| Organisatie | Schagen |
|---|---|
| Organisatietype | Gemeente |
| Officiële naam regeling | Beleid voor veiligheid, vergunningverlening, toezicht en handhaving Schagen 2019-2022 |
| Citeertitel | Beleid voor veiligheid, vergunningverlening, toezicht en handhaving Schagen 2019-2022 |
| Vastgesteld door | gemeenteraad |
| Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
| Eigen onderwerp |
Deze regeling is verlengt bij besluit van 24 januari 2023, bekendgemaakt in Gemeenteblad 2023, 325575.
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
|---|---|---|---|---|---|
| 25-07-2023 | nieuwe regeling | 29-01-2019 |
Voor u ligt het eerste gecombineerde beleid op het gebied van veiligheid en van vergunningverlening, toezicht en handhaving (hierna: VTH) in de fysieke leefomgeving.
Hierin maakt het bestuur van de gemeente de keuzes voor de komende jaren op deze vakgebieden. De capaciteit en de middelen zijn namelijk beperkt. De gemeente zet daarom in daar waar het nodig is (probleem- en risicogericht) en doet dat op een doel- en samenwerkingsgerichte manier.
Op het gebied van veiligheid lijkt er weinig ruimte voor nadere afweging. Na de landelijke en regionale prioritering is de capaciteit zeer beperkt. Dit geldt echter veel minder als een integrale benadering wordt gekozen waarin veiligheidsbeleid en VTH-beleid elkaar aanvullen en versterken. De lokale afwegingsruimte zit vooral in de keuze van prioriteiten en de wijze waarop toezicht wordt gehouden.
De regionale prioriteiten veiligheid zijn:
In dit beleid worden op het gebied van VTH het Magnusniveau en de kroonopgaven geïntroduceerd. Het Magnusniveau is het basisniveau van dienstverlening. Op de kroonopgaven leveren wij extra inzet.
De VTH-prioriteiten (op Magnusniveau) zijn:
De kwantitatieve inzet (in uren en aantal producten) wordt opgenomen in een jaarlijks uitvoeringsprogramma. Op de feitelijke productie wordt jaarlijks teruggeblikt. Hierin wordt gerapporteerd over de kroonopgaven. De kroonopgaven zijn voor 2019 bepaald door de gemeenteraad in een beeldvormende vergadering. Dit zijn:
Medio 2018 koos de raad al voor het vrijmaken van extra middelen en het opstellen van een aparte aanpak voor de revitalisering van recreatieparken.
Naast de raad kunnen provincie en Rijk ook prioriteiten aanwijzen waarop zij extra inzet verlangen. Dit was in het verleden bijvoorbeeld het geval voor ophangsystemen in zwembaden (gebruik roestvrije materialen) en de toepassing van breedplaatvloeren in de bouw.
Schagen heet ook wel de Magnusveste, genoemd naar de legendarische ridder Magnus van Schagen, aan wie heldendaden worden toegeschreven bij de kruistocht naar en verovering van Damiate. Op het wapen van Schagen staat ridder Magnus met zijn wapenschild. Het wapen is na samenvoeging van Zijpe en Harenkarspel voorzien van een gravenkroon.
Schagen wil een veilige, gezonde, leefbare en duurzame gemeente zijn. Om dit te bereiken en te behouden voert de gemeente diverse taken uit op het gebied van veiligheid enerzijds en van vergunningverlening, toezicht en handhaving (hierna: VTH) in de fysieke leefomgeving anderzijds. Dat doet zij samen met vele partners (zie bijlage 1) zoals politie, de veiligheidsregio, de regionale uitvoeringsdienst, de provincie en andere gemeenten in Noord-Holland. Maar nog belangrijker, dat doet de gemeente samen met haar bewoners, ondernemers, instellingen en bezoekers. Net zoals ridder Magnus. Hij voerde de kruistocht naar Damiate niet alleen. Dat geldt ook voor de “kruistocht” voor veiligheid, gezondheid, leefbaarheid en duurzaamheid.
Het is voor de eerste keer in Schagen dat het Veiligheidsbeleid en het VTH-beleid gecombineerd worden aangeboden. Dit is om twee redenen. Op de eerste plaats is het een uiting van het streven van de gemeente om veiligheids- en VTH-onderwerpen integraal te benaderen. Daarnaast zijn de VTH-taken nauw verbonden met veiligheid. Deze taken worden dan ook wel gezien als randvoorwaarden voor een veilige en leefbare woon-, werk- en leefomgeving.
De gemeente kiest voor een probleem- en risicogerichte inzet van de beperkte middelen die het ter beschikking heeft. Zij doet dat op een doel- en samenwerkingsgerichte manier uit. In het voor u liggende beleid voor veiligheid, vergunningverlening, toezicht en handhaving worden de keuzes en prioriteiten vastgelegd voor de periode 2019 tot 2022.
In het beleid hanteert de gemeente, naar analogie van het wapen van Schagen, een werkwijze, inhoudende dat:
Uitgangspunt is dat een professionele uitvoering van de veiligheids- en VTH-taken programmatisch en daarmee op een planmatige en cyclische wijze plaatsvindt. De grondslag voor deze programmatische aanpak vormt de zogenaamde dubbele regelkring of BIG-8 cyclus (zie figuur).
De elementen uit de BIG-8 zijn als proceseisen wettelijke verplicht gesteld om de kwaliteit van vergunningverlening, toezicht- en handhaving te borgen. De provincie controleert jaarlijks via het interbestuurlijk toezicht of de VTH-taken in het omgevingsrecht adequaat zijn vormgegeven. De elementen van de BIG-8 passen ook bij de landelijke methode Kernbeleid Veiligheid van de VNG.
In dit beleid wordt onder andere inzicht gegeven in prioriteiten, doelen en strategieën voor het bereiken van deze doelen. De prioriteiten en doelen worden mede aan de hand van een veiligheids- en omgevingsanalyse bepaald. Ook worden in het beleid indicatoren vastgelegd aan de hand waarvan de doelbereiking wordt gemeten.
Dit beleid vormt gedurende de rest van de bestuursperiode, tot 2022, de basis voor jaarlijkse uitvoeringsprogramma’s voor veiligheid en voor vergunningverlening, toezicht en handhaving. Deze programma’s geven inzicht in de programmering van concrete activiteiten van de gemeente en de inzet op deze activiteiten. Deze inzet is mede afhankelijk van de beschikbare capaciteit en middelen. De uitvoering van het beleid en de uitvoeringsprogramma’s worden jaarlijks geëvalueerd en verantwoord in een jaarverslag.
Veiligheidsvelden en VTH-domeinen
In onderhavig beleid worden alle facetten van veiligheid bijeengebracht, waarbij alle betrokkenen gezamenlijk trachten te komen tot een veiligere samenleving. Hierbij is van belang dat alle schakels in de keten goed op elkaar aansluiten en dat er een goede systematiek, samenhang en samenwerking is bij de ontwikkeling en uitvoering van dit beleid. Integraal verwijst zowel naar organisatorische als naar inhoudelijke aspecten van het veiligheidsplan. Veiligheid kan omschreven worden als: “de afwezigheid van bedreigingen van een als wenselijk ervaren toestand”. Onveiligheid is al hetgeen daarop inbreuk maakt.
Veiligheid kan opgesplitst worden in:
In november 2018 is het integraal meerjarenbeleidsplan veiligheid 2019-2022 Noord-Holland vastgesteld door alle gemeenteraden van Noord-Holland. In dit beleid zijn de thema’s opgenomen waarvan politie, gemeenten en Openbaar Ministerie gezamenlijk hebben besloten dat er een integrale impuls of in ieder geval intensivering op het niveau van de eenheid Noord-Holland noodzakelijk en mogelijk is. Dit alles met het doel dat iedere partner bijdraagt en haar verantwoordelijkheid neemt in de bijdrage aan de veiligheid van onze inwoners. Veiligheid is overigens niet alleen een verantwoordelijkheid van de netwerkpartners in deze, maar ook van de inwoners van onze gemeente. Onze inwoners hebben ook een belangrijke rol in het veiligheidsgevoel. Onze inwoners moeten zich verantwoordelijk voelen hiervoor en hier aan participeren. Alleen samen kunnen wij hier resultaten in bereiken.
Het beleid is ingericht conform vijf vastgestelde veiligheidsthema’s:
Veiligheid en leefbaarheid in de alledaagse woon- en leefomgeving, in de wijk, de buurt en de straat. Hoofdthema’s zijn sociale kwaliteit, fysieke kwaliteit, objectieve veiligheid en subjectieve veiligheid (veiligheidsgevoel). Bij sociale kwaliteit gaat het vooral om de thema’s woonoverlast, alcohol- en drugsoverlast, overlast van verwarde personen. Bij fysieke kwaliteit om vernielingen en verloedering/zwerfvuil. Bij objectieve veiligheid om verschillende vormen van vermogens- en geweldscriminaliteit zoals woninginbraak, auto-inbraak, fietsendiefstal, diefstal van motorvoertuigen, straatroof, bedreiging, mishandeling, huiselijk geweld.
De VTH-taken in de fysieke leefomgeving dragen bij aan de doelen die gesteld worden voor deze veiligheidsvelden. Het beleid omvat meer specifiek de volgende vier VTH-domeinen:
Dit betreft voornamelijk bestemmings- en omgevingsplannen (ter voorbereiding op de Omgevingswet). Verder het bouwen en gebruiken in strijd met het bestemmingsplan (vergund of onvergund). Belangrijke handhavingsthema’s zijn het gebruik van loodsen en bedrijvigheid in woningen. Dit raakt ook snel aan ondermijning.
Dit betreft onder andere de omgevingsvergunning voor de activiteit aanleggen, bouwen, slopen, wijzigen monument en het toezicht hierop. Andere belangrijke handhavingsthema’s zijn brandveilig gebruik en het permanent wonen op recreatieparken, het recreëren in woningen en het wonen op bedrijventerreinen.
Vergunningen en meldingen die op grond van de APV zijn voorgeschreven, alsmede algemene regels die in de APV zijn opgenomen. Op grond van openbare orde, veiligheidsaspecten, milieuredenen of het uiterlijk aanzien wil de gemeente vat houden op de inrichting en het gebruik van het gemeentelijk gebied. Handhavingsthema’s zijn bijvoorbeeld hondenoverlast, wildkamperen en het parkeren van grote voertuigen.
In dit domein draait het om de regelgeving die in andere wetgeving is geregeld dan hierboven genoemd. Het gaat dan vooral om de VTH-taken in de drank en horecawet, maar ook gevaarzetting in het verkeer (verkeerswetgeving). Belangrijke handhavingsthema’s zijn het schenken van alcohol aan minderjarigen en overlast van klei op de wegen.
De veiligheidsthema’s en VTH-domeinen hangen als volgt samen:
Samenhang met specifiek beleid
Het voorliggend document betreft het algemene veiligheids- en VTH-beleid. Indien specifiek beleid op een bepaald terrein is vastgesteld, dan gaat dit voor op het algemene beleid. Bestaand beleid en bestaande verordeningen worden regelmatig geëvalueerd en zo nodig aangepast. In de komende beleidsperiode wordt bezien of er behoefte is aan nieuw beleid op in elk geval de volgende gebieden:
PROBLEEM- EN OMGEVINGSANALYSE EN PRIORITEITSTELLING
Schagen is een gemeente in de kop van Noord-Holland die in 2013 is ontstaan uit de samenvoeging van gemeenten Zijpe, Harenkarspel en Schagen. Schagen wordt in het noorden begrensd door de gemeente Den Helder, in het oosten door Hollands Kroon en in het zuiden door Langedijk en Bergen. In het westen wordt Schagen begrensd door de Noordzee.
De gemeente Schagen bestaat uit een groot aantal kernen. Het grootste deel van de 46.532 inwoners woont in de kern Schagen, gevolgd door de kernen Warmenhuizen en Tuitjenhorn. De meeste kernen (16) zijn met minder dan 1.000 inwoners echter klein te noemen. De bevolkingsopbouw en ontwikkeling daarin verschilt sterk per kern.
Schagen kenmerkt zich door een grote diversiteit. De gemeente heeft een oppervlakte van 187,5 km². Naast voornoemde kernen is er een groot buitengebied. Hier vindt voornamelijk landbouw plaats die varieert van bollenteelt tot veehouderij en kolenbouw.
Er zijn meerdere bedrijventerreinen, waarbij bedrijventerrein Lagedijk in de kern Schagen en ’t Zand een haven hebben. Bovendien is er nabij Lagedijk een recreatiehaven gelegen.
Daarnaast heeft gemeente Schagen ongeveer 14 km kust. Deze trekt in het zomerseizoen veel toeristen. De badplaatsen Sint Maartenszee, Callantsoog en Groote Keeten trekken van oudsher al veel toeristen. Sinds kort is Petten aan dit rijtje toegevoegd. Door de kustversterkende werkzaamheden uitgevoerd door Hoogheemraadschap Holland Noorderkwartier in samenwerking met Rijkswaterstaat, is het strand van Petten uitgebreid. In de gemeente zijn relatief veel recreatieparken gelegen (oorspronkelijk) om die toeristen te bedienen.
Jaarlijks vinden vele grote en kleine evenementen plaats. Veel van deze evenementen trekken bezoekers uit de regio en soms zelfs uit het hele land. Voorbeelden zijn Paasvee, Badpop, Popweekend Schagen en de Westfriese folkloremarkt.
Jaarlijks wordt er samen met de politie een lokaal criminaliteits- en veiligheidsbeeld gemaakt van het basisteam Den Helder. Hierin wordt gekeken naar de harde cijfers uit het politiesysteem en de zachte informatie vanuit de gemeenten. Al een aantal jaren dalen de meeste cijfers op het gebied van veiligheid. Gezamenlijk kijken we naar a-typische ontwikkelingen en mogelijkheden om de cijfers verder te laten dalen. In 2018 is gebleken dat de geweldscijfers gestegen zijn en dat 50% van deze cijfers gepleegd zijn in het uitgaansgebied. In 2019 wordt onderzocht wat de precieze oorzaak is en wat voor plan van aanpak hierop toegepast kan worden om te zorgen dat de veiligheid in het uitgaansgebied verbeterd. Ondanks dat dit geen prioriteit is, heeft dit onderwerp zeker de aandacht van politie en gemeente en zal er nauw worden samengewerkt.
Uitgaansgeweld concentreert zich in het centrum van Schagen, en wordt daarnaast vooral geconstateerd bij grote evenementen zoals Paasvee en de kermissen. Er zijn diverse jeugdgroepen actief Op het moment dat er signalen zijn van een overlastgevende jeugdgroep wordt deze direct conform de afspraken rondom de aanpak van jeugdgroepen in kaart gebracht en aangepakt. In 2018 is een ondermijningsbeeld opgesteld voor Schagen. Net als in iedere gemeente komt ondermijning in Schagen voor. Het ondermijningsbeeld heeft nog veel blinden vlekken. De komende jaren wordt geïnvesteerd in de samenwerking met onder andere de Ondernemersfederatie Schagen om een betere informatiepositie te krijgen op de bedrijventerreinen. . Er zijn wel aanwijzingen (bijvoorbeeld een aantal aansprekende arrestaties in 2018) dat dit een probleem is in Schagen.
De grote diversiteit van de gemeente Schagen leidt ook tot een grote verscheidenheid aan VTH-thema’s die aandacht vragen. Voor het buitengebied is de huisvesting van arbeidsmigranten een belangrijk thema. Misstanden en onveilige situaties vragen een repressieve aanpak. Tegelijkertijd is er een duidelijke behoefte aan (slaap)plaatsen. Dit vraagt ook een aanpak aan de vergunningenzijde.
De recreatiesector is ‘scheefgegroeid’. Op veel recreatieparken wordt permanent gewoond. Tegelijkertijd worden veel woningen in de kernen aan de kust te huur en te koop aangeboden als vakantieadres.
Op de vele evenementen, maar ook in de horeca blijkt regelmatig dat men in Schagen en de regio wel van een borrel houdt en hier relatief vaak (te) jong mee begint. In Noord-Holland Noord lijken bewoners dit ook nog te vaak acceptabel te vinden. Dit is niet alleen een probleem van horeca, evenementenorganisatoren en gemeente, maar gaat ook om een verandering bij ouders/verzorgers.
In de afgelopen beleidsperiode is de eerder ontstane achterstand in controles op brandveiligheid en de actualisatie van drank- en horecavergunningen goeddeels ingehaald. Dat betekent dat hier op deze gebieden op basisniveau kan worden ingezet. Brandveiligheid en constructieve veiligheid blijven prioriteit houden, wegens de mogelijke grote schadelijke gevolgen van incidenten.
De grootste bron van meldingen in de openbare ruimte is het stilstaand verkeer: caravans en andere grote voertuigen die het zicht belemmeren, het blokkeren van uitritten en het parkeren bij kruisingen.
In 2017 is aan een bewonerspanel gevraagd welke thema’s zij belangrijk vinden. De drie prioriteiten die inwoners op het gebied van bouwtoezicht vooral kiezen zijn brandveiligheid van de horeca, veiligheid bij evenementen en constructieve veiligheid. In de openbare ruimte zijn de drie prioriteiten jeugdoverlast, klei op de weg en hondenoverlast. Als gevraagd wordt naar de onderwerpen waaraan de gemeente te weinig aandacht besteedt, vallen de woorden ‘parkeren’ en ‘honden’ het meest.
In de Omgevingswet, die naar verwachting in 2021 in werking zal treden, worden vijftien bestaande wetten voor onder meer bouwen, milieu, water, ruimtelijke ordening en natuur gebundeld. In de Omgevingswet is de inrichting niet meer het uitgangspunt voor regelgeving maar de activiteiten die worden uitgevoerd. Zo wordt het voor een in initiatiefnemer makkelijker om ruimtelijke projecten te starten, zoals woningbouw op voormalige bedrijventerreinen of de bouw van windmolenparken.
Onder de Omgevingswet ontstaat meer ruimte voor flexibiliteit, een integrale aanpak en het maken van belangenafwegingen op lokaal en regionaal niveau. De Omgevingswet gaat uit van de eigen verantwoordelijkheid van burgers en bedrijven. De gemeente start in 2019 met opleidingen over de veranderingen in zowel de wet als de werkwijze in de VTH-keten.
Ook de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen is uitgesteld (verwachte inwerkingtreding 1 januari 2021). Ingevolge deze wet dienen marktpartijen aan te tonen dat hun bouwproject voldoet aan het wettelijke kwaliteitsniveau. Dat betekent dat de gemeente dit doorgaans niet meer actief hoeft te toetsen. Die bewaakt alleen of er een certificaat is afgegeven door een daartoe bevoegde instantie. De verantwoordelijkheid komt bij de bouwer/aanvrager te liggen.
Dit past binnen de uitgangspunten zoals neergelegd in het coalitieprogramma. Men neemt de eigen verantwoordelijkheid: “Mensen die zich aan elkaar storen worden aangemoedigd dat eerst samen uit te praten voordat er bij de gemeente om bijvoorbeeld handhaving of controle wordt gevraagd.”
De invoering van beide wetten vraagt een geheel andere werkwijze binnen de VTH-keten. De Omgevingswet vraagt een integrale beoordeling, waarbij het uitgangspunt medewerking aan het initiatief is. De Wet kwaliteitsborging betekent dat heel veel aspecten die voorheen getoetst werden, worden losgelaten en dat de aandacht van toezicht en handhaving verschuift naar bijvoorbeeld reeds bestaande bouw.
In het regionale Integrale Meerjarenbeleidsplan Veiligheid 2019-2022 zijn vier thema’s geprioriteerd voor veiligheid:
De gemeente Schagen benadert vergunningverlening, toezicht en handhaving risicogericht. Voor de toezichts- en handhavingstaken is in 2014 een risicoanalyse opgesteld. De prioriteiten zijn gebaseerd op een inschatting van de risico’s voor de veiligheid en gezondheid. Ook zijn aspecten als kwaliteit van de leefomgeving meegewogen. Daarnaast heeft de politiek en het bestuur bepaald welke prioriteiten voor toezicht en handhaving gelden.
Deze risicoscan is in 2016 en 2018 geactualiseerd aan de hand van de evaluaties over de afgelopen jaren en afstemming met het bestuur en ketenpartners. Daarnaast zijn ook de vergunningverleningstaken toegevoegd. De analyse heeft geleid tot een prioriteitstelling voor de VTH-taken die als bijlage bij dit beleidsplan gevoegd.
VERTALING PRIORITEITEN NAAR DOELEN EN STRATEGIEËN
In de volgende hoofdstukken zijn per veiligheidsveld verschillende thema’s beschreven. Per thema is weergegeven:
Toelichting Magnus-niveau voor de VTH-taken
In algemene zin kan het volgende over het Magnus-niveau voor de VTH-taken gezegd worden.
Bij vergunningverlening wordt de gekozen prioritering vertaald naar het niveau van diepgang van toetsing van de aanvraag. In kwantitatieve zin kan er geen prioritering plaatsvinden. Vergunningverlening is een vraaggestuurd proces waar de gemeente weinig invloed op heeft. Een ingekomen vergunningaanvraag moet nu eenmaal binnen de wettelijke termijnen worden afgehandeld. Toetsing van vergunningaanvragen (en meldingen) wordt voorts risicogestuurd uitgevoerd.
Gelet op de beperkte capaciteit en om lasten voor burgers en bedrijven te beperken is het noodzakelijk om keuzes te maken en ‘slim’ toezicht te houden. Dit wil zeggen dat de controlefrequentie afgestemd wordt op het potentiële risico. Bij omgevingsvergunningen bouwen worden naast de geprioriteerde gebouwen steekproeven gehouden, waarbij een volledige controle plaatsvindt. Deze vindt plaats aan de hand van het Integraal Toezichtprotocol (iTP). In het uitvoeringsplan is de matrix opgenomen, waarin per type bouwwerk is aangegeven welk toezicht plaatsvindt.
De RUD NHN voert ook geplande controles uit. Indien ook bouwactiviteiten worden gecontroleerd worden de ‘externe’ inspecteurs ondersteund door de inspecteurs van het taakveld Toezicht en Handhaving. Toezicht vanuit de Veiligheidsregio vindt al incidenteel plaats en altijd op verzoek van de gemeente. Zo wordt de controledruk voor ondernemers verlaagd en de efficiency van de controles verhoogd.
Slim toezicht houden betekent ook informatiegestuurd handhaven. Dat wil zeggen dat zo veel mogelijk informatie wordt samengebracht om gericht locaties of personen te bezoeken. Dit betreft informatie uit rapportages van eerdere bezoeken, uit meldingen en verzoeken, uit inschrijvingen zoals de basisregistraties, maar soms ook politie-informatie en belastinginformatie. In 2018 is het Research Data Center Schagen begonnen. Hierbinnen kan metadata van onder meer het CBS worden veredeld, bijvoorbeeld over verkeersstromen van en naar recreatieparken in de gemeente.
Jaarlijks ontvangt de gemeente diverse handhavingsverzoeken en meldingen en/of klachten over RO- en bouwgerelateerde zaken. Voorbeelden hiervan zijn klachten over (vermeend) illegaal bouwen, vragen over houtkachels, panden die (illegaal) bewoond worden enz. Een groter aantal meldingen gaat over diverse zaken uit de APV. Het gaat dan bijvoorbeeld over loslopende honden, het parkeren met grote voertuigen, stank- en geluidsoverlast of voorwerpen op of aan de weg.
In lijn met het coalitieakkoord en het langer geleden uitgesproken uitgangspunt om verantwoordelijkheid daar te leggen waar deze hoort, zullen wij klagers en melders meer aanspreken op zelfredzaamheid. Daarbij hanteren we de definitie van het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid: “Burgers kunnen onveilige situaties in veel gevallen zelf voorkomen en aanpakken. Als zij bij overlast, verloedering en kleine criminaliteit een actieve houding aannemen, verbetert dat bovendien de veiligheid(sbeleving) in de buurt.” Met andere woorden wij zullen mensen vragen wat zij zelf hebben ondernomen en eventueel doorverwijzen naar buurtbemiddeling, voordat we ter plekke stappen ondernemen.
Meldingen en klachten zijn en worden anders behandeld dan handhavingsverzoeken als bedoeld in de Algemene wet bestuursrecht. Het grote verschil is dat op meldingen/klachten geen besluit hoeft te worden genomen. Uiteraard wordt bij niet-anonieme klachten/meldingen wel teruggekoppeld aan de melder, wat er met de klacht is gebeurd.
Indien een toezichthouder een controlebezoek of een andere vorm van toezicht uitoefent, is het van belang dat de uitkomsten hiervan worden vastgelegd. Niet alleen als er overtredingen worden geconstateerd, maar ook als er geen bijzonderheden zijn waargenomen. Uitgangspunt is dat de uitkomst van de verrichte toezichtsinspanning wordt vastgelegd.
Uitgangspunt van de sanctiestrategie is dat het gedrag van de overtreder ten tijde van het begaan van de overtreding en de ernst van de overtreding bepalend zijn voor de keuze van het in te zetten sanctiemiddel. Een bewust gemaakte overtreding met een ernstig gevolg wordt zwaarder aangepakt, bijvoorbeeld met een mix van bestuursrechtelijke en strafrechtelijke middelen. Hierbij is nauwe samenwerking met de politie en het Openbaar Ministerie vereist. De hoogte van de dwangsommen verschilt gelet op dit uitgangspunt ook per overtreding.
Overtredingen van de eigen gemeente of andere overheden worden op dezelfde wijze afgedaan als overtredingen van andere rechtspersonen. Als normaal gesproken een gesprek plaatsvindt dan vindt dat met een overheidsinstantie plaats met het managementteam of afdelingshoofd van de verantwoordelijke afdeling.
De gemeente wil sturen op veiligheid en nalevingsgedrag, maar tot op heden worden alleen onveiligheid en overtredingen gemeten. Bovendien betreft het alleen onveiligheid en overtredingen die daadwerkelijk worden geconstateerd. De gemeente wil bijvoorbeeld zorgdragen voor doorstroming bij parkeerruimte (bijvoorbeeld door instelling van een blauwe zone), maar meet alleen hoeveel boetes er zijn uitgeschreven. De benodigde informatie wordt nu dus (nog) niet gehaald uit de toezichts- en handhavingsactiviteiten. De uitdaging voor de komende periode is om met de partners, ondernemers en burgers een methode te zoeken om veiligheid en nalevingsgedrag te meten en het causaal verband tussen inzet en die naleving en veiligheid te duiden.
De kroonopgaven omvatten per definitie maatwerk. Het startpunt van deze opgaven is een 0-meting (hoe groot is het probleem). Vervolgens worden hier SMART geformuleerde, ambitieuze doelstellingen op geformuleerd. De gemeente wil echt een flinke slag slaan in het bestrijden van het bewuste probleem.
De kroonopgaven waarmee deze beleidsperiode wordt aangevangen zijn gekozen door de raad en zijn:
Het betreft een aanpak die ziet op het mobiliseren van positieve krachten op de parken, aangevuld met handhavingsactiviteiten. Er is begonnen op het meest problematische (in termen van klachten, meldingen) park binnen de gemeente.
Het uitvoeren van een ketenaanpak overlast verwarde personen, met als doel verminderen overlast en bieden van de juiste zorg voor verwarde personen.
Uitvoeren integrale controles horeca-inrichtingen in combinatie met actieve samenwerking met gebouweigenaren (bovenwettelijke aanpak), met als doel verhogen veiligheid horeca-inrichtingen.
Uitvoeren informatiegestuurde en integrale controles van verblijven van arbeidsmigranten, met als doel aanpak onveiligheid en ondermijning gerelateerd aan arbeidsmigranten.
Uitvoeren ketenaanpak groepsgedrag, met als doel vergroten weerbaarheid van jongeren.
Het tegengaan van (ondermijnende) criminaliteit die de gemeente en haar partners en het vertrouwen daarin schaadt | |
Ondermijning is een breed probleem en vergt een brede, integrale aanpak. Samen met het RIEC is een ondermijningsbeeld opgesteld voor de gemeente Schagen. Er wordt een efficiënte structuur opgezet om signalen met elkaar te delen. Alle middelen en instrumenten die de gemeente tot haar beschikking heeft worden ingezet om ondermijning te bestrijden en te voorkomen. | |
Signalen van ondermijning worden gemeld bij het aanspreekpunt. Het Bibob-beleid wordt gevolgd. Indien gegevens op grond van de Bibob worden gevraagd worden die op detailniveau beoordeeld. | |
Ondermijning kan alle onderwerpen die in dit beleid zijn omschreven treffen. Achter de huisvesting van arbeidsmigranten kan uitbuiting schuilen, in de loods die ogenschijnlijk leegstaat kan een drugslaboratorium gevestigd zijn. De toezichthouders zijn oren en ogen op straat en cruciaal in het verzamelen en afgeven van signalen. Andersom geldt dat signalen van ondermijning kan betekenen dat de prioriteit verschuift en dus naar een andere categorie gaat. De te hoge schutting krijgt dan (bij wijze van spreken) opeens wel een hoge prioriteit vanwege wat zich daarachter begeeft of kan begeven. Een en ander gaat in overleg, want andersom kan ook: er wordt niet gecontroleerd om een lopend onderzoek van een andere overheidspartij niet te verstoren. Soms wordt – in overleg – het breekijzer van controle op planologisch gebruik gebruikt om achter de voordeur te kunnen kijken. | |
Ondermijning kan alle onderwerpen die in dit beleid zijn omschreven treffen. Tenzij er bijzondere (verzwarende) omstandigheden zijn blijven de handhavingsstrategieën gewoon gelden. | |
Kwetsbare groepen beschermen door de verbinding te zoeken en de dialoog aan te gaan. Waar nodig inzetten op risico’s en begeleiden van mensen die dreigen te radicaliseren. | |
De toezichthouders zijn oren en ogen op straat en cruciaal in het verzamelen en afgeven van signalen en soms (in overleg) om het eerste contact te leggen. | |
Het beschermen van de openbare orde door de loop van en naar percelen van waaruit de veiligheid wordt bedreigd er uit te halen. | |
Het Damoclesbeleid wordt met regelmaat geactualiseerd en zo nodig aangepast in overleg met de driehoekspartners. | |
Bij het aantreffen van of controleren op activiteiten die de openbare orde, veiligheid of volksgezondheid bedreigen wordt de politie ingeschakeld. Indien het initiatief van de controle bij de gemeente lag, draagt de toezichthouder zorg voor een bestuurlijke rapportage. Indien een pand gesloten is, wordt dit door de toezichthouder verzegeld. De toezichthouder controleert de verzegeling periodiek (maximale periode twee weken). | |
Het Damoclesbeleid wordt gevolgd. In hoofdlijnen betekent dit dat een woning voor drie maanden wordt gesloten en een bedrijfspand voor zes maanden door middel van bestuursdwang. Indien het geen drugs betreft wordt naar analogie van het Damoclesbeleid gehandeld. | |
Zorgdragen voor een integer en weerbaar lokaal bestuur en ambtenarenapparaat | |
Er wordt een actief integriteitsbeleid gevoerd. Nieuwe ambtenaren nemen deel aan een (verplichte) bijeenkomst waarbij aandacht wordt besteed aan alle aspecten van integriteit in hun werk. Ze leggen daar ook de eed of belofte af. Jaarlijks wordt een week van de integriteit georganiseerd, waarin aandacht wordt besteed aan integriteit in het algemeen en een thema binnen dit onderwerp. | |
Agressie en geweld tegen ambtenaren/Veilige Publieke Taak dgrwer | |
Het voorkomen van agressie en geweld tegen ambtenaren en het nemen van effectieve maatregelen mocht dit wel voorkomen. | |
Agressie en geweld tegen ambtenaren wordt niet getolereerd. Er is een agressieprotocol opgesteld. Dit wordt gevolgd. Zo nodig wordt aangifte gedaan en eventuele schade wordt verhaald. Landelijk gelden afspraken met het OM over de vervolging van en (zwaardere) strafeisen bij geweld tegen ambtenaren. | |
Boa’s en in mindere mate toezichthouders lopen een verhoogd risico om met agressie en geweld te worden geconfronteerd. Zij vervullen een voorbeeldfunctie in relatie tot het agressieprotocol. Na uitrol van het portofoonsysteem beschikken de boa’s over de mogelijkheid een noodoproep te doen richting politie. Zelf zullen zij, indien mogelijk, ook reageren op noodoproepen van de collega-ambtenaren. De boa’s worden regelmatig benaderd met het verzoek om collega’s te begeleiden of aanwezig te zijn bij huisbezoeken, avondopenstelling of informatieavonden over een beladen onderwerp. De boa’s zijn echter geen beveiligers en geven geen gehoor aan dergelijke verzoeken. | |
De gemeentelijke organisatie van Schagen werkt niet alleen aan de veiligheid, gezondheid, leefbaarheid en duurzaamheid. Voor de hand liggende partners zijn het Openbaar Ministerie en de politie. Daarnaast werkt Schagen samen met de andere ketenpartners, zoals de Veiligheidsregio, de Regionale Uitvoeringsdienst Noord-Holland Noord (RUD), het Waterschap en de provincie. Ketensamenwerking zorgt ervoor dat bevoegdheden van diverse publieke actoren bij de uitvoering beter op elkaar aansluiten en afgestemd op elkaar worden ingezet. Netwerksamenwerking zorgt voor aanvullende synergie.
Belangrijke ketenpartners zijn de politie en het OM. In de vergunningverlening heeft de politie een belangrijke rol bij de advisering over vergunningen op grond van de Drank- en Horecawet en de APV. De advisering ligt grotendeels bij de wijkagenten van de politie of deze zetten de adviezen uit binnen hun organisatie. De politie heeft een BOA-coördinator voor Noord-Holland Noord. Via deze functionaris worden bijvoorbeeld de bevoegdheden van de Buitengewoon Opsporingsambtenaren (Boa’s) vastgelegd en hij coördineert het opleidingsprogramma. Ook bij Toezicht en Handhaving vindt de afstemming vooral plaats met de wijkagenten. De politie heeft daarnaast een contactpersoon voor de gemeente Schagen aangewezen. Het OM beslist over de vervolging bij aangiftedelicten. Afstemming tussen politie, OM en gemeente (vertegenwoordigd door de Burgemeester) vindt plaats in het driehoeksoverleg.
Het onderbrengen van de basis(milieu)taken bij de RUD is een wettelijke verplichting. De gemeente heeft er voor gekozen om per 1 januari 2019 de niet-basistaken terug te nemen. Binnen de gemeentelijke organisatie wordt de regie gevoerd door de afdeling Ruimte. De RUD heeft een eigen probleemanalyse en VTH-strategie 1 opgesteld. Op basis hiervan wordt, rekening houdend met gemeentelijke prioriteiten, een uitvoeringsprogramma opgesteld dat ter vaststelling aan het college wordt aangeboden. De basistaken zijn daarom niet verder opgenomen in dit beleidsplan. Uiteraard is het zaak voor de gemeente om te bewaken dat de strategieën, werkwijzen en samenwerking is afgestemd en is geborgd.
De uitvoering van diverse taken op het gebied van brandweerzorg en fysieke veiligheid is uitbesteed aan de Veiligheidsregio Noord-Holland-Noord (VRNHN). Een deel van de taken is daar verplicht ondergebracht. Dit is geregeld in de Wet veiligheidsregio’s. Binnen de VTH-keten is het onderdeel brandweerzorg van de VRNHN de belangrijkste partner.
De VRNHN heeft een algemeen beleidsplan2 opgesteld. Binnen de uitgangspunten van dit beleidsplan zijn diverse programma’s opgesteld, onder meer ambulancezorg, brandveiligheid en veiligheidshuis. De programma’s worden per gemeente aangevuld.
De algemene doelstelling van de VRNHN luidt: De Veiligheidsregio NHN richt zich op het verkleinen van risico’s en het beperken van leed en schade bij incidenten en realiseert dit door het bieden van adequate hulp en het samenwerken met alle bij de veiligheid en hulpverlening betrokken partijen. Daarbij worden burgers en bedrijven gestimuleerd tot het nemen van eigen verantwoordelijkheid en actief betrokken bij de hulpverlening.
Deze doelstelling vertaalt zich op het gebied van brandveiligheid in de volgende strategie:
Het beperkte regelgerichte toetsen en toezicht wordt vervangen door een integrale risicogerichte benadering van brandveiligheid. Een belangrijk uitgangspunt hierbij is dat burgers en bedrijven in staat zijn eigen verantwoordelijkheid te dragen voor brandveiligheid als zij bekend zijn met de risico’s in de eigen omgeving, weten welke handelingsperspectieven daarbij horen en weten waar de grenzen liggen van het overheidsoptreden.
De veiligheidsregio adviseert over de vergunningen/meldingen brandveilig gebruik voor zo ver de risico’s hoog worden ingeschat. Boven de zogenoemde maatlat (kerntaken die door de gemeentelijke brandweer werden uitgevoerd, maar waarvan de VRNHN aangeeft dat die ook door gemeenten zelf kan worden gedaan) adviseert de brandweer. Jaarlijks wordt een pakket risicobeheersing met een omvang van ongeveer 0,75 fte afgenomen. De inhoud hiervan wordt jaarlijks vastgesteld. De uitbestede dienstverlening is vastgelegd in een afsprakendocument.. De regie ligt binnen de gemeente bij de afdeling Ruimte. Het is uiteraard zaak voor de gemeente om te bewaken dat de strategieën, werkwijzen en samenwerking met andere partners op elkaar zijn afgestemd en geborgd.
In het veiligheidshuis werken gemeente, politie, openbaar ministerie en zorg samen. De focus ligt op complexe (multi)problematiek, maar soms ook op veiligheidsproblematiek in Schagen. Alle partijen kunnen een casus inbrengen. Er wordt gewerkt volgens het gedachtegoed: één gezin, één plan, één regisseur. De casusregisseur stemt de hulp op elkaar af en houdt in de gaten of de afspraken worden nagekomen. Zo komt de hulp snel en efficiënt tot stand.
De GGD participeert in veel trajecten met de gemeente. Vaak gaat het dan om de preventieve of voorlichtingskant van bijvoorbeeld alcohol- en drugsgebruik. Ook in het veiligheidshuis en bijvoorbeeld op het gebied van huiselijk geweld is de GGD een belangrijke partner. In de Omgevingswet zijn regels opgenomen over een gezonde fysieke leefomgeving. Gezondheid gaat een van de aspecten vormen die opgenomen moeten worden in het omgevingsplan. Het gaat dan bijvoorbeeld om de aanwezigheid van groen, mogelijkheden tot sporten en recreëren, maar ook gezondheidseffecten van geluid, stoffen in de bodem en de luchtkwaliteit.
Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier
Met het waterschap wordt samengewerkt op het gebied van waterkwantiteit en het beschermen van primaire en secundaire waterkeringen. Het waterschap verleent vergunningen, houdt toezicht en handhaaft op basis van de Waterwet. De verleende vergunningen worden gedeeld met de gemeente zodat deze kan zien of er nog samenloop is met door de gemeente af te geven vergunningen. Overigens kan het ook zo zijn dat de gemeente een omgevingsvergunning moet afgeven voor een werk nabij een waterkering waarbij advies van het waterschap nodig is. Indien het waterschap (ook) bevoegd is bij handhaving vindt op uitvoerend niveau afstemming plaats. Indien mogelijk vindt een controle gelijktijdig plaats. Het Hoogheemraadschap is weliswaar waterbeheerder maar geen bevoegd gezag meer bij indirecte lozingen, zoals lozingen op het riool. De samenwerking die hier plaatsvindt, is vooral tussen gemeente en RUD, zo nodig wordt het waterschap ingeschakeld voor informatie of expertise.
De provincie heeft de regierol bij VTH taken en – sinds de opheffing van de VROM-inspectie - een taak als toezichthouder op de uitvoering van de gemeentelijke WABO taken.
De provincie heeft veel van haar milieutaken per 1 januari 2016 aan de RUD uitbesteed. Het gaat om vergunningverlening, toezicht en handhaving op het gebied van de Natuurbeschermingswet, Flora- & Faunawet, Boswet, Natuurschoonwet, de Milieuverordening stiltegebieden en de Wet hygiëne en veiligheid badinrichtingen en zwemgelegenheden. Daarnaast worden ook de vergunningverlening bodem en handhaving wegen & vaarwegen bij de RUD NHN ondergebracht.
Andere taken vanwege de uitvoering van ‘groene wetten’ en de ruimtelijke ordening voert de provincie zelf uit. Hierbij vindt vaak overleg plaats tussen provincie en gemeente.
Netwerkpartners zijn niet afhankelijk van elkaar, maar kunnen elkaar door samenwerking versterken.
De gemeenten Schagen, Den Helder, Hollands Kroon en Texel hebben een verregaande samenwerking op het gebied van sociale en economische zaken. De economische samenwerking richt zich op de uitvoering van projecten zoals de havens en Oudesluis. In het sociaal domein vindt bijvoorbeeld ook het jeugdwerk plaats. Bij de aanpak van jongerenoverlast vormt dit een schakel in de aanpak. Tussen deze gemeenten vindt ook binnen de VTH-keten op ambtelijk niveau overleg en afstemming plaats. Zo wordt bijvoorbeeld de aanpak van alcoholgebruik door minderjarigen gezamenlijk besproken, waarbij ook de GGD wordt betrokken. Waar mogelijk worden zo schaalvoordelen behaald.
In voorkomende gevallen worden BOA’s van andere gemeenten (o.a. Texel, Den Helder, Hollands Kroon, Hoorn) ingezet in de gemeente Schagen. Dit is in een samenwerkingsconvenant en geformaliseerd in een aanwijzingsbesluit3 . Dit systeem werkt met gesloten beurs, dus inzet vanuit andere gemeenten wordt gecompenseerd met een gelijk aantal uren aan inzet van ‘onze’ BOA’s in die andere gemeente. Het gaat vooral om controles in het kader van de Drank- en Horecawet en bij grootschalige evenementen.
Ondernemers en bewoners hebben een grote eigen verantwoordelijkheid. In de VTH-keten worden ze daar ook regelmatig op gewezen. Dat neemt niet weg dat de belangen soms parallel lopen en dat betere resultaten zijn te halen als de samenwerking wordt gezocht met (een vertegenwoordiging van) bewoners en ondernemers, bijvoorbeeld door de prioriteitsstelling in de jaarplannen voor te leggen in het Burgerpanel, door bij acties dorpsraden te betrekken, door een voorlichtingsavond te organiseren voor evenementenorganisatoren of door een convenant te sluiten met horecaondernemers of ondernemers van een bedrijventerrein.
Regionale VTH-strategie 2016-2019; https://www.rudnhn.nl/RUD_NHN/Brochures/VTH_Strategie_2016_2019.org
Beleidsplan 2016-2019 https://www.vrnhn.nl/sites/vr_internet/files/VHR_BP1607-01_hoge%20resolutie.pdf