Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Albrandswaard

Regeling tegemoetkoming kosten kinderopvang 2023 gemeente Albrandswaard

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieAlbrandswaard
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingRegeling tegemoetkoming kosten kinderopvang 2023 gemeente Albrandswaard
CiteertitelRegeling tegemoetkoming kosten kinderopvang 2023 gemeente Albrandswaard
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerponderwijs
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt de Beleidsregels Participatiewet, IOAW, IOAZ, Bbz Onderdelen Inkomen, Vermogen, Boeten, Terugvordering&Verhaal en Regeling Kinderopvang Albrandswaard 2017.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Wet kinderopvang

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

20-07-202301-01-2023nieuwe regeling

04-07-2023

gmb-2023-317604

Tekst van de regeling

Intitulé

Regeling tegemoetkoming kosten kinderopvang 2023 gemeente Albrandswaard

Het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Albrandswaard;

 

gelet op de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen;

 

overwegende dat;

 

het gewenst is om een regeling te treffen om ouders van kleine kinderen tegemoet te komen in de kosten van de kinderopvang;

 

Besluit vast te stellen:

 

Regeling tegemoetkoming kosten kinderopvang 2023 gemeente Albrandswaard

Artikel 1: Begripsbepalingen

  • 1.

    In deze Regeling wordt verstaan onder:

    • a.

      Het college: Het college van burgemeester en wethouders van de betreffende gemeente;

    • b.

      De wet: Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen;

    • c.

      Ouder(s): Degene(n) die juridisch of feitelijk verantwoordelijk is (zijn) voor de dagelijkse zorg van het kind, waaronder worden begrepen ouders, pleegouders, grootouders en voogden;

    • d.

      Traject: Re-integratietraject in het kader van een gemeentelijke uitkering (Participatiewet, IOAW, IOAZ, Bbz 2004);

    • e.

      Compensatie: Tegemoetkoming in aanvulling op de kinderopvangtoeslag ter (gedeeltelijke) compensatie van de wettelijk bepaalde eigen bijdrage in de kosten van kinderopvang en uitgedrukt in een aan de ouder maandelijks beschikbaar te stellen financiële vergoeding.

  • 2.

    De in de wet gebruikte definities en begrippen zijn van overeenkomstige toepassing.

Artikel 2: Criteria voor compensatie

  • 1.

    Een ouder komt in aanmerking voor een compensatie indien hij behoort tot de groep personen als bedoeld in artikel 1.6, eerste lid, onderdelen “c” en “e” van de wet.

  • 2.

    Compensatie wordt alleen verleend aan ouders die een uitkering ontvangen van het college.

  • 3.

    Compensatie wordt verleend voor de duur van het traject, dit wordt opgenomen in het trajectplan.

  • 4.

    Compensatie wordt alleen verleend voor reguliere kinderopvang geregistreerd in het Landelijk Register Kinderopvang.

  • 5.

    Compensatie wordt alleen verleend indien de aanvrager geen gebruik kan maken van doelgroepplaatsen2 vanuit het beleid Onderwijs.

  • 6.

    Een aanvraag voor een compensatie wordt ingediend door de ouder via het door de gemeente beschikbaar gestelde aanvraagformulier.

  • 7.

    De aanvraag wordt pas in behandeling genomen als de gevraagde gegevens in het aanvraagformulier compleet zijn aangeleverd.

  • 8.

    Niet complete aanvragen worden na het bieden van een redelijke hersteltermijn afgewezen.

  • 9.

    De aanvraag moet worden ingediend binnen acht weken na afname van de kinderopvang ten behoeve van het traject.

Artikel 3: Inhoud van het besluit

Het besluit tot verlening van een compensatie bevat in ieder geval:

  • a.

    de vaststelling dat de ouder tot de door het college vastgestelde doelgroep behoort;

  • b.

    de naam en geboortedatum van het kind of de kinderen waarop de compensatie betrekking heeft;

  • c.

    de naam en adres van het kindercentrum of gastouderbureau waar de kinderopvang plaatsvindt;

  • d.

    de periode waarvoor de compensatie wordt verleend;

  • e.

    de omvang van de kinderopvang (per week per kind) die noodzakelijk wordt geacht;

  • f.

    de wijze waarop het bedrag van de compensatie wordt bepaald en het bedrag dat op basis hiervan wordt verleend;

  • g.

    de wijze waarop de compensatie wordt uitbetaald.

Toelichting

Besluiten over de toekenning van compensatie worden in een beschikking vastgelegd. Het besluit is een beschikking in de zin van titel 4.1 van de Awb. Dit betekent dat tegen het besluit bezwaar kan worden gemaakt en beroep kan worden ingesteld.

In het besluit tot het vaststellen van de compensatie wordt bepaald wat precies het bedrag is waar de ouder die de compensatie heeft aangevraagd recht op heeft. De berekeningswijze die is opgenomen in de beschikking tot verlening van de compensatie geldt als het uitgangspunt voor het vaststellen van de compensatie. Dit betekent dat de compensatie wordt vastgesteld op basis van het aantal uren kinderopvang dat in de beschikking tot verlening van de compensatie is vastgelegd. Dat is een maximumaantal uren. In de beschikking tot vaststelling van de compensatie kan wel worden uitgegaan van een lager aantal uren, maar niet van een hoger aantal.

Artikel 4: Ingangsdatum verlening van de compensatie

De compensatie wordt verleend met ingang van de datum waarop recht is op de Toeslag Kinderopvang in combinatie met de start van het re-integratietraject.

 

Toelichting

Indien er geen recht bestaat op kinderopvangtoeslag bestaat er ook geen recht op compensatie. Indien niet kan worden aangetoond, of indien redelijkerwijs niet mag worden verwacht, dat de ouder kinderopvangtoeslag ontvangt of zal gaan ontvangen, wordt de aanvraag afgewezen.

Er is geen recht op compensatie over een voorgaande periode, de startdatum van het traject is hierbij bepalend.

Er is geen recht op compensatie over een periode van vóór de vaststelling van deze Regeling.

Artikel 5: Hoogte van de compensatie

  • 1.

    De hoogte voor compensatie wordt uitgedrukt als vast percentage in de kosten van kinderopvang die aan de hand van de kinderopvangtoeslagtabel van de Belastingdienst wordt bepaald.

  • 2.

    Bij het vaststellen van de grondslag, als bedoeld in het eerste lid, wordt uitgegaan van geen eigen bijdrage voor de ouder voor de kosten van kinderopvang voor ieder kind.

  • 3.

    De hoogte van de compensatie is gebaseerd op het feitelijke aantal uren, dat voor kinderopvang als gevolg van een voorziening gericht op arbeidsinschakeling, of scholing of een opleiding noodzakelijk is.

  • 4.

    De uurprijs die bij de hoogte van de compensatie in aanmerking wordt genomen is niet hoger dat de landelijk vastgestelde maximum uurprijs.

  • 5.

    Het aantal uren dat bij de hoogte van de compensatie in aanmerking wordt genomen gaat het door de wetgever gestelde maximum, dat per soort kinderopvang of per leeftijdsgroep kan variëren, niet te boven.

  • 6.

    De verhouding tussen het aantal uren waarover compensatie wordt aangevraagd en het aantal uren dat de ouder en zijn partner gebruik maken van een voorziening gericht op arbeidsinschakeling, of scholing of een opleiding volgen, gaat het door de wetgever daarover bepaalde, niet te boven.

 

Toelichting

Bij de bepaling van de hoogte van de compensatie wordt uitgegaan van de feitelijke uren, die voor de kinderopvang noodzakelijk worden geacht binnen de deelname aan het re-integratie traject. Dit is gekoppeld aan de in de wet gehanteerd berekening van de Belastingdienst. Met grondslag wordt bedoeld: een vast percentage als tegemoetkoming in de kosten van kinderopvang, geldend voor de laagste inkomenscategorie. Bij de bepaling van de hoogte van de compensatie moet ten hoogste de wettelijke maximale uurprijs van de kinderopvang worden gehanteerd. Indien deze wel wordt overschreden geldt het wettelijk maximum als uitgangspunt voor de berekening. Dit betekent dat de meerkosten in dat geval voor rekening van de ouder komen.

Er wordt geen eigen bijdrage gehanteerd omdat dit zou leiden tot een achteruitgang in het besteedbaar inkomen van een ouder als gevolg van re-integratieactiviteiten. Omdat vanwege belastingmaatregelen de inkomenspositie van een alleenstaande ouder iets achteruit is gegaan, en van een alleenstaande werkende ouder sterk is verbeterd, is er geen sprake van een armoedeval in deze specifieke situatie.

 

Per 1 januari 2023 gelden de volgende maximale uurprijzen:

  • opvang in kinderdagverblijven: € 9,12

  • buitenschoolse opvang: € 7,85

  • gastouderopvang € 6,85

De uurprijzen worden jaarlijks geïndexeerd (zie info Rijksoverheid).

Artikel 6: De uitbetaling van de compensatie

  • 1.

    De compensatie wordt in maandelijkse termijnen als voorschot uitbetaald aan de ouder.

  • 2.

    Na afloop van het kalenderjaar of na afloop van het traject wordt de definitieve hoogte van de compensatie vastgesteld in een besluit van de gemeente op basis van de definitieve beschikking van de belastingdienst.

  • 3.

    Het college kan nadere regels stellen over de wijze van uitbetalen.

 

Toelichting

Zo kan het College bepalen dat er alleen een voorschot wordt betaald op basis van een factuur van het kindercentrum of gastouderbureau. Het College zou zo'n voorschrift kunnen stellen wanneer er twijfels bestaan of een ouder daadwerkelijk gebruik zal maken van kinderopvang.

Artikel 7: Intrekken van het besluit en terugvorderen van de compensatie

  • 1.

    Het college kan besluiten de betaling van het voorschot van de compensatie voor een bepaalde periode op te schorten indien de rechtmatigheid van de verstrekking nader onderzoek vergt.

  • 2.

    Het college kan besluiten de compensatie kinderopvang terug te vorderen voor zover de compensatie ten onrechte of tot een te hoog bedrag is verleend.

 

Toelichting

Dit artikel regelt de uitbetaling van het nog te betalen deel van de compensatie na de vaststelling van de compensatie. Als het College bij de bevoorschotting op basis van de beschikking een hoger bedrag heeft uitgekeerd dan waarop de ouder recht heeft, kan het College het te veel betaalde bedrag terugvorderen.

Op grond van artikel 4:56 Awb kan het College de verplichting tot betaling van een voorschot opschorten met ingang van de dag waarop het College aan de ouder schriftelijk kennis geeft van het ernstige vermoeden dat er grond bestaat om de beschikking tot verlening van de compensatie in te trekken of te wijzigen. Deze opschorting duurt tot en met de dag waarop de beschikking over de intrekking of wijziging is bekendgemaakt of de dag waarop de kennisgeving van het ernstige vermoeden dertien weken zijn verstreken.

 

Terugvordering (artikel 4.57 Awb)

Indien de beschikking tot het verlenen of het vaststellen van de compensatie is ingetrokken of ten nadele van de ouder is gewijzigd, vordert het College het reeds betaalde bedrag van de ouder terug. Dit betekent bijvoorbeeld dat het bedrag dat wordt teruggevorderd kan worden verrekend met de compensatie die aan de ouder wordt verstrekt. In het besluit tot terugvordering moet de wijze waarop zal worden teruggevorderd, worden vermeld.

Artikel 8: Beëindigingsdatum

De compensatie wordt beëindigd met ingang van;

  • a.

    de datum waarop geen recht meer is op de Toeslag Kinderopvang;

  • b.

    de datum waarop het traject/uitkering wordt beëindigd of wijzigt.

Artikel 9: Verplichtingen van de ouder

  • 1.

    De ouder doet het college onmiddellijk na het bekend worden daarvan uit eigen beweging schriftelijk mededeling van inlichtingen en gegevens die kunnen leiden tot de vaststelling van een lagere of hogere compensatie.

  • 2.

    De ouder verstrekt desgevraagd aan het college, binnen een door het college te stellen termijn, alle gegevens en inlichtingen die voor de aanspraak op en de hoogte van de compensatie van belang zijn.

  • 3.

    Bij een wijziging van de afname van het aantal uren kinderopvang of wijziging van de kinderopvanginstelling wordt er een aangepaste aanvraag ingediend.

  • 4.

    De ouder bewaart alle bewijsstukken die aan de verstrekking van de compensatie ten grondslag liggen tenminste gedurende één jaar na de vaststelling en stelt deze op verzoek ter beschikking aan het college voor controledoeleinden.

 

Toelichting

Het niet nakomen van bovenstaande verplichtingen kan leiden tot intrekking en/of terugvordering van de compensatie.

Artikel 10: Hardheidsclausule

Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de belanghebbende afwijken van de bepalingen in deze regeling, indien de toepassing van de regeling tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.

Artikel 11: Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze regeling treedt in werking op de eerste dag na bekendmaking en werkt terug tot en met 1 januari 2023 en wordt aangehaald als ‘Regeling tegemoetkoming kosten kinderopvang 2023 gemeente Albrandswaard’.

  • 2.

    Met de inwerkingtreding van deze regeling wordt ingetrokken de ‘Beleidsregels Participatiewet, IOAW, IOAZ, Bbz Onderdelen Inkomen, Vermogen, Boeten, Terugvordering&Verhaal en Regeling Kinderopvang Albrandswaard 2017’.

Vastgesteld; collegevergadering 4 juli 2023.