Organisatie | Houten |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels woonruimteverdeling gemeente Houten |
Citeertitel | |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | volkshuisvesting en woningbouw |
Eigen onderwerp |
Deze regeling bevat de vroegst mogelijke datum van inwerkingtreding.
Deze regeling vervangt de Beleidsregels woonruimteverdeling gemeente Houten.
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
06-07-2023 | nieuwe regeling | 20-06-2023 |
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Houten besluit,
gelet op het bepaalde in de Huisvestingsverordening Regio Utrecht 2023 - gemeente Houten, d.d. 20 juni 2023
overwegende dat het wenselijk is om middels gemeentelijk woonbeleid lokaal invulling te geven aan de Huisvestingsverordening;
Aantonen dat eerst zelf naar oplossing is gezocht bij een urgentieaanvraag [artikel 28 lid 1 e Huisvestingsverordening].
B&W stellen de voorwaarde van voldoende zoekgedrag door de woningzoekende voorafgaand aan de urgentieaanvraag. Dit houdt in dat minimaal 6 maal per maand gedurende 6 aaneengesloten maanden op het via www.woningnet.nl geadverteerde woningaanbod wordt gereageerd, waardoor de woningzoekende kan aantonen voldoende eerst zelf naar een oplossing voor zijn woonproblematiek te hebben gezocht. Een woningzoekende komt niet in aanmerking voor urgentie als deze in de periode voorafgaand aan de aanvraag woningaanbiedingen heeft geweigerd (niet reageren op woningaanbiedingen wordt ook opgevat als een weigering).
Duidelijk moet zijn dat het huisvestingsprobleem niet zelf binnen 6 maanden kan worden opgelost. Daarom wordt van de aanvrager een actieve houding verwacht wat betreft zoekgedrag. In acute omstandigheden kan de urgentiecommissie de woningzoekende van deze eis verschonen als deze hier gemotiveerd om verzoekt.
In geval van relatiebeëindiging wordt de eis ten aanzien van de indiening (indienen binnen 3 maanden na de relatiebeëindiging) opgerekt van 3 tot maximaal 9 maanden na de feitelijke relatiebeëindiging, indien het opbouwen van actief zoekgedrag hiermee gediend is.
Zelfredzaamheid aspirant-urgenten bij een opgebouwde wachttijd langer dan 12 jaar [artikel 28 lid 1 g Huisvestingsverordening].
B&W gaan er vanuit dat een woningzoekende met een opgebouwde wachttijd (via inschrijfduur) langer dan 12 jaar voldoende in staat is om zelf in de woningbehoefte te voorzien. In een dergelijke situatie wordt de aanvraag wel in behandeling genomen en via een beschikking niet ontvankelijk verklaard.
Relatiebeëindiging, in geval van beëindiging van de samenleving zonder contract [artikel 30 Huisvestingsverordening].
B&W stellen, in geval van relatiebeëindiging en einde samenwoning, als er geen huwelijk of samenlevingscontract is, de voorwaarde van schriftelijke beëindiging van de samenwoning, ondertekend door beide partners. Hierbij gelden de volgende regels:
Indien de kinderen afkomstig zijn uit de relatie die beëindigd wordt, dan dienen beide partijen in ieder geval een overeenkomst te maken waarin de dagelijkse zorg voor de minderjarige kinderen toebedeeld wordt aan één partij. Deze overeenkomst dient ondertekend te worden. De ouders bepalen in onderling overleg wie van beide de urgentie aanvraagt.
Toekenning van zoekprofielen aan urgent woningzoekenden [artikel 23, 41 lid c en 42 Huisvestingsverordening].
De tabel ‘voorrangsregels bezettingsnorm’ in artikel 23 bepaalt het zoekprofiel van de urgent woningzoekende in Houten en de regio. Als blijkt dat door het ontbreken in de sociale huurwoningenvoorraad van Houten van grote appartementen (vanaf vier kamers) er problemen ontstaan om binnen zes maanden als urgent woningzoekende een sociale huurwoning te verkrijgen, dan kan de urgentiecommissie woonruimteverdeling Houten een ruimer zoekprofiel wat betreft type woning adviseren.
Zoekprofielen voor urgent woningzoekenden naar woningtypen:
NB 1: Aantal kamers voor de huishoudens wordt bepaald door de bezettingsnorm beschreven in artikel in artikel 23 Huisvestingsverordening.
NB 2: de bedragen zijn niet ingevuld, omdat deze jaarlijks door het Rijk worden aangepast; deze betreffen de aftoppingsgrenzen in de huurtoeslag
De urgentiecommissie Houten kan in haar advies afwijken van deze standaard profielen. Dit zal worden toegelicht in de beschikking.
Mogelijkheid medische urgentie bij inwoning [artikel 32 en 72 Huisvestingsverordening].
B&W kunnen door toepassing van de hardheidsclausule urgentie toekennen in de situatie van een inwonende woningzoekende die om medische redenen in een onhoudbare woonsituatie verkeert. De medische problematiek mag echter niet het gevolg zijn van de inwoning zelf, noch mag deze op het moment van de start van inwoning voorzienbaar worden geacht.
Overige door de woningzoekende niet te voorziene situaties en waarbij sprake kan zijn van een optelsom van problematiek [artikel 72 Huisvestingsverordening].
Er kunnen zich situaties voordoen waarbij toepassing van de hardheidsclausule op haar plaats is. Naast problemen die door de woningzoekende niet hadden kunnen worden voorzien kan een voorbeeld zijn dat bij relatie-beëindiging sprake is van een combinatie met problematiek waarbij instanties zoals Jeugdzorg / Veilig Thuis betrokken zijn. De problemen mogen dus niet verwijtbaar zijn aan de woningzoekende zelf. Of sprake is van een optelsom aan problematiek wordt beoordeeld door B&W, op advies van de urgentiecommissie.
Urgentie op maatschappelijke gronden [artikel 35 Huisvestingsverordening].
In het kader van het Regionaal Convenant huisvesting uitstromers maatschappelijke opvang 2017 wijzen B&W woningen toe in Houten vanuit het uitgangspunt dat uitstroom (van cliënten uit de Utrechtse Maatschappelijke Opvang/Beschermd Wonen (MO/BW) voorzieningen gelijk is aan instroom (van cliënten die eerder vanuit Houten zijn ingestroomd in de Utrechtse MO/BW voorzieningen.
Mantelzorgindicatie (artikel 28 lid 4 en artikel 33).
De secretaris van de urgentiecommissie woonruimteverdeling Houten is door B&W aangewezen om advies te geven over aanvragen voor een mantelzorgurgentie. Het betreft hier met name de vragen of de zorgvraag kan worden beantwoord met mantelzorg en of de mantelzorgindicatie urgent is voor de aanvrager.
Als verhuizing van huurders noodzakelijk is vanwege ingrijpende verbetering of sloop van hun woning is het gebruikelijk dat er een Algemeen Sociaal Plan wordt afgesloten tussen de betrokkenen (huurders, huurdersorganisatie en woningcorporatie). Voor huurders die vallen onder dit Algemeen Sociaal Plan gelden aanvullend de volgende voorwaarden:
Indien de huurder er niet in slaagt binnen 6 maanden na afgifte van de urgentie op volkshuisvestelijke gronden zelf passende woonruimte te vinden zullen corporatie en gemeente bemiddeling (passend aanbod op basis van huishoudenssamenstelling, huurprijs en lokale binding) verlenen. Deze bemiddeling vindt plaats binnen 12 maanden nadat de urgentie is verleend.
Bijzondere woningtoewijzingen [artikel 10, 15, 18, 19, 22, 23, 45 en 73 Huisvestingsverordening]
Toewijzen binnen wooncomplexen via doorschuiving.
B&W passen de doorschuifregel toe binnen wooncomplexen. Altijd moet een woning vrijkomen voor de reguliere verhuur. Woonin kan wooncomplexen uitsluiten voor deze regeling vanwege leefbaarheidsproblematiek, schaarste of grote populariteit van bepaalde typen woningen. De jaarlijkse verantwoording vindt plaats via het jaarverslag over de woonruimteverdeling en de urgentiecommissie.
Gevolgen voor inschrijving in de woningzoekendenregistratie bij tijdelijke woningen.
Als woningzoekenden een tijdelijke woning toegewezen krijgen behouden zij de inschrijving in de woningzoekendenregistratie van Woningnet. Dit heeft betrekking op de woningen aan de Hoge Schaft en toekomstige tijdelijke woningen.
B&W geven de mogelijkheid dat een woongroep of bewonersvereniging zelf kandidaten aandraagt voor vrijgekomen sociale huurwoningen in hun woongroep. Kandidaten worden aangedragen bij Woonin voor de toewijzing. Dit betreft de senioren woongroepen: Dassenburg, Dorpserf en Leestaete.
Daarnaast is er de woongroep De Molen 20, waar vragers en dragers wonen. B&W geven hierbij de woongroep en Woonin de mogelijkheid om een voordracht voor kandidaten te doen die behoren tot de ‘dragers’. Vragende bewoners worden aangedragen in afstemming met de woongroep, zorgpartijen, gemeente en Woonin.
Daarnaast kunnen B&W het aantal ‘vragers’ op de Molen 20 uitbreiden.
In overleg met de betreffende woongroepen kan toewijzing plaatsvinden via het aanbodsysteem van WoningNet.
Toewijzing op grond van de regeling Van Groot naar Beter.
De regeling Van Groot naar Beter wordt ook in Houten uitgevoerd. Huishoudens die in een sociale huurwoning van minimaal 4 kamers wonen, krijgen voorrang op een sociale huurwoning met maximaal 3 kamers.
B&W bepalen dat de voorrang voor doorstromers niet geldt voor eengezinswoningen met drie kamers en een gebruiksoppervlakte van tenminste 75 m2.
Mogelijkheden voor voorrang [artikel 24 en 25 Huisvestingsverordening]
Voorrang in verband met economische of maatschappelijke binding.
B&W vinden het bevorderen van doorstroming van eigen inwoners binnen gemeente Houten belangrijk. Om die reden zijn er de volgende toewijzingsregels:
Toewijzing van het aantal jaarlijks vrijkomende sociale huurwoningen tot het wettelijk maximum aan lokaal gebonden woningzoekenden
Volgens de Huisvestingswet mag tot maximaal 25% van het jaarlijks aantal vrijkomende sociale huurwoningen bij voorrang worden toegewezen aan eigen inwoners en woningzoekenden met een maatschappelijke of economische binding aan de gemeente Houten. De lokale voorrang (tot maximaal 25% van het jaarlijks aantal vrijkomende sociale huurwoningen) wordt met name ingezet bij vrijkomende sociale huurwoningen in de kleine kernen en bij nieuwbouw van sociale huurwoningen (in gemeente Houten). Als in enig jaar er weinig nieuwbouw is van sociale huurwoningen dan zullen leegkomende bestaande sociale huurwoningen worden ingezet. Woonin en de gemeente maken hier werkafspraken over. B&W streven er naar dat tot dit percentage aldus woningen worden toegewezen.
De lokale voorrang is alleen voor de woningzoekenden die wonen in de betreffende specifieke buurt, wijk of kern en/of die een maatschappelijke of economische binding hebben met de betreffende specifieke buurt, wijk of kern.
toewijzing van sociale huurwoningen in de kleine kernen
B&W passen de lokale voorrangsregel toe voor woningzoekenden uit de kleine kernen Schalkwijk, Tull en ’t Waal en ’t Goy. De reden hiervoor is gelegen in de zeer geringe uitbreidingsmogelijkheden in deze kernen in combinatie met de sociale cohesie in deze kernen. Door het beperkt aanwezig zijn van voorzieningen zijn bewoners van de kernen meer dan elders op elkaar aangewezen. Sociale netwerken zijn daarom belangrijk. Gerichte woningtoewijzing kan dit ondersteunen en kwetsbaarheid van burgers verminderen. De voorrang is van toepassing op 100% van de in enig kalenderjaar vrijkomende bestaande en nieuwgebouwde sociale huurwoningen. Deze woningen vallen onder de maximaal 25% toewijzing met kernbinding van de gemeente Houten. Hiervan kan door woningstichting Woonin worden afgeweken in uitzonderingssituaties, zoals om woningruil mogelijk te maken of bij directe bemiddeling.
voorrang voor specifieke beroepsgroepen met economische of maatschappelijke binding
B&W heeft de mogelijkheid om voorrang te verlenen aan specifieke economische gebonden woningzoekenden. Voor de onderstaande specifieke groepen economisch gebonden woningzoekenden wordt onder voorwaarden voorrang verleend om in aanmerking te komen voor een sociale huurwoning.
Wat betreft het toepassen van deze beroepsvoorrang voor de huisvesting van brandweervrijwilligers:
De korpsleiding zal de noodzaak moeten aantonen met een goede onderbouwing.
Gelet op de schaarste aan sociale huurwoonruimte is het nodig om een aantal regels te stellen:
De aanvrager heeft voorafgaand aan de aanvraag voldoende zoekgedrag getoond (gedurende aaneengesloten 6 maanden gemiddeld minimaal 6 reacties per maand op het woningaanbod op www.woningnet.nl).
Het zoekprofiel van de woningzoekende met beroepsvoorrang wordt bepaald aan de hand van artikel 1.d van de Beleidsregels woonruimteverdeling gemeente Houten 2023. De beroepsvoorrang is uitsluitend geldig voor vrijkomende sociale huurwoningen in de gemeente Houten.
Wat betreft het toepassen van deze beroepsvoorrang voor de huisvesting van onderwijzers in het basisonderwijs en het middelbaar onderwijs en voor de huisvesting van verplegend en verzorgend personeel:
De aanvrager heeft voorafgaand aan de aanvraag voldoende zoekgedrag getoond (gedurende aaneengesloten 6 maanden gemiddeld minimaal 6 reacties per maand op het woningaanbod op www.woningnet.nl).
Voor wat betreft de categorie onderwijzend personeel gelden bovenstaande voorwaarden met uitzondering van de eis van volcontinue uitoefening van de werkzaamheden. Het moet gaan om personeel in dienst van een basisschool of middelbare school in Houten. De voorrang voor deze hierboven genoemde beroepsgroepen geldt tot een aantal van maximaal 3 huishoudens per jaar. Dit wordt periodiek geëvalueerd.
Voorrang voor middeninkomens voor sociale huurwoningen.
Over toewijzingen van huurwoningen aan huishoudens met lagere middeninkomens kunnen burgemeester en wethouders en Woonin afspraken vastleggen in de jaarlijkse prestatieafspraken. Daarmee is de vereiste toestemming van burgemeester en wethouders geregeld.
Mogelijkheid van geen voorrang voor huishoudens uit de primaire doelgroep onder de aftoppingsgrenzen.
Als blijkt dat in enig jaar het aantal toewijzingen aan huishoudens uit de primaire doelgroep uitgaat boven 70% en als blijkt dat daardoor de mogelijkheden voor huishoudens uit de secundaire doelgroep te zeer beperkt worden, dan kan Woonin de voorrang voor huishoudens uit de primaire doelgroep tijdelijk uitzetten.