Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Altena

Beleidsregel huisvesting van arbeidsmigranten gemeente Altena 2023

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieAltena
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregel huisvesting van arbeidsmigranten gemeente Altena 2023
CiteertitelBeleidsregel huisvesting van arbeidsmigranten gemeente Altena 2023
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpvolkshuisvesting en woningbouw
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht
  2. artikel 2.1, eerste lid, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht
  3. artikel 2.12, eerste lid, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht
  4. Wet goed verhuurderschap
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

21-07-2023nieuwe regeling

11-07-2023

gmb-2023-318591

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregel huisvesting van arbeidsmigranten gemeente Altena 2023

Het college van burgemeester en wethouders van Altena

 

Overwegende dat:

  • Het college in bepaalde gevallen bevoegd is om een omgevingsvergunning te verlenen voor het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met het vigerende planologische regime;

  • ondernemers in Altena behoefte hebben aan de inzet van arbeidsmigranten om al het werk te kunnen verrichten;

  • het van belang is om voor voldoende, kwalitatief hoogwaardige huisvesting c.q. woonomstandigheden voor arbeidsmigranten te zorgen;

  • het tevens van belang is verstedelijking van het buitengebied en onnodige bebouwing te voorkomen, alsmede een goed woon- en leefklimaat binnen en buiten de kernen te borgen;

  • het wenselijk is beleidsregels vast te stellen voor de wijze van huisvesting van arbeidsmigranten, waarbij een juiste balans wordt gevonden tussen de bovengenoemde belangen;

  • de gemeenteraad kaders heeft vastgesteld waaraan de beleidsregel moet voldoen;

  • het college heeft vastgesteld dat het – ten behoeve van de hierboven genoemde balans – wenselijk is om enerzijds te sturen op grootschalige huisvestingslocaties, nu de omvang van deze locaties een hogere kwaliteit van huisvesting eerder mogelijk maakt, waarbij anderzijds wordt geborgd dat het aantal grootschalige locaties niet hoger is dan nodig gelet op de behoefte binnen de gemeente aan huisvestingsplaatsen voor arbeidsmigranten;

  • het college ook heeft vastgesteld dat het wenselijk is om onder voorwaarden toe te staan dat bedrijven op eigen erf ruimten realiseren voor de kleinschalige en/of tijdelijke huisvesting van arbeidsmigranten die op hun eigen bedrijf werkzaam zijn, mits ook daar een afdoende kwaliteitsniveau aanwezig is; het college in dit kader tevens onderzoek heeft gedaan naar de behoefte aan huisvestingsplaatsen voor arbeidsmigranten, waarbij het heeft vastgesteld dat de behoefte de afgelopen tien jaar is toegenomen en tot 2030 zal groeien;

  • het college het mede in het belang van bestaande functies aangewezen acht om afwijking van het bestemmingsplan ten behoeve van de huisvesting van arbeidsmigranten slechts tijdelijk toe te staan voor een periode van maximaal 10 jaar;

  • het college beleidsruimte heeft om in een individueel geval te besluiten een omgevingsvergunning al dan niet te verlenen. Het college zal niet onder alle omstandigheden voornoemde omgevingsvergunning verlenen waar het gaat om het huisvesten van arbeidsmigranten, maar zal nagaan in hoeverre sprake is van een goede ruimtelijke ordening en zal nagaan of het initiatief past binnen lokaal en provinciaal beleid;

Gelet op

  • het bepaalde in titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht;

  • artikel 2.1, eerste lid, onder c juncto artikel 2.12, eerste lid, onder a, sub 2 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht juncto artikel 4 Bijlage II Besluit omgevingsrecht.

  • de Wet goed verhuurderschap

Besluit

Tot het vaststellen van de ‘Beleidsregel huisvesting van arbeidsmigranten gemeente Altena 2023’

 

Hoofdstuk 1 Algemeen

Artikel 1 Begripsbepaling

In deze beleidsregel wordt verstaan onder:

  • a.

    Arbeidsmigrant: een persoon die vanwege economische motieven naar Altena komt om een inkomen te verwerven en hier, al dan niet tijdelijk, verblijft;

  • b.

    BRP: Basisregistratie Personen. In de BRP staan persoonsgegevens van inwoners in Nederland (de ingezetenen) en van personen in het buitenland die een relatie hebben met de Nederlandse overheid (de niet-ingezetenen);

  • c.

    Huisvesting: het aanbieden van huisvesting aan arbeidsmigranten;

  • d.

    Reguliere woning(en): gebouwen die in het bestemmingsplan of beheersverordening zijn aangeduid als wonen, woning of bedrijfswoning;

  • e.

    Bestaand vastgoed: een gebouw, niet zijnde een tijdelijk gebouw, dat aanwezig is op het moment van inwerkingtreding van deze beleidsregel;

  • f.

    Kern of Kernen: het bestaand stedelijk gebied zoals aangeduid op de thema kaart stedelijke ontwikkeling in de Interim omgevingsverordening Noord-Brabant van de provincie;

  • g.

    Buitengebied: gebieden die in de Interim omgevingsverordening Noord-Brabant van de provincie zijn aangeduid als gemengd landelijk gebied of landelijk gebied;

  • h.

    Interim omgevingsverordening Noord-Brabant: de Interim Omgevingsverordening Noord-Brabant van de provincie Noord-Brabant dan wel na inwerkingtreding van de Omgevingswet, de Omgevingsverordening Noord-Brabant of een andere opvolger van dit instrument;

  • i.

    Recreatieterrein: percelen waarop volgens het geldende bestemmingsplan of beheersverordening is toegestaan verblijfsrecreatie te hebben. Daaronder wordt in ieder geval verstaan percelen met de bestemming of nadere aanduiding recreatie, recreatieterrein, recreatiebedrijf of camping;

  • j.

    Bedrijventerrein: een terrein van minimaal 1 hectare bruto, dat vanwege zijn bestemming bestemd en geschikt is voor gebruik door handel, nijverheid, commerciële en niet-commerciële dienstverlening en industrie. Onder deze definitie vallen tevens (delen van) werklocaties die gedeeltelijk bestemd en geschikt zijn voor kantoren;

  • k.

    Agrarisch bedrijf: inrichting die tot een, krachtens artikel 1.1, derde lid, Wet milieubeheer, aangewezen categorie behoort en die is gericht op het voortbrengen van producten door het telen van gewassen of door het houden van dieren, zijnde: een (vollegronds)teeltbedrijf, een veehouderij, een glastuinbouwbedrijf of een overig agrarisch bedrijf

  • l.

    Erf van bedrijf: Al dan niet bebouwd perceel of een gedeelte daarvan dat direct is gelegen bij een hoofdgebouw en dat in feitelijk opzicht is ingericht ten dienste van het gebruik van dat gebouw;

  • m.

    Grootschalige huisvestingslocatie: een locatie die minimaal 100 tot maximaal 150 huisvestingsplaatsen biedt voor arbeidsmigranten.

  • n.

    Kleinschalige huisvestingslocatie op eigen erf: een locatie die maximaal 10 huisvestingsplaatsen biedt voor arbeidsmigranten op het erf van het bedrijf van de aanvrager;

  • o.

    Huisvestingslocatie voor seizoenarbeiders op eigen erf: een locatie die gedurende maximaal twaalf weken per jaar huisvestingsplaatsen biedt voor arbeidsmigranten op het erf van het bedrijf van de aanvrager.

Artikel 2 Reikwijdte

  • 1.

    De beleidsregel ‘Huisvesting van arbeidsmigranten gemeente Altena 2023’ vervangt de Beleidsregel Huisvesting van arbeidsmigranten gemeente Altena 2020.

  • 2.

    De Beleidsregel Huisvesting van arbeidsmigranten gemeente Altena 2023 is van toepassing op alle aanvragen om een omgevingsvergunning voor gebruik in afwijking van het bestemmingsplan c.q. omgevingsplan voor zover het de huisvesting van arbeidsmigranten betreft.

Artikel 3 Soorten huisvestingslocaties

  • 1.

    Het college kan – met inachtneming van het bepaalde in deze Beleidsregel – uitsluitend omgevingsvergunningen voor gebruik in afwijking van het bestemmingsplan ten behoeve van de huisvesting van arbeidsmigranten verlenen voor de volgende soorten huisvestingslocaties:

    • Grootschalige huisvestingslocaties;

    • Kleinschalige huisvestingslocaties op eigen erf;

    • Huisvestingslocaties voor seizoenarbeiders op eigen erf.

  • 2.

    In Hoofdstuk 2 van deze beleidsregel zijn voorschriften opgenomen die gelden voor aanvragen om een omgevingsvergunning ten behoeve van alle typen huisvestingslocaties. In Hoofdstuk 3 zijn ten aanzien van de afzonderlijke typen huisvestingslocaties aanvullende, specifieke voorschriften opgenomen.

Hoofdstuk 2 – Algemeen

Paragraaf 2.1 Ligging

Artikel 4 Locatie

Aanvragen voor het realiseren van huisvesting voor arbeidsmigranten worden getoetst aan het volgende schema:

Artikel 5 Huisvesting in kernen

  • 1.

    De realisatie van huisvesting in de kernen is niet toegestaan;

  • 2.

    In afwijking van lid 1 kan het college besluiten medewerking te verlenen aan de huisvesting voor arbeidsmigranten als sprake is van hergebruik bestaand vastgoed mits:

    • a.

      er sprake is van een toegevoegde waarde voor de kern en;

    • b.

      deze toegevoegde waarde blijkt uit een maatschappelijke businesscase.

Artikel 6 Huisvesting in het buitengebied

  • 1.

    De realisatie van huisvesting in het buitengebied is alleen toegestaan in geval van hergebruik van bestaand vastgoed, gebouwen met een tijdelijke vergunning en op het erf van een bedrijf.

  • 2.

    Het realiseren van huisvesting in gebouwen met een tijdelijke vergunning is toegestaan binnen een straal van 2 kilometer vanaf een bestaande supermarkt.

  • 3.

    Huisvesting in reguliere woningen in het buitengebied is niet toegestaan.

  • 4.

    Dit artikel is niet van toepassing als aanvraag valt onder de categorie ‘Op bedrijventerrein’.

Artikel 7 Huisvesting op een recreatieterrein

  • 1.

    Huisvesting op een recreatieterrein is niet toegestaan.

 

Paragraaf 2.2 Omgeving

Artikel 8 Huisvesting Algemeen

  • 1.

    De huisvesting moet gecertificeerd zijn volgens Stichting Normering flexwonen (SNF), of een daarmee gelijk te stellen organisatie. Indien de huisvestingsplaatsen nog gerealiseerd moeten worden, moet bij de aanvraag worden onderbouwd dat de huisvestingsplaatsen zullen voldoen aan de normen van SNF, of een daarmee gelijk te stellen organisatie. In dat geval dient de aanvrager binnen 2 maanden na ingebruikname van de huisvestingsplaatsen aantonen dat hij alsnog over het betreffende certificaat beschikt;

  • 2.

    Degene voor wie de vergunning geldt, moet een nachtregister bij houden. Het bijhouden van een nachtregister is niet verplicht indien alle bewoners staan ingeschreven in de Basisregistratie Personen (BRP) van de gemeente Altena en tevens beschikken over eigen afzonderlijke huurcontracten;

  • 3.

    In het nachtregister dient ten minste worden opgenomen: personalia en contactgegevens, datum aanvang huisvesting, datum beëindiging huisvesting.

Artikel 9 Omgevingsdialoog

  • 1.

    Voordat een aanvraag wordt ingediend moet de initiatiefnemer een omgevingsdialoog hebben gevoerd.

  • 2.

    De omgevingsdialoog wordt gevoerd met ten minste inwoners en bedrijven uit de directe omgeving en de dichtstbijzijnde kern. Voor kleinschalige huisvestingslocaties op eigen erf hoeft de dialoog slechts met de directe omgeving gevoerd te worden.

  • 3.

    Een aanvraag voor huisvesting moet een verslag bevatten van de gevoerde omgevingsdialoog. Uit dit verslag moet blijken op welke wijze de omgevingsdialoog is gevoerd en met wie.

  • 4.

    Een aanvraag voor huisvesting moet inzicht geven of en in welke mate de gegeven reacties uit de omgevingsdialoog zijn verwerkt in de aanvraag.

  • 5.

    De uitkomsten van de omgevingsdialoog zullen door het college worden meegewogen bij de beoordeling van de aanvraag.

Artikel 10 Woonklimaat en uitstraling op de omgeving

  • 1.

    De huisvesting moet zodanig in de omgeving worden ingepast dat de omgeving geen onevenredige hinder ondervindt van de bebouwing en het gebruik en dat de bebouwing geen afbreuk doet aan de landschappelijk kwaliteiten van het gebied.

  • 2.

    Er moet worden voldaan aan de parkeernorm van 0,5 parkeerplaats per persoon.

  • 3.

    De gehele parkeerbehoefte die gegenereerd wordt door de aanvraag dient op het eigen perceel te worden opgelost.

Artikel 11 Woon en leefklimaat voor de arbeidsmigrant

  • 1.

    De huisvesting is qua aard en inrichting niet geschikt voor kinderen of gezinnen. Het is dan ook niet toegestaan gezinnen / huishoudens met kinderen in de voorziening te huisvesten.

  • 2.

    Een slaapkamer mag door maximaal 2 personen gedeeld worden.

  • 3.

    Het college kan in afwijking van lid 2 besluiten dat een slaapkamer mag worden gedeeld door maximaal 4 personen.

 

Paragraaf 2.3 Exploitatie en beheer

Artikel 12 Beheer en de initiatiefnemer of exploitatie

  • 1.

    Bij huisvesting dient, door degene voor wie de vergunning geldt als bedoeld in artikel 2.25 Wabo, (een) beheerder(s) te worden aangewezen.

  • 2.

    De beheerder zorgt voor het dagelijkse onderhoud van de huisvesting en is de contactpersoon voor bewoners, omgeving en instanties (waaronder de gemeente).

  • 3.

    In geval van een grootschalige of kleinschalige locatie wijst de beheerder de bewoners op de verplichting zich in de BRP in te schrijven bij (beoogd) verblijf van meer dan 4 maanden.

  • 4.

    De beheerder voert minimaal eenmaal per week een controle ter plaatse uit op hygiëne, brandveiligheid en het naleven van het huisreglement. De beheerder maakt hiervan een inspectierapport en laat dit, ondertekend, achter op de betreffende locatie.

  • 5.

    De beheerder houdt een overzicht bij van locaties en gehuisveste personen.

  • 6.

    De beheerder zorgt voor scholing over de wijze van afvalscheiding in de gemeente Altena.

  • 7.

    Bij een wijziging van beheerder wordt dit, door degene voor wie de vergunning geldt als bedoeld in artikel 2.25 Wabo, voorafgaand aan de daadwerkelijke wijziging schriftelijk gemeld bij het college van de gemeente Altena.

Artikel 13 Huisreglement

  • 1.

    Een aanvraag dient vergezeld te gaan van een huisreglement dat op de betreffende locatie zal gelden opdat het onderwerp verstoring en overlast van de openbare orde en veiligheid beoordeeld kan worden. Uit dit reglement moet blijken hoe de overlast wordt voorkomen (zowel voor de eigen huurders/gebruikers als voor de omwonenden in de directe omgeving van het gebouw) en hoe het gemeentelijke Meldpunt kan worden bereikt.

  • 2.

    Het huisreglement bevat ten minste maatregelen welke worden getroffen indien:

    • a.

      Bij huurders/gebruikers het gebruik van hard- en/of softdrugs wordt geconstateerd;

    • b.

      Bij huurders/gebruikers structureel overmatig alcohol gebruik wordt geconstateerd;

    • c.

      Er foutief wordt geparkeerd in het openbaar gebied;

    • d.

      De huurders/gebruikers zwerfafval veroorzaken;

    • e.

      De huurders/gebruikers geluidsoverlast (o.a. muziek) veroorzaken.

  • 3.

    Uit dit huisreglement moet blijken hoe deze overlast (zowel intern als naar de directe omgeving) wordt voorkomen en welke sancties er bij overtreding van deze regels geldt/gelden.

  • 4.

    Aangegeven dient te worden wie namens de aanvrager verantwoordelijk is voor het houden van toezicht op dit huisreglement en hoe deze persoon altijd (24 uur per dag en 7 dagen in de week) bereikbaar is voor de huurders/gebruikers, omwonenden, politie en gemeente.

  • 5.

    Het huisreglement moet op een goed zichtbare plaats zijn aangeplakt (bij de in-/uitgang).

  • 6.

    Het huisreglement is zowel in Nederlands als in de taal/talen van de aanwezige bewoners.

  • 7.

    Aanvullend op het genoemde in lid 2 van dit artikel gaat het huisreglement in op de volgende aspecten:

    • a.

      Gedrag (als goede buur), geluid/muziek, nachtrust, afval, parkeren, ontvangen van bezoek, feesten, barbecue en vuur;

    • b.

      Brandveiligheid (vluchtplan/-wegen en vindplaats en gebruik van blusmiddelen);

      Belangrijke telefoonnummers/contacten (hulpdiensten, beheerder etc).

Artikel 14 Klachtenreglement

  • 1.

    Een aanvraag dient vergezeld te gaan van een klachtenreglement dat voor de betreffende locatie zal gelden. Hierin is in ieder geval het volgende geregeld:

    • a.

      De aanwezigheid en bereikbaarheid van een vast aanspreekpunt (de beheerder), het maken van afspraken om overlast zoveel mogelijk te voorkomen of te beperken.

    • b.

      Het aanspreekpunt/de beheerder bevindt zich bij voorkeur op de locatie.

    • c.

      Beschikbaarheid en bereikbaarheid van de beheerder (24/7, ook tijdens vakantieperioden);

    • d.

      Registratie van klachten en meldingen;

Paragraaf 2.4 Looptijd en overeenkomst

Artikel 15 Duur van de omgevingsvergunning

  • 1.

    Het college zal geen omgevingsvergunning voor gebruik in afwijking van het bestemmingsplan ten behoeve van de huisvesting van arbeidsmigranten verlenen voor een looptijd van langer dan 10 jaar.

Artikel 16 Prestatieovereenkomst

  • 1.

    De gemeente sluit voordat een vergunning wordt verleend met een initiatiefnemer voor een huisvestingslocatie een overeenkomst waarin onder meer afspraken worden gemaakt over het verhaal van alle kosten vanwege planschadeclaims. Ook kunnen hierin bepalingen worden opgenomen over bijvoorbeeld de duur van het verblijf in de huisvesting na beëindigen arbeidscontract en het beschikbaar laten komen van woningen in de kern indien mogelijk.

Hoofdstuk 3 Specifieke voorschriften

Paragraaf 3.1 Grootschalige huisvestingslocaties

Artikel 17 Aantal en behoefte

  • 1.

    Een grootschalige huisvestingslocatie bestaat uit minimaal 100 en maximaal 150 huisvestingsplaatsen voor arbeidsmigranten.

  • 2.

    De aanvrager moet aantonen dat de huisvesting voor ten minste 75% noodzakelijk is om te voorzien in de behoefte voor huisvesting van arbeidsmigranten, die werkzaam zijn binnen de gemeente Altena.

  • 3.

    Een grootschalige huisvestingslocatie wordt niet toegestaan indien reeds een omgevingsvergunning is verleend ten behoeve van een grootschalige huisvestingslocatie die is gelegen binnen een afstand van hemelsbreed 2 kilometer, gemeten vanaf de kadastrale grens, van de grootschalige locatie ten behoeve waarvan de omgevingsvergunning wordt aangevraagd.

  • 4.

    Het college kan in afwijking van lid 3 besluiten om een afstand korter dan 2 kilometer toe te staan, indien de afwijking zeer gering is of als uit de omgevingsdialoog blijkt dat er geen bezwaren zijn vanuit de omgeving voor het betreffende initiatief.

Artikel 18 Aanwezigheid beheerder

  • 1.

    In aanvulling op het bepaalde in artikel 12 geldt dat de aangewezen beheerder(s) 24 uur per dag, 7 dagen in de week, aanwezig moet(en) zijn op de betreffende locatie.

Artikel 19 Plafond en bekendmaking

  • 1.

    Het aantal huisvestingsplaatsen voor arbeidsmigranten op grootschalige huisvestingslocaties ten behoeve waarvan een omgevingsvergunning voor gebruik in afwijking van het bestemmingsplan zal worden verleend is beperkt.

  • 2.

    Het college kan op enig moment bepalen dat er ruimte bestaat om vergunning te verlenen voor gebruik in afwijking van het bestemmingsplan ten behoeve van een grootschalige huisvestingslocatie. In dat geval maakt het college het volgende bekend:

    • a.

      het maximale aantal huisvestingsplaatsen waarvoor een omgevingsvergunning voor gebruik in afwijking van het bestemmingsplan op een grootschalige locatie zal worden verleend;

    • b.

      het tijdvak waarbinnen geïnteresseerden een aanvraag kunnen indienen voor een omgevingsvergunning;

    • c.

      dat de omgevingsvergunning zal worden verleend op basis van een vergelijkende toets conform de beoordelingscriteria zoals opgenomen in deze beleidsregel;

  • 3.

    De bekendmaking zal in elk geval geschieden via publicatie in het digitale Gemeenteblad, de website van de gemeente en het lokale huis-aan-huis blad.

  • 4.

    Indien op enig moment geen sprake is van een bekendmaking als bedoeld in lid 2, zal het college een omgevingsvergunning voor gebruik in afwijking van het bestemmingplan ten behoeve van de huisvesting van arbeidsmigranten, buiten behandeling stellen.

Artikel 20 Aanvragen

  • 1.

    In aanvulling op het bepaalde in artikel 4:5 Algemene wet bestuursrecht en artikel 1.3 Regeling omgevingsrecht geldt dat aanvragen worden ondertekend en ten minste het volgende bevatten:

    • i.

      de naam, het adres en de woonplaats van de aanvrager;

    • ii.

      Het adres, de kadastrale aanduiding dan wel de ligging van het project;

    • iii.

      Een omschrijving van de aard en omvang van het project;

    • iv.

      Verslag van de omgevingsdialoog als bedoeld in artikel 9;

    • v.

      Plan van aanpak ter bescherming van de leef- en woonsituatie in de omgeving;

    • vi.

      Plan van aanpak ter bescherming van de leefsituatie ter plaatse (kwaliteit huisvestingsplaatsen);

    • vii.

      Plan van aanpak matiging woon-werkverkeer;

    • viii.

      Een huisreglement als bedoeld in artikel 13;

    • ix.

      Een klachtreglement als bedoeld in artikel 14.

  • 2.

    Een aanvraag die niet wordt ingediend binnen een door het college bekendgemaakt tijdvak zoals genoemd in artikel 19, lid 2, onder punt (b), wordt buiten behandeling gesteld.

  • 3.

    Aanvragen die worden ingediend binnen een tijdvak als genoemd in artikel 19, lid 2, onder punt (b), worden getoetst op volledigheid. Indien een aanvraag onvolledig is, wordt de aanvrager een termijn gesteld waarbinnen hij de aanvraag kan aanvullen. Indien de aanvraag na het verstrijken van deze termijn niet volledig is, wordt deze buiten behandeling gesteld.

Artikel 21 Vergelijkende toets

  • 1.

    De tijdig ingediende en volledige aanvragen worden getoetst aan de hand van de vereisten die zijn opgenomen in hoofdstuk 2 en 3 van deze beleidsregel.

  • 2.

    Indien na de toetsing als bedoeld in lid 1 meerdere aanvragen overblijven en deze aanvragen in geval van algehele toewijzing zouden leiden tot overschrijding van het maximale aantal huisvestingsplaatsen dat het college conform artikel 19, lid 2, onder punt (a), van de beleidsregel heeft bekendgemaakt, wordt voor de verdeling van de beschikbare omgevingsvergunning(en) een vergelijkende toets gehanteerd conform het bepaalde in lid 3 tot en met 6 van dit artikel.

  • 3.

    Aanvragen worden getoetst op basis van de volgende beoordelingscriteria:

     

    • a.

      Plan van aanpak ter bescherming van de leef- en woonsituatie in de omgeving

      De aanvrager beschrijft welke gevolgen de beoogde huisvesting heeft voor de omgeving en hoe deze gevolgen zoveel mogelijk worden beperkt. Daarbij wordt eveneens ingegaan op de conclusies uit de omgevingsdialoog. In dit plan van aanpak wordt in ieder geval aandacht besteed aan de volgende aspecten:

      • i.

        Gebruiksmogelijkheden van omliggende functies;

      • ii.

        Kwaliteit van het landschap;

      • iii.

        Duurzaamheid van het gebouw en het gebruik van herbruikbare materialen

      • iv.

        Verkeersontsluiting en parkeersituatie;

      • v.

        Milieuhygiënische kwaliteit en waterhuishouding;

      • vi.

        Veiligheid.

    • Hoe completer de beschrijving van de gevolgen en hoe concreter de voorgestelde maatregelen – zulks mede aan de hand van een gedegen verslag van de gehouden omgevingsdialoog – hoe hoger de beoordeling.

       

    • b.

      Plan van aanpak ter bescherming van de leefsituatie ter plaatse

      De aanvrager beschrijft op welke wijze de kwaliteit van de leefsituatie (het verblijfsklimaat) voor de te huisvesten arbeidsmigranten ter plaatse is geborgd. Hierbij wordt in ieder geval aandacht besteed aan de volgende aspecten:

      • i.

        Gebruiksoppervlak per persoon;

      • ii.

        Vloeroppervlakte per slaapvertrek;

      • iii.

        Aantal personen per slaapvertrek (maximaal 2 personen);

      • iv.

        Keukenvoorzieningen;

      • v.

        Wasvoorzieningen;

      • vi.

        Sport- of ontspanningsvoorzieningen ter plaatse dan wel binnen welke afstand van de huisvestingslocatie die voorzieningen beschikbaar zijn;

      • vii.

        Onderhouds- en beheersplan.

    • Naarmate er sprake is van een kwalitatief hoogstaandere huisvestingsvoorziening, zal de aanvrager hoger scoren.

       

    • c.

      Plan van aanpak matiging woon-werk verkeer:

      Aanvrager beschrijft op welke wijze c.q. met behulp van welke maatregelen het woon-werk verkeer voor de te huisvesten arbeidsmigranten zoveel mogelijk wordt beperkt. Hierbij wordt in ieder geval aandacht besteed aan de volgende aspecten:

      • i.

        De afstand tussen de huisvestingslocatie en de beoogde werklocatie(s);

      • ii.

        Hoe de gevolgen van het woon-werkverkeer voor de omgeving zoveel mogelijk worden beperkt;

      • iii.

        Duurzaamheid van gebruikte vervoersmogelijkheden.

    • De aanvrager zal hoger scoren naarmate de beschreven maatregelen concreter en effectiever zijn.

  • 4.

    Voor de relatieve waardering van de bovenstaande (hoofd)criteria worden de volgende wegingsfactoren gehanteerd:

    • a.

      Plan van aanpak ter bescherming van de leef- en woonsituatie in de omgeving: 40%

    • b.

      Plan van aanpak ter bescherming van de leefsituatie ter plaatse: 40%

    • c.

      Plan van aanpak matiging woon-werk verkeer: 20%

  • 5.

    Voor elk (hoofd)criterium zoals genoemd in lid 3 worden punten toegekend. Al naar gelang de beoordeling worden de volgende punten toegekend:

    Beoordeling

    Punten

    Niet uitgewerkt

    0

    Inhoudelijk onvoldoende

    2

    Voldoet aan basisverwachting

    5

    Toont meerwaarde ten opzichte van basisverwachting

    7

    Toont veel meerwaarde ten opzichte van basisverwachting

    10

  • 6.

    Aanvragen worden gerangschikt op basis van het aantal toegekende punten, waarbij de aanvraag met het hoogste puntenaantal als eerste in rangschikking eindigt, de aanvraag met het op één na hoogste puntenaantal als tweede, enzovoorts.

 

Paragraaf 3.2 Kleinschalige huisvestingslocaties op eigen erf

Artikel 22 Aantal en behoefte

  • 1.

    Een kleinschalige huisvestingslocatie op eigen erf bestaat uit maximaal 10 huisvestingsplaatsen voor arbeidsmigranten.

  • 2.

    De huisvestingsplaatsen moeten worden gerealiseerd op het erf van het bedrijf van de aanvrager.

  • 3.

    De huisvestingsplaatsen mogen enkel worden gebruikt ten behoeve van de huisvesting van arbeidsmigranten die werkzaam zijn op het bedrijf van de aanvrager. Het mag ook gaan om de huisvesting van arbeidsmigranten die op een andere vestigingslocatie van het bedrijf werkzaam zijn. De andere locatie moet wel binnen de gemeente Altena liggen.

  • 4.

    De aanvrager toont aan dat het aantal te realiseren huisvestingsplaatsen noodzakelijk is om te voorzien in de behoefte tot huisvesting van arbeidsmigranten die werkzaam zijn op zijn bedrijf.

 

Paragraaf 3.3 Huisvestingslocaties voor seizoenarbeiders op eigen erf

Artikel 23 Aantal en behoefte

  • 1.

    Een huisvestingslocatie voor seizoenarbeiders op eigen erf bestaat uit maximaal 50 huisvestingsplaatsen voor arbeidsmigranten.

  • 2.

    De huisvestingsplaatsen moeten worden gerealiseerd op het erf van het bedrijf van de aanvrager.

  • 3.

    De huisvestingsplaatsen mogen enkel worden gebruikt ten behoeve van de huisvesting van arbeidsmigranten die werkzaam zijn op het bedrijf van de aanvrager. Het mag ook gaan om de huisvesting van arbeidsmigranten die op een andere vestigingslocatie van het bedrijf van aanvrager werkzaam zijn. De andere locatie moet wel binnen de gemeente Altena liggen.

  • 4.

    De huisvestingsplaatsen mogen gedurende een periode van maximaal twaalf aaneengesloten weken per jaar worden gebruikt voor de huisvesting van arbeidsmigranten. De vergunninghouder dient hiervan een registratie bij te houden.

  • 5.

    De aanvrager toont aan dat het aantal te realiseren huisvestingsplaatsen noodzakelijk is om te voorzien in de behoefte tot huisvesting van arbeidsmigranten die werkzaam zijn op zijn bedrijf, alsmede dat die behoefte gedurende maximaal twaalf weken per jaar bestaat.

Artikel 24 Overgangsrecht

Aanvragen om omgevingsvergunningen die zijn ingediend voor de inwerkingtreding van deze beleidsregel, en waar nog niet op is beslist, worden afgehandeld op basis van deze beleidsregel.

Artikel 25 Citeertitel

Deze beleidsregel wordt aangehaald als ‘Beleidsregel huisvesting van arbeidsmigranten gemeente Altena 2023’

Aldus vastgesteld in de collegevergadering van

Namens deze,

de burgemeester,

de secretaris,