Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Leeuwarden

Beleidsregel toepassing wegingsfactoren proceskostenvergoeding Leeuwarden

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Leeuwarden
Officiële naam regelingBeleidsregel toepassing wegingsfactoren proceskostenvergoeding Leeuwarden
CiteertitelBeleidsregel toepassing wegingsfactoren proceskostenvergoeding Leeuwarden
Vastgesteld doorgemandateerde functionaris
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, artikel 231, lid 2

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

  • 1.

    Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

15-12-201105-12-2013nieuwe regeling

22-11-2011

Huis aan Huis; 14 december 2011

-
24-03-200515-12-2011nieuwe regeling

18-03-2005

Huis aan Huis; 23-03-2005

-

Tekst van de regeling

Intitulé

De sectormanager Financiële Dienstverlening Leeuwarden, op grond van artikel 231, tweede lid, aanhef en onderdeel b en c van de Gemeentewet en artikel 1, tweede lid van de Wet waardering onroerende zaken aangewezen als WOZ- heffings- en invorderingsambtenaar van de gemeente Leeuwarden;Gelet op artikel 1:3, vierde lid, Awb, artikel 7:15 Awb en artikel 2, eerste lid, aanhef en onderdeel a en b, Besluit proceskosten bestuursrecht juncto onderdeel C.1. van de bij dat Besluit behorende bijlage, Handleiding voor de afhandeling van een verzoek om vergoeding van bezwaarkosten van de VNG,Besluit de volgende beleidsregel vast te stellen:

Beleidsregel toepassing wegingsfactoren proceskostenvergoeding Leeuwarden

 

Artikel 1 Wegingsfactoren

Het gewicht van een zaak wordt naar aard, belang, ingewikkeldheid en naar omvang van werkzaamheden beoordeeld. In de volgende gevallen wordt de zaak in beginsel aangemerkt als

a. zeer licht (0,25):

a.1  tenaamstelling beschikking of belastingaanslag;

a.2  ten onrechte aangemerkt als belastingplichtige;

a.3  afvalstoffenheffing (b.v. één- of meerpersoonshuishouden);

a.4  hondenbelasting (b.v. aantal honden);

a.5  rioolheffingen (b.v.  één- of meerpersoonshuishouden of    waterverbruik);

a.6  bezwaarschrift kennelijk gegrond;

a.7  bezwaarschrift summier gemotiveerd (b.v. WOZ-waarde te hoog);

a.8  kenbare schrijf- of tikfout in beschikking of belastingaanslag;

a.9  bezwaarschrift verwijst alleen naar bezwaar uit een eerder  belastingjaar of beroepsprocedure;

a.10 bezwaarschrift uitsluitend gebaseerd op taxatieverslag;

a.11 betwisting geregistreerde objectkenmerken;

a.12 verkoop- of huurcijfer eigen pand.

b. licht (0,5):

  b.1 objectafbakening;

  b.2 gestandaardiseerd voortgangspercentage bij object in                     aanbouw.

c. gemiddeld (1):

c.1 vaststelling van feiten (door bezwaarmaker);

c.2 onderzoek naar de waarde;

      c.3 opgeworpen rechtsvraag (b.v. de verkoop conform artikel 17 Wet                  WOZ of is de zaak roerend of onroerend. Meestal gepaard met                                  jurisprudentie of verwijzing andere wetten of wetsgeschiedenis).

d. zwaar (1,5):

d.1 inhoudelijk of juridisch bijzonder bewerkelijk of complex;

      d.2 meerdere rechtsgebieden/regelgevingen spelen een relevante rol.

e. zeer zwaar (2):

e.1 niet-woning en de zaak is inhoudelijk of juridisch evident en      aantoonbaar zeer bewerkelijk of complex.

Artikel 2 Vergoeding deskundige

  • 1.

    Op basis van artikel 2, eerste lid onder b Besluit proceskosten bestuursrecht is voor het opstellen van een taxatierapport in beginsel de vergoeding maximaal:

    • a.

      voor woningen 3 uur;

    • b.

      voor niet-woningen 6 uur;

    • c.

      voor opname ter plaatse 0,5 uur extra;

    • d.

      voor inpandige opname 1 uur extra.

  • 2.

    Het aantal uren en de hoogte van het tarief is afhankelijk van hoe bewerkelijk en complex de taxatie is.   

 

Artikel 3 Gemotiveerd afwijken

De heffingsambtenaar kan in afwijking van het gestelde in artikel 1 en 2 een lagere of hogere wegingsfactor of aantal uren toekennen. De afwijking wordt in de beslissing op het bezwaar gemotiveerd.

Artikel 4 Ontheffing

Geen vergoeding wordt toegekend indien het bezwaar kan worden aangemerkt als een verzoek om ontheffing.

 

Artikel 5 Betaling

De vergoeding wordt in eerste instantie verrekend met openstaande aanslagen waarvan de belastingtermijn is verstreken. Wanneer er geen openstaand bedrag is, wordt de vergoeding gestort op een door belastingschuldige aangegeven rekening.

 

Artikel 6 Citeertitel

Deze beleidsregel wordt aangehaald als ‘Beleidsregel toepassing wegingsfactoren proceskostenvergoeding Leeuwarden 2011’.

 

Artikel 7 Inwerkingtreding

  • 1.

    De ‘Beleidsregels wegingsfactoren proceskosten Leeuwarden 2005’, vastgesteld op 18 maart 2005, wordt ingetrokken met ingang van de in het tweede lid genoemde datum

  • 2.

    De Beleidsregel toepassing wegingsfactoren proceskostenvergoeding Leeuwarden 2011 treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

 

Leeuwarden, 22 november 2011.

drs. R.W.J. Westerveld,

sectormanager Financiële Dienstverlening.

Toelichting op de Beleidsregel toepassing wegingsfactoren

De proceskostenvergoeding dekt niet de door belanghebbende gemaakte kosten, maar is een tegemoetkoming in de kosten. De beleidsregel brengt lijn in de afdoening van verzoeken om kostenvergoedingen door de heffingsambtenaar. Het doel ervan is dat gelijke gevallen zoveel mogelijk gelijk en ongelijke gevallen zoveel mogelijk, naar de mate van hun ongelijkheid, ongelijk worden behandeld. De beleidsregel is bindend voor de heffingsambtenaar. Zij bindt de belastingrechter niet; de belastingrechter kan heel goed tot een andere kostenveroordeling komen dan die, welke uit de beleidsregel voortvloeit.

Hof Amsterdam heeft op grond van de toelichting op het Besluit proceskosten bestuursrecht geoordeeld dat de toepassing van de wegingsfactoren steeds in overeenstemming moet zijn met, hoe bewerkelijk of complex de zaak is en de daarmee verband houdende werkbelasting van de rechtsbijstandverlener (Hof Amsterdam 15 augustus 2008, nr. 07/00181, LJN: BF0084, (Zeist)). Het hof wijst het oordeel van de Centrale Raad van Beroep (2 maart 2006, nrs. 04/6299 en 04/6354, LJN: AV3988) af, namelijk dat een zaak in de bezwaarprocedure in beginsel behoort tot de categorie ‘gemiddeld’, tenzij er duidelijke redenen zijn om hiervan af te wijken. Degene die zich dan op de afwijking beroept moet dat onderbouwen. In dat geval wordt er echter ten onrechte geen rekening gehouden met hoe bewerkelijk of complex het bezwaarschrift en de daarmee verband houdende werkbelasting, aldus het hof.

Door gebruik van het begrip ‘in beginsel’ biedt de beleidsregel een nuttig handvat voor standaardzaken, maar ook voldoende ruimte voor bijzondere gevallen. Als bezwaarschriften op basis van no-cure-no-pay worden ingediend is er bij de belanghebbende die rechtsbijstand inroept geen economische afweging of en in welke mate rechtsbijstand wordt ingeroepen. De kosten die dan worden gedeclareerd moeten zeer kritisch worden bezien. De werkbelasting van de rechtsbijstandverlener wordt beoordeeld op basis van het ingediende bezwaarschrift en eventueel de overige werkzaamheden.

Ondertekening