Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Amsterdam

Subsidieregeling Evenementenfonds Amsterdam 2023 en verder

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieAmsterdam
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingSubsidieregeling Evenementenfonds Amsterdam 2023 en verder
CiteertitelSubsidieregeling Evenementenfonds Amsterdam 2023 en verder
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt de Subsidieregeling Evenementenfonds 2023.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 160, eerste lid, van de Gemeentewet
  2. Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

27-07-2023nieuwe regeling

18-07-2023

gmb-2023-328550

Tekst van de regeling

Intitulé

Subsidieregeling Evenementenfonds Amsterdam 2023 en verder

Het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam,

 

gelet op artikel 160 lid 1 sub b. van de Gemeentewet,

Artikel 3 (Bevoegdheid raad en college) lid 2 van de Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013,

Artikel 4 (subsidieplafond) lid 2 van de Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013

 

besluit 11 juli 2023 de volgende regeling vast te stellen:

 

subsidieregeling Evenementenfonds 2023 en verder

 

Subsidieregeling Evenementenfonds Amsterdam 2023 en verder

 

Hoofdstuk 1 algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

  • 1.

    In deze subsidieregeling wordt verstaan onder:

    • a)

      ASA: Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013;

    • b)

      Beveiliging en veiligheid: maatregelen die organisatoren nemen ten behoeve van het veilig kunnen organiseren en uitvoeren van het desbetreffende evenement.

    • c)

      College: het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam;

    • d)

      Communicatie/marketing: werkzaamheden die organisatoren uitvoeren ten behoeve van communicatie dan wel promotie van het desbetreffende evenement.

    • e)

      Evenement: het geheel van vergunning -of meldingsplichtige activiteiten dan wel een evenement waarvoor een melding optocht nodig is in de openbare ruimte dat een duurzame verbinding legt met de stad en haar bewoners, ondernemers en instellingen, dat bijdraagt aan de leefbaarheid en zo goed mogelijk rekening houdt met de woonomgeving;

    • f)

      Evenement om jaarwisseling te vieren: activiteiten die rondom of tijdens de jaarwisseling worden georganiseerd als alternatief voor het zelf afsteken van vuurwerk;

    • g)

      Flexibel loket/Categorie III: het loket waar subsidieaanvragen tussen 16 en 8 weken voorafgaand aan het desbetreffende evenement aangevraagd dienen te worden.

    • h)

      Kernwaarden evenementen Amsterdam: evenementen in de openbare ruimte waar iedereen naar toe kan gaan, die(deels) gratis toegankelijk zijn, beeldbepalend zijn voor Amsterdam, een ideëel karakter hebben en passen bij de uitgangspunten creativiteit, duurzaamheid en innovatief.

    • i)

      Milieukosten/duurzaamheid: maatregelen die organisatoren nemen ten behoeve van het duurzaam organiseren van het evenement in lijn met de ‘Richtlijn Duurzame Evenementen’ onder het Evenementenbeleid Amsterdam.

    • j)

      Mobiliteit: maatregelen die organisatoren nemen ten behoeve van veilige doorstroom/instroom/uitstroom van het desbetreffende evenement.

    • k)

      Overlastbeperking: maatregelen die organisatoren treffen ten behoeve van het beperken van overlast van omwonenden in de directe omgeving van het desbetreffende evenement.

    • l)

      Projectmanagement: werkzaamheden die organisatoren uitvoeren ten behoeve van het organiseren van het desbetreffende evenement.

    • m)

      Sociaal maatschappelijk betrokken evenement: activiteiten die het draagvlak in de stad kunnen versterken. Voorbeelden zijn buurtgebonden initiatieven of evenementen die inzetten op het zoeken naar verbinding met de stad, haar instellingen en haar bewoners.

Artikel 2 Toepasselijkheid Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013

De Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013 is van toepassing, tenzij daarvan in deze regeling uitdrukkelijk wordt afgeweken.

Artikel 3 Doel subsidieregeling

Deze subsidieregeling heeft tot doel het bevorderen van evenementen die worden georganiseerd in de gemeente Amsterdam en die aansluiten bij de criteria genoemd in artikel 6.

Artikel 4 Subsidiabele activiteiten en subsidiabele kosten

  • 1.

    Het college kan eenmalige subsidie verstrekken voor het organiseren van een evenement in de openbare ruimte.

  • 2.

    Voor subsidie komen uitsluitend die kosten in aanmerking die in rechtstreeks verband staan tot het te organiseren evenement. Subsidiabele kosten zijn de kosten die betrekking hebben op:

    • a.

      beveiliging en veiligheid;

    • b.

      mobiliteit;

    • c.

      milieukosten/duurzaamheid;

    • d.

      overlastbeperking,

    • e.

      projectmanagement;

    • f.

      communicatie/marketing.

  • 3.

    Kosten zijn uitsluitend subsidiabel indien ze door de subsidieontvanger zullen worden gemaakt en zullen worden betaald.

  • 4.

    De hoogte van de subsidie bedraagt maximaal 50% van de subsidiabele kosten. Als het evenement waarvoor subsidie wordt gevraagd een sociaal maatschappelijk betrokken evenement betreft kan hiervan worden afgeweken.

Hoofdstuk 2 Subsidieplafond

Artikel 5 Subsidieplafond

  • 1.

    Subsidie kan worden gevraagd voor de volgende categorieën:

    • a.

      Categorie I: subsidieaanvragen vanaf 35.000 euro;

    • b.

      Categorie II: subsidieaanvragen tot 35.000 euro;

    • c.

      Categorie III: een Flexibel loket Evenementenfonds voor aanvragen ongeacht de hoogte; en

    • d.

      Categorie IV: subsidieaanvragen voor evenementen die plaatsvinden op 31 december en/of 1 januari, om de jaarwisseling te vieren. Deze categorie is specifiek bedoeld voor evenementen welke een alternatief bieden voor het zelf afsteken van vuurwerk,

  • 2.

    Het college stelt voor iedere categorie evenementen een subsidieplafond vast.

  • 3.

    Indien het subsidieplafond in categorie I of categorie II niet volledig wordt besteed, zal het subsidieplafond van categorie III met het onbestede bedrag worden verhoogd.

Artikel 6 Verdeelsleutel subsidieplafond

  • 1.

    De aanvragen voor subsidie in de categorieën I en II, als bedoeld in artikel 5, eerste lid, worden gerangschikt op een prioriteitenlijst. De prioriteitenlijst komt tot stand aan de hand van de criteria genoemd in het tweede lid.

  • 2.

    De rangschikking wordt bepaald door het aantal punten dat wordt gehaald op basis van criteria die zijn uitgewerkt in de scorelijst Evenementenfonds, deze omvat de volgende categorieën:

    • a.

      de mate waarin het evenement bijdraagt aan de kernwaarden evenementen Amsterdam;

    • b.

      de mate waarin het evenement bijdraagt aan de verbinding met de stad;

    • c.

      de financiële onderbouwing behorende bij de aanvraag.

  • 3.

    Per criterium kan maximaal vijf punten worden gehaald.

  • 4.

    De aanvragen worden gehonoreerd naar de scores op de criteria op de prioriteitenlijst.

  • 5.

    Indien meerdere aanvragen op dezelfde plaats op de prioriteitenlijst worden gerangschikt en door honorering van deze aanvragen het subsidieplafond wordt overschreden, wordt de aanvraag met de laagste kosten als eerste gehonoreerd.

  • 6.

    Subsidie kan uitsluitend worden verleend als een aanvraag een minimum van 60 punten of hoger heeft behaald op basis van lid 2, 3 en 4.

  • 7.

    Aanvragen voor subsidie in categorie III en IV, als bedoeld in artikel 5, eerste lid, worden op volgorde van binnenkomst behandeld en mits de aanvraag overeenkomstig het zesde lid minimaal 60 punten of hoger te heeft behaald.

Hoofdstuk 3 Subsidieaanvraag

Artikel 7 De aanvrager

Subsidie kan uitsluitend worden aangevraagd door rechtspersonen.

Artikel 8 Behandeling en toetsing van de aanvragen

  • 1.

    Uitsluitend volledige aanvragen worden in behandeling genomen.

  • 2.

    Indien de aanvrager voor het evenement waarvoor subsidie wordt aangevraagd een andere gemeentelijke subsidie ontvangt en die subsidie niet hoger is dan € 150.000,- kan er een aanvraag voor aanvullende subsidie op basis van deze regeling worden ingediend, mits de activiteiten gratis toegankelijk zijn en in de openbare ruimte plaatsvinden.

Artikel 9 Bij de subsidieaanvraag in te dienen gegevens

  • 1.

    In aanvulling op artikel 5, tweede lid, van de ASA 2013 wordt bij de subsidieaanvraag overgelegd:

    • a.

      Een opgave gedaan van bij andere bestuursorganen of organisaties ingediende aanvragen voor subsidie of vergoeding ten behoeve van dezelfde activiteiten, onder vermelding van de stand van zaken met betrekking tot de beoordeling van die aanvragen.

    • b.

      Een document dat aantoont dat het opgegeven rekeningnummer op naam van de aanvrager staat indien deze gegevens nog niet bekend zijn bij gemeente Amsterdam.

Artikel 10 Aanvraagtermijn eenmalige subsidies

  • 1.

    Een subsidieaanvraag voor categorie I en II wordt ingediend vóór 1 november van het jaar voorafgaand aan het jaar waarin het evenement plaatsvindt.

  • 2.

    Een subsidieaanvraag voor categorie III kan uitsluitend worden aangevraagd tussen de 16 en 8 weken voordat het evenement waarvoor subsidie wordt aangevraagd zal plaatsvinden.

  • 3.

    Een subsidieaanvraag voor categorie IV kan uitsluitend worden aangevraagd tussen de 16 en 4 weken voordat het evenement waarvoor subsidie wordt aangevraagd zal plaatsvinden.

Artikel 11 Beslistermijn

  • 1.

    In afwijking op artikel 8, lid 2 van de ASA 2013 beslist het college op een aanvraag voor subsidieaanvragen categorie I en II in februari van het jaar waarin het evenement plaatsvindt.

  • 2.

    In afwijking op artikel 8, lid 2 van de ASA 2013 beslist het college op een aanvraag voor subsidieaanvragen categorie III binnen 4 weken na ontvangst van de volledige aanvraag.

Hoofdstuk 4 Weigering van de subsidie

Artikel 12 Weigeringsgronden

  • 1.

    In aanvulling op artikel 9, tweede lid, van de ASA 2013 kan het college een subsidie weigeren als:

    • a.

      de subsidieaanvraag niet compleet is;

    • b.

      een aanvraag via het flexibel loket wordt ingediend voor een evenement waarvoor al een aanvraag is gedaan op grond van categorie I of II, als bedoeld in artikel 5.

    • c.

      voor het evenement waarvoor de subsidie wordt aangevraagd geen vergunning verleend hoeft te worden door de gemeente Amsterdam of waarvoor geen evenementenmelding/kennisgeving optocht gedaan hoeft te worden bij de gemeente Amsterdam;

    • d.

      de aanvrager voor dezelfde subsidiabele kosten reeds subsidie ontvangt van de gemeente Amsterdam of een ander bestuursorgaan, inclusief een subsidie uit het AFK, met uitzondering van het geval dat een aanvullende subsidie kan worden gevraagd onder een van toepassing zijnde andere regeling.

    • e.

      de activiteiten niet voor het publiek toegankelijk zijn;

    • f.

      de score op de aanvraag minder is dan 60 punten;

    • g.

      de subsidie niet wordt aangevraagd voor de subsidiabele kosten genoemd in artikel 4;

    • h.

      voor uitvoering van de activiteiten een hoger bedrag wordt gerekend dan door het college redelijk wordt geacht;

    • i.

      de aanvrager niet zorgt voor een heldere financiële onderbouwing waardoor het minimum aantal punten van 3 niet behaald wordt in de scorelijst in het segment financiële onderbouwing punt 1.

Hoofdstuk 5 Verplichtingen van de subsidieontvanger

Artikel 13 Aanvullende verplichtingen

Naast de verplichtingen op grond van artikel 10 en 11 van de ASA 2013, zijn aan de subsidie de volgende verplichtingen verbonden:

  • a.

    De subsidieontvanger is verplicht om de activiteiten op een duurzame wijze uit te voeren.

  • b.

    De subsidieontvanger houdt een inzichtelijke en controleerbare administratie bij met betrekking tot de uitvoering van het evenement en de in verband daarmee gedane uitgaven en verworven inkomsten.

  • c.

    De administratie bestaat uit een projectadministratie en een financiële administratie, waarin alle noodzakelijke gegevens tijdig, juist en volledig zijn vastgelegd en zijn te verifiëren met bewijsstukken.

  • d.

    De subsidieontvanger volgt de aanwijzingen van de toezichthouder nauwgezet op.

  • e.

    De subsidieontvanger draagt ervoor zorg dat het gebruik van bont in kleding of de verkoop van bont geen deel is van de activiteit waarvoor subsidie is verstrekt.

Artikel 14 Vaststelling subsidies

  • a.

    Subsidies tot en met 5000 euro worden direct vastgesteld.

  • b.

    De aanvrager is bij een subsidie tussen 5.000 euro en 20.000 euro verplicht een aanvraag tot vaststelling in te dienen conform de vereisten van artikel 16 van de Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2023.

Hoofdstuk 6 Slotbepalingen

Artikel 15 Overgangsbepaling

De Subsidieregeling Evenementenfonds 2023 vervalt.

Artikel 16 Looptijd regeling

Deze regeling treedt in werking een dag na publicatie in het Gemeenteblad.

Artikel 17 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling Evenementenfonds Amsterdam 2023 en verder.

Aldus vastgesteld in de collegevergadering van 18 juli 2023

De voorzitter

Femke Halsema

De raadsgriffier

Jolien Houtman

Algemene toelichting  

Om subsidieaanvragen voor evenementen in Amsterdam op de juiste en op een eenduidige manier te kunnen behandelen, is behoefte aan een subsidieverordening Evenementenfonds. Deze subsidieverordening Evenementenfonds moet erin resulteren dat subsidieaanvragen voor evenementen volgens de doelstellingen van het nieuwe evenementenbeleid worden behandeld.

Evenementen zijn het geheel van activiteiten die een duurzame verbinding leggen met de stad en haar bewoners, ondernemers en instellingen, die bijdragen aan de leefbaarheid en zo goed mogelijk rekening houden met de woonomgeving. Evenementen moeten de aantrekkelijkheid en positieve beleving van de stad bij bewoners en bezoekers bevorderen en positioneren de stad als leefbare, creatieve, innovatieve en dynamische hoofdstad.

In de APV zijn in de artikelen 2.40 (evenementen op de weg of het water) en 2.47 (evenementen in gebouwen) regels vastgesteld voor het houden van evenementen in Amsterdam.

Op grond van de APV kunnen evenementen vergunningen worden verleend. Wanneer een evenement op een binnen locatie wordt gehouden, is het afhankelijk van de gebruikersvergunningen of er wel of geen evenementenvergunning nodig is. Alleen evenementen waarvoor een evenementenvergunning moet worden verleend of waarvoor een evenementmelding/kennisgeving optocht voor moet worden gedaan, komen in aanmerking voor deze subsidieregeling.

Op deze subsidieregeling zijn de ASA 2013 en de Awb van toepassing. Op sommige punten, zoals de verdeelsleutel voor het subsidieplafond, wijkt deze regeling af van de bepalingen van de ASA 2013.

Voor de aanvragen in categorie I en II wordt een verdeelvoorstel Evenementenfonds vastgesteld in het college. De Adviescommissie Evenementenfonds adviseert het college daarvoor, zij doet dit aan de hand van het invullen van de bijbehorende scorelijst. Voor de aanvragen in categorie III en IV geldt dat de directeur Communicatie is gemandateerd om de aangevraagde subsidie al dan niet toe te kennen, ook op basis van een advies van de Adviescommissie Evenementenfonds.

 

Artikelsgewijze toelichting

 

Artikel 1

Onder een evenement wordt verstaan het geheel van activiteiten dat een duurzame verbinding legt met de stad en haar bewoners, ondernemers en instellingen, dat bijdraagt aan de leefbaarheid en zo goed mogelijk rekening houdt met de woonomgeving. Hierbij geldt dat de volgende activiteiten niet als evenement worden beschouwd:

  • Reguliere congressen en beurzen, omdat zij een louter business to business karakter hebben en als zodanig in besloten kring en op binnen locaties plaatsvinden. Reguliere congressen krijgen uit Externe betrekkingenbudget een bijdrage van € 5,-per persoon. Vanaf 1.000 personen wordt vanuit Externe betrekkingen maatwerk geleverd.

  • Tentoonstellingen van musea en voorstellingen van theaters, die tot het reguliere aanbod van deze instellingen behoren, en in die zin geen bijzondere en unieke gebeurtenis;

  • Reguliere sportwedstrijden;

  • Markten, zoals bedoeld in de Marktverordening.

Artikel 4Subsidiabele kosten

Met deze opsomming wordt zo veel mogelijk ingegaan op de aspecten van de organisatie van het evenement die een relatie hebben met voorwaarden die kunnen voorkomen in de evenementvergunning. In grote lijnen hebben deze aspecten betrekking op zaken die de gemeente als voorwaarde kan stellen aan de uitvoering van het evenement. Zo komt een aanvrager in principe alleen in aanmerking voor subsidie als het niet de inhoud van het evenement betreft, maar de uitvoering ervan.

 

Tegenwoordig wordt vooral van de grotere evenementen een hoger basisniveau geëist qua toezicht en veiligheidsvoorzieningen. Bovendien is de verantwoordelijkheid voor het ordelijk verloop van een evenement de afgelopen jaren nadrukkelijker bij de organisatie komen te liggen. Vandaar dat evenementen in de openbare ruimte en die meer veiligheid of mobiliteitsmaatregelen moeten nemen opgenomen is in de subsidiabele kosten.

 

Artikel 5Categorieën aanvragen en subsidieplafond

De aangewezen categorieën en subsidieplafonds zijn specifiek van kracht voor aanvragen ingediend voor het jaar 2023 en verder.

 

Artikel 6Verdeelsleutel subsidieplafond

Deze bepaling bevat ten aanzien van aanvragen vallend onder categorie I en II een regeling voor de verdeling van het subsidieplafond die afwijkt van de regeling in de ASA 2013. Er wordt voorzien in een verdeelsleutel van het beschikbare bedrag aan de hand van inhoudelijke criteria in plaats van op volgorde van binnenkomst van de aanvragen (zoals in de ASA 2013). Dat betekent dat de verschillende subsidieaanvragen tegen elkaar moeten kunnen worden afgewogen (zie hiervoor artikel 6). Om die reden is ervoor gekozen om, eveneens in afwijking van de ASA 2013, ook voor eenmalige subsidies een vaste indieningstermijn te hanteren.

 

Ten aanzien van categorie III geldt een toekenning op volgorde van binnenkomst.

 

Op grond van artikel 10 dienen subsidies uit categorie I en II vóór 1 november van het jaar waarin het evenement plaatsvindt te worden aangevraagd. Indien er nog budget over is, zal dit budget worden toegevoegd aan categorie III en zal daarmee het subsidieplafond met het onbestede bedrag worden verhoogd.

 

Criteria in de bijlage (bijlage 1: regeling criteria Evenementenfonds)

 

Met betrekking tot categorie I en II is in het schema een rating aangebracht per item. Met deze rating wordt de prioritering aangegeven. Hierbij wordt de richtlijn gehanteerd: een aanvraag dient minimaal 60 punten te scoren om in aanmerking te kunnen komen voor subsidie. Daarbij staan drie thema’s centraal namelijk: de kernwaarden evenementen Amsterdam, Verbinding met de stad en Organisatorische criteria. Ten aanzien van categorie III en IV geldt tevens het minimaal te scoren aantal punten van 60. Er wordt echter verleend op basis van binnenkomst.

 

De gemeente Amsterdam vindt het belangrijk om samen met Amsterdammers te zorgen voor een sociale en ondernemende stad. De gemeente wil Amsterdammers meer betrekken en laten participeren in de stad. Evenementen in de stad spelen een grote rol bij deze ontwikkeling, daarom worden de organisatoren actief betrokken bij het versterken van de zelfredzaamheid en eigen kracht van Amsterdammers en is opgenomen dat het een pre is als de subsidieontvanger mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt inzet bij het uitvoeren van de gesubsidieerde activiteiten.

 

Artikel 12Weigeringsgronden

Subsidieaanvragen worden door het college getoetst op basis van de criteria uit artikel 6. Indien aan deze criteria onvoldoende punten worden toegekend (minimaal 60 punten) zal de aanvraag geweigerd worden.

 

Artikel 13Aanvullende verplichtingen

Artikel 10 en 11 van de ASA 2013 regelen diverse verplichtingen voor de subsidieontvanger. Er gelden daarbij nog een aantal specifieke verplichtingen. De subsidieontvanger is verplicht activiteiten op een duurzame wijze uit te voeren. Daarbij is het van belang dat de organisator heeft nagedacht over de mate waarin hij duurzaam onderneemt en de betreffende locatie gebruikt. Op het gebied van organisatie, energie, water, afval en mobiliteit zal aangetoond moeten worden dat men voor een evenementenvergunning in aanmerking kan komen. De basis hiervoor zijn de APV (artikel 2.43) en de Wet milieubeheer (artikel 1.1 tweede lid). De duurzaamheidscriteria zijn onderdeel van verschillende instrumenten waarover de gemeente beschikt om te sturen op duurzaamheid bij organisatoren. Naast de evenementenvergunning, worden de duurzaamheidscriteria ook opgenomen in de verplichtingen verbonden aan de beschikking.

De gemeente Amsterdam vindt het belangrijk om samen met Amsterdammers te zorgen voor een sociale en ondernemende stad. De gemeente wil Amsterdammers meer betrekken en laten participeren in de stad. Evenementen in de stad spelen een grote rol bij deze ontwikkeling, daarom worden de organisatoren actief betrokken bij het versterken van de zelfredzaamheid en eigen kracht van Amsterdammers en is opgenomen dat het een pre is als de subsidieontvanger mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt inzet bij het uitvoeren van de gesubsidieerde activiteiten.

 

Artikel 15 Intrekking subsidieregeling Evenementenfonds 2023

Eventuele bezwaar- en beroepsprocedures ten aanzien van verleende en vastgestelde subsidies op grond van de Subsidieregeling Evenementenfonds 2023 worden beoordeeld op basis van de Subsidieregeling Evenementenfonds 2023.

 

Bijlage 1  

 

Scorelijst behorende bij subsidieregeling Evenementenfonds

Maximaal te behalen punten: 105

 

Aansluiting bij kernwaarden evenementen Amsterdam

(maximaal te behalen punten: 40)

Puntenscore (1-5)

Creativiteit

  • 1.

    Is het evenement in zijn formule origineel?

  • 2.

    Bevat het evenement unieke programma-elementen in vergelijking met soortgelijke evenementen?

Innovatie

  • 3.

    Is het evenement trendsettend in het gebruik van methoden en technieken of in de combinatie van disciplines en specialismen?

  • 4.

    In hoeverre is het evenement bedoeld om innovaties op één of meerdere terreinen voor het voetlicht te brengen?

Leefbaarheid

  • 5.

    Zet het evenement extra in op duurzaamheid (uitwerking van plannen energie, water, afval en groen)?

  • 6.

    Betreft het een unieke / bijzondere locatie van het evenement in het kader van spreiding?

Handelsgeest

  • 7.

    Worden er business-to-business mogelijkheden aan dit evenement gekoppeld?

  • 8.

    Is het evenement bruikbaar voor (internationale) marketing van de stad?

 

Verbinding met de stad

(maximaal te behalen punten: 40)

Puntenscore

(1-5)

Stadsbreed

  • 1.

    Sluit het evenement aantoonbaar aan op de hoofdlijnen van het geldende coalitieakkoord?

  • 2.

    Is het een gratis toegankelijk evenement of zijn er onderdelen die gratis toegankelijk zijn?

  • 3.

    Wanneer vindt het evenement plaats? (ivm spreiding en off-season)

  • 4.

    Is het een terugkerend evenement?

Buurt / wijkgebonden

  • 5.

    Betreft het een buurt- en wijk gebonden initiatief?

  • 6.

    Verstrekt de organisator met zijn evenement de sociale cohesie, gezondheid of onderwijs in de buurt?

Sociaal Maatschappelijke betrokkenheid initiatief / Social return

  • 7.

    Biedt de organisator (tijdelijke) werkgelegenheid aan Amsterdammers met een grote(re) afstand tot de arbeidsmarkt?

  • 8.

    Worden werkzaamheden voor, tijdens of na het evenement uitgevoerd in samenwerking met sociale werkvoorzieningen?

 

Financiële onderbouwing

(maximaal te behalen punten: 25)

Puntenscore

(1-5)

Algemeen

  • 1.

    Is de subsidiabele begroting helder onderbouwd? (moet tenminste 3 punten zijn)

  • 2.

    Staat het aangevraagde subsidie bedrag in verhouding met het aantal bezoekers?

Specifiek

  • 3.

    Maakt de organisator extra kosten ivm aanvullende veiligheidsmaatregelen vanwege de gekozen locatie?

  • 4.

    Maakt de organisator extra kosten ivm aanvullende veiligheidsmaatregelen vanwege de gekozen doelgroep?

  • 5.

    Maakt de organisator extra kosten ivm aanvullende veiligheidsmaatregelen vanwege de gekozen activiteit?

 

Totale puntenscore