Organisatie | Haaren |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Afvalstoffenverordening van de gemeente Haaren |
Citeertitel | Afvalstoffenverordening van de gemeente Haaren |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | milieu |
Eigen onderwerp |
Geen.
N.V.T.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2009 | 06-03-2014 | Nieuwe regeling | 27-11-2008 De Leije, 10-12-2008 | Raadsvoorstel 27 november 2008 | |
06-03-2008 | 01-01-2009 | Intrekking | 23-02-2006 De Leije, 27-02-2008 | B&W voorstel 19-12-2005 |
Paragraaf 3 TER INZAMELING AANBIEDEN VAN HUISHOUDELIJKE
Artikel 7 Verbod op het ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen aan
Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling aan te bieden aan een ander dande inzameldienst, andere inzamelaars of de personen of instanties die in het kader vanproducentenverantwoordelijkheid bij algemene maatregel van bestuur of ministeriële regelingeen inzamelplicht hebben voor categorieën van huishoudelijke afvalstoffen.
Artikel 8 Verbod op het ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen door
Het is anderen dan gebruikers van percelen verboden om huishoudelijke afvalstoffen terinzameling aan te bieden.
Artikel 9 Afzonderlijk ter inzameling aanbieden
Het in het tweede lid gestelde verbod geldt niet voor het aanbieden van categorieënhuishoudelijke afvalstoffen aan personen of instanties die in het kader vanproducentenverantwoordelijkheid bij algemene maatregel van bestuur of ministeriëleregeling een inzamelplicht hebben gekregen voor die categorieën huishoudelijkeafvalstoffen.
Artikel 10 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen
Het is de gebruiker van een perceel, voor wie krachtens artikel 4, tweede lid eeninzamelmiddel of inzamelvoorziening is aangewezen, verboden de huishoudelijkeafvalstoffen anders aan te bieden dan via het betreffende inzamelmiddel of de betreffendecollectieve inzamelvoorziening of de betreffende brengvoorziening.
Artikel 12 Het in bijzondere gevallen ter inzameling aanbieden van huishoudelijke
In afwijking van hetgeen in deze paragraaf is bepaald, kan het college regels stellen omtrenthet in bijzondere gevallen ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen aan deinzameldienst of andere gecontracteerde inzamelaars.
Paragraaf 4 INZAMELING VAN BEDRIJFSAFVALSTOFFEN
Artikel 13 Inzameling bedrijfsafvalstoffen door de inzameldienst
Het college kan categorieën bedrijfsafvalstoffen aanwijzen die door de inzameldienst wordeningezameld.
Artikel 14 Ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan de inzameldienst
Het verbod geldt niet voor de krachtens artikel 13 aangewezen categorieënbedrijfsafvalstoffen, voor zover degene die gebruik maakt van de inzameling door deinzameldienst voldoet aan de daarmee ontstane belastingplicht op grond van de jaarlijksdoor de gemeenteraad vast te stellen “Verordening op de heffing en de invordering vanafvalstoffenheffing en reinigingsrechten”.
Artikel 16 Voorkomen van diffuse milieuverontreiniging
Het is verboden buiten een daarvoor door het college bestemde plaats en buiten eeninrichting in de zin van de Wet milieubeheer een afvalstof, stof of voorwerp op of in debodem te brengen, te storten, te houden, achter te laten of anderszins te plaatsen op eenwijze die aanleiding kan geven tot hinder, verslechtering of nadelige beïnvloeding van hetmilieu.
Artikel 19 Afvalbakken in inrichtingen voor het verbruiken van eet- en drinkwaren
De houder of beheerder van een inrichting waar eet- of drinkwaren worden verkocht die terplaatse kunnen worden genuttigd, is verplicht:
zorg te dragen dat dagelijks, uiterlijk een uur na sluiting van de inrichting, doch in iedergeval terstond op eerste aanzegging van een ambtenaar, belast met de toezicht op denaleving van dit artikel, in de nabijheid van de inrichting achtergebleven afval, voor zoverkennelijk uit of van die inrichting afkomstig, wordt opgeruimd.
Artikel 20 Wegwerpen van reclamebiljetten of ander promotiemateriaal
Degene die in de openbare ruimte reclamebiljetten of dergelijke of ander promotiemateriaalonder het publiek verspreidt, is verplicht deze of de verpakking daarvan terstond op te ruimenof te laten opruimen, indien deze in de omgeving van de plaats van uitreiking op de weg ofeen andere voor het publiek toegankelijke plaats door het publiek worden weggeworpen.
Paragraaf 6 OVERIGE ONDERWERPEN DIE DE VERORDENING AANGAAN
Artikel 22 Verbod opslag van afvalstoffen
Het verbod is niet van toepassing op het overdragen of ter inzameling aanbieden vanhuishoudelijke afvalstoffen aan de inzameldienst, andere inzamelaars of de personen ofinstanties die in het kader van producentenverantwoordelijkheid bij algemene maatregelvan bestuur of ministeriële regeling een inzamelplicht hebben voor categorieën vanhuishoudelijke afvalstoffen.
Een gedraging in strijd met de volgende artikelen is een strafbaar feit in de zin van artikel 1a,onder 3º, Wet op de economische delicten:
Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belastde krachtens artikel 18.4, derde lid, van de wet aangewezen ambtenaren.
Vergunningen verleend krachtens de verordening bedoeld in artikel 26, tweede lid, blijven -voor zover zij niet eerder zijn vervallen of ingetrokken - nog gedurende 1 jaar na deinwerkingtreding van deze verordening van kracht en worden beschouwd als eenaanwijzing bedoeld in artikel 2 van deze verordening.
Voorschriften en beperkingen opgelegd krachtens de verordening bedoeld in artikel 26,tweede lid, blijven - indien en voor zover de bepalingen ingevolge welke deze voorschriftenen beperkingen zijn opgelegd, ook zijn vervat in deze verordening en voor zover zij nieteerder zijn vervallen of ingetrokken - nog gedurende 1 jaar na de inwerkingtreding vandeze verordening van kracht.
Indien voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening een aanvraag om eenvergunning op grond van de verordening bedoeld in artikel 26, tweede lid, is ingediend envoor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening nog niet op die aanvraag isbeslist, wordt deze aanvraag beschouwd als een aanvraag tot aanwijzing, als bedoeld inartikel 2 van deze verordening.
Indien voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening een aanvraag om eenontheffing op grond van de verordening bedoeld in artikel 26, tweede lid, is ingediend envoor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening nog niet op die aanvraag isbeslist, wordt deze aanvraag beschouwd als een aanvraag tot ontheffing, als bedoeld indeze verordening.
Op een aanhangig beroep of bezwaarschrift, betreffende een vergunning of ontheffingbedoeld in het eerste lid, dan wel voorschrift of beperking bedoeld in het tweede lid datvoor of na het tijdstip bedoeld in artikel 26, eerste lid, is ingekomen binnen de voordiengeldende beroepstermijn, wordt beslist met toepassing van de verordening bedoeld inartikel 26, tweede lid.
De intrekking van de verordening bedoeld in artikel 26, tweede lid heeft geen gevolgenvoor de geldigheid van op basis van die verordening genomen nadere regels enaanwijzingsbesluiten, indien en voor zover de rechtsgrond waarop de aanwijzingsbesluitenzijn gebaseerd ook vervat is in deze verordening en voor zover zij niet eerder zijn vervallenof ingetrokken.