| Organisatie | Weert |
|---|---|
| Organisatietype | Gemeente |
| Officiële naam regeling | Topsportbeleid 2023-2028 |
| Citeertitel | Topsportbeleid 2023-2028 |
| Vastgesteld door | gemeenteraad |
| Onderwerp | algemeen |
| Eigen onderwerp |
Geen
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
|---|---|---|---|---|---|
| 14-07-2023 | nieuwe regeling | 07-06-2023 | DJ-2005131 |
Sport is in elke gemeente een belangrijke pijler binnen het totale aanbod aan voorzieningen en activiteiten. De totale ‘keten’ van sport bestaat uit breedtesport, talentontwikkeling en topsport. Deze zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. De breedtesport vormt een belangrijk fundament voor de inwoners. Een deel van de sporters heeft de potentie en ambitie om zich te ontwikkelen naar topsporter. Dit traject van talentontwikkeling vraagt om specifieke voorzieningen en begeleiding. Een deel van de talenten bereikt uiteindelijk de (inter)nationale top en meet zijn krachten op het hoogste wedstrijdniveau.
Er is en wordt veel onderzoek gedaan naar de maatschappelijke waarden van topsport. Een recente conclusie is dat er nog veel onderzoek nodig is om deze waarden definitief en goed te kunnen onderbouwen. Het Ministerie van VWS heeft recent een onderzoek laten doen naar de perceptie die Nederlanders hebben van de maatschappelijke waarden van topsport1. Dit onderzoek is gebaseerd op de volgende (mogelijk) maatschappelijke waarden van topsport:
Uit dit onderzoek blijkt dat de positieve waarde van topsport de negatieve waarde overstijgt. Het aandeel Nederlanders dat een positieve maatschappelijke waarde van topsport ziet, is per saldo hoger dan het aandeel dat een negatieve maatschappelijke waarde van topsport ziet. Op de clusters ‘collectieve identiteit & trots’, ‘geluk & passie’, ‘aantrekkingskracht, fans & media’, ‘internationale prestige & imago’ en ‘sponsoring & commerciële activiteit’ is de positieve balans het duidelijkste te zien.
In het topsportbeleid van 2016-2020 zijn de stimulerende waarde (Sportparticipatie & inspiratie) en promotionele waarde (uitstraling) als waarden benoemd die voor Weert kunnen bijdragen aan de ambitie om een aantrekkelijke woongemeente te zijn voor jonge gezinnen. In de in 2021 vastgestelde Strategische visie ‘Werken aan Weert 2030’, die in 2021 is vastgesteld, is deze ambitie opnieuw bekrachtigd via de kernwaarde ‘Goed wonen voor iedereen’. Via goed woningaanbod moet de bevolkingsopbouw in balans blijven en de voorzieningen en activiteiten moeten hierbij aansluiten. Sportvoorzieningen en activiteiten zijn voor veel inwoners van jong tot oud belangrijke aspecten in de leefomgeving. De gekozen waarden voor 2016-2020 kunnen dus ook gekoppeld worden aan de huidige kernwaarde ‘Goed wonen voor iedereen’. Door het goed verbinden van topsport met breedtesport, kan topsport bijdragen aan de versterking van de breedtesport (Sportparticipatie & inspiratie), het belangrijke fundament. Via de promotionele waarde kan topsport worden ingezet om Weert naar buiten toe neer te zetten als een aantrekkelijke stad (uitstraling).
Hoofdstuk 2: Ontwikkelingen landelijk en provinciaal beleid
In dit hoofdstuk zijn kort de ontwikkelingen op het gebied van topsport en talentontwikkeling beschreven in het landelijke en provinciale beleid.
Het Ministerie van VWS bepaalt met een aantal partners uit de sport het landelijke beleid voor sport. Via de structurele subsidieregelingen ‘Combinatiefuncties’ (sinds 2009) en ‘Sportakkoord’ (sinds 2019) kunnen gemeenten jaarlijks middelen aanvragen om op lokaal niveau een bijdrage te leveren aan de realisatie van de landelijke beleidsdoelstellingen. In de regelingen is dit verder uitgewerkt. Het Sportakkoord bevat 6 thema’s:
Gemeenten hebben een redelijke mate van vrijheid om de gelden van beide regelingen in te zetten binnen de diverse doelstellingen en thema’s die eraan zijn gekoppeld. In de recente actualisatie van de regelingen voor de periode 2023-2026 wordt er wel meer sturing gegeven. Zo stuurt de nieuwe regeling van het Sportakkoord er meer op om ook gelden in te zetten voor het thema topsport. Daarnaast wordt er in de regeling van de combinatiefuncties op gestuurd om de inzet van de gelden meer te laten aansluiten bij de doelstellingen van het lokale Sportakkoord.
In Weert is voor de periode 2019-2022 gekozen voor de thema’s (Sport en bewegen voor iedereen, Meer bewegen op en rondom scholen, Vitale sport- en beweegaanbieders, Samenwerken). Er is toen niet gekozen voor het thema topsport. Voor de periode 2023-2026 wordt zowel voor de combinatiefuncties als het Sportakkoord nog beoordeeld of er wijzigingen gewenst zijn ten opzichte van de huidige invulling. Inzet voor het thema topsport kan opnieuw in de afwegingen worden betrokken.
De jaarlijkse subsidie voor de combinatiefuncties voor de jaren 2023 t/m 2026 is voor Weert €285.840,- De jaarlijkse subsidie voor het Sportakkoord is voor Weert € 41.000,- voor de jaren 2023 t/m 2025 en € 31.000,- voor 2026.
Strategisch kader Topsport 2032
Doelstelling van deelakkoord 6 van het Sportakkoord, ‘Topsport die inspireert’, is om de maatschappelijke waarde van topsport in de toekomst verder te vergroten. Het ministerie van VWS, het NOC*NSF en de Vereniging Sport en Gemeenten hebben samen het voortouw genomen om hiervoor een gezamenlijk strategisch kader uit te werken, het ‘Strategisch Kader Topsport 2032’. De contouren hiervoor zijn inmiddels vastgesteld. Hierin zijn 4 centrale pijlers gekozen als basis en daarnaast 6 bouwstenen die in elke pijler terug moeten komen:
Via een landelijke werkconferentie die in januari 2023 heeft plaatsgevonden hebben genoemde partijen input opgehaald voor de verdere uitwerking. Deze moet voor de zomer van 2023 gereed zijn. Doelstelling is dat de gezamenlijke inspanningen van alle partijen (waaronder gemeenten) op het gebied van topsport worden gedaan op basis van het strategisch kader en dat er hierbij meer partijen aan de topsport worden verbonden.
Het huidige provinciale beleidskader voor sport beslaat de periode 2020-2023. Op het gebied van talentontwikkeling en topsport is hierin aangegeven dat de provincie een belangrijke meerwaarde heeft omdat het voor gemeenten moeilijker is om hier een rol op te pakken. Als redenen worden aangegeven dat het gaat om een relatief beperkte groep waarvoor in verhouding veel middelen nodig zijn, om o.a. infrastructuur te kunnen realiseren voor topsport. Talenten uit een regio komen vaak op één plek bij elkaar waardoor er vragen op gemeenten afkomen die bovenlokaal zijn. Ter ondersteuning zet de Provincie de volgende instrumenten in:
De realisatie van sporttakplatforms is al jarenlang een van de speerpunten van het provinciale sportbeleid. Een sporttakplatform is een organisatie die zich inzet voor de ontwikkeling van één specifieke tak van sport. Een platform moet zich minimaal richten op topsport / talentontwikkeling (bijvoorbeeld via Regionale Talenten Centra), maar de voorkeur gaat ernaar uit dat een platform zich ook richt op breedtesport en evenementen en alle onderdelen op een samenhangende wijze versterkt. Op basis van een meerjarig sporttakplan maakt een sporttakplatform jaarlijks een werkprogramma. Voor de uitvoering van het werkplan kan subsidie worden aangevraagd bij de Provincie.
Voor een sporttakplatform geldt geen verplichte vorm voor de juridische entiteit. Er kan een entiteit worden opgericht, maar ook bestaande organisaties kunnen de rol van platform op zich nemen. Voor de platforms voor de basketbalsport en de handboogsport zijn deze rollen opgenomen door de Weerter ‘spelers’ Basketbal Academie Limburg (BAL) en Stichting Promotie en Ontwikkeling Handboogsport (STIPOH). Het provinciale beleid heeft een stimulerend effect gehad op de vestiging van Regionale Talenten Centra in Limburg en behoud van dit aanbod.
Het huidige provinciale beleid is gericht op het blijven ondersteunen van de 14 bestaande sporttakplatforms. Budgettair is er zekerheid tot en met 2023. De nieuwe coalitiepartners zullen in 2023 keuzes maken over de toewijzing van gelden voor de periode 2024 t/m 2026. De provincie heeft aangekondigd dat er minder geld kan worden uitgegeven aan het ondersteunen van maatschappelijke activiteiten en er keuzes moeten worden gemaakt. Het is afwachten wat dit voor effect heeft op de bijdragen aan de sporttakplatforms.
De Provincie steunt ook topsporters en talenten op individuele basis. Tot 2019 werd deze taak uitgevoerd door Topsport Limburg via de Topsportacademie Limburg. Sporters konden een sportpas aanvragen en bij toekenning konden zij worden ondersteund via een faciliteitennetwerk met (para)medische, maatschappelijke en sporttechnische faciliteiten. Daarnaast was er een fonds waar sporters een financiële bijdragen konden aanvragen. In 2019 werd de samenwerking met Topsport Limburg beëindigd. Topsport Limburg is uiteindelijk ook opgeheven. De ondersteuning van topsporters en talenten is als tussenstap overgenomen door de Provincie zelf. Eind 2022 is deze taak weer buiten de provincie geplaatst en ondergebracht bij de Coöperatie Limburg Sport. Deze coöperatie is een initiatief van Watersley Sports & Talentpark (Sittard). Limburgse topsporters en erkende talenten kunnen een sporttalentpas aanvragen bij Coöperatie Limburg Sport. De pas biedt verschillende voordelen die bijdragen aan 3 doelen:
Watersley is een gebied in Sittard met een groot historisch pand dat in de historie de functie kasteel, klooster en zorgcentrum heeft gehad. In 2014 is Watersley Sports & Talentpark gesticht (particulier initiatief) en heeft een nieuwe invulling gegeven aan dit gebied. Het is inmiddels een campus voor nationale en internationale topsporttalenten. Sporters kunnen hier voor korte of langere tijd verblijven om te trainen op de faciliteiten op het park zelf of in de omgeving. Er zijn verschillende vormen van huisvesting beschikbaar. Op het park zelf zijn een krachtruimte, sauna en faciliteiten als een eetservice en fietsonderhoud. Ook worden er evenementen georganiseerd.
Via de regeling ‘Subsidie Sportevenementen 2023’ worden top- en breedtesportevenementen ondersteund. De ondersteuning van topsportevenementen is beperkt tot de evenementen Amstel Gold Race en Jumping Indoor Maastricht. Verder kunnen (top)sportevenementen worden ondersteund via de sporttakplatforms. Zij kunnen evenementen opnemen in de werkplannen en hiervoor subsidie aanvragen.
De provincie heeft in de afgelopen jaren subsidies verstrekt aan gemeenten als bijdrage in de kosten voor investeringen in accommodaties voor topsport en talentontwikkeling. Gezien de budgettaire ontwikkeling is niet de verwachting dat dit de komende jaren ook mogelijk is.
3.1 Evaluatie en ontwikkelingen 2016 -2022
Als we terugblikken op de periode 2016 - 2022 dan zien we dat er in deze periode veel wijzigingen hebben plaatsgevonden. Het budget werd in 2016 gekoppeld aan een aantal structurele activiteiten met (een langere) historie. In de loop van de periode vervielen er activiteiten en kwamen er activiteiten bij. Waar dit vanuit de beleidskaders en het budget passend was, zijn de nieuwe activiteiten gesteund.
Bij de topsportbeoefening waren basketbal en volleybal de belangrijkste pijlers. Tussentijds is darten hieraan toegevoegd. Helaas kon de topsportbeoefening bij het volleybal en het darten niet worden gehandhaafd. Het basketbal breidde de activiteiten daarentegen juist uit met damesbasketbal op het hoogste landelijke niveau. Op het amateurniveau streven sommige verenigingen naar een hoog niveau. Handbalvereniging Rapiditas heeft in 2022 de stap kunnen maken naar het één na hoogste landelijke niveau met de heren en de jongens. Daarnaast zijn er binnen sporttakken die op individueel niveau worden beoefend successen op hoog niveau door (jeugd)leden van de Weerter verenigingen. Dit speelt onder andere bij het turnen en het zwemmen en reddend zwemmen.
Bij de talentontwikkeling werd in 2016 is gekozen voor het voortzetten van de ondersteuning van de Regionale Talenten Centra (RTC’s). Behoud en ontwikkeling van de RTC’s hangt samen met het bondsbeleid, maar ook het provinciale beleid (subsidieverlening) speelde een rol. Een wijziging van het bondsbeleid leidde tot het verdwijnen van het RTC volleybal uit Weert. Het RTC handboogschieten dat startte in 2015 heeft zich daarentegen goed kunnen ontwikkelen en is momenteel samen met het RTC basketbal een stabiele factor. De RTC’s bedienen in principe de regionale ‘markt’, maar ook buiten de RTC’s zijn er sporttalenten in Weert. Ondersteuning van deze talenten en hun verenigingen was geen onderdeel van het beleid in 2016. De vraag hiernaar vanuit de verenigingen neemt wel toe.
Bij de evenementen heeft Stichting Stadstriathlon Weert het accent voor de jaarlijkse Stadstriathlon veranderd na het EK van 2019. Van een breed programma met recreatieve sport, breedtesport en nadrukkelijk ook topsportwedstrijden is de huidige koers een gevarieerd recreatief en breedtesportprogramma, waar zo mogelijk topsport aan kan worden toegevoegd. Het handboogevenement Kings of Archery verhuisde door groei definitief naar Eindhoven. Een nieuwe ‘lokale’ speler bij de topsportevenementen was Stichting ENTC met de Europese Kampioenschappen kabel waterskiën. Een ambitie om ook eens een Wereldkampioenschap te organiseren in Weert is al eens voorzichtig aangestipt.
De organisator van Het Sportgala stopte en door de coronacrisis is een vervolg nog niet onderzocht. De laatste jaren is er wel de vraag gesteld of het gala zich alleen op topsport moet richten. Ook in de breedtesport gebeuren mooie dingen die waardering verdienen.
Voor een uitgebreide terugblik op het beleid 2016-2022 wordt verwezen naar bijlage 1 (pagina 15 e.v.).
3.2 Focus vanaf 2023 op ondersteunen topsportbeoefening en talentontwikkeling
Dit topsportbeleid legt de focus de komende jaren volledig te leggen op de ondersteuning van de activiteiten topsportbeoefening in competitieverband en ondersteuning van topsporters en talenten in hun ontwikkeling. Dit betekent het wegvallen van de ondersteuning van topsportevenementen en het sportgala.
Momenteel zijn er geen structurele topsportevenementen in Weert. Door wel middelen te reserveren binnen het topsportbeleid bestaat de kans dat deze onbenut blijven, terwijl er vanuit de onderdelen topsportbeoefening en talentontwikkeling meer vraag is naar ondersteuning. De meerwaarde van topsportevenementen voor Weert kan in de toekomst worden getoetst aan het evenementenbeleid en zo mogelijk vanuit dit beleidskader worden ondersteund.
Voor het sportgala wordt voorgesteld om een vervolg en de wijze waarop te onderzoeken binnen het Sportakkoord. Zoals beschreven in hoofdstuk 2 wordt het uitwerken van lokale sportakkoorden vanaf 2019 vanuit het landelijke beleid gestimuleerd. Los van de inhoudelijke thema’s zet het Sportakkoord voor de uitvoering in op een zo groot mogelijke samenwerking tussen zoveel mogelijk partners in de sport. Een activiteit als het sportgala past daarom goed binnen kaders van het Sportakkoord, waarin het vergroten van de samenhang tussen topsport en breedtesport als een van de opgaven is benoemd.
3.3 Topsportbeoefening op hoogst nationale competitieniveau
Voorgesteld wordt om de keuze te handhaven voor ondersteuning van topsportbeoefening op uitsluitend het hoogste nationale competitieniveau voor senioren. In de meeste sporttakken is er een groot verschil tussen het hoogste en een na hoogste niveau. De eisen die worden gesteld aan de organisatie, de trainers en de sporters en de kosten die daarmee gepaard gaan zijn bij het hoogste nationale niveau aanzienlijk hoger.
Momenteel is er alleen bij het basketbal sprake van competitie op het hoogste nationale niveau. Handhaving op dit niveau was niet gemakkelijk. Het vergde een overgang van de activiteit van BSW naar BAL en laatstgenoemde moest vanuit een ‘achterstandspositie’ opnieuw gaan bouwen. De afgelopen jaren heeft BAL hierin goede progressie weten te boeken en is de topsportbeoefening verbreed met damesbasketbal. De combinatie van het dames- en herenbasketbal op het hoogste niveau vanuit één entiteit is vrij uniek in Nederland. In combinatie met het RTC (ook wel: De Academie) zet het Weert nog meer op de kaart als echte basketbalstad. De jeugd die start met basketballen in Weert heeft de kans zich binnen de eigen vereniging te ontwikkelen via de talentopleiding naar de topsport. Waar het talent of de ambitie voor het hogere niveau ontbreekt, is er een prima breedtesport aanbod met voor velen toch een stukje trots om deel uit te maken van deze bijzondere vereniging. Naast de sport is er ook gebouwd aan de organisatie die breder wordt en de taken daardoor meer en meer goed kan verdelen. Naast de organisatorische kracht zijn uiteindelijk de beschikking over financiële middelen en goede faciliteiten essentieel. Daarom wordt voorgesteld de ondersteuning op deze aspecten te handhaven. Concreet wordt voorgesteld dit als volgt in te vullen:
Voor de faciliteiten zijn in het sportaccommodatiebeleid keuzes gemaakt die rekening houden met de behoeften van BAL. Sporthal Boshoven is voor BAL een belangrijke accommodaties. In het accommodatiebeleid is vernieuwing en uitbreiding van deze hal voorzien, waardoor er meer ruimte is voor de groeiende activiteiten van BAL. Hierbij wordt ook zo mogelijk rekening gehouden met extra faciliteiten, zoals een krachtruimte en kantoorruimte.
3.4 Ondersteunen ontwikkeling van topsporters en talenten
Naast de topsportbeoefening die in Weert plaatsvindt op competitieniveau zijn er ook individuele sporters uit Weert die op topniveau acteren. Er is in 2016 niet voor gekozen subsidies te verstrekken aan individuele topsporters. Het is moeilijk een sluitende subsidieregeling te maken met objectieve criteria. Het verdelen van een beperkt budget over meerdere sporters geeft ook het effect van een ‘druppel op een gloeiende plaat’. Is er dan echt sprake van een verschil dat je als gemeente voor deze sporter kunt maken?
Het verschil kunnen maken voor een topsporter is een ambitie die vanaf 2014 is opgepakt door Stichting Gaan voor Goud. Deze stichting ondersteunt sindsdien (jeugdige) topsporters uit Weert, Nederweert en Cranendonck die de ambitie én de potentie hebben om deel te nemen aan de Olympische Spelen. Gaan voor Goud bekijkt in overleg met de (bonds)trainers en (bonds)coaches van deze sporters wat zij nog kunnen toevoegen om de sporter te helpen in de realisatie van hun ambitie. Dit kan financiële ondersteuning zijn, maar bijvoorbeeld ook specifieke (para)medische ondersteuning. De Stichting beschikt inmiddels over een brede ‘providerboog’ om hieraan bij te dragen. Sportieve dromen waarmaken vergt een jarenlange toewijding. Er is daarom ook vaak sprake van een langdurige verbintenis tussen Gaan voor Goud en de sporters.
Het steunen van Gaan voor Goud is een ‘objectieve’ manier om bij te kunnen dragen aan de ambities van deze toptalenten. Ook hier kan weer goed de verbinding worden gelegd naar de functie voor het versterken van de breedtesport via een van de maatschappelijke waarden van topsport: Sportparticipatie & inspiratie.
Voor de ondersteuning van talenten is in het huidige beleid de koppeling gelegd met de RTC’s. In deze RTC’s worden de talenten uit specifieke takken van sport opgeleid, momenteel het basketbal en handboogschieten. Het betreft een ondersteuning van talenten uit de regio. Een klein deel van deze talenten komt uit Weert zelf.
Om meer (Weerter) talenten te kunnen ondersteunen werd in 2016 in het beleid als een van de doelen voor de beoogde samenwerking met de provincie opgenomen: ‘het versterken van de ondersteuningsstructuur voor talenten in de vorm van de realisatie van een performance center’ (PC). Een PC is een organisatie die alle topsporters en sporttalenten, ongeacht welke sport zij beoefenen, ondersteunt in hun ontwikkeling en hen zo helpt om (meer) succesvol te zijn. Zoals aangegeven in paragraaf 3.4 is er uiteindelijk geen samenwerkingsovereenkomst met de Provincie gerealiseerd. Er zijn na 2016 en 2017 wel enkele gesprekken gevoerd met Topsport Limburg, maar toen bleek dat deze hierin voor Weert geen ondersteunende rol kon vervullen. Vanuit de gemeente waren er geen middelen en capaciteit om hier op in te zetten. De vraag of er in Weert een PC kan worden gerealiseerd is daarom tot op heden niet beantwoord. Gezien de toename van de vraag vanuit verenigingen om hen ondersteuning te bieden voor het opleiden van talenten wordt voorgesteld in de periode 2023-2028 actief op zoek te gaan naar dit antwoord.
Zoals gezegd is een PC een organisatie die alle topsporters en sporttalenten, ongeacht welke sport zij beoefenen, kan ondersteunen in hun ontwikkeling en hen zo helpt om (meer) succesvol te zijn. Organisaties uit de sectoren sport, zorg, onderwijs en het bedrijfsleven bundelen in een PC hun krachten en leveren diensten en voorzieningen om dit doel te realiseren. Voornaamste dienstverlening bestaat uit specifieke krachttraining, (para)medische begeleiding, begeleiding op het gebied van voeding en mentale begeleiding. Dit laatste kan variëren van laagdrempelige workshops tot 1 op 1 begeleiding als dit voor de sporter nodig is om verder te komen. Daarnaast kan een PC kennis bij de trainers en coaches versterken zodat zij op hun beurt de talenten zelf ook beter kunnen begeleiden, maar ook de breedtesport kunnen versterken. Tot slot kan een PC worden ingezet voor het herkennen van talent bij (jonge) kinderen. Kortom: doel van een PC is om sporters, trainers en coaches dicht bij huis de mogelijkheid te bieden hun talenten verder te ontwikkelen en topsporters te helpen om (meer) succesvol te zijn door het aanbieden van specifieke begeleiding in brede zin. In 2016 was in Sittard-Geleen al een dergelijk Centrum actief, gekoppeld aan Topsport Limburg. De provincie wilde ook in Venlo en Weert de opties voor een realisatie onderzoeken. De keuze voor deze steden is gebaseerd op de aanwezigheid van de Topsport Talentscholen.
In Venlo is inmiddels een PC gerealiseerd. Deze ontwikkeling startte in 2018 op initiatief van 7 verenigingen, maar stagneerde door het ontbreken van een trekker. De gemeente besloot na 2 jaar om hierin te voorzien. Corona zette tijdelijk een rem op de voortgang, maar in 2022 kon worden doorgepakt. De coördinatie werd buiten de gemeente geplaatst en er werd een stichting opgericht waarin het PC is ondergebracht. Deze stichting krijgt jaarlijks een gemeentelijke subsidie voor coördinatie- en uitvoeringskosten. Het PC zet zich in voor het verwerven van bijdragen van andere partners in geld en natura. Het PC ontwikkelt zich goed, vanuit steeds meer takken van sport vindt er instroom plaats.
Gezien de goede ontwikkeling in Venlo is er in januari 2023 een verkenning gedaan voor de realisatie van een PC in Weert met vertegenwoordigers van de RTC’s basketbal en handboogschieten, Stichting Gaan voor Goud en Stichting LVO Weert (Topsport Talentschool). Hierbij was ook de verenigingscoördinator van het PC in Venlo aanwezig. Samengevat is dit de uitkomst van deze verkenning:
Ook voor de RTC’s kan het een meerwaarde hebben als er sprake is van een duurzame organisatie. Nu moeten de RTC’s zelf hun partners zoeken voor begeleiding op alle onderdelen. Soms komt continuïteit hierdoor onder druk te staan. Dit kan via een breed netwerk van een PC mogelijk goed worden ondervangen;
Advies vanuit de verkenning was om te onderzoeken of de realisatie van een PC voor Weert gewenst en haalbaar is en dat een eerste stap hierin bestaat uit een inventarisatie, waarbij de volgende vragen moeten worden beantwoord:
Ondersteuning talentontwikkeling
In theorie lijkt een bundeling van ondersteuning door en voor alle partijen via een Performance Center een einddoel met meerwaarde:
De komende jaren moet duidelijk worden of de praktijk in Weert aansluit bij deze theorie. Daarom wordt voor 2023 voorgesteld de volgende activiteiten voor topsporters en talenten te initiëren en ondersteunen:
Vanaf 2024 kan het voortzetten van bovenstaande subsidies aan de RTC’s en Gaan voor Goud worden gerelateerd aan de uitkomsten van het onderzoek naar de behoefte en haalbaarheid van een Performance Center. Bij behoud van subsidieverlening aan individuele organisaties kan ook beoordeeld worden of hiervoor meer organisaties in aanmerking komen. Via het onderzoek naar het Performance Center wordt inzichtelijk welke organisaties specifieke activiteiten voor talenten aanbieden.
Voor de uitvoering van het topsportbeleid is in de gemeentebegroting jaarlijks een bedrag van € 53.000,- beschikbaar. Op grond van de invulling zoals uitgewerkt in paragraaf 3.3. wordt de verdeling van deze gelden vanaf 2023 als volgt:
Voor het jaar 2023 is de verdeling van de middelen als volgt:
De subsidieverlening voor topsport op het hoogste nationale competitieniveau loopt per competitiejaar en niet per kalenderjaar. De verlening voor het jaar 2022-2023 heeft dus al plaatsgevonden. Normaal drukken de kosten voor 50% op het budget van het kalenderjaar waarin de competitie start en voor 50% op het jaar waarin de competitie eindigt. Bij de verlening voor 2022-2023 is hier vanaf geweken. Door het wegvallen van een aantal activiteiten was er in 2022 restruimte. Wegens de ontwikkeling van het nieuwe beleid in 2023 is ervoor gekozen de restruimte van 2022 geheel in te zetten voor de subsidieverlening topsport competitiejaar 2022-2023. Hierdoor is er in 2023 een budget van € 19.000,- nodig voor de uitvoering van de subsidieverlening voor topsport op het hoogste nationale competitieniveau (nog € 4.000,- voor de competitie 2022-2023 en € 15.000,- voor de competitie 2023-2024, aandeel 2023).
Toelichting 2 Onderzoek Performance Center
De benodigde kosten voor het onderzoek naar de behoefte aan en haalbaarheid van een Performance Center zijn nog niet bekend. Op basis van een nog uit te werken opdrachtformulering kunnen hiervoor offertes worden opgevraagd. In 2023 is er in principe een restruimte van € 53.000,- -/- € 34.000,- = € 19.000,-. Dit is het bedrag dat maximaal kan worden ingezet voor het onderzoek.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van: 7 juni 2023
De griffier,
mr. M.H.R.M. Wolfs-Corten
De voorzitter,
mr. R.J.H. Vlecken
Bijlage 1. Keuzes en ontwikkelingen 2016-2022
Deze bijlage geeft inzicht in de keuzes die in 2016 zijn gemaakt voor het beleid voor de periode 2016 -2020 en doorgetrokken in 2021 en 2022. Vervolgens worden alle ontwikkelingen gerelateerd aan dit beleid in de periode 2016-2022 weergegeven: hoe ontwikkelden de ondersteunde activiteiten zich, welke nieuwe activiteiten waren er en hoe werden deze ondersteund, wat gebeurde er op het gebied van de sportaccommodaties en wat gebeurde er met het budget en de verdeling hiervan?
I.Keuzes topsportbeleid 2016 -2020
In 2016 werden de volgende beleidskeuzes gemaakt voor de periode 2016-2020:
Ondersteuning topsportorganisaties basketbal en volleybal
Gekozen werd voor het voortzetten van de ondersteuning van het topbasketbal (heren) en topvolleybal (dames). Dit gezien de lange historie van deze activiteiten. Bij andere takken van sport (zaalvoetbal en tennis) is er tijdelijk sprake geweest van competitie op het hoogste niveau, maar dit kon niet worden voorgezet. Besloten is daarom te focussen op deze twee sporttakken en bij een nieuwe tak van sport separaat te beoordelen of ondersteuning wel of niet gewenst is.
Lagere zaalhuur (verlaging tarief van maatschappelijk tarief naar verenigingstarief2)
Ondersteuning RTC’s basketbal, volleybal en handboogschieten
Gekozen werd voor het voortzetten van de ondersteuning van de Regionale Talenten Centra basketbal, volleybal en handboogschieten (RTC’s). Een RTC is een opleiding die onderdeel is van het opleidingsprogramma voor topsporters en talenten van de landelijke sportbond. De landelijke sportbond is niet altijd de organisator, maar erkent de opleidingen als onderdeel van het programma en verleent ook financiering of andere bijdragen (inzet expertise, trainers etc.).
Waardering individuele topsporters
Gekozen werd voor een deelname aan de lokale huldiging die in 2014 was gestart op initiatief van de Weerter Sportraad door een geldelijke bijdrage te leveren.
Ondersteuning evenementen Stadstriathlon en Kings of Archery
Net als bij ondersteuning topsportorganisaties is ook bij de ondersteuning van evenementen gekozen voor een gerichte keuze voor ondersteuning van 2 evenementen die jaarlijks georganiseerd werden.
Onderzoeken mogelijkheden verdere ontwikkeling Weert als topsportregio
De Provincie Limburg had rond 2015 de ambitie om in navolging van Sittard meer regio’s te ontwikkeling als topsportregio in samenwerking met gemeenten. Weert en Venlo waren vanuit de aanwezige topsportactiviteiten en de aanwezige Topsport Talentscholen de meest logische locaties. Gesprekken met de provincie in 2015 leidden tot de intentie te komen tot een samenwerkings-overeenkomst. De (samen met andere partners) te realiseren doelen werden vastgelegd in het topsportbeleid als basis voor vervolgoverleg over de samenwerkingsovereenkomst:
Beschikbaar subsidiebudget en inzet hiervan
Bij het vaststellen van de beleidsnota in 2016 werden aan de uitvoering de volgende budgetten gekoppeld voor het verlenen van de directe subsidies:
Bovenstaand budget werd als volgt gekoppeld aan de te ondersteunen activiteiten:
Aan de uitvoering van de beoogde samenwerking met de Provincie werd geen budget gekoppeld. Een deel van de doelstellingen werd van de zijde van de gemeente mede ingevuld via subsidiering van bovenstaande activiteiten. Als de samenwerking mocht leiden tot behoefte aan extra middelen, dan zou dit separaat voor besluitvorming aan de raad worden voorgelegd.
II.Ontwikkelingen bestaande activiteiten periode 2016-2022
In deze paragraaf wordt een toelichting gegeven op de activiteiten als benoemd in de vorige paragraaf en wordt beschreven hoe deze activiteiten zich in deze periode hebben ontwikkeld.
Deze activiteit betreft het spelen van basketbal op het hoogste nationale niveau voor senioren (heren) en vindt sinds 1982 plaats in Weert. In de jaren ’90 waren de sportieve resultaten het beste, met als hoogtepunt het veroveren van de nationale titel in 1994. In de periode hierna kwamen de financiële middelen geleidelijk meer en meer onder druk te staan. Bij het vaststellen van de nota voor de periode 2016-2020 was de activiteit ondergebracht in de Stichting BSW. Deze werd lopende het seizoen 2015-2016 echter geconfronteerd met een faillissement. De activiteit is toen initieel voortgezet door de gelieerde Stichting Top BSW en er werd een onderzoek gestart naar de mogelijkheid tot een fusie met Stichting Basketbal Promotie Limburg (BPL). Dit bleek financieel niet haalbaar. Uiteindelijk leidde dit tot een faillissement van Stichting Top BSW. BPL is toen in overleg getreden met de organisator van de competitie, destijds de Dutch Basketbal League (DBL). Dit resulteerde in overname van de wedstrijdlicentie van het topbasketbal van BSW door de de aan BPL gelieerde vereniging Basketbal Academie Limburg (BAL). Deze overname was een logische stap omdat BAL de uitvoering van de breedtesportactiviteiten al eerder had overgenomen van de vereniging BSW. Tevens bood BPL al sinds 2011 een door de Nederlandse Basketbal Bond (NBB) erkende talentopleiding in Weert aan.
BAL startte in het seizoen 2017-2018 met een zeer klein budget. De gemeente heeft dit traject gesteund door het maximale subsidiebedrag van € 22.000,- zoals vastgelegd in het topsportbeleid te handhaven. Sindsdien heeft BAL budgettair geleidelijk groei gerealiseerd voor deze activiteit, parallel hieraan groeide ook de sportieve resultaten. De ambitie van BAL ligt niet meer bij het realiseren van aansluiting bij de landelijke topteams, maar wel om te klimmen naar een vaste plek in de ‘middenmoot’ en hier een geduchte tegenstander te zijn voor elk team. Er wordt nadrukkelijk gekozen om zoveel mogelijk spelers uit het eigen opleidingsprogramma in te zetten. Dit maakt het opleidingsprogramma van BAL aantrekkelijk. Het seizoen 2020-2021 was voor BAL vooralsnog het topjaar. Het team won in dat jaar de nationale bekercompetitie.
Sinds het competitiejaar 2021-2022 zijn de Nederlandse en Belgische topcompetitie met elkaar verbonden onder de naam BNXT-League. In het eerste deel van de competitie wordt een landelijk programma afgewerkt. In het tweede deel van de competitie spelen vervolgens hoogst geklasseerde Nederlandse en Belgische teams tegen elkaar. Het zelfde geldt voor de lager geklasseerde teams. Aan het einde van het competitiejaar vindt weer op nationaal niveau de strijd om de landskampioenschappen plaats. Doel van deze competitiewijziging is om meer sportieve uitdaging voor alle teams te realiseren en hierdoor ook de sport naar een hoger niveau te tillen. Beide aspecten moeten ook leiden tot een hogere attractiviteit voor het publiek.
Deze activiteit betreft het spelen van volleybal op het hoogste nationale niveau voor senioren (dames) en vond plaats van 1996 tot 2018. Sportieve hoogtepunten waren er in 2001 en 2011. In beide jaren werd de nationale titel behaald. In 2011 werd ook de nationale beker gewonnen en in 2011 en 2012 de Supercup. De organisatie is in de loop der jaren wegens faillissementen enkele malen overgenomen door nieuwe partijen (stichtingen). Bij het vaststellen van het topsportbeleid in januari 2016 speelde het team door bijzondere omstandigheden een jaar op het derde nationale niveau. De toenmalige organisator, Stichting Weerter Topvolleybal (SWT), had echter de ambitie om terug te keren naar het hoogste nationale niveau. Op grond hiervan was voor het seizoen 2015-2016 toch een subsidie verleend. In het topsportbeleid is toen gekozen voor handhaving van de subsidie in het seizoen 2016-2017 mits er werd gepromoveerd naar de topklasse (2e nationale niveau) en hierna te besluiten over het vervolg. De vereiste promotie naar het topklasse werd gerealiseerd en aansluitend de promotie naar het hoogste nationale niveau. Op grond hiervan is de subsidie gehandhaafd. Na één seizoen in de hoogste klasse (2017-2018) heeft SWT echter besloten te stoppen met de activiteit. De organisatie was te klein om te kunnen voldoen aan de toegenomen eisen die vanuit de bond werden gesteld aan deelname. Ook bleef het moeilijk voldoende financiële middelen te genereren.
De Stadstriathlon is een breed triatlonevenement dat sinds 2010 jaarlijks plaatsvindt in de binnenstad van Weert. Aanvankelijk werd dit evenement met recreatieve triathlonactiviteiten en breedtesportwedstrijden georganiseerd door de stichting Total Sports Weert. In 2015 nam Stichting Stadstriathlon Weert de organisaties over. De eerste jaren jaar was de Satdstriathlon een tweedaags evenement. In 2014 vond een belangrijke uitbreiding plaats, er werden topsportwedstrijden (hoogste nationale niveau en Europees niveau) toegevoegd aan het programma. Mede hierdoor werd het evenement uitgebreid van 2 naar 3 dagen. De toevoeging van de topsportwedstrijden werd structureel en leidde uiteindelijk tot de organisatie van het Europees Kampioenschap Triatlon Olympic Distance (EK) in 2019. Op basis van de topsportwedstrijden is bij de actualisatie van het topsportbeleid in 2016 besloten een vaste subsidie van € 15.000,- te koppelen aan dit evenement. In 2019 is voor de organisatie van het EK éénmalig een extra subsidie van € 60.000,- toegekend.
De organisatie van het EK in 2019 heeft veel van de stichting gevergd. Ook was in de jaren hiervoor duidelijk geworden dat de financiering van de ‘reguliere edities’ (zonder EK) moeilijker werd. De hoge eisen voor de organisatie van de topsportwedstrijden brachten hoge kosten met zich mee. Dit liep niet in de pas met de groei van de hiervoor benodigde (sponsor)inkomsten. Tevens daalde de provinciale subsidie voor het evenement. Deze werd onderdeel van de totale subsidie aan het Triathlonplatform Limburg. Binnen het uitvoeringsprogramma van dit platform bleek het niet haalbaar de subsidie op het eerdere niveau van € 15.000,- te houden. Dit had mede te maken met de groei van het aantal triathlon evenementen in Limburg.
Door de bovenomschreven druk op de financiën koos de Stichting er na het EK voor het programma weer terug te brengen van 3 naar 2 dagen en de (internationale) topsportwedstrijden te laten vervallen. Hierdoor verdween de grondslag om subsidie te verlenen via het topsportbeleid. De Stichting heeft toen wel aangegeven dat het aangepaste evenement niet kan worden georganiseerd zonder behoud van de gemeentelijke subsidie van € 15.000,-. De kosten voor de organisatie van evenementen zijn in de loop der tijd fors gestegen en de Stichting kon dit niet dekken via de sponsorgelden en de deelnemersbijdragen.
In de jaren 2020, 2021 en 2022 is het evenement niet doorgegaan. In 2020 en 2021 kwam dit door de coronacrisis. Voor de editie 2021 was dit lange tijd onzeker. De voorbereidingen zijn toen wel lange tijd doorgezet, waaronder ook een subsidieverlening van € 15.000,- (niet meer gedekt uit het budget voor topsportsubsidie, B&W-besluit 9 februari 2021). In 2022 bleek corona geen directe belemmering meer, maar moest de Stichting het evenement een maand van tevoren alsnog afgelasten. De financiële risico’s bleken, ondanks de toegezegde subsidie te groot. Indirect was de coronacrisis hier debet aan. Uit een evaluatiegesprek met de Stichting werd duidelijk dat er geen sprake is van een definitief einde van het evenement. Voor 2023 staat het evenement weer ‘op de rol’. In de gemeentelijke meerjarenbegroting 2023-2026 is voorzien in een subsidiemogelijkheid van maximaal € 15.000,- per jaar.
Dit 2-daagse internationale handboogtoernooi wordt sinds 2011 jaarlijks georganiseerd door de Stichting Promotie en Ontwikkeling Handboogsport (STIPOH). Het toernooi startte op de clublocatie van handboogvereniging De Batavieren-Treffers met circa 50 deelnemers. Er was behoefte aan groei en daarom is het evenement in 2013 verplaatst naar sporthal St. Theunis. Hier kon ruimte worden geboden aan 300 deelnemers. Aan het toernooi nemen nationale en internationale topschutters deel. Het bijzondere is dat deelname open staat voor iedereen. Topschutters, amateurs en recreanten schieten zij aan zij in één wedstrijd. Het evenement is aantrekkelijk voor deelnemers en sponsoren, waardoor subsidie geen essentiële factor is voor het voortbestaan. Elke extra bijdrage betekent echter een verdere versterking van het evenement. In 2015 is daarom een subsidie van € 2.500,- verleend. Deze is in 2016 als vaste subsidie opgenomen in het topsportbeleid. De populariteit van het evenement maakte echter verdere groei gewenst. Dit kan in Weert niet worden ingevuld omdat er geen grotere indooraccommodatie voorhanden is. Daarom besloot STIPOH in 2018 tot een ‘verhuizing’ van het evenement naar Eindhoven. Het evenement is hier in de periode 2018-2022 uitgegroeid naar 1.000 deelnemers. In 2020 en 2021 kon het evenement niet doorgaan wegens corona.
De organisatie van het sportgala is in 2014 gestart door de Weerter Sportraad. Hoofddoel van de activiteit is om Weerter topsporters en sporttalenten die een bijzondere prestatie leveren in het zonnetje te zetten. Onderdeel van het programma is onder andere de verkiezing van (para)sporter van het jaar, sporttalent van het jaar, sportteam van het jaar en sportcoach/trainer van het jaar. De activiteit vond aanvankelijk plaats in de Poort van Limburg, maar werd in 2016 wegens betere faciliteiten en uitstraling verplaatst naar het Munttheater. Omdat dit leidde tot hogere kosten is de activiteit vanaf 2016 gesubsidieerd via het topsportbeleid. De hoogte van de subsidie was aanvankelijk € 2.500,-. Vanaf 2018 is deze verhoogd naar € 3.875,-. In 2018 hield de Weerter Sportraad op te bestaan. De sportraad was echter voor de organisatie van het Sportgala in 2017 al een samenwerking gestart met serviceclub Kiwanis. Kiwanis heeft de organisatie overgenomen voor een periode van aanvankelijk 3 jaar (gala’s van januari 2018,2019 en 2020), waarbij een bestuurslid van de (op te heffen) Sportraad als trekker bleef fungeren. Kiwanis heeft in 2020 besloten de organisatie van het evenement niet voort te zetten. Door de coronacrisis is er ook geen onderzoek gedaan naar het vervolg.
6.Regionale Talenten Centrum basketbal
Het RTC basketbal is gestart in 2011. Na 2016 werd het beleid voor talentopleiding aangepast. Dit leidde tot een vermindering van het landelijke aantal RTC’s. Het RTC basketbal bleef behouden. Het RTC basketbal richtte zich, in tegenstelling tot de andere RTC’s, aanvankelijk alleen op jongens. In 2019 is de opleiding uitgebreid voor meisjes. Bij vele RTC’s voor teamsporten vormt een RTC een aanvulling op de clubtraining en spelen de talenten competitie in hun eigen vereniging. Bij het RTC basketbal is dit anders. De talenten die deelnemen aan het RTC in Weert spelen bijna allemaal competitie voor BAL. Deze ‘RTC-teams’ spelen daarom allemaal in de hoogste landelijke jeugdcompetities en spelen jaarlijks mee om de kopposities. Regelmatig worden kampioenschappen behaald. Het huidige RTC kent circa 85 deelnemers. Doelstelling voor de toekomst in een gelijkblijvende omvang van het aantal deelnemers, maar wel een verdere intensivering van het programma (meer trainingen). Het huidige trainingsprogramma is met vrijwel dagelijkse trainingen al vrij uitgebreid. Het RTC maakt gebruik van sporthal Boshoven, sporthal St. Theunis en de gymzaal van Het College (bij sporthal St. Theunis). Voor de fysieke trainingen wordt gebruik aanvullend gemaakt van een sportschool. Aanvullend op de sporttechnische en fysieke trainingen krijgen de talenten ook (para)medische begeleiding, begeleiding op het gebied van voeding, mentale begeleiding en huiswerkbegeleiding. Gezien het intensieve programma wordt voor talenten die niet in of nabij Weert wonen huisvesting aangeboden. BAL huurt hiervoor momenteel een gebouw op het HQ-terrein.
7.Regionaal Talenten Centrum volleybal
Het RTC volleybal is gestart in 2013. Net als bij het basketbal paste ook de volleybalbond na 2016 het beleid voor de talentopleiding aan. Dit leidde ook hier tot een vermindering van het landelijke aantal RTC’s. Aanvankelijk bleef het RTC’s in Weert behouden. De provinciale subsidie en de gunstige voorwaarden voor zaalhuur in Weert speelden hierbij mede een rol. Na een eerste evaluatie van het aangepaste beleid heeft de volleybalbond uiteindelijk toch besloten het RTC is Weert te laten vervallen vanaf medio 2021. De bond streeft naar een versterking van de rol van de verenigingen op dit gebied. De subsidie aan het RTC is hierdoor medio 2021 gestopt.
8.Regionaal Talenten Centrum handboogschieten
In 2015 startte het RTC handboogschieten in Weert en is één van de 4 landelijke RTC’s voor handboogsport. De handboogsport kent een indoor en een outdoor seizoen. Indoor wordt geschoten over een korte afstand: 18 meter of 25 meter. Outdoor schieten de schutters over lange afstanden: de dames over 30, 50, 60 en 70 meter, de heren over 30, 50, 70 en 90 meter.
Het RTC biedt plaats aan maximaal 12 schutters. Voor handboogschutters is het schieten van veel pijlen van belang. Zij doen dit daarom primair bij hun eigen vereniging. Het RTC biedt twee trainingen per week: een sporttechnische training waar wordt gewerkt aan het verbeteren van de techniek en een fysieke training voor de ontwikkeling van conditie en kracht. De sporttechnische trainingen vinden plaats op sportpark St. Theunis: in het outdoor seizoen wordt er getraind op de buitenhandboogbaan die in 2017 is gerealiseerd (zie toelichting in paragraaf bij 3.5), in het indoor seizoen wordt de gymzaal van Het College gebruikt. Het RTC in Weert heeft een grote meerwaarde voor de talenten. Talenten uit Limburg en Oost Brabant hebben nu de mogelijkheid om zich dicht bij huis te ontwikkelen. Vanuit het RTC is Weert zijn inmiddels al diverse talenten doorgestroomd naar de selectie van Jong Oranje. In Jong Oranje is slechts plaats voor enkele talenten. Nederland schiet op internationaal vlak een aardig pijltje mee. Het outdoor handboogschieten over 70 meter is een Olympische sport. Er is dus zeker kans dat een oud-deelnemer aan het RTC in Weert uiteindelijk deelneemt aan de Olympische Spelen.
III.Ontwikkelingen nieuwe activiteiten periode 2016-2022
In deze paragraaf wordt een overzicht gegeven van de nieuwe activiteiten op het gebied van topsport en talentontwikkeling die hebben plaatsgevonden in de periode 2016-2022 of in deze periode zijn gestart. Deze zijn deels ondersteund met subsidies op grond van het topsportbeleid en deels met andere middelen.
Fanatics Weert (Fanatics) is een dartgroep met spelers uit Weert en de regio. De groep speelt al lange tijd op hoog niveau (Superleague). De Superleague bestaat uit een hoofdklasse en een overgangsklasse. De hoofdklasse is de hoogste nationale competitie. Hierin spelen 10 teams. De overgangsklasse is ingedeeld in 3 delen, in elk deel spelen 10 teams. Jaarlijks degraderen de nummers 8, 9 en 10 uit de hoofdklasse naar de overgangsklasse. De winnaar van elke overgangsklasse promoveert. In het seizoen 2015-2016 promoveerde Fanatics van de overgangsklasse naar de hoofdklasse. Handhaving in de top is niet vanzelfsprekend. De dartssport ontwikkelt zich sterk en de concurrentie neemt toe. Fanatics heeft de gemeente daarom in 2019 gevraagd om financiële steun om haar niveau te verbeteren en de kans op handhaving in de hoofdklasse te vergroten. Op dit verzoek is positief besloten met een eenmalige subsidie van € 3.000,- voor de periode september 2019 t/m december 2020. Een eventuele verlenging van de subsidie zou worden betrokken bij de actualisatie van het topsportbeleid. Door uitstel van de actualisatie is de subsidie voor het competitiejaar 2021 - 2022 voortgezet. In dit seizoen lukte het Fanatics niet meer om zich te handhaven, het team degradeerde naar de overgangsklasse. Ze heeft de ambitie weer zo snel mogelijk te promoveren naar de hoofdklasse, maar omdat alleen de winnaar promoveert is dit een lastige uitdaging. Analoog aan voorgaand beleid (één jaar voortzetting subsidie bij degradatie) is de subsidie voor het seizoen 2022-2023 gehandhaafd.
2.Talentopleiding Stichting FreshAllstars
Stichting Fresh Allstars heeft de gemeente in 2019 gevraagd een bijdrage te leveren voor het verder professionaliseren van de talentopleiding voor breakdance. De stichting is gelieerd aan dansschool Fresh. De dansschool bood de talenten uit Weert en de regio aanvullend aan de reguliere lessen een extra programma. In totaal waren er 3 groepen actief binnen dit programma met circa 10 jongeren per groep. Deze groepen staan bekend als de Fresh Allstars. De stichting is opgericht om deze groepen te ondersteunen en verder te ontwikkelen. De Fresh Allstars hebben de afgelopen jaren veel laten zien, zowel als groep als individueel. Landelijk hebben (leden van) de Fresh Allstars bekendheid gekregen door deelname aan succesvolle TV-programma´s als ‘Everybody Dance Now’ en ‘Holland’s Got Talent’. Bekendste lid is Lorenzo Caboni. Hij behoort al jaren tot de internationale top en wordt momenteel ondersteund door Stichting Gaan voor Goud (zie voor toelichting Gaan voor Goud paragraaf: 4.2.2.). Breakdance ontwikkelt zich wereldwijd sterk en wordt steeds meer als een sport gezien. De kwalificatie als Olympische Sport in 2024 onderstreept dit. Stichting Fresh Allstarts wilde het opleidingsprogramma voor de talenten daarom intensiveren en verbreden om zo een ‘speler’ te kunnen blijven in de top.
In 2019 is een eenmalige subsidie verleend van € 9.000,- als bijdrage voor de verdere ontwikkeling van de opleiding voor de periode september 2019 t/m december 2020 (beoogde einddatum topsportbeleid). In 2021 is de subsidie voortgezet. In 2022 werd duidelijk dat de verdere ontwikkeling van de opleiding zoals voorzien niet haalbaar was. Belangrijkste aspect hierin is het wegvallen van kartrekkers. De coronacrisis heeft eveneens een nadelig effect gehad op de ontwikkeling.
3.Talentprogramma Limburg Future Pro’s
Stichting Limburg Paardensport is een van de provinciale sporttakplatforms. De Stichting heeft een talentenprogramma ontwikkeld, Limburg Future Pro’s. Limburgse talenten op het gebied van springen, eventing en dressuur worden via dit talentenprogramma begeleid. De begeleiding van de talenten op het onderdeel springen wordt gedaan door Rob Ehrens van Springstal Ehrens in Weert. Rob Ehrens is voormalig bondscoach van de Nederlandse springruiters. Hij werkt in Stal Ehrens samen met zijn zoon Robbert. Onderdeel van hun bedrijf is ook de Rob Ehrens Academy. Hier kunnen ruiters van alle niveaus terecht voor opleiding, van clinics en groepslessen tot maatwerk trainingen. Inmiddels komen ruiters en amazones vanover de hele wereld naar Stal Ehrens om te trainen.
In 2017 is de gemeente Weert benaderd om etappeplaats te worden voor de Boels Ladies Tour, een meerdaagse wielerwedstrijd voor dames op het hoogste internationale niveau die onderdeel uitmaakt van de UCI World Tour (UCI = Union Cycliste Internationale). Hierop is positief besloten. Ook in 2018 werd deelgenomen. In dat jaar is een met de organisatie een verlenging voor de jaren 2019,2020 en 2021 overeengekomen. In 2020 is het evenement niet doorgegaan wegens corona. In 2021 was de organisatie wel mogelijk. Enige aanpassingen waren toen wel nodig doordat er nog beperkingen golden voor de organisatie van evenementen. De kosten voor deelname door de gemeente aan dit evenement zijn niet gedekt uit het topsportbeleid.
5.Europees Kampioenschap kabel waterski
In 2015 is bij zwembad De IJzeren Man een kabel waterskibaan gerealiseerd. De gemeente heeft hiertoe een bestaande baan gekocht van de Stichting ENTC (Eerste Nederlandse Teleski Club). Gekoppeld aan de verkoop is met Stichting ENTC een gebruiksrecht van 25 jaar overeengekomen op vaste tijden. Buiten deze tijden wordt de baan door zwembad De IJzeren Man geëxploiteerd. Binnen de tijden die beschikbaar zijn voor Stichting ENTC maakt de gelieerde vereniging ENTC gebruik van de baan. Stichting ENTC heeft het recht om twee weekenden per jaar gebruik te maken van de baan voor de organisatie van wedstrijden. Het kabel waterskiën is een kleine tak van sport. In deze kleine wereld is Stichting ENTC op het gebied van kennis en kunde een belangrijke speler. Hierdoor komt zij ook in beeld voor de organisatie van grote internationale wedstrijden. In 2018 en 2022 heeft Stichting ENTC het Europees Kampioenschap (EK) kabel waterski georganiseerd. In 2018 betrof het een EK voor de jeugdcategorieën (tot 19 jaar) en de masters (vanaf 35 jaar). In 2022 was ook de tussenliggende ‘open klasse’ toegevoegd aan het programma. Dit is de feitelijke topklasse van de sport. Het EK voor de ‘open klasse’ wordt normaal gesproken niet gecombineerd met het EK voor de jeugd en de masters ( te vol programma). In 2022 heeft de internationale bond Stichting ENTC gevraagd de ‘open klasse’ toe te voegen aan het geplande EK voor de jeugd en master. Het EK voor de ‘open klasse’ was gepland in Polen, maar moest wegens de oorlog in Oekraïne worden verplaatst. De verwachting is dat er met regelmaat grote internationale wedstrijden worden toegewezen aan Stichting ENTC zolang deze in staat en bereid is de organisatie op zich te nemen. De gemeente heeft voor de organisatie van het EK 2 x subsidie verleend op grond van de subsidieregeling voor evenementen.
In 2022 is BAL ook gestart met een senioren damesteam op het hoogste landelijke niveau, de Women’s Basketball League (WBL). Deze stap is voor BAL een logisch vervolg op de toevoeging van een meisjesafdeling aan het RTC. Een sponsor die zich specifiek voor het damesbasketbal wilde inzetten versnelde de stap van BAL om ook de uitdaging van het verbreding van het topbasketbal aan te gaan. In tegenstelling tot veel andere takken van sport is deelnemen aan de hoogste landelijke klasse niet alleen mogelijk via promotie uit de onderliggende klasse. Er kan ook op basis van een aantoonbaar sportief en organisatorisch niveau worden ingestroomd. Dit hangt samen met de relatief kleine omvang van het damesbasketbal in Nederland. Doel van BAL is om met het damesteam binnen enkele jaren deel uit te maken van de top 4 van Nederland. Voor het seizoen 2022-2023 is aan BAL een gemeentelijke opstartsubsidie van € 7.000,- verleend. Een afweging over het vervolg maakt onderdeel uit van deze topsportnota.
Handbalvereniging Rapiditas is in 2021 met de heren gepromoveerd naar het één na hoogste nationale competitieniveau. Met de oudste jeugd (jongens) hebben zij dezelfde stap kunnen maken. De vereniging heeft hier een aantal jaren naar toegewerkt. Deze sportieve ambitie leidt voor de vereniging uiteraard tot hogere kosten. De competitie op het één na hoogste niveau is gesplitst in 2 regio’s (zuid – noord), wat meer reiskosten met zich meebrengt. Ook de verplichting om te spelen met hars leidt tot hogere kosten. De vereniging heeft bijvoorbeeld een schrobmachine moeten aanschaffen om de harsresten na de trainingen en wedstrijden te verwijderen. De vereniging heeft de gemeente gevraagd of dit mogelijkheid biedt op subsidie van de gemeente. Het huidige beleid voorziet alleen in subsidie voor de hoogste landelijke klasse.
8.Talentontwikkeling bij diverse verenigingen
Veel verenigingen krijgen te maken met talenten en hierdoor soms ook met vragen rondom talentontwikkeling. Zij vragen de gemeente of er ondersteuning kan worden geboden, met name een financiële bijdrage voor de extra kosten die het opleiden en begeleiden van talenten met zich mee brengt. De laatste jaren zijn er concrete vragen gekomen vanuit de turnverenigingen en de zwemvereniging. De turnverenigingen overleggen regelmatig met de bond over een mogelijke partnerschap voor een regionaal talentopleidingsprogramma. De handbalvereniging overweegt te starten met een aparte talentengroep. Mogelijk zijn er ook bij andere verenigingen ontwikkelingen.
IV.Samenwerking Provincie 2016-2022
De beoogde brede samenwerkingsovereenkomst met de Provincie Limburg is niet tot stand gekomen. Wel heeft er samenwerking met de provincie plaatsgevonden. Zo heeft de provincie een eenmalige subsidie van € 143.000,- beschikbaar gesteld voor aanpassingen aan gemeentelijke sportaccommodaties voor het verbeteren van de inpassing van activiteiten op het gebied van topsport en talenontwikkeling. Deze gelden zijn ingezet voor de aanleg van de handboogbaan op sportpark St. Theunis, de verplaatsing van het centre court basketbal in sporthal Altweerterheide, de aanschaf van een topsport basketbalvloer en de verbetering van de uitstraling van sporthal Boshoven.
Ook zijn voor de ontwikkeling van de hippische sport apart gelden beschikbaar gesteld door de Provincie. Met Topsport Limburg is enkele malen gesproken over het opzetten van een performance center. Topsport Limburg kon echter geen bijdrage leveren aan nader onderzoek en realisatie. Op het gebied van evenementen is intensief samengewerkt met de provincie rondom het EK Triathlon in 2019. Naast het steunen van de lobby heeft de provincie toen een extra subsidie van € 60.000,- verleend.
V.Investeringen en beleidsontwikkeling accommodaties 2016-2022
In deze paragraaf worden de investeringen op een rijtje gezet die zijn gedaan om de activiteiten op het gebied van topsport en talentontwikkeling te ondersteunen. In 2021 is de actualisatie van het sportaccommodatiebeleid afgerond. In deze paragraaf zijn ook de keuzes die samenhangen met topsport en talentontwikkeling benoemd.
Aanleg handboogbaan sportpark St. Theunis 2017
Zoals aangegeven in paragraaf 3.3. kent de handboogsport een indoor en een outdoor seizoen. Outdoor schieten de schutters over lange afstanden van minimaal 30 en maximaal 90 meter. De pijl legt dus een lange weg af naar het doel. De pijlen zijn scherp en worden met kracht afgeschoten en ontwikkelen daarom een hoge snelheid. Veiligheidsmaatregelen zijn in deze sport daarom van groot belang. Het meest optimaal om dit op een buitenlocatie te kunnen borgen is een omheinde buitenbaan. De outdoor trainingen van het RTC zijn in 2015 gestart op een deel van het gemeentelijke recreatieve sportveld achter Het College. Door het open karakter van dit gebied en de recreatieve sportbeoefening op deze locatie kon de veiligheid hier niet worden geborgd. In 2017 is hier daarom een omheinde buitenbaan gerealiseerd die voldoet aan de veiligheidseisen en waarin op alle outdoor afstanden (tot 90 meter) kan worden getraind.
Verplaatsen centre court basketbal sporthal Altweerterheide 2018
In 2018 diende de vloer in sporthal Altweerterheide te worden vervangen. Hierbij is gekozen voor een andere inpassing van het basketbalveld en een verplaatsing van de basketbalinstallatie (wand- en plafondconstructie). Door deze aanpassingen is er een centre court gerealiseerd dat geschikt is voor wedstrijden van de RTC-teams van BAL, die grotendeels verplicht op een centre court moeten spelen. Uitwijken is nodig als sporthal Boshoven incidenteel niet beschikbaar is voor het spelen van wedstrijden.
Op basis van het in 2014 vastgestelde beleid voor de binnensportaccommodaties is een haalbaarheidsstudie gedaan naar de realisatie van een turnhal. Dit leidde tot een keuze voor realisatie van een hal in de vrijgekomen sporthal op het terrein van de voormalige Van Horne Kazerne. De gehele hal is ingericht als turnhal inclusief een valkuil. Ook de nevenruimtes zijn beschikbaar voor de turnsport. De hal is in september 2018 in gebruik genomen en huisvest alle onderdelen voor dames- en herenturnen. De turnverenigingen Jan van Weert (dames) en Tensor Turnen (heren) maken samen gebruik van deze hal. In Limburg is al jaren een RTC. Deze maakt gebruik van de turnhal in Schinnen. Het RTC maakt nu enkele uren per week gebruik van de hal in Weert. De goede faciliteiten en de ligging (centraler) liggen ten grondslag aan deze keuze.
Verbeteringen sporthal Boshoven 2019
De uitstraling van deze hal voldeed niet meer aan bij de activiteiten voor talentontwikkeling (RTC basketbal) en het topsport basketbal. Verbetering was nodig om te kunnen blijven voldoen aan de eisen van de organisator van de landelijke competitie. De verbeteringen zijn uitgevoerd in 2019 en betreffen met name schilderwerk van wanden en tribune. Daarnaast is er een nieuw basketbalvloer aangeschaft. Deze nieuwe vloer was eveneens een harde eis. Op het hoogste niveau dient er te worden gespeeld op een vloer met uitsluitend basketbal belijning. BAL heeft bovengenoemde investeringen die zijn gedaan door de gemeente (met subsidie Provincie) zelf aangevuld met investeringen op het gebeid van de showverlichting en de geluidsinstallatie.
Sportaccommodatiebeleid 2021-2030 in relatie tot topsport en talentontwikkeling
In november 2021 is de nota ‘De Tweede Helft, ontwikkelingen sportaccommodaties 2021-2030’ vastgesteld. De nota bevat nog geen definitieve keuzes maar richtingen. Er is akkoord voor het uitwerken van deze richtingen en op basis hiervan definitieve keuzes voor te leggen aan de raad.
Binnen het sportaccommodatiebeleid kunnen twee richtingen mede worden gekoppeld aan topsport en talentontwikkeling:
Bij de vernieuwing van sporthal Boshoven is rekening gehouden met een uitbreiding van de capaciteit. Er wordt uitgegaan van behoud van de (huidige) hal en de toevoeging van een sportzaal. Door deze uitbreiding worden twee behoeften gekoppeld: extra ruimte voor bewegingsonderwijs in Weert (stad) en extra ruimte voor de basketbalsport. De groeiende ruimtevraag vanuit de basketbalsport hangt in hoofdzaak samen met de groei van de activiteiten van het RTC en het topsport basketbal zoals beschreven in de paragrafen 3.2. en 3.3. Bij de vernieuwing kunnen tevens de faciliteiten worden betrokken die vanuit de organisatie van de topsportcompetitie heren worden gekoppeld aan deelname. Ook een aantal behoeften van BAL vanuit de talentopleiding en de topsportactiviteiten worden meegenomen, zoals een krachtruimte en extra bergruimte.
In het accommodatiebeleid is de keuze voor behoud van een turnaccommodatie vastgelegd. Gezien de mogelijke beëindiging van de huur van de huidige hal per 2028 is in het beleid een voorkeurslocatie voor nieuwbouw vastgelegd: sportpark Boshoven. Inmiddels is duidelijk dat een verlenging van de huur van de huidige hal geen meerwaarde biedt voor zowel de verhuurder als de gemeente. Ook voor de verenigingen biedt een verhuizing meerwaarde. Realisatie van een nieuwe hal is daarom inmiddels meegenomen in het voorbereidingstraject voor de vernieuwing van sporthal Boshoven. De nieuwbouw biedt kansen te komen tot het optimaliseren van de huisvesting van de turnverenigingen. Vanuit de huidige hal is de nodige kennis en expertise opgebouwd. De uitdaging is om de ‘plussen’ mee te nemen naar de nieuwbouw en oplossingen te zoeken voor de ‘minnen’. De verenigingen zien een meerwaarde aan de koppeling met sporthal Boshoven. Hier kunnen kennis en faciliteiten worden gedeeld met BAL op het gebied van het opleiden van talenten. Vanuit dat perspectief zullen de Weerter turnverenigingen bij de turnbond mogelijk nog meer in beeld komen als partner voor een opleidingsprogramma voor talenten.
VI.Subsidiebudget en subsidieverlening 2016-2022
In 2016 waren er voor de directe subsidies 2 budgetten beschikbaar: het budget voor topsportsubsidies (€ 53.000,-) en het budget voor combinatiefunctionarissen (€ 22.000,-).
In 2019 is het beleid voor de combinatiefuncties geëvalueerd. De keuze om een deel van het totale budget voor de combifuncties in te zetten voor het topsportbeleid (RTC’s) kwam te vervallen. Het bedrag van € 22.000,- verviel vanaf eind 2020. Omdat in de loop van de periode 2016-2020 ook activiteiten waren vervallen, was het mogelijk de gehele subsidieverlening in de jaren 2021 en 2022 te dekken uit het resterende budget van € 53.000,-.
In onderstaand schema is weergegeven welke activiteiten in de periode 2016-2022 subsidie hebben ontvangen uit betreffende budgetten:
Zichtbaar is dat voor de topsportcompetities de verleende subsidies doorlopen tot medio 2023. Dit komt omdat deze activiteiten niet gekoppeld zijn aan een kalenderjaar, maar aan een competitiejaar.