of het bezwaar voor aan een onafhankelijke commissie. Het aantal juridische zaken is geen ‘maat voor de productie’. Door o.a. een passend contact gesprek proberen wij het aantal juridische zaken zo minimaal mogelijk te houden. In de tabel hieronder bedoelen we met een 'geslaagd' passend gesprek dat het heeft geleid tot het intrekken van het bezwaar. In 2023 gaan we door met het vroegtijdig overleggen met aanvragers/klagers. De praktijk is wel dat een passend contact gesprek vaak plaatsvindt als er al een besluit is genomen (beschikking is afgegeven). Een passend contact gesprek zou in bepaalde gevallen ook tijdens proces kunnen. De uitkomst kunnen wij dan meenemen in de beschikking. We proberen zo lang mogelijk in gesprek te blijven met de klant en ‘de vraag achter de vraag’ te achterhalen.

 

Als een 'overtreder' wel meewerkend is, plannen we bij lichte overtredingen eerder een tweede hercontrole in dan dat wij een voornemen last onder dwangsom/bestuursdwang versturen. Zie ook paragraaf 5.8. Deze werkwijze resulteert in een laag aantal bezwaren en handhavingsprocedures.

 

Tijdens de 'Coronajaren' zijn er noodgedwongen minder controles uitgevoerd door de toezichthouders. Het gevolg hiervan is dat er in 2020-2021 ook minder handhavingszaken zijn gestart. In 2022 zijn er weer meer controles uitgevoerd. Daardoor is het juridische werk in handhavingszaken ook weer toegenomen.

 

In 2022 zijn drie gedoogbeschikkingen afgegeven voor de noodopvang van vluchtelingen.

Omdat de vaste juridisch medewerkers van ons team voor een groot deel zijn vrijgemaakt voor het project Implementatie Omgevingswet, hebben we in 2022 juridische capaciteit ingehuurd. Dit loopt door in 2023.

 

Daarnaast is het verbeteren van de juridische kwaliteit een doorlopend proces. De VTH jurist kijkt bijvoorbeeld eerder in het proces mee met de Wabocoördinator naar de motivering van een besluit (bij het verlenen van een omgevingsvergunning). Door het verhogen van de juridische kwaliteit van een besluit, verwachten we bezwaren te voorkomen of dat het bezwaar ongegrond is.

Ook bij het aanpassen van onze standaardbrieven aan de nieuwe wetgeving (o.a. de Omgevingswet en de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen), kijken we naar de leesbaarheid en de juridische kwaliteit.

 

Juridische werkzaamheden

Realisatie

2021

Planning

2022

Realisatie

2022

Planning 2023

Omvang activiteiten:

Bezwaren op vergunningen

37

30

34*

35

  • Waarvan gegrond

8

15

  • Waarvan ongegrond

6

6

  • Waarvan Niet ontvankelijk

1

8

  • Waarvan ingetrokken

7

5

Passend contact gesprek

18

19*

Zaken ingetrokken na PC gesprek

9

Voornemen last onder dwangsom/bestuursdwang

-

20

51 (waarvan 14 i.v.m. Coronamaatregelen)

30

Opleggen last onder dwangsom/bestuursdwang

4

9

25

8

Verbeuren/ invorderen dwangsom

1

4

5

5

Opleggen bouwstop

0

4

8

5

Formele handhavingsverzoeken

11

7

12

15

Bezwaarzaken HH

-

10

6

10

Gedoogbeschikking (voor noodopvang vluchtelingen)

0

0

3

1

Bestuurlijke strafbeschikkingen (‘milieu’ en ‘overlast’)

--

--

--

--

*gegevens van team Concern:

-Aantal VTH-zaken (bezwaar) in 2023: 25 - Aantal Passend contact gesprekken 19 over: APV/Kap: 9 Wabo: 7 Handhaving: 2 Diversen: 1

Capaciteit 2023:

2700 uren1

Wat zegt het VTH-beleid:

Doel: 80% van de klanten geeft het proces vergunningverlening minimaal een 7

  • De proceduretijd is zo kort mogelijk;

  • De beschikking met voorschriften is duidelijk van een goede (juridische) kwaliteit en handhaafbaar.

Wat gaan we doen:

  • In gesprek blijven met de aanvrager/klager/gebruiker;

  • Zoveel mogelijk sturen op een passend contact gesprek

Indicatoren

  • Zie omvang activiteiten.

5 TOEZICHT EN HANDHAVING

5.1 Algemeen

We hebben in dit verslag alleen aantallen opgenomen van het aantal (her)controles.

Het huidige zaaksysteem Squit 20/20 en de bijbehorende management rapportage, kan nog steeds geen goed overzicht geven van het naleefgedrag, soort en zwaarte van de overtredingen etc. Dit ervaren we als frustrerend. Het is onevenredig veel werk om de voortgang te monitoren en tussentijds te evalueren. Om toch een beeld te krijgen van het naleefgedrag, hebben wij het naleefgedrag uitgevraagd bij de toezichthouders. Eind juni 2023 gaan we over naar de nieuwe applicatie Rx.Mission.

 

In 2022 zijn in de bouw en gebruiksfase meer controles uitgevoerd dan gepland. Daarnaast zien wij een toename in het aantal klachten en milieu incidenten. Het afhandelen hiervan kost meer inzet dan een gemiddelde geplande controle.

 

Bij de uitgevoerde controles hebben wij de prioriteit gegeven aan het afhandelen van klachten en thema's die de meeste risico's voor de omgeving hebben, zoals brandveiligheid, constructieve veiligheid en omgevingsveiligheid. Daarbij zijn wij ondersteund door de Veiligheidsregio.

 

Het niet beschikbaar zijn van voldoende toezichthouders/VTH medewerkers speelt ook op provinciaal niveau. Er zijn in de 'markt' bijna geen geschikte toezichthouders te vinden.

 

Het VTH beleid omschrijft dat er bij toezicht wordt gewerkt volgens de LHS. (Reguliere controle- 1e hercontrole- vooraankondiging last onder dwangsom). De praktijk is minder zwart-wit. In aanvulling op ons VTH-beleid gaan we bij lichte overtredingen nog een 2e hercontrole uitvoeren als een bedrijf van goede wil is of als er onvoorziene omstandigheden zijn. De uitkomst van de LHS-interventiematrix nemen wij in eerste instantie over. Als er sprake is van verzwarende of verlichtende omstandigheden, kan er worden op- of afgeschaald. Als de toezichthouder van mening is dat hier sprake van is, bespreekt hij/zij dit met een collega en onderbouwt dit. Bij mogelijke toepassing van het strafrecht, speelt de toezichthouder de zaak door aan de BOA of de jurist.

 

5.2 Bereikbaarheid calamiteiten

De 24-uurs bereikbaarheid bij calamiteiten is geregeld via de crisisorganisatie. We leveren capaciteit voor het gemeentelijke calamiteitenplan (een Officier van Dienst Bevolkingszorg en medewerkers voor Omgevingszorg). 1 à 2 keer per jaar nemen we deel aan een oefening om de inzet te oefenen. Met de FUMO werken wij samen in geval van milieucalamiteiten en asbestbranden bij bedrijven waar FUMO het toezicht uitvoert. Uit een aantal incidenten bleek dat de huidige protocollen niet toereikend zijn en aangevuld moeten worden. Het gaat hierbij o.a. protocol brand zonnepanelen, grote lozingen van vervuild bluswater en drugsafval dumpingen. De FUMO heeft de protocollen geëvalueerd en is bezig ze aan te passen.

 

5.3 Toezicht op verleende vergunningen en vergunningvrij bouwen

Een belangrijk deel van de werkvoorraad bij toezicht volgt uit de productie van het aantal verleende vergunningen. In het VTH-beleidsplan is opgenomen dat we bouwcontroles bij verleende vergunningen uitvoeren conform de Bouwbesluit toezichtmatrix. Dit zijn voornamelijk controles op het gebied van constructieve veiligheid, bouwfysica en brandveiligheid. Het aantal controlemomenten is afhankelijk van de complexiteit van een bouwwerk. Bij de uitgevoerde controles hebben wij de prioriteit gegeven aan controles bij de woningen, bedrijfsgebouwen en gebouwen waar veel personen verblijven. Een al langer openstaande vacature is per 1 februari 2022 ingevuld. Hierdoor zijn er in 2022 meer controles uitgevoerd dan gepland.

 

Bij kleine bouwplannen zoals schuurtjes en aanbouwen hebben wij minimaal gecontroleerd. Bij vergunningsvrije bouwwerken of bouwwerken in strijd met de regels van ruimtelijke ordening is niet actief gecontroleerd. Dit heeft wel tot gevolg dat deze bouwwerken ook niet gereed worden gemeld, wat wel nodig is voor andere wetgeving zoals de Wet basisregistratie adressen en gebouwen (BAG).

 

In 2023 gaan wij ons VTH beleidsplan actualiseren om het 'Omgevingswetproof' te maken. Daarin moeten we in elk geval keuzes maken over de rol van de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb) binnen ons handhavingsbeleid. Daarbij zijn er in feite drie opties:

  • Optie 1 Niets doen

  • Optie 2 Risicogestuurd en samenwerken

  • Optie 3 Dubbel doen

In afwijking van het huidige VTH-beleid is het een optie om bouwwerken die straks vallen onder de Wkb, niet te controleren. Het is aan de kwaliteitsborger om het bouwwerk te controleren. Als het bouwwerk niet voldoet, kunnen wij handhavend optreden. In de geest van de wet gaan wij terughoudend om met onze handhavingsbevoegdheid. Het is in eerste instantie aan de aannemer/eigenaar om ervoor te zorgen dat het bouwwerk voldoet. Het lijkt daarom een logische keuze om te gaan voor optie 2, vooral risicogestuurd.

We werken dit verder uit in het nieuwe VTH beleidsplan dat we nog gaan opstellen.

 

Toezicht op verleende vergunningen en meldingen

Realisatie 2021

Planning 2022

Realisatie

2022

Planning

2023

Omvang activiteit:

Controles bouw

93

250

328

250

Capaciteit 2023:

2680 uren

Wat zegt het beleid:

Doel 1: Constructieve veiligheid bij bouw en verbouw

In de aanvraagfase zijn alle bouwwerken getoetst aan het Bouwbesluit conform de toets matrix. In de bouwfase zijn de bouwwerken conform de toezichtmatrix aan het Bouwbesluit getoetst.

Doel 4: Transparant en oplossingsgericht toezichthouden

Het bedrijf of persoon heeft het naleefgedrag verbeterd.

In 70% van de gevallen is de overtreding bij een 1e hercontrole opgelost.

Doel 5: Duurzaam en energiezuinig bouwen

De controles zijn uitgevoerd conform de toezichtmatrix energiemaatregelen uit het Bouwbesluit.

Wat gaan we doen:

  • Voorlichting/vergroten bewustwording gebruiker/bouwer;

  • Gemiddeld een bouwproject drie keer controleren;

  • Toezicht houden conform de toezichtmatrix zoals opgenomen in het VTH Beleid.

Indicatoren:

  • Aantal controles en hercontroles;

  • Aantal bestuurlijke en strafrechtelijke handhavingszaken;

  • Naleefgedrag;

  • Soort overtredingen.

 

5.4 Toezicht en controle op algemene regels en meldingen

Bedrijven moeten voldoen aan de algemene regels van de Wet milieubeheer (zoals bijvoorbeeld het Activiteitenbesluit). Veel bedrijven zijn verplicht om zich te melden. De bedrijven die zich melden controleren we op correctheid van de melding. Bij de zogenaamde basistaak-bedrijven toetst de FUMO of de melding volledig is en voert de milieucontroles uit. Veel bedrijven melden zich niet of geven veranderingen niet door. Het kost extra inspanning om deze bedrijven in kaart te brengen. Bij de meeste controles constateren we kleine strijdigheden met de regelgeving, zoals het afwezig zijn van blusmiddelen. De punten zijn bij een hercontrole meestal opgepakt het naleefgedrag zit boven de 70%.

 

Toezicht en controle op algemene regels en verordeningen

Realisatie 2021

Planning 2022

Realisatie 2022

Planning

2023

Omvang activiteit:

Controles

38

64

50

50

Capaciteit 2023:

512 uren

Wat zegt het beleid:

Doel 1: Brandveilige omgeving

Gebouwen voldoen aan de brandveiligheidsvoorschriften en gebruikers zijn zich bewust van de gevaren. Na afronden van het project voldoet 100% van de bezochte bedrijven/instellingen in de branche aan de voorschriften die zijn gecontroleerd. Het naleefgedrag na de eerste hercontrole is minimaal 70%.

 

Doel 2: Toezicht op milieuovertredingen

Bedrijven en activiteiten voldoen aan de gestelde milieueisen. Projectmatig risicogericht toezichthouden volgens de risicomatrix. Na de toezicht- en handhavingsfase voldoet 100% van de bezochte bedrijven en activiteiten aan de gecontroleerde voorschriften.

Wat gaan we doen:

  • Voorlichting/vergroten bewustwording gebruiker;

  • Elk bedrijf dat een melding indient gaan we bezoeken voor een algemene controle strijdig bestemmingsplan, brandveiligheid en milieu;

  • Registratie gas en stroomverbruik t.b.v. terugverdientijd. Zie 4.4.

  • Bekijken hoe we het naleefgedrag melden kunnen verbeteren.

Indicatoren:

  • Aantal controles en hercontroles;

  • Aantal bestuurlijke en strafrechtelijke handhavingszaken;

  • Naleefgedrag;

  • Soort overtredingen.

 

5.5 Instandhouding singellandschap

Uit onderzoek blijkt dat de kwaliteit van het kenmerkende coulisselandschap van de Noardlike Friese Wouden onder druk staat. De houtsingels zijn in de loop van de jaren aan het verdwijnen. We constateren dat er vaak boomwallen worden gekapt die niet de kapcyclus van 21/25 jaar hebben doorlopen. Om het landschap zoveel mogelijk te behouden zetten we de gehele beleidsperiode in op het toezicht groene wetten in het buitengebied. Dit sluit ook aan bij de Omgevingsvisie Smallingerland waarin het belang van het singellandschap is vastgelegd.

 

Hierbij lopen we er wel tegen aan dat het bestemmingsplan/beleid soms niet is afgestemd op de daadwerkelijke situatie. Hierdoor zijn boomwallen onvoldoende beschermd en kunnen beheer en onderhoudsregels niet worden geborgd of kunnen particulieren niet voldoen aan de herplant verplichting. Dit zijn aandachtspunten die wij bij het opstellen van het Omgevingsplan moeten meenemen.

 

Eind 2021 hebben wij een BOA domein II in dienst genomen. Naast handhaving op milieugebied, zet deze BOA zich ook in voor het behoud van het singellandschap. Daarnaast geeft hij advies bij het verlenen van ontheffingen, bijvoorbeeld voor de bouw van een agrarische schuur, over het stellen van voorwaarden over de ruimtelijke inpassing door het aanplanten van groen. De beplanting wordt vaak niet aangebracht of gaat dood en wordt niet meer herplant. Omdat de beplanting vaak wordt ingeplant als de bouw al gereed is (i.v.m. plantseizoen) nemen wij dit onderdeel mee in het toezicht op het singellandschap ('controles erfbeplanting').

 

Voor de provincie/FUMO vervullen we een oor- en oogfunctie voor overtredingen op grond van de Wet natuurbescherming. Voor handhaving in natuurgebieden zijn ook de opsporingsambtenaren van 't Fryske Gea door het college aangewezen. De toezichthouders van de FUMO hebben ook controles uitgevoerd. Dit gebeurt regelmatig samen met onze BOA domein II. Bij deze gezamenlijke controles kijkt de FUMO voornamelijk naar oppervlakte van de houtopstanden en onze BOA naar de locatie en de inrichting van het landschap.

 

De provincie heeft onderzocht hoe we beter inzicht kunnen krijgen op de ontwikkeling van de oppervlakte van de houtopstanden in Fryslân en daarmee ook het in beeld brengen van de illegale vellingen. Daarvan hebben wij nog geen terugkoppeling gekregen.

Door de inzet van onze BOA domein II is er in 2022 tenminste 421 meter boomsingel extra bij gekomen door herstel en/of compensatie.

 

Er zijn in 2022 (met een kleine doorloop naar dit jaar) enkele toezicht zaken geweest die relatief veel tijd hebben gekost:

 

  • De illegale kap van twee beeldbepalende bomen bij een monumentaal wâldhúske in Houtigehage: de bomen zijn gerooid zonder vergunning. In het kader van de herplantplicht zijn er inmiddels 2 nieuwe bomen van formaat geplant

  • Houtsingel in bebouwde kom van Drachtstercompagnie is gerooid terwijl dat niet mag. Ook herplantplicht opgelegd.

  • Op het Noorder eilân in De Wilgen zijn door een andere partij gemeentelijke bomen (40 m2) gekapt. Deze zaak is inmiddels afgerond.

  • Een agrarisch bedrijf in De Wilgen moet o.g.v. vergunningvoorschriften erfbeplanting aanbrengen rondom de nieuw aangelegde sleufsilo's. Diverse controles uitgevoerd.

Instandhouding singellandschap

Realisatie 2021

Planning 2022

Realisatie 2022

Planning 2023

Omvang activiteit:

Controles singellandschap

15

35

35

35

Controles erfbeplanting

2

6

6

6

Capaciteit 2023:

300 uren

Wat zegt het VTH-beleid:

Doel 3: Instandhouding singellandschap

Bij nieuwe constateringen van illegale rooi/kap van houtsingels is in alle gevallen een herstelverplichting op gelegd. Alle perceeleigenaren waar in het verleden het verdwenen van houtopstand is geconstateerd zijn bezocht. Van de op de luchtfoto uit 1998 zichtbare verdwenen houtsingels, zijn er zoveel mogelijk teruggeplaatst voor zover dit volgens de Wnb mogelijk is.

Wat gaan we doen:

  • Voorlichting;

  • Inventarisatie van de perceeleigenaren;

  • Inspectie van de percelen;

  • Aanschrijven van overtreders en evt. opleggen proces-verbaal;

  • Opleggen herstelverplichtingen.

Indicatoren:

  • Aantal controles en hercontroles;

  • Aantal bestuurlijke en strafrechtelijke handhavingszaken;

  • Naleefgedrag;

  • Soort overtredingen;

  • Aantal herstelverplichtingen.

 

5.6 Toezicht horeca en Alcoholwet

Wij voeren de controles op milieuaspecten, brandveilig gebruik, APV-vergunningen en de Alcoholwet integraal uit. We controleren of het horecabedrijf voldoet aan de wettelijke eisen voor we een vergunning verlenen. Daarnaast worden ze ook gecontroleerd op veranderingen ten opzichte van de vergunde of gemelde situatie. Daarbij controleren we ook of het pand voldoet aan de voorschriften m.b.t. veilig vluchten en de aanwezigheid van blusmiddelen zoals opgenomen in het Bouwbesluit.

 

Op dit moment werken we aan een meerjarig projectplan dat maximaal 3 jaar gaat lopen (2023-2025). Het gaat daarbij om integraal toezicht op de horeca waarbij we o.a. controleren op de volgende punten:

  • Brandveiligheid

  • Milieu

  • Exploitatievergunning

  • Kansspelautomaten/speelautomaten

  • Terrasvergunning

  • Uitstalvergunning

  • KvK-check

  • Alcoholwet

In de loop van 2023 starten we met deze integrale controles.

De controles bij terrassen en uitstallingen zijn gericht op en het juist opvolgen van de terras- en/of uitstalvergunning. Het doel is om te voorkomen dat de terrassen en uitstallingen in de weg van het winkelend publiek staan of een belemmering voor de hulpverleningsdiensten vormen.

 

Door de covid-pandemie waren de afgelopen jaren veel horecazaken gesloten, waardoor er minder controles op vergunningen, Alcoholwet en APV hebben plaatsgevonden. Wel hebben er controles plaatsgevonden naar de Tijdelijke Wet Maatregelen Covid-19. Vanaf april 2022 zijn de covid-maatregelen steeds verder versoepeld en zijn de controles weer opgepakt.

 

Er is een APV-wijziging geweest, waarbij lachgas i.c.m. overlast verboden is. Daarbij is ingezet op preventie. Inmiddels geldt er vanaf 1 januari 2023 een landelijk verbod.

 

Toezicht horeca

Realisatie 2021

Planning

2022

Realisatie 2022

Planning

2023

Omvang activiteit:

Controles (nieuwe) inrichtingen

13

16

15

Project 2023-2025

Controles voldoen aan voorschriften vergunning

2

30

35

Idem

Controles uitstallingen en terrassen

110

80

38

Idem

Capaciteit 2023:

1000 uren

Wat gaan we doen:

  • Controle inrichtingseisen;

  • Controle op geldige Alcoholwetvergunning met correcte gegevens;

  • Controles terras- en/of uitstalvergunning;

  • Controle kansspelautomaten;

  • Controles Alcoholwet in de avonduren:

    • o

      Aanwezigheid leidinggevende zoals vermeld op vergunning;

    • o

      Controles vrijhouden vluchtroutes en blusmiddelen.

Indicatoren:

  • Aantal controles en hercontroles;

  • Naleefgedrag;

  • Soort overtredingen.

 

5.7 Controle op illegale activiteiten en ondermijning

Gemeenten, provincie, Politie, Openbaar Ministerie, Regionaal Informatie- en Expertisecentrum (RIEC) en Belastingdienst werken samen om de ondermijnende criminaliteit tegen te gaan. Ook in Smallingerland werken meerdere teams, ieder vanuit zijn eigen expertise, samen aan de integrale aanpak van ondermijnende criminaliteit.

 

In het Kernbeleid veiligheid Smallingerland is ondermijnende criminaliteit één van de prioriteiten. Daarbij gaat het vrijwel altijd om delicten die in georganiseerd verband worden gepleegd, waarbij financieel gewin het belangrijkste motief is. OOV (team Concern) is nog bezig om hier een proces voor in te richten, waarbij het mogelijk wordt om een gestructureerde manier signalen van ondermijning te behandelen. We vermoeden dat er binnen onze gemeente zeker wel sprake is van zware ondermijnende activiteiten. Een voorbeeld hiervan is het drugslab dat vorig jaar is opgerold aan de Hemmen. De verwachting is dat wanneer er een duidelijk proces is ingericht, dat er veel meer casuïstiek naar boven komt. Op dit moment komen er echter al wel veel signalen binnen bij OOV.

 

Vanuit team VTH gaat het om controles op het gebied van milieu/brandveiligheid en strijdigheid bestemmingsplan. De politie gaat soms met onze controles mee en neemt de zaak over wanneer er zich strafrechtelijke feiten voordoen. We merken dat er een preventieve werking uitgaat van de controles. Door (personele) omstandigheden zijn er in 2022 geen gecombineerde controles met de politie uitgevoerd. De planning voor 2023 hangt af van het OOV proces.

 

We komen tijdens reguliere toezichtcontroles ook illegale bouwwerkzaamheden en activiteiten in strijd met het bestemmingsplan tegen. Op grond van de risicoanalyse bepalen we per geval of de geconstateerde overtredingen prioriteit moeten krijgen. In het reguliere overleg bespreken we casussen om zodoende interpretatieverschillen weg te nemen. Zaken waar het milieu, veiligheid of de gezondheid niet in het geding is, pakken we in beginsel niet op. Dit houdt niet in dat activiteiten daarmee ook gelegaliseerd zijn. Wij kunnen deze zaken altijd later nog projectmatig oppakken. Omdat er voor 2000 geen goede informatie beschikbaar is in de vorm van rondkijkfoto's en luchtfoto's, handhaven we niet op illegale RO-zaken van voor 2000.

 

Controle op illegale activiteiten

Realisatie 2021

Planning 2022

Realisatie 2022

Planning 2023*

Controles ondermijning

9

10

0

*Hangt af van proces OOV

Capaciteit 2023:

150 uren*

Wat zegt het beleid:

Doel 1: Brandveilige omgeving

Gebouwen voldoen aan de brandveiligheidsvoorschriften en gebruikers zijn zich bewust van de gevaren. Na afronden van het project voldoet 100% van de bezochte bedrijven/instellingen in de branche aan de voorschriften die zijn gecontroleerd. Het naleefgedrag na de eerste hercontrole is minimaal 70%.

 

Doel 2: Toezicht op milieuovertredingen

Bedrijven en activiteiten voldoen aan de gestelde milieueisen. Projectmatig risicogericht toezichthouden volgens de risicomatrix. Na de toezicht- en handhavingsfase voldoet 100% van de bezochte bedrijven en activiteiten aan de gecontroleerde voorschriften.

 

Doel 3: Aanpak strijdig gebruik bestemmingsplan

Strijdig gebruik bestemmingsplannen is beëindigd of gelegaliseerd. Projecten werken we uit in projectplannen met meetbare doelstellingen.

Wat gaan we doen:

  • Met de samenwerkingspartners, zoals de politie gaan we gerichte controles uitvoeren;

  • We gaan alleen handhaven op illegale situaties die direct een gevaarlijke situatie opleveren of algemene overlast veroorzaken.

Indicatoren:

  • Aantal controles en hercontroles;

  • Aantal bestuurlijke en strafrechtelijke handhavingszaken;

  • Naleefgedrag;

  • Soort overtredingen.

 

 

5.8 Verzoek om handhaving en klachten

In het VTH-beleidsplan is opgenomen dat we niet bij alle klachten gaan handhaven. Handhaving is afhankelijk van de prioriteitsscore (zie paragraaf 6.7 van het VTH-beleidsplan). De kans is aanwezig dat er een verschuiving komt van het aantal klachten naar verzoeken om handhaving. Voor verzoeken om handhaving geldt namelijk de beginselplicht tot handhaving. Handhaving kost relatief meer tijd. We zoeken de balans tussen beide.

 

Wij zien de afgelopen jaren een toename van het aantal klachten o.a. over houtkachels en rookoverlast. Door de hoge energieprijzen en het thuiswerken tijdens de 'Coronajaren' zijn er meer kachels geïnstalleerd. Wij informeren onze inwoners regelmatig over 'houtstook' in de plaatselijke krant. Daarnaast staat er informatie op onze gemeentelijke website en kunnen er klachten worden ingediend via de website van de landelijke overheid. De klachten pakken we op basis van de prioriteitsscore op, maar de wettelijke handhavingsmogelijkheden zijn soms minimaal.

Door recente jurisprudentie van de Raad van State is het in elk geval zo dat we bij een handhavingsverzoek verplicht zijn om een diepgravend onderzoek te doen.

Daarnaast is er een opvallende toename in klachten over overlast door dieren, o.a. over loslopende en gevaarlijke honden. Ook waren er in 2022 veel klachten over buren/omwonenden en verkeer. Dit heeft veel capaciteit gekost van de BOA's en juristen.

 

Een ander deel van de klachten gaat over bedrijfsmatige activiteiten in gebieden waar ook veel woningen staan. Het gaat dan met name over geur- of geluidoverlast. Een deel van de bedrijven voldoet wel aan de wettelijke regelgeving, maar er wordt desondanks wel overlast ervaren. Het is dan aan de goodwill van een bedrijf om tegemoet te komen aan de omwonenden.

In het Omgevingsplan kunnen nadere, specifieke regels worden opgesteld voor geur en geluid. Wij nemen deel aan de interne projectgroep die samen met een externe adviseur bezig is met een pilot voor het opstellen van een Omgevingsplan. Daarin onderzoeken we samen met collega's van andere teams – zoals ruimtelijke ontwikkeling - of we deze regels gaan opnemen het Omgevingsplan.

 

Verzoek om handhaving en klachten

Realisatie

2021*

Planning 2022

Realisatie 2022*

Planning 2023

Omvang klachten:

Afvalcontainers

5

4

3

4

Bedrijven

26

30

20

25

Geluidsoverlast

27

30

12

20

Stank/rook overlast

16

18

4

10

Illegale activiteiten

27

30

5

10

Buren/omwonenden

23

26

53

35

Verkeer

1

1

26

25

Dieren

8

3

24

20

Illegale bewoning

15

10

83

50

Capaciteit 2023:

1320 uur

Wat zegt het VTH-beleid:

  • Klacht binnen 2 dagen beoordelen;

  • Klager binnen 4 dagen informeren over de afhandeling van de klacht;

Wat gaan we doen:

  • Zoveel mogelijk sturen op een passend contact gesprek en buurtbemiddeling;

  • Klachten prioriteren conform de matrix in het VTH-beleidsplan;

  • Klachten oppakken binnen de afgesproken termijnen;

  • Indien de klacht niet wordt opgepakt dit wordt dit gemotiveerd; teruggekoppeld aan de klager.

Indicatoren

  • Aantal klachten en relatie klachten- handhavingsverzoeken;

  • Termijn afhandeling klachten;

  • Aantal controles en hercontroles;

  • Aantal bestuurlijke en strafrechtelijke handhavingszaken;

  • Soort overtredingen.

Voor de behandeling van klachten is het al enkele jaren gangbaar dat we anonieme klachten niet in behandeling nemen. Daar waar wij de indruk hebben dat de veiligheid of gezondheid in het geding is maken we alsnog een afweging om actie te ondernemen.

*het gaat om de meer VTH gerelateerde klachten en meldingen. Deel van de meldingen wordt ook opgepakt door de BOA's.

 

5.9 Overige toezicht- en handhavingstaken (ad-hoc zaken)

Wij hebben de intentie om zoveel mogelijk risico gestuurd en planmatig te werken. Desondanks blijven er naast de reguliere werkzaamheden en 'projecten' altijd onverwachte zaken die we niet kunnen inplannen. Sluitingen in het kader van de Opiumwet, meldingen van samenwerkingspartners, klachten/meldingen met een hoog risico of calamiteiten, kunnen aanleiding zijn om zaken toch op te pakken. Voor deze ad-hoc zaken hebben wij ruimte vrijgemaakt in de planning. Verzoeken om controles of zaken met een laag risico pakken wij in beginsel niet op. Uit de evaluatie van deze 'ad-hoc zaken' kan naar voren komen dat een 'probleem' breder speelt. De zaak kan dan aanleiding zijn om het 'probleem' projectmatig op te pakken. Het afhandelen van een ad-hoc zaak kost gemiddeld meer tijd dan een geplande reguliere controle.

 

Overige toezicht- en handhavingstaken (ad hoc zaken)

Realisatie 2021

Planning 2022

Realisatie 2022

Planning

2023

Omvang activiteit:

Controles

32

35

30

30

Capaciteit 2023:

600 uren

Wat zegt het VTH-beleid:

Doel 2: Toezicht op milieuovertredingen

Bedrijven en activiteiten voldoen aan de gestelde milieueisen. Projectmatig risicogericht toezichthouden volgens de risicomatrix. Na de toezicht- en

handhavingsfase voldoet 100% van de bezochte bedrijven en activiteiten aan de gecontroleerde voorschriften.

 

Doel 3: Aanpak strijdig gebruik bestemmingsplan

Strijdig gebruik bestemmingsplannen is beëindigd of gelegaliseerd. Projecten werken we uit in projectplannen met meetbare doelstellingen.

 

Doel 4: Transparant en oplossingsgericht toezichthouden

Het bedrijf of persoon heeft het naleefgedrag verbeterd.

In 70% van de gevallen is de overtreding bij een 1e hercontrole opgelost.

Wat gaan we doen:

  • Voorlichting vergroten bewustwording gebruiker;

  • Voor een grotere ad-hoc zaak wordt een kort projectplan opgesteld.

Indicatoren:

  • Aantal gesloten panden;

  • Aantal ad-hoc zaken;

  • Aantal controles en hercontroles;

  • Aantal bestuurlijke en strafrechtelijke handhavingszaken;

  • Naleefgedrag;

  • Soort overtredingen.

 

Een aantal van de zaken die in 2022 veel aandacht heeft gevraagd:

 

Kamerverhuur

Wij zien een toename van het aantal woningen dat wordt opgekocht om weer te worden verhuurd aan derden, zoals arbeidsmigranten en studenten. Ons standpunt was altijd dat woningen alleen bestemd zijn voor één huishouden en dat verhuur aan meer dan één huishouden niet is toegestaan. Uit jurisprudentie blijkt nu dat wij de definitie van 'wonen' anders moeten interpreteren. Om de verhuur aan meer dan één huishouden (zoals arbeidsmigranten en studenten) te reguleren is het Paraplu bestemmingsplan 'kamerverhuur' vastgesteld. Er is geen rekening gehouden met de handhavingscapaciteit. De praktijk is dat de hoeveelheid klachten en overlast meldingen, en daarmee de inzet van team VTH, dit jaar weer is toegenomen. In totaal hebben wij 83 klachten ontvangen. Het beleid is geëvalueerd, daarvoor hebben we input geleverd.

 

Sluiting in het kader van de Opiumwet

We hebben in 2022 op grond van Artikel 13b van de Opiumwet (ook wel bekend als de Wet Damocles) bestuurlijk opgetreden tegen illegale verkooppunten, dealen in harddrugs en hennepplantages. Deze wet geeft ook de bevoegdheid tot sluiting van woningen en lokalen. We hebben in 2022 vier gebouwen gesloten en geen waarschuwingen aan gebruikers opgelegd.

 

Lachgas opslag en verkoop

De raad heeft in oktober 2021 de APV aangepast zodat wij kunnen optreden tegen het gebruik van lachgas en de verkoop van lachgas. In 2022 is op het industrieterrein De Haven een opslag van lachgasflessen aangepakt.

 

Het landelijke lachgasverbod is per 1 januari 2023 van kracht geworden. Vanaf die datum staat lachgas op lijst II van de Opiumwet, wat betekent dat het dan onder andere verboden is om lachgas binnen of buiten het grondgebied van Nederland te brengen, te verkopen of te hebben. Het doel van het verbod is om recreatief gebruik terug te dringen en het aanbod te beperken. Het professioneel gebruik van lachgas voor medische en technische doeleinden blijft wel toegestaan, net als het gebruik van lachgas als toevoeging aan voedingsmiddelen. Voor 2023 betekent dit voor ons dat het handhaven van dit verbod inzet blijft vragen van onze toezichthouders.

 

Stofoverlast door bedrijf op De Haven

Er zijn al langere tijd klachten van een bedrijf op het industrieterrein De Haven, over het nabij gelegen bedrijf dat o.a. (pot)grond op- en overslaat en daarbij regelmatig ernstige stofoverlast veroorzaakt. Een toezichthouder en jurist van ons team werken samen met een adviseur van de FUMO aan een structurele oplossing.

 

Bedrijf in De Wilgen

Bij dit bedrijf is sprake van ernstig achterstallig onderhoud, het bedrijf heeft een 'verlopen' uitstraling. Twee toezichthouders zijn al langere tijd bezig om o.a. de opslag van autowrakken en het tankstation weer in overeenstemming te brengen met de (milieu)voorschriften.

 

Hobbyboer in Houtigehage

Naar aanleiding van een klacht zijn meerdere controles uitgevoerd bij dit rommelerf. De situatie bestaat al langere tijd. Met de eigenaar is een stappenplan afgesproken om de overlast te beëindigen.

 

5.10 Projectmatige aanpak

Controles van activiteiten en branches pakken we zoveel mogelijk projectmatig en integraal op. De integrale aanpak betreft de taakvelden milieu, bouw en ruimtelijke ordening, brandveiligheid en APV en bijzondere wetten. Hiervoor is gekozen omdat deze taakvelden met elkaar samenhangen. Aan de hand van de risicoanalyses, ervaringen van toezichthouders, landelijke- en bestuurlijke thema's, bepalen wij waarop we het komend jaar de focus gaan leggen. Tijdens een controle worden verschillende taakvelden zo veel mogelijk integraal gecontroleerd, dan wel geven wij een signaal af naar een ander taakveld. Door deze aanpak is er meer samenhang in de uitvoering, is er efficiëntieverbetering en zijn concrete resultaten te bereiken. Een toezichthouder is verantwoordelijk voor de projectmatige aanpak van de controle van een branche of activiteiten (Project). De hoofdopzet van het 'project' is omgeschreven in het uitvoeringsprogramma. De toezichthouder maakt, daar waar nodig, met behulp van een standaard projectformulier een plan van aanpak met o.a. de te ondernemen acties, informatievoorziening, planning en urenraming. Na afloopt volgt er een rapportage/evaluatie met de uitkomsten en bijzonderheden. Tijdens de uitvoering van het 'project' houden we de uren bij in Yoobi.

 

In 2022 hebben we ons vooral bezig gehouden met het project omzetten van inrichtingen naar milieu belastende activiteiten in het kader van de Omgevingswet in verband met de overdracht van taken aan de FUMO (zie paragraaf 4.3). Daarnaast speelt de overgang van Squit 20/20 naar Rx.Mission (zie ook paragraaf 6.1.5). Dit heeft veel capaciteit gekost en daardoor zijn er niet veel nieuwe projecten opgestart. Dat geldt ook voor 2023 omdat beide projecten dit jaar doorlopen en we veel tijd moeten steken in de verdere voorbereiding op de Omgevingswet.

 

Afwijking bestemmingsplanvoorschriften in nieuwbouwwijken

Een nieuwbouwwoning moet voldoen aan de bestemmingsplanvoorschriften. Dit geldt ook voor andere bouwwerken zoals: erfafscheidingen, pergola's en schuren. Het komt af en toe voor dat er bij een erfinrichting bouwwerken worden geplaatst die niet voldoen aan de voorschriften en waar ook geen vergunning voor is aangevraagd. Deze bouwwerken kunnen wel het ruimtelijke beeld aantasten, afbreuk doen aan de omgeving en het woongenot van de buren onevenredig aantasten. In nieuwbouwwijken gaat het nu vaak nog om een paar gevallen. Als deze zaken niet worden opgepakt, kan hier precedentwerking vanuit gaan en kunnen strijdige situaties zich als een olievlek verspreiden. Achteraf handhaven gaat dan meer tijd in beslag nemen.

 

Afwijken bestemmingsplanvoorschriften

Realisatie 2021

Planning 2022

Realisatie 2022

Planning

2023

Omvang activiteit:

Controles bestemmingsplanvoorschriften

--

10

10

10

Capaciteit 2023:

80 uren

Wat zegt het VTH-beleid:

Doel 3: Aanpak strijdig gebruik bestemmingsplan

Strijdig gebruik bestemmingsplannen is beëindigd of gelegaliseerd. Projecten werken we uit in projectplannen met meetbare doelstellingen.

 

Doel 4: Transparant en oplossingsgericht toezichthouden

Het bedrijf of persoon heeft het naleefgedrag verbeterd.

In 70% van de gevallen is de overtreding bij een 1e hercontrole opgelost.

Wat gaan we doen:

  • Voorlichting vergroten bewustwording gebruiker;

  • Voor een grotere ad-hoc zaak wordt een kort projectplan opgesteld.

Indicatoren:

  • Aantal zaken;

  • Aantal controles en hercontroles;

  • Aantal bestuurlijke en strafrechtelijke handhavingszaken;

  • Naleefgedrag;

  • Soort overtredingen.

 

Toezicht energiebesparing

In het Activiteitenbesluit is opgenomen dat bedrijven met een gasverbruik van > 25.000 m3 of een elektriciteitsverbruik van > 50.000 kWh per jaar, verplicht zijn om alle energiebesparende maatregelen met een terugverdientijd van < 5 jaar te nemen. Sinds 1 juli 2019 hebben bedrijven een informatieplicht energiebesparing. De geregistreerde gegevens dienen als basis voor het vormgeven van het toezicht op energiebesparing.

 

In Het Klimaatakkoord zijn afspraken gemaakt om de uitstoot van broeikasgassen tegen te gaan en daarmee de opwarming van de aarde te beperken. Deze doelstellig kan alleen worden bereikt als bedrijven en inwoners zich daarvoor inzetten. Uit de pilots blijkt dat veel bedrijven nog niet voldoen aan de wettelijke verplichtingen. Energievoorlichting en -controles hebben daarom een hogere prioriteit. Het team VTH gaat in 2023 controleren of:

  • de kantoorbedrijven de energiebesparende maatregelen op basis van het Activiteitenbesluit hebben toegepast

  • kantoren voldoen aan 'label C' verplichting

In 2019/2020 zijn we begonnen met het pilotproject 'Toezicht energiebesparing kantoren'. De kantoren die op basis van een inschatting van het energieverbruik mogelijk behoren tot de categorie die verplicht is energiebesparende maatregelen te nemen, zijn aangeschreven en telefonisch benaderd. Bij de uitvoer van deze controles is gebruik gemaakt van de ondersteuningsregeling van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat. Het plan was om dit toezicht bij kantoren in 2021 voort te zetten en aan te vullen met controles in andere bedrijfssectoren en hierbij weer gebruik te maken van de ondersteuningsmogelijkheid in de vorm van een externe energiespecialist. Door corona en onderbezetting was 'learning on the job' en het zelfstandig uitvoeren van controles echter niet mogelijk. Dit betekent dat de controles geheel door een externe expert zijn uitgevoerd. Uit de resultaten van de controles blijkt dat nagenoeg alle bedrijven niet volledig voldoen aan de energiebesparende maatregelenlijst. In 2023 hebben we daarom enkele projecten die elkaar voor een deel 'overlappen':

 

Energielabel C verplichting:

In het Bouwbesluit zijn eisen opgenomen voor energie waardoor kantoren minimaal label C moeten hebben. De Energielabel C-verplichting* stelt dat kantoorgebouwen per 1 januari 2023 een geldig label met een maximumwaarde voor primair fossiel energiegebruik van 225 kWh per m² per jaar moeten hebben. Dit staat gelijk aan een label C bij een gebouw dat uitsluitend een kantoorfunctie heeft. Voldoet het gebouw niet aan de eisen, dan mag het per 1 januari 2023 niet meer als kantoor gebruikt worden. (* Dit komt voort uit artikel 5.11 van het Bouwbesluit en – na invoering van de Omgevingswet – uit artikel 3.87 van het Besluit bouwwerken leefomgeving).

De inventarisatie van alle kantoren die label C moeten hebben is in 2022/begin 2023 afgerond. Het gaat om ruim 100 kantoren. Die gaan we dit jaar controleren. De eigenaren en/of huurders van deze kantoorgebouwen worden met een brief op de hoogte gesteld. Wanneer blijkt dat ze na controle niet voldoen, starten we het proces van handhaving.

 

Bedrijven die onvoldoende energiebesparende maatregelen op basis van het Activiteitenbesluit hebben toegepast:

Het gaat hier om circa 40 bedrijven. We gaan dit jaar controleren of ze voldoen aan de 'erkende maatregelenlijst' uit het Activiteitenbesluit en ze eventueel aanschrijven (handhaving).

 

Gemeentelijke kantoren

Het gemeentehuis en de kantoren aan de Tussendiepen beschikken over een energielabel C.

We controleren dit jaar of ook aan alle 'erkende maatregelen' uit het Activiteitenbesluit wordt voldaan. Mocht dit niet zo zijn dan nemen we deze punten - in overleg met gebouwenbeheer - mee in combinatie met de verbouwing van het gemeentehuis.

 

Toezicht energiebesparing

Omvang activiteit

Realisatie 2021

Planning 2022

Realisatie 2022

Planning

2023

Controles

0

10

41

Label C: 100 Act. besluit: 40

Hercontrole

--

10

9

Capaciteit 2023:

300 uren

Wat zegt het VTH-beleid:

Doel 5: Energiebesparing door bedrijven

Bedrijven voldoen aan de erkende maatregelenlijst en meldingsplicht.

80% van de bedrijven die zich naar onze inschatting hadden moeten melden maar zich niet hebben gemeld zijn gecontroleerd en/of aangeschreven. Bij 10% van de meldingen is toezicht gehouden.

Wat gaan we doen:

  • Voorlichting/vergroten bewustwording gebruiker;

  • Steekproefsgewijze controles bij kantoren conform projectplan;

  • Brandveilig gebruik meenemen tijdens de controle;

  • 'Learning on the job' via afnemen ondersteuningsdiensten van het ministerie van EZK.

Indicatoren:

  • Aantal controles en hercontroles;

  • Naleefgedrag;

  • Soort overtredingen.

 

Bedrijven en activiteiten met hoge risicoscore

In de risicoanalyse die onderdeel uitmaakt van het VTH-beleid hebben we alle VTH-activiteiten verdeeld in prioriteit hoog, middel en laag. Voor de meest risicovolle activiteiten met de prioriteit hoog, zetten we in de gebruiksfase structureel en planmatig toezicht in. Deze bedrijven en activiteiten gaan we in de basis één keer per twee jaar controleren. Afhankelijk van het naleefgedrag gaan we de controles intensiveren of slaan we een controle ronde over.

 

Scholen, zorginstellingen, restaurants en hotels scoren 'hoog' in de risicomatrix omdat in deze gebouwen wordt geslapen of omdat de bezoekers vaak niet zelfredzaam zijn. Het is van belang dat de brandveiligheid, en dan met name veilig vluchten, is gewaarborgd. De controles die in 2021 niet zijn uitgevoerd, zijn in 2022 alsnog uitgevoerd. Wij hebben extra capaciteit bij de Veiligheidsregio ingehuurd. Om de achterstanden weg te werken, heeft de Veiligheidsregio in 2022 48 extra controles voor ons uitgevoerd. In 2023 gaat de Veiligheidsregio 73 controles voor ons uitvoeren. Dit jaar moeten we de resultaten van deze controles nog verder oppakken. Hiervoor is een nieuwe medewerker aangetrokken die onze specialist brandpreventie vanaf april 2023 gaat ondersteunen. Onze medewerker brandpreventie is in 2022 onvoldoende aan zijn taken op dat gebied toegekomen, o.a. vanwege zijn enorme inzet in de Crisisopvang van Oekraïense vluchtelingen.

 

Preventie vinden wij ook belangrijk. Onze brandpreventist ondersteunt onder andere de brandveiligheidswedstrijd voor middelbare scholen in noord Nederland waaraan het Technasium Liudger deelneemt. Daarnaast vragen bijvoorbeeld Verenigingen van eigenaren van woongebouwen voor ouderen om advies over brandveiligheid. Hiervoor kan gebruik worden gemaakt van de specialist brandpreventie van VTH. Die geeft samen met de Veiligheidsregio voorlichting en advies over brandveilig wonen en vluchten in geval van gevaar.

 

Bedrijven en activiteiten met hoge risicoscore

Omvang activiteit:

Realisatie 2021

Planning 2022

Realisatie

2022*

Planning 2023 73

Scholen

6

26

8

*

Ziekenhuis deelcontrole

1

1

1 regulier/ 4 hercontroles bouwdelen

1

Zorginstellingen

24

45

25

*

Restaurants/hotels

0

7

5

*

Kinderdagverblijven

0

43

15

*

Capaciteit 2023:

*Inzet Veiligheidsregio: 73 controles gepland, vooral bij bedrijven met risicoklasse 1

Eigen inzet voorbereiding 300 uur

Wat zegt het VTH-beleid:

Doel 2: Bedrijven en activiteiten met een hoog risico structureel en planmatig controleren.

Bedrijven en activiteiten met een hoog risico voldoen aan de gestelde milieueisen. 

Bedrijven of activiteiten met de prioriteit 'hoog' zijn in de basis structureel, planmatig en branchegericht 1 keer per 2 jaar gecontroleerd op de milieu- en gebruiksaspecten. Na de toezicht- en handhavingsfase voldoet 100% van de bezochte bedrijven en activiteiten aan de gecontroleerde voorschriften.

 

Doel 4: Transparant en oplossingsgericht toezichthouden

Het bedrijf of persoon heeft het naleefgedrag verbeterd.

In 70% van de gevallen is de overtreding bij een 1e hercontrole opgelost.

Wat gaan we doen:

  • Voorlichting/vergroten bewustwording gebruiker;

  • Controles brandveiligheid bij scholen, zorginstellingen, restaurants

  • Deelcontrole ziekenhuis.

Indicatoren:

  • Aantal controles en hercontroles;

  • Aantal bestuurlijke en strafrechtelijke handhavingszaken;

  • Naleefgedrag;

  • Soort overtredingen.

*Waarvan 48 controles door Veiligheidsregio 

 

Omzetten bedrijvenbestand en overdacht taken FUMO

In paragraaf 4.3 is al aangegeven dat we in 2022 druk bezig zijn geweest met het 'finetunen' van de lijst door nader dossieronderzoek en het uitvoeren van controles. Daarnaast moest het gehele bedrijvenbestand worden omgezet van 'inrichtingen' naar 'milieubelastende activiteiten'. Dit is een gevolg van de nieuwe Omgevingswet, waarin o.a. het begrip inrichting vervalt. Dit heeft behoorlijk wat (controle)capaciteit gekost in 2022, doorlopend in 2023.

 

Omzetten bedrijvenbestand en overdracht taken FUMO

Realisatie 2021

Planning

2022

Realisatie

2022

Planning 2023

Omvang activiteit:

Omzetten bedrijvenbestand

--

600

200

400

Digitalisering FUMO-dossiers

50

550

400

150

Registratie zaaksystemen

--

600

0

600

Controles

--

50

50

350

Capaciteit 2023:

Controles 1200 uren

Wat moe(s)t er gebeuren:

  • Digitaliseren van dossiers die overgedragen moeten worden;

  • Registratie van dossiers in onze applicatie (Squit/Rx.Mission) en Portal FUMO;

  • Controles milieu en brandveiligheid bij de bedrijven;

  • Bedrijven (opnieuw) laten melden;

  • Registratie gas- en stroomverbruik t.b.v. terugverdientijd.

Indicatoren:

  • Aantal over te dragen bedrijven;

  • Aantal controles en hercontroles;

  • Naleefgedrag;

  • Soort overtredingen.

 

6 ONTWIKKELINGEN

 

De afgelopen jaren hebben we een aantal doelstellingen uit ons uitvoeringsprogramma en VTH-beleid opgepakt. In 2023 staan wij ook weer voor een aantal nieuwe uitdagingen. We blijven werken aan professionalisering o.a. door onze bereikbaarheid te verbeteren, ons goed voor te bereiden op de nieuwe wetgeving en stappen te zetten naar een meer zelf organiserend team. In dit hoofdstuk beschrijven we de belangrijke ontwikkelingen op het gebied van dienstverlening, (nieuwe) wetgeving en beleidsmatige processen die van invloed zijn op onze taakuitvoering. De grootste uitdaging voor team VTH - en de hele organisatie - is om ons zo goed mogelijk voor te bereiden op de inwerkingtreding van de Omgevingswet en de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen op 1 januari 2024.

 

6.1 Algemeen

6.1.1 Klanttevredenheidsonderzoek

We hebben in 2021 gemeten hoe tevreden aanvragers van vergunningen zijn met het aanvraagproces en de dienstverlening. We hebben met alle beschikkingen een digitale enquête meegestuurd. De respons was laag. Ook het aanpassen van de begeleidende tekst heeft niet geleid tot meer ingevulde enquêtes. De aanvragers die wel hebben gereageerd, geven aan dat ze de dienstverlening voldoende tot goed vinden. Wel is er aangeven dat de aanvraagformulieren moeilijk te begrijpen zijn en dat de aanvragers niet altijd weten dat er ook vooroverleg mogelijk is bij aanvragen APV. Voor de Omgevingswet komen er nieuwe formulieren en komt er een vragenboom in het DSO die de aanvragers door het aanvraagproces moet leiden.

6.1.2 Dienstverlening GOED en relatie met organisatievisie 'De mens voorop'

In 2022 is de overkoepelde organisatievisie 'De mens voorop' geïntroduceerd. De visie verbindt de thema's uit de Sociale koers, de Omgevingsvisie en het dienstverleningsprogramma GOED ('gastvrij, ondernemend, eenvoudig, deskundig'). In 2023 gaat de gemeente door met het delen van informatie over de organisatievisie. Dit om de visie zichtbaarder te maken in de organisatie én de samenleving.

Er zijn veel parallellen tussen het traject van de organisatieontwikkeling, dienstverlening en de invoering van de Omgevingswet. Vanuit de Omgevingswet wordt ook gevraagd om een cultuurverandering in onze houding, gedrag en dienstverlening. Vanuit het oogpunt van dienstverlening zijn al diverse stappen gezet om zaken klantgericht aan te pakken en de cultuurwijziging te borgen in de organisatie. Vanuit de Omgevingswet gedachte proberen wij de resultaten en doelstellingen verder met elkaar te verbinden en daarmee synergie te bereiken. Daarbij gaan we regelmatig het gesprek aan met de gemeenteraad over ambitiebepaling, rolverdeling, samenwerking en participatiemogelijkheden onder de Omgevingswet.

6.1.3 Teamplan

Alle teams hebben een teamplan opgesteld. De teamplannen zijn een verdere invulling van de organisatie-, leiderschaps- en dienstverleningsvisie. Het teamplan geeft aan welke stappen we de komende jaren gaan zetten op het gebied van eigenaarschap, resultaatgericht werken, dienstverlening en professionaliteit. Het teamplan sluit aan bij onze doelstellingen uit het VTH-beleidsplan en dit uitvoeringsprogramma. In 2023 ligt de focus op 'jaarplannen op A3'. We willen meer integraal samenwerken en onszelf en elkaar scherp houden op waarmaken. Daar gaan bondige jaarplannen op A3 ons bij helpen. Een meer uniforme aanpak (met ruimte voor verschillen) helpt duidelijker het gesprek te voeren over wat teams zelf en van elkaar nodig hebben. Komend jaar willen we ervaren wat dit ons brengt.

6.1.4 Processen LEAN

Binnen de gemeente en het team VTH moeten we interne processen en procedures veranderen om de cultuurverandering te borgen. Dit sluit ook aan bij het LEAN maken van de werkprocessen, zoals omschreven in het VTH-beleidsplan. In het kader van de Omgevingswet hebben we in 2022 alle VTH-processen in kaart gebracht in het digitale programma Engage. De huidige werkprocessen zijn ingebouwd in onze VTH applicatie Squit 20/20. We hebben afgelopen jaar ook het werkproces voor de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen al ingericht in Rx.Mission en de bijbehorende standaardbrieven/sjablonen gemaakt. Met de inrichting van de andere processen voor de Omgevingswet zijn we al langere tijd bezig. Verder werken we ook aan het verbeteren en inrichten van het werkproces voor de APV-vergunningen en de bijbehorende standaardbrieven. Dit alles loopt door in 2023.

6.1.5 Optimaliseren Squit 20/20 en overgang naar Rx.Mission

Om te kunnen rapporteren over de stand van zaken met betrekking tot de taakuitvoering van VTH, is het van belang om één tool te hebben om gegevens in te zetten. In 2019 is het VTH-systeem Squit 20/20 in gebruik genomen. Het management rapportagesysteem is pas veel later geleverd. De module kan overzichten zoals het naleefgedrag, uitgevoerde controles en controle achterstanden echter niet goed uit het systeem halen, waardoor directe sturing op de uitvoering bijna onmogelijk is. Daarnaast wordt het aantal controles niet per type controle geregistreerd waardoor deze handmatig moeten worden uitgesplitst.

 

Roxit is de leverancier van Squit 20/20. Begin 2022 werd duidelijk dat dit systeem moet worden vervangen door Rx.Mission. We hebben in 2022 als team hard gewerkt aan de overgang naar dit nieuwe systeem, het was de bedoeling dat we eind 2022 over zouden gaan naar Rx.Mission. Omdat de Omgevingswet opnieuw werd uitgesteld en de keyusers aangaven dat de werkprocessen nog niet gereed waren, is besloten om de 'livegang' uit te stellen naar eind juni 2023. We kunnen ons immers niet veroorloven dat we geen omgevingsvergunningen kunnen verlenen. In de nieuwe applicatie zitten op het moment van 'livegang' nog onze huidige werkprocessen op grond van de Wabo.

 

In 2023 moeten de werkprocessen nog verder 'Omgevingswetproof' worden gemaakt en die moeten dan ook nog worden ingericht in Rx.Mission. Dit vraagt veel capaciteit van onze medewerkers en de (nieuwe) VTH applicatiebeheerder. In verband met overgangsrecht, moeten de werkprocessen na 1 januari nog een tijd naast elkaar worden gebruikt.

6.1.6 Kwaliteitscriteria

In de Wet VTH is omschreven dat gemeenten en provincie verplicht zijn om kwaliteitscriteria vast te stellen in een beleidsnota of verordening. In de provincie Fryslân hebben wij, provincie breed, de geactualiseerde versie van de verordening Frysk peil en Kwaliteitscriteria 'Frysk peil F2' vastgesteld. Met de VTH-kwaliteitscriteria maken we inzichtelijk welke kwaliteit inwoners, bedrijven en instellingen mogen verwachten bij de uitvoering of de invulling van de taken op het gebied van vergunningverlening, toezicht en handhaving.

 

We voldoen samen met de samenwerkingspartners zoals de FUMO, aan 22 activiteiten/ deskundigheidsgebieden, waarbij er bij 2 deskundigheidsgebieden een gemotiveerd 'explain' is toegepast. We kunnen aan 5 activiteiten/deskundigheidsgebieden voldoen als er opleidingen zijn gevolgd en er afspraken zijn gemaakt over samenwerking. Aan 5 clusters van activiteiten/ deskundigheidsgebieden kunnen we niet voldoen.

 

Er is in 2021 een provinciaal dashboard opgericht. Dit overzicht geeft provincie breed aan of er al dan niet wordt voldaan aan de criteria en waar we kunnen samenwerken. Door samenwerking kan het gewenste VTH-kwaliteitsniveau in de provincie Fryslân worden geborgd. Op basis van het dashboard worden er via 'Werken in Friesland' gerichte opleidingen aangeboden. Uit de eerste analyse blijkt dat er met name op de deskundigheidsgebieden: Groen en ecologie (Wabo), Exploitatie en planeconomie, Cultuurhistorie en Energie en duurzaamheid samenwerkingsmogelijkheden zijn.

In 2023 is een verbetering van het dashboard voorzien waardoor op hoofdlijnen beter inzicht kan worden verkregen in het voldoen aan de kwaliteitscriteria bij de samenwerkingspartners (o.a. andere gemeenten)..

 

Onder de Omgevingswet komen er nieuwe kwaliteitscriteria waarbij ook de competenties een aandachtspunt vormen. Daarnaast worden meer taken en daaraan gerelateerde deskundigheidsgebieden overgedragen aan de FUMO. Consequentie hiervan is dat we opnieuw moeten bekijken of we de resterende taken waarvoor kwaliteitscriteria gelden in huis kunnen en willen houden. Het gaat hierbij niet om het schrappen van taken, maar om ze ergens anders te beleggen.

6.1.7 Opleidingen

Kennisontwikkeling van de professional staat centraal in de persoonlijke ontwikkeling, dit vormt immers de basis om onze werkzaamheden goed te kunnen uitvoeren. Naast persoonlijke opleidingswensen en duurzame inzetbaarheid, hebben we in 2022 ook aandacht besteed aan permanente educatie in het kader van de Omgevingswet, de kwaliteitscriteria en de Wkb:

  • Voor de Kwaliteitscriteria Frysk peil (VTH-wet) is een opleidingsbudget beschikbaar. Het was de bedoeling om de basisopleidingen in 2020 en de specialistische opleidingen in 2021 af te ronden. Hoewel wij een aantal basiscursussen hebben gevolgd, blijkt dat niet alle opleidingen al anticiperen en/of aansluiten bij de Omgevingswet. Om te voorkomen dat een medewerker een opleiding volgt op basis van de oude wetgeving, hebben we een aantal opleidingen uitgesteld en de voorrang gegeven aan de opleidingen in het kader van de Omgevingswet;

  • Alle medewerkers die te maken krijgen met de Omgevingswet, van meerdere teams van onze gemeente, hebben in 2021 een online basiscursus Omgevingswet gevolgd en in 2022 is er een verdiepende vervolgopleiding Omgevingswet in 4 dagdelen gegeven door de Bestuursacademie;

  • Daarnaast hebben enkele medewerkers zelf 6 trainingen gegeven aan hun collega's van team VTH, dit gaan we ook doen is 2023 in aanloop naar de inwerkingtreding van de Omgevingswet en de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen;

  • De specialistische Omgevingswet (vak)opleidingen hebben we nog niet gedaan in 2022 omdat de inwerkingtreding van de wet opnieuw is uitgesteld. Deze gaan we in de tweede helft van 2023 aanbieden;

  • Daarnaast kunnen de medewerkers online (gratis) webinars en kennissessies volgen die de VNG en het Informatiepunt Leefomgeving (IPLO – Aan de slag met de Omgevingswet) doorlopend aanbieden;

  • Via Werken in Friesland worden er nog opleidingen in het kader van de kwaliteitscriteria aangeboden.

De opleidingen moeten zijn afgestemd en ingepast in de reguliere werkzaamheden. Door uren voor educatie mee te nemen in de planning hebben de medewerkers de ruimte om hun kennis op peil te houden.

 

6.2 Beleid

6.2.1 Beleid voorwerpen op de openbare weg

Volgens de Algemene Plaatselijke Verordening is er voor het plaatsen van bouwcontainers, steigers en bouwkranen etc. in het openbaar gebied een APV-vergunning nodig. We hebben aanvullend conceptbeleid opgesteld voor het plaatsen van deze voorwerpen in het openbaar gebied. Na een juridische toets is gebleken, dat aanvullend beleid op de APV niet mogelijk was. De APV moet ook aangepast worden. Omdat de APV in het kader van de Omgevingswet ook aangepast moet worden, nemen wij deze aanpassing daarin mee. Door verloop van personeel is het concept beleid in 2022 niet verder uitgewerkt. In 2023 wordt dit afgerond.

6.2.2 Beleid geur horeca

In de wetgeving ontbreekt het aan een concreet toetsingskader voor geur bij de horeca. Dit bemoeilijkt de handhaving. Een horecaexploitant moet volgens de milieuwetgeving ervoor zorgdragen dat geurhinder wordt voorkomen, dan wel wordt beperkt tot een aanvaardbaar niveau. De wetgever heeft echter niet concreet gemaakt wat precies moet worden verstaan onder het onder het begrip 'doelmatig. M.a.w. bij welke concentratie wordt baklucht door omwonenden als onaangenaam ervaren/ wanneer is geuremissie 'aanvaardbaar'. We stellen hier de komende jaren regels voor op het Omgevingsplan.

 

6.3 BOA-structuur

In 2015 is besloten om voor de WABO-taken, provincie breed de Landelijke Handhaving Strategie toe te passen. De LHS geeft aan wanneer we bestuursrechtelijk of bestuurs- én strafrechtelijk moeten optreden. Om invulling te geven aan de afspraken en wettelijke eisen is in 2020 het beleidsdocument Functionele BOA-structuur Fryslân vastgesteld. Dit beleid wordt over 4 jaar geëvalueerd. Om te voldoen aan de kwaliteitscriteria heeft het college op 3 december 2019 besloten om de strafrechtelijke handhavingszaken onder te brengen bij de partij die ook de toezichttaken uitvoert. Dit betekent dat we een eigen BOA inzetten voor onze eigen taken en dat de FUMO een BOA inzet voor de FUMO-taken. In 2021 hebben wij een BOA domein II in dienst genomen en werken wij op BOA gebied samen met de OWO-gemeenten. Dit is geëvalueerd in 2022 en vervolgens zijn er verbeterpunten doorgevoerd. Een nadere uitwerking volgt in 2023.

 

6.4 Landelijke ontwikkelingen

6.4.1 Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb)

De Eerste Kamer heeft op 14 maart 2023 ingestemd met het voorgestelde Koninklijk Besluit om de Wkb samen met de Omgevingswet op 1 januari a.s. in werking te laten treden. Het doel van de Wkb is het verbeteren van de kwaliteit van het bouwen, het versterken van de positie van de consument en de overheidstaken daar waar mogelijk naar de private sector te brengen.

 

Als voorbereiding op de Wet Kwaliteitsborging voor het bouwen hebben wij in 2022 een lopend proefproject afgerond en nog een nieuw proefproject gedraaid. De rijksoverheid start later dit jaar een campagne om uitleg te geven over de gevolgen van de veranderde wetgeving. We willen als gemeente ook voorlichting geven door goede informatie op onze website en door bijvoorbeeld een informatieavond te organiseren voor aannemers, architecten e.d.

 

Na de invoering van de wet gaat de rol van VTH veranderen. Voorheen was de rol met name gericht op een sterke betrokkenheid vanaf vergunningaanvraag tot oplevering (de realisatiefase). Onder de Wkb zal deze verschuiven naar een meer participerende rol voorafgaand aan de realisatie en na oplevering een bewakende rol van de kwaliteit van de bestaande voorraad en fysieke leefomgeving.

We hebben in 2020 een impactanalyse uitgevoerd naar de gevolgen van de Wkb op het team VTH. De implementatie en de proefprojecten zal tijdelijk leiden tot extra werkzaamheden bij het team.

6.4.2 Omgevingswet

De invoering van de Omgevingswet is eind 2022 voor de 7e (!) keer uitgesteld maar lijkt nu dan toch op 1 januari 2024 in werking te treden. Het kernteam, de werkgroepen en andere collega's zijn voortvarend verder gegaan met de voorbereidingen. Er bestaan (landelijk) zeker nog zorgen over o.a. de werking van het Digitale Systeem Omgevingswet (DSO) en het op peil houden van onze dienstverlening na 1 januari. Daarover informeert het kernteam college en raad in een 'Kansen en risico analyse'.

 

In maart 2022 is de Omgevingsvisie Smallingerland vastgesteld. Dit biedt een goed toetsingskader voor verdere uitwerking in het Omgevingsplan en programma's.

Er moet in 2023 nog steeds veel gebeuren, zoals het verder aanpassen van (digitale) systemen en de vergunningstrajecten (o.a. het aanpassen van de procedures in de applicaties en de formats van de vergunningen). Meerdere medewerkers van team VTH nemen deel aan de werkgroep die met een externe adviseur werkt aan het 'pilot Omgevingsplan Drachtstercompagnie' en andere proeven om ons de nieuwe systematiek van het maken van een (deel)Omgevingsplan eigen te maken.

 

Intake- en Omgevingstafel

Omdat de proceduretermijnen korter worden, is ook veel tijd gestoken in het proces Intake- en Omgevingstafel. Vanaf 1 oktober 2021 werken we op deze manier, vooruitlopend op de Omgevingswet, en daar gaan we ook dit jaar mee door. Het voordeel is dat plannen in een vroeg stadium integraal worden bekeken en besproken. Daarbij is het ook belangrijk dat alle initiatieven via één ingang bij de gemeente binnen komen en centraal worden geregistreerd in ons zaaksysteem.

In 2022 zijn 28 Intaketafels en 3 (verkennende) Omgevingstafels gehouden. Ook hebben we de werkprocessen beschreven voor de Intake- en Omgevingstafel.

 

Financiële gevolgen van Omgevingswet en Wkb

Ook is er afgelopen jaar gekeken welke financiële gevolgen de invoering van de Omgevingswet en de Wkb heeft. We verwachten minder legesinkomsten. Voor milieubelastende activiteiten die vergunningplichtig zijn, kunnen we onder de Omgevingswet leges gaan heffen. Daarnaast is het mogelijk om leges te vragen voor het organiseren van de Intake- en Omgevingstafels. Hoe we dat willen en waarvoor precies? Dat zijn keuzes die de raad kan maken: aan welke knoppen willen we draaien?

 

De informatie over de financiële gevolgen is begin 2023 gedeeld met de Stuurgroep Omgevingswet, het college en raadsleden. Die inzichten moeten leiden tot kaders die we kunnen gebruiken om de legesverordening aan te passen aan de systematiek van de Omgevingswet en de Wkb. Het proces tot het vaststellen van de kaders loopt nog. Eind 2023 moet de raad de nieuwe legesverordening vaststellen.

 

We gaan komend jaar in ieder geval verder met de laatste minimale acties die nodig zijn voor de (geplande) inwerkingtreding van de wet op 1 januari 2024 en deelname aan de projectgroep Omgevingsplan. De werkzaamheden gaan in 2023 steeds meer van het project naar 'de lijn'.

Voor het kernteam en de werkgroepen is van ons team ruim 1,5 fte extra capaciteit gevraagd. Dit wordt vooralsnog gefinancierd vanuit de projectgelden Omgevingswet.

6.4.3 Verder ontwikkelen

Elk jaar stellen we een jaarverslag en uitvoeringsprogramma op. In 2023 gaan we verder met de teamontwikkeling en ons teamplan. Het jaarlijkse teamuitje combineren we met talentsessies.

Iedere medewerker heeft een Insight-profiel en heeft een jaargesprek met de teammanager. Ook is er aandacht voor het volgen van de nodige opleidingen (o.a. om aan de kwaliteitscriteria te blijven voldoen).

7 SAMENWERKING EN AFSTEMMING

 

Belangrijk onderdeel van het werk is samenwerking. Intern zijn er afhankelijk van de werkzaamheden diverse samenwerkingsrelaties, van BRP, BAG, WOZ-taxaties tot het ondersteunen van het evenementenbeleid etc. Daarnaast is er regelmatig overleg en afstemming met de externe partijen (onze 'ketenpartners') zoals: de provincie, het Wetterskip, de Veiligheidsregio en de FUMO.

 

Samenwerking wordt alleen maar belangrijker nadat de Omgevingswet in werking is getreden. In 2022 zijn er werkafspraken gemaakt met onze ketenpartners en die worden dit jaar nog verder uitgewerkt. Tijdens regionale sessies testen alle partijen de werkprocessen en o.a. de samenwerkingsruimte in het DSO. De ketenpartners sluiten ook aan als er een Omgevingstafel over een initiatief is waar zij als adviseur/vergunningverlener bij betrokken zijn.

 

7.1 Provinciaal overleg

Het Fries VTH-overleg vindt drie keer per jaar plaats. Hierin vindt op provinciaal niveau afstemming plaats tussen diverse bevoegde gezagen (gemeenten, provincie en Wetterskip), FUMO, terreinbeheerders, politie en justitie. In het overleg staat een breed scala aan beleids- en operationele zaken op de agenda. Jaarlijks wordt er vanuit dit overleg provincie breed een aantal meer themagerichte toezicht-/handhavingsprojecten geïnitieerd. Voor zover deze projecten aansluiten bij de gemeentelijke prioriteitstelling, nemen we deel aan deze projecten.

 

Samenwerking en interne projecten

In Fries verband is afgesproken dat elke handhavingsorganisatie jaarlijks 100 uur reserveert voor samenwerkingsprojecten. In 2023 verwachten we weer deel te nemen aan enkele projecten en leveren de medewerkers waar nodig een bijdrage aan interne projecten en vragen, bijvoorbeeld voor een project voor het actualiseren van omgevingsvergunningen voor lozingen (project i.v.m. Kaderrichtlijn water).

 

7.2 Veiligheidsregio

De Veiligheidsregio geeft vanuit haar wettelijke taak advies over brandveiligheid bij bestemmingsplannen en evenementen. Daarnaast controleert de Veiligheidsregio bij de grotere en middelgrote evenementen. De controles bij kleine evenementen en in sommige gevallen middelgrote evenementen doen we zelf. De Veiligheidsregio informeert ons 2 keer per jaar over de bereikte resultaten in het lopende jaar. Samen met de Veiligheidsregio hebben wij in 2022 ook diverse voorlichtingsbijeenkomsten gegeven o.a. bij zorginstellingen. De Veiligheidsregio heeft voor ons in 2022 brandveiligheidscontroles uitgevoerd en gaat dit ook dit jaar voor ons doen (zie ook paragraaf 5.9.6).

 

7.3 FUMO

In de afgelopen jaren heeft de FUMO samen met de deelnemers grote stappen gezet in het op orde brengen van de basis. Hiermee is de FUMO er nog niet. In 2021 zijn er middelen beschikbaar gesteld om de organisatieopbouw en systemen verder door te ontwikkelen en de FUMO voor te bereiden op de nieuwe wetgeving. In 2022 heeft de FUMO een aantal projecten opgepakt. Begin 2023 is de eindrapportage FUMO 2.0 door de FUMO vastgesteld.

 

Naast de projecten rapporteert de FUMO ons op verschillende momenten over de algemene voortgang:

  • De kadernota geeft informatie ter voorbereiding van de begroting;

  • De begroting geeft een financieel overzicht van de kosten en opbrengsten voor het komende jaar. De raad kan een zienswijze indienen tegen de begroting;

  • De jaarstukken bieden inzicht in de ontwikkelingen en de resultaten van het afgelopen jaar, zowel inhoudelijk als financieel;

  • In de (halfjaar)rapportage over de voortgang van de uitvoering van het jaarprogramma en projecten;

  • In tertaalrapportages staan de genoemde controles en tijdbesteding en percentages benutte uren.

In april 2022 hebben we mandaat gegeven aan de FUMO voor de afhandeling van de basistaken.

De FUMO maakt daar sinds oktober 2022 gebruik van, het moment dat alle deelnemers het uniform mandaat voor de FUMO hadden bekendgemaakt.

 

De FUMO heeft naast de reguliere werkzaamheden voor de gemeente overstijgende projecten en collectieve taken een Fryslân-breed uitvoeringsprogramma opgesteld.

Met ingang van 2022 werkt de FUMO met een meerjarig programma basistaken. Dit meerjarig programma omvat alle basistaken en niet alleen de projecten. Uitgangspunten daarbij zijn naast het VTH-beleid basistaken Fryslân ook de nieuwe Producten- en dienstencatalogus (PDC) met bijbehorende kengetallen en het nieuwe sturings- en financieringsmodel. Het jaarprogramma zal apart ter vaststelling worden aangeboden aan de colleges.

 

De FUMO stelt jaarlijks hun eigen uitvoeringsprogramma op. Dit wordt in het college vastgesteld. Daarin staat wat de FUMO per jaar voor onze gemeente uitvoert (basistaken en plustaken).

8 CAPACITEIT EN BUDGETTEN 2023

8.1 Formatie VTH

Onze taken voeren we uit met een team van 'vaste' medewerkers. Daarnaast worden tijdelijke taken/functies flexibel ingezet. Daarmee borgen we de continuïteit en de kwaliteit binnen het team en kunnen we flexibel inspelen op de veranderende vraag vanuit de omgeving. In 2023 maken drie medewerkers gebruik van het Generatiepakt. Dit houdt in dat ze 20% minder uren werken. Daarvoor ontvangt team VTH geen compensatie. Volgend jaar zijn er waarschijnlijk nog enkele medewerkers die hier gebruik van willen maken. Dit kan problemen geven in het uitvoeren van onze vele taken.

 

Daar waar nodig maken we samenwerkingsafspraken met onze partners. We hebben onze basistaken - ingebracht bij de FUMO - niet meegenomen in onderstaand overzicht omdat de bijdrage in geld uitgedrukt is en niet in formatie. Ook de taken die we hebben uitbesteed aan de Veiligheidsregio zijn er niet in verwerkt.

 

Voor de inzet van ons team op de Omgevingswet wordt 1,5 fte tijdelijk gefinancierd vanuit projectgelden Omgevingswet. Daarnaast wordt 0,5 fte uitgeleend aan het programma duurzaamheid.

 

Functie

Fte's

(Structureel)

Fte's

(Tijdelijk)

Jurist Omgevingsrecht en –beleid

2,56

1,61

Beleidsmedewerker

0,89

BOA domein II

0,33

Toezichthouder RO/Buitengebied (groen)

0,33

Toezichthouder gebruiksfase

4

1,89

Toezichthouder bouwfase

2

Toezicht drank en horeca en leegstand

0,8

Wabocoördinator/bouwplantoetser/ vergunningverlener

3,56

1

Vergunningverlener APV & bijzondere wetten

2,56

Vergunningverlener milieu

0,5

Specialist Brandveiligheid

1

Specialist Bodem en duurzaamheid

0,5

0,1

Administratieve ondersteuning/secretariaat

2,42

0,66

 

8.2 Budgetten VTH

We hebben naast formatieve budgetten, ook zelfstandig budgetten voor het inzetten van middelen ter ondersteuning van het werk, zoals bodemonderzoeken, emissiemetingen etc. Ook voor het inzetten van expertise van derden bij casuïstiek is jaarlijks budget beschikbaar. Voor 2023 is onderstaand budget beschikbaar:

 

Kostenplaats

Budget (€)

Loonkosten

2.277.000

Div. diensten

113.000

Bijdrage FUMO (structureel)

628.910