Beleidsregels uitvoering Regeling Opvang Ontheemden Oekraïne gemeente Pijnacker-Nootdorp

Artikel 1. Begripsbepalingen

• 1.

  In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

  • a.

    burgemeester: de burgemeester van de gemeente Pijnacker-Nootdorp;

  • b.

    gemeente: de gemeente Pijnacker-Nootdorp;

  • c.

    GOO: Gemeentelijke opvang Oekraïne;

  • d.

    GOO eerste opvang: Gemeentelijke opvang in hotel;

  • e.

    GOO tijdelijke opvang: Gemeentelijke opvang op tijdelijke locaties in de gemeente;

  • f.

    inkomsten: inkomsten zoals bedoeld in artikel 32 van de Participatiewet;

  • g.

    leefgeld: de financiële toelage die ontheemden ontvangen als bedoeld in artikel 6 lid 1, aanhef en onder b van de RooO;

  • h.

    POO: Particuliere opvang Oekraïne;

  • i.

    RooO: de Regeling Opvang Ontheemden Oekraïne (RooO) per 1-12-2022.

• 2.

  Alle begrippen die in deze beleidsregels worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de RooO.

Artikel 2. Doelgroep en reikwijdte

Deze beleidsregels zijn van toepassing op de ontheemden die als gevolg van de oorlog met Rusland zijn ontheemd en/of gevlucht en vallen onder artikel 1 lid c van de RooO, mits is voldaan aan de volgende voorwaarden:

• -

  de ontheemde verblijft in een GOO of POO;

• -

  de GOO of POO moet zich bevinden op het grondgebied van de gemeente; en

• -

  de ontheemde moet zijn ingeschreven in de Basisregistratie Personen van de gemeente.

Artikel 3. Leefgeld

• 1.

  De burgemeester keert het leefgeld uit via een Nederlandse betaalrekening.

• 2.

  In afwijking van het vorige lid kan uitbetaling plaatsvinden via een prepaid-pas (moneycard) omdat het openen van een Nederlandse betaalrekening niet mogelijk is.

• 3.

  De burgemeester keert het leefgeld op elke eerste dag van de maand uit.

• 4.

  Indien een ontheemde zich na de eerste dag van de maand meldt voor het leefgeld, dan keert de burgemeester het leefgeld naar rato voor de resterende dagen van de maand uit. In de daaropvolgende maand ontvangt de ontheemde het volledig bedrag van het leefgeld.

• 5.

  Het leefgeld wordt verstrekt aan de ontheemde en is bestemd voor hem en zijn eventuele gezin.

• De burgemeester registreert uit welke gezinsleden dit gezin bestaat.

• 6.

  De burgemeester kan een financiële vergoeding voor kleding en persoonlijke uitgaven ter hoogte van de norm kleedgeld verstrekken aan ontheemden die langdurig in een zorginstelling verblijven.

• 7.

  De burgemeester kan aan de verzorger(s) van de minderjarige ontheemde die zonder ouder(s) is gevlucht leefgeld verstrekken.

• 8.

  De burgemeester kan aan Stichting Nidos leefgeld verstrekken voor de minderjarige ontheemde die zonder ouder(s) en/of verzorger(s) is gevlucht, onder de voorwaarden dat de minderjarige ontheemde is aangemeld bij Stichting Nidos en dat Stichting Nidos de voogdij voor de minderjarige ontheemde aanvraagt.

• 9.

  In afwachting van de uitspraak over de voogdijmaatregel als bedoeld in lid 8, verstrekt de burgemeester leefgeld aan de minderjarige ontheemde. Na toekenning van de voogdij aan Stichting Nidos verstrekt de burgemeester het leefgeld aan Stichting Nidos.

Artikel 4. Inkomsten

• 1.

  De ontheemde is verplicht inkomsten van hem en zijn gezin en wijzigingen in hun leefsituatie direct, volledig en naar waarheid aan de gemeente te melden middels een maandelijks door de gemeente beschikbaar formulier.

• 2.

  In het geval van inkomsten moet de ontheemde salarisspecificaties of een arbeidsovereenkomst met salarisvermelding van hem en zijn gezin overleggen aan de gemeente, indien de ontheemde en het gezin nog recht wil hebben op leefgeld opgehoogd tot het normbedrag.

• 3.

  Voor de vaststelling van de hoogte van de leefgeld norm wordt het onderstaande vrijgelaten:

  • -

    bij het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd van de ontheemde, de particuliere oudedagsvoorziening tot een bedrag van € 75,00 per maand;

  • -

    een vrijwilligerswerkvergoeding van maximaal € 190,00 per maand en maximaal 1900,- per jaar.

• 4.

  Zolang het formulier, bedoeld in het eerste lid, niet volledig ingevuld en ondertekend is ingeleverd bij de gemeente wordt aan de ontheemde en zijn gezin geen leefgeld uitbetaald.

Artikel 5. Beëindiging leefgeld

• 1.

  De burgemeester beëindigt de verstrekking van het leefgeld wanneer de ontheemde of meerderjarig gezinslid inkomsten uit arbeid heeft en deze inkomsten hoger zijn dat de leefgeld norm.

• 2.

  Indien de ontheemde of een meerderjarig gezinslid inkomsten uit arbeid of een uitkering ontvangt, kan de burgemeester het leefgeld voor het gehele gezin beëindigen.

• 3.

  Wanneer de inkomsten uit arbeid of uitkering lager zijn dan de leefgeld norm, ontvangt de ontheemde het verschil tussen de inkomsten/uitkering en de leefgeld norm.

• 4.

  De verstrekking van het leefgeld wordt beëindigd met ingang van de eerste dag van de kalendermaand van de daaropvolgende kalendermaand waarin de inkomsten uit arbeid zijn genoten.

• 5.

  In afwijking van het eerste lid kan de burgemeester besluiten om bij inkomsten uit arbeid bij een proefplaatsing van maximaal drie dagen de verstrekking van het leefgeld niet te beëindigen.

• 6.

  De verstrekking van het leefgeld wordt beëindigd wanneer de ontheemde verhuist naar een andere gemeente of naar het buitenland. De beëindiging vindt plaats met ingang van de eerste dag van de daaropvolgende kalendermaand waarin de ontheemde is verhuisd.

• 7.

  De ontheemde kan de GOO of POO verlaten voor de duur van maximaal 28 dagen per kalenderjaar met behoud van het leefgeld. Indien ontheemde na afloop van de periode van 28 dagen niet is teruggekeerd naar de GOO of POO wordt de verstrekking van het leefgeld beëindigd.

• 8.

  Wanneer de ontheemde gedurende de kalendermaand verhuist naar een ander type opvang binnen de gemeente, dan behoudt de ontheemde het reeds ontvangen leefgeld voor de maand waarin hij is verhuisd. Na de verhuizing ontvangt hij het nadien van toepassing zijnde leefgeld op de eerste van de daaropvolgende kalendermaand. Een eventueel verschil in het leefgeld wordt niet van de ontheemde teruggevorderd of verrekend.

Artikel 6. Verlaten opvang en registratie afwezigheid

• 1.

  De ontheemde mag de GOO eerste opvang verlaten voor een aaneengesloten periode van niet langer dan 96 uur;

• 2.

  De verstrekking in de vorm van GOO eerste opvang wordt na 96 uur verblijf elders beëindigd.

• 3.

  De ontheemde mag de GOO tijdelijke opvang verlaten voor een aaneengesloten periode van 14 dagen met een maximum van 28 dagen per kalenderjaar.

• 4.

  De verstrekking in de vorm van GOO tijdelijke opvang kan na 14 dagen verblijf elders worden beëindigd.

• 5.

  De ontheemde dient de gemeente vooraf te informeren over zijn datum van vertrek en terugkeer naar de opvanglocatie.

• 6.

  Om het gebruik van de opvangcapaciteit GOO te monitoren kan de gemeente een aanwezigheidsregistratie in de opvang locatie bij houden.

• 7.

  In bijzondere omstandigheden kan de ontheemde een verzoek indienen bij de gemeente om het recht op opvang in stand te houden na de periode van 14 dagen.

Artikel 7. Terugvordering leefgeld

• 1.

  De burgemeester vordert het leefgeld terug indien het ten onrechte of tot een te hoog bedrag is verstrekt aan de ontheemde of zijn gezin.

• 2.

  De burgemeester vordert in door een inhouding op toekomstige aanspraken leefgeld als niet binnen de daarvoor gestelde termijn is terugbetaald.

• 3.

  De burgemeester kan beslissen bedragen onder de € 250,- niet terug te vorderen indien de uitvoeringskosten hoger zijn dan het terug te vorderen bedrag.

Artikel 8. Recht op nieuwe aanvraag leefgeld

• 1.

  Wanneer de ontheemde na beëindiging van het leefgeld geen inkomsten uit arbeid meer heeft, of lager dan de leefgeld norm, kan hij bij de burgemeester opnieuw een aanvraag indienen voor het leefgeld.

• 2.

  Het leefgeld wordt verstrekt met ingang van de eerste dag van de kalendermaand volgend op de eerste volledige maand waarin de ontheemde geen inkomsten uit arbeid heeft genoten. Er wordt minimaal 1 volledige maand geen leefgeld verstrekt.

Artikel 9. Vrijwilligerswerkvergoeding

• 1.

  Aan de ontheemde die op de GOO vrijwilligerswerk verricht kan de burgemeester een vergoeding van € 14,- per week toekennen. De vrijwilligerswerkvergoeding wordt niet in mindering gebracht op de leefgeld norm.

Artikel 10. Buitengewone kosten

• 1.

  De burgemeester kan een vergoeding voor buitengewone kosten als bedoeld in artikel 11 en 12 lid 9 van de RooO aan de ontheemde verstrekken.

• 2.

  Onder buitengewone kosten wordt verstaan:

  • a.

    Kosten voor reiskosten voor een verblijfsrechtelijke procedure;

  • b.

    kosten om acute persoonlijke medische redenen (tenzij de zorgverzekeraar deze kosten bij het CAK kan declareren op grond van de Subsidieregeling medisch noodzakelijke zorg aan onverzekerden (SOV) of de kosten gedekt worden door de zorgverzekering van betrokkene);

  • c.

    kosten voor schoolvervoer van leerplichtige minderjarigen bij meer dan 10 km reisafstand.

• 3.

  Bij het vergoeden van buitengewone kosten wordt rekening gehouden met draagkracht uit inkomen. De draagkracht wordt per gezin bepaald op 10% van het gezamenlijke leefgeld, als bedoeld in artikel 10 en artikel 12 lid 2 en 3 van de RooO, gedurende twaalf maanden.

• 4.

  De draagkracht wordt vooraf voor twaalf maanden vastgesteld.

• Bij wijzigingen in het inkomen van meer dan 10% per maand kan een verzoek worden ingediend om de draagkracht opnieuw vast te stellen.

• 5.

  Kosten die in andere regelingen niet worden vergoed omdat de kosten niet noodzakelijk zijn, komen op grond van deze beleidsregels ook niet in aanmerking voor een vergoeding.

• 6.

  Aan de ontheemde en zijn gezin kunnen vergoedingen worden verstrekt uit de jeugd- en volwassenenfondsen, stichting Leergeld en ondersteuning door de sport- en cultuurcoaches, op gelijke voet als aan niet-ontheemde inwoners van de gemeente.

• 7.

  Bij de toepassing van het gestelde in het vorige lid wordt, evenals voor niet-ontheemde inwoners, rekening gehouden met de draagkracht van het gezin. Hierbij worden de leden 3 en 4 in acht genomen. Aan een gezin met voldoende eigen draagkracht worden de vergoedingen niet verstrekt.

Artikel 11. Inwerkingtreding en duur beleidsregels

• 1.

  Deze beleidsregels treden in werking met ingang van de dag van publicatie en werken terug tot en met 1 maart 2023.

• 2.

  Deze beleidsregels vervallen van rechtswege op 1 januari 2025.

Artikel 12. Citeertitel

Deze beleidsregels worden aangehaald als beleidsregels uitvoering RooO gemeente Pijnacker-Nootdorp.