Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Hof van Twente

Verordening tegemoetkoming in de kosten van reguliere peuteropvang en kinderopvang bij sociaal medische indicatie 2023

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieHof van Twente
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening tegemoetkoming in de kosten van reguliere peuteropvang en kinderopvang bij sociaal medische indicatie 2023
Citeertitel
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpalgemeen
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 147 van de Gemeentewet

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-08-2023Verordening tegemoetkoming in de kosten van peuteropvang en kinderopvang bij sociaal medische indicatie 2023

20-06-2023

gmb-2023-298734

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening tegemoetkoming in de kosten van reguliere peuteropvang en kinderopvang bij sociaal medische indicatie 2023

De raad van de gemeente Hof van Twente;

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders;

 

gelet op artikel 147 van de Gemeentewet;

 

overwegende dat:

 

een dagdeel voor peuteropvang wordt gewijzigd;

 

de huidige verordening tegemoetkoming in de kosten van reguliere peuteropvang en kinderopvang bij sociaal medische indicatie is geactualiseerd

 

besluit:

 

vast te stellen de navolgende VERORDENING TEGEMOETKOMING IN DE KOSTEN VAN REGULIERE PEUTEROPVANG EN KINDEROPVANG BIJ SOCIAAL MEDISCHE INDICATIE 2023.

 

Deze verordening heeft tot doel dat het voor alle ouders financieel mogelijk dient te zijn om een kind te kunnen plaatsen op een peuterplek waar ontwikkelingsgerichte activiteiten worden georganiseerd.

Ouders die om welke reden dan ook kortdurende opvang nodig hebben op grond van sociale medische indicatie.

 

 

Artikel 1 Algemene begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    Aanvraag: een aanvraag voor een tegemoetkoming in de kosten van peuteropvang die wordt ingediend door de ouder(s)/verzorger(s).

  • b.

    Aanvraagformulier: een door het college vastgesteld formulier om in aanmerking te komen voor een tegemoetkoming kosten peuteropvang.

  • c.

    Tabel ouderbijdrage belastingdienst: de adviestabel die jaarlijks door de belastingdienst voor de ouderbijdrage kinderopvang wordt gepubliceerd.

  • d.

    College: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hof van Twente.

  • e.

    Gemeente: de gemeente Hof van Twente

  • f.

    Indicatie SMI; een indicatie afgegeven op medische of sociale gronden door het college van de gemeente Hof van Twente.

  • g.

    Kinderdagverblijf: opvang voor kinderen van 0 tot 4 jaar in de gemeente Hof van Twente.

  • h.

    Kinderopvang: Gastouder(bureau), kinderdagverblijf of buitenschoolse opvang, dat gevestigd is in de gemeente Hof van Twente en dat ingeschreven is in het LRK.

  • i.

    Landelijk register kinderopvang (LRK): register waarin kinderopvangvoorzieningen zijn opgenomen die voldoen aan de wettelijke kwaliteitseisen.

  • j.

    Kinderopvangtoeslag: de tegemoetkoming van de Belastingdienst aan ouders als gedeeltelijke bijdrage in de kosten voor de in het LRK geregistreerde kinderopvang.

  • k.

    Peuteropvang: het bieden van speelgelegenheid aan kinderen van 2 tot 4 jaar gedurende twee dagdelen per week van acht uren per week, gedurende veertig weken per jaar.

  • l.

    Ouder(s): ouder(s)/verzorger(s) van een kind en woonachtig in de gemeente Hof van Twente.

  • m.

    Kind: een kind in de leeftijd 0 t/m 12 jaar.

  • n.

    Ouder(s): ouder(s)/verzorger(s) van een kind woonachtig in de gemeente Hof van Twente.

  • o.

    Rapportage: een document waarin de ondersteuningsbehoefte van de kind en/of zijn ouders is vastgelegd, samen met de doelen (beoogde resultaten) en hoe deze te bereiken, evenals de bijdragen die zowel het college als de hulpvrager en zijn sociale netwerk hieraan kunnen leveren.

  • p.

    Toezichthouder: de door het college aangewezen toezichthouder te weten de Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst Twente, belast met het houden van toezicht op de kwaliteit van kinderopvang.

  • q.

    Wet Kinderopvang: de Wet Kinderopvang.

     

Artikel 2 Reikwijdte

De artikelen 3 tot en met 8 van deze verordening zijn uitsluitend van toepassing op alle ouders met kinderen in de leeftijd van 2 tot 4 jaar of tot het kind naar de basisschool gaat, woonachtig in de gemeente, die niet onder de Wet Kinderopvang vallen.

 

Artikel 3 De aanvraag

  • 1.

    De ouder(s) kan/kunnen bij de gemeente, middels een door het college vastgesteld formulier, digitaal, een aanvraag indienen om in aanmerking te komen voor een tegemoetkoming in de kosten van peuteropvang.

  • 2.

    De aanvraag dient vergezeld te zijn van de meest recente inkomensverklaring, op te vragen bij de Belastingdienst (het IB60 formulier).

  • 3.

    Indien het inkomen is gewijzigd en afwijkt van de inkomensverklaring, dient een afschrift van het laatste loonstrookje te worden meegestuurd.

  • 4.

    De aanvraag dient gepaard te gaan met een (voorlopig) contract tussen ouder(s) en kinderdagverblijf.

  • 5.

    De ouder kan nog tot maximaal drie maanden na plaatsing een aanvraag met terugwerkende kracht indienen.

 

Artikel 4 De tegemoetkoming aan ouder(s)

  • 1.

    Aan de ouder(s) wordt, afhankelijk van het inkomen, een tegemoetkoming verstrekt conform de tabel die door de Belastingdienst wordt gehanteerd.

  • 2.

    Voor het vaststellen van de tegemoetkoming wordt gerekend met een uurprijs die landelijk wordt vastgesteld.

  • 3.

    De tegemoetkoming wordt berekend aan de hand van de inkomenstabel die door de Belastingdienst wordt gehanteerd.

  • 4.

    De kosten hoger dan de landelijk vastgestelde uurprijs komen niet in aanmerking voor een tegemoetkoming en komen voor rekening van de ouder(s), met uitzondering van die situaties die vallen onder artikel 5 en artikel 9 van deze verordening.

  • 5.

    Uitsluitend acht uren per week gedurende veertig weken per jaar komen in aanmerking voor een tegemoetkoming.

  • 6.

    Indien het inkomen van de ouder(s) gedurende de plaatsingsperiode van een peuter verandert, zodanig dat dit van invloed kan zijn op de hoogte van de tegemoetkoming, dient de ouder(s) de gemeente daarvan op de hoogte te stellen, waarna de gemeente een nieuwe berekening maakt.

  • 7.

    Indien de ouder(s) een gezamenlijk inkomen hebben tot 120% van de laagste inkomsten-categorie, komen de kosten voor een volledige tegemoetkoming in aanmerking tot maximaal de landelijk vastgestelde uurprijs. De tegemoetkoming wordt rechtstreeks aan de ouder(s) overgemaakt.

  • 8.

    Op verzoek van de ouder(s) kan, door middel van het afgeven van een machtiging, de tegemoetkoming peuteropvang rechtstreeks naar het kinderdagverblijf worden overgemaakt.

  • 9.

    De ouder(s) blijft/blijven te allen tijde zelf verantwoordelijk voor betaling van het deel dat niet in aanmerking komt vanuit de tegemoetkoming voor de kinderopvang.

  • 10.

    De gemeente is bevoegd om steekproefsgewijs heronderzoeken te doen om te beoordelen of de tegemoetkoming nog overeenkomt met de oorspronkelijke berekening.

 

Artikel 5 Bijzondere bepaling

De ouder(s) die van de gemeente een uitkering ontvangt/ontvangen op grond van Participatiewet hoeven geen aanvraag voor bijzondere bijstand in te dienen. Aan deze ouder(s) wordt een tegemoetkoming tot 100% van de werkelijke kosten verstrekt die door de aanbieder in rekening worden gebracht. In deze gevallen geldt geen enkele eigen bijdrage.

 

Artikel 6 Overgangsbepaling periode 1 augustus 2023 tot 1 januari 2024

Voor de ouder(s) die op 1 augustus 2023 gebruik maken van een door de gemeente gesubsidieerde plek, geldt de volgende overgangsbepaling;

Indien ouder(s), die op grond van artikel 4 van deze verordening, gebruik maken van peuteropvang, waarbij zij recht hebben op maximaal zes uren per week, kunnen vanaf 1 augustus 2023, in overleg met de kinderdagverblijf, acht uren per week peuteropvang afnemen. Indien zij zes uren per week willen blijven afnemen, kan dit tot en met 31 december 2023.

 

Artikel 7 Weigeringsgronden

Er wordt geen tegemoetkoming in de kosten van peuteropvang verstrekt indien:

  • a.

    De peuter niet (meer) woonachtig is in de gemeente.

  • b.

    De peuter naar de basisschool gaat.

  • c.

    De locatie van het kinderdagverblijf niet geregistreerd is in het LRK.

  • d.

    De locatie van het kinderdagverblijf niet is gevestigd in de gemeente.

  • e.

    De peuter jonger dan twee jaar is.

  • f.

    De ouder(s) in aanmerking komen voor een toeslag op grond van de Wet Kinderopvang.

 

Artikel 8 Pedagogisch beleid

  • 1.

    Voor peuteropvang geldt dat het kinderdagverblijf in het pedagogisch beleidsplan, zoals genoemd in de Wet Kinderopvang, het volgende heeft vermeld, te weten:

  • a.

    Welke twee vaste dagdelen van in totaal acht uren per week voor peuteropvang zijn aangewezen;

  • b.

    Hoe de peuteropvang in een groep van 2 tot 4 jarigen is georganiseerd;

  • c.

    Welke leeftijdsgerichte ontwikkelingsactiviteiten er georganiseerd worden voor peuteropvang;

  • d.

    Welke schoolweken peuteropvang wordt aangeboden.

  • 2.

    Het kinderdagverblijf dient een duidelijke administratie te voeren voor de peuteropvang.

  • 3.

    De toetsing van de hiervoor genoemde voorwaarden voor peuteropvang vindt plaats door de Toezichthouder.

     

Artikel 9 Sociaal medische indicatie kinderopvang (SMI)

  • 1.

    Een SMI wordt afgegeven als wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:

  • a.

    De ouder behoort tot de doelgroep ‘ouder met sociaal medische indicatie’

  • Van een sociaal medische indicatie is sprake als de ouder:

  • Een lichamelijke, zintuigelijke, verstandelijke of psychische beperking heeft waardoor de ouder niet in staat is de (volledige) verzorging van de kind op zich te nemen of;

  • Een kind dat op grond van sociaal medische problematiek kinderopvang nodig heeft om zich goed en gezond te kunnen ontwikkelen.

  • Bij het beoordelen of er sprake is van een sociaal medische indicatie, wordt voorafgaande aan een eventuele toekenning van een SMI, documenten van een professionele organisatie ingewonnen over de noodzaak. Bij het ontbreken van deze documenten zal een onafhankelijke professionele organisatie worden ingeschakeld om advies in te winnen over de noodzaak, alsmede de duur en omvang.

  • Of deze organisatie in voldoende mate voldoet aan deze randvoorwaarden is ter beoordeling van het college.

  • b.

    Er aan de indicatie een rapportage ten grondslag ligt. De rapportage is gericht op zelfredzaamheid, zodat op termijn geen SMI meer nodig is.

  • 2.

    Ouder komt niet in aanmerking voor een SMI indien:

  • a.

    De ouder aanspraak kan maken op een voorliggende voorziening;

  • b.

    De ouder niet voldoet aan hetgeen bepaald is in artikel 9.1;

  • c.

    De ouder aanspraak kan maken op een algemene voorziening;

  • d.

    Oplossingen binnen het eigen netwerk, dan wel eigen kracht kunnen worden gevonden.

3a. SMI wordt toegekend voor maximaal vijf dagdelen per week gedurende een maximale

periode van 1 jaar.

  • b.

    Aanvraag kan niet met terugwerkende kracht worden ingediend.

  • 4.

    Om voor een tegemoetkoming in aanmerking te kunnen komen moeten de volgende bescheiden aan het college worden overlegd:

  • a.

    Beschikking van de Belastingdienst, als de ouder in aanmerking komt (kan komen) voor een tegemoetkoming op grond van de Wet Kinderopvang.

  • b.

    Contract tussen ouder(s) en kinderopvang.

 

Artikel 10 Tegemoetkoming kosten kinderopvang SMI

De tegemoetkoming in de kosten van kinderopvang SMI wordt als volgt vastgesteld:

  • 1.

    Bij een inkomen tot 120% van de geldende bijstandsnorm bedraagt de hoogte van de tegemoetkoming maximaal de noodzakelijke kosten; Dit met inachtneming van de artikelen 4 en 9 van deze verordening;

  • 2.

    Als het inkomen meer bedraagt dan 120% van de geldende bijstandsnorm, bedraagt de hoogte van de tegemoetkoming maximaal de hoogte zoals die wordt berekend met de berekeningsmethode van de belastingdienst;

  • 3.

    Indien de ouder(s) al een vergoeding ontvangen voor de peuteropvang of VVE, dan worden deze uren afgetrokken van de maximaal vastgestelde uren per week op basis van de sociaal medische indicatie.

 

Artikel 11 Verplichtingen

  • 1.

    Ouder(s) doet aan het college op verzoek of onverwijld uit eigen beweging mededeling van alle feiten en omstandigheden waarvan hem redelijkerwijs duidelijk moet kunnen zijn dat zij van invloed kunnen zijn op het recht op de tegemoetkoming.

  • 2.

    Ouder(s) is verplicht om alle medewerking te verlenen die redelijkerwijs nodig is om het recht op de tegemoetkoming te kunnen vaststellen.

  • 3.

    Ter bevordering van een correcte en adequate uitvoering van deze verordening, kunnen aan ouder(s) aanvullende verplichtingen opgelegd worden.

  • 4.

    Alvorens tot afwijzing dan wel beëindiging over te gaan, wordt ouder(s) eenmaal een redelijke hersteltermijn geboden om alsnog de gevraagde medewerking te verlenen of informatie te verstrekken.

  • 5.

    Onverminderd de overige bepalingen in deze verordening, kan het college besluiten om het recht op een tegemoetkoming te beëindigen indien ouder(s) niet of in onvoldoende mate zijn verplichtingen nakomt.

 

Artikel 12 Beperkingen noodzaak

  • 1.

    De ouder(s) doet al het mogelijke om de thuissituatie te verbeteren, zodat zij zelf of samen met het netwerk de kinderen kunnen opvangen, hierdoor zal de periode waarin noodzakelijke kinderopvang moet worden afgenomen, zo kort mogelijk zijn.

  • 2.

    De ouder(s) doet al het mogelijke om het aantal uren waarop noodzakelijke kinderopvang moet worden afgenomen, zo kort mogelijk te laten zijn.

 

Artikel 13 Herzien, intrekking en terugvordering

  • 1.

    Het college kan de indicatie intrekken, terugvorderen of herzien als zij vaststellen dat deze op oneigenlijke gronden is verkregen.

  • 2.

    Het college herziet een besluit tot toekenning van de tegemoetkoming, dan wel trekt een besluit tot toekenning van de tegemoetkoming in, en vordert de tegemoetkoming terug wanneer het niet of niet behoorlijk nakomen van de verplichtingen zoals bedoeld in artikel 9 van deze verordening, geleid heeft tot een ten onrechte of te hoog toegekende tegemoetkoming. Daarbij dient het opleggen van een bestuurlijke boete te worden bezien.

  • 3.

    Tevens kan het recht op een tegemoetkoming worden herzien of ingetrokken en de tegemoetkoming worden teruggevorderd wanneer anderszins een tegemoetkoming ten onrechte of tot een te hoog bedrag toegekend is.

 

Artikel 14 Bevoegdheden college

  • 1.

    Het college is bevoegd om een besluit op de aanvraag te nemen.

  • 2.

    Het college neemt binnen acht weken na indiening van een aanvraag een besluit.

  • 3.

    Het besluit wordt schriftelijk alleen aan de ouder(s) medegedeeld.

  • 4.

    Het college kan nadere regels stellen ter uitvoering van deze verordening.

 

Artikel 15 Hardheidsclausule

Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van het kind of zijn ouder(s) besluiten af te wijken van de bepalingen in deze verordening, indien toepassing van deze regeling leidt tot onbillijkheden van overwegende aard.

Artikel 16 Intrekking oude verordening

  • 1.

    De verordening tegemoetkoming in de kosten van reguliere peuteropvang en kinderopvang bij sociaal medische indicatie, zoals vastgesteld is in de raadsvergadering van 20 juni 2023, komt met ingang van 1 augustus 2023 te vervallen.

  • 2.

    Een kind of ouder(s) houdt recht op een lopende voorziening, verstrekt op grond van de Verordening tegemoetkoming in de kosten van reguliere peuteropvang en kinderopvang bij sociaal medische indicatie 2016, totdat het college een nieuw besluit heeft genomen.

  • 3.

    Aanvragen die zijn ingediend onder de Verordening tegemoetkoming in de kosten van reguliere peuteropvang en kinderopvang bij sociaal medische indicatie 2016 en waarop nog niet is beslist bij het in werking treden van deze verordening, worden afgehandeld krachtens deze verordening.

 

Artikel 17 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op 1 augustus 2023.

  • 2.

    Deze Verordening kan aangehaald worden als: “Verordening tegemoetkoming in de kosten van reguliere Peuteropvang en Kinderopvang bij sociaal medische indicatie 2023”.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Hof van Twente d.d. 20 juni 2023.

De raad van Hof van Twente,

de griffier, de voorzitter,

mr. A. Venema drs. H.A.M. Nauta-van Moorsel MPM