Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Dordrecht

Verordening gemeentelijke rekenkamer Dordrecht

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieDordrecht
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening gemeentelijke rekenkamer Dordrecht
Citeertitel Verordening gemeentelijke rekenkamer Dordrecht
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 81k van de Gemeentewet
  2. artikel 149 van de Gemeentewet
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2024nieuwe regeling

20-06-2023

gmb-2023-279285

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening gemeentelijke rekenkamer Dordrecht

 

De RAAD van de gemeente Dordrecht;

 

Gelet op de artikelen 81k en 149 van de Gemeentewet;

 

gezien het voorstel van het presidium van 11 mei 2023,

 

 

B E S L U I T :

 

de volgende verordening vast te stellen:

 

Verordening gemeentelijke rekenkamer Dordrecht

 

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    Wet: de Gemeentewet

  • b.

    Rekenkamer: de rekenkamerfunctie van Dordrecht als bedoeld in artikel 81oa van de Gemeentewet.

  • c.

    Voorzitter: de voorzitter van de rekenkamer Dordrecht

  • d.

    Leden: de leden van de rekenkamer Dordrecht

  • e.

    Raad: de gemeenteraad van Dordrecht

  • f.

    Griffier: de functionaris als bedoeld in artikel 107a van de Gemeentewet

  • g.

    Presidium: het presidium van de gemeenteraad zoals bedoeld in het Reglement van Orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van de raad en commissies gemeente Dordrecht

  • h.

    Auditcommissie: de op grond van de Verordening op de Auditcommissie gemeente Dordrecht ingestelde commissie

  • i.

    College: het college van burgemeester en wethouders van Dordrecht

  • j.

    Bureau rekenkamer: het bureau dat de werkzaamheden van de rekenkamer ondersteunt.

  • k.

    Commissievergaderingen: commissievergaderingen van de raad zoals bedoeld in artikel 82, 83 en 84 van de Gemeentewet

  • l.

    Drechtstedengemeenten: de gemeenten Dordrecht, Zwijndrecht, Hendrik-Ido-Ambacht, Papendrecht, Alblasserdam, Sliedrecht en Hardinxveld-Giessendam

  • m.

    Werkgeversdelegatie: de delegatie vanuit het presidium van de raad die de werkgeversrol van de raad ten aanzien van de griffie gestalte geeft

     

Artikel 2 Rekenkamer

  • 1.

    Er is een rekenkamer.

  • 2.

    De rekenkamer bestaat uit drie leden, waaronder een voorzitter.

  • 3.

    De leden zijn niet bestuurlijk verbonden aan of in dienst van de gemeente Dordrecht, een van de andere Drechtstedengemeenten of een organisatie die op enige wijze financieel is gelieerd aan een van de Drechtstedengemeenten of een gemeenschappelijke regeling waaraan Dordrecht deelneemt.

  • 4.

    De rekenkamer heeft tot taak onderzoek te doen als bedoeld in artikel 182 van de wet.

     

Artikel 3 Benoeming en herbeboeming leden

  • 1.

    De raad benoemt de voorzitter en de overige leden voor een periode van zes jaar op enkelvoudige voordracht van het presidium.

  • 2.

    Elke voordracht gaat vergezeld van een verklaring van de kandidaat bevattende:

    • a.

      de mededeling dat hij/zij de benoeming zal aanvaarden;

    • b.

      een overzicht van de openbare betrekkingen die hij/zij bekleedt;

    • c.

      een verklaring omtrent het gedrag

  • 3.

    Wijzigingen in het in lid 2 onder b. genoemde overzicht worden terstond door de kandidaat respectievelijk het lid aan de raad gemeld.

  • 4.

    De voorzitter en de overige leden kunnen op voordracht van het presidium één keer worden herbenoemd voor een periode van zes jaar.

  • 5.

    De gedragscode die de raad op grond van artikel 15 lid 3 van de wet heeft vastgesteld is van overeenkomstige toepassing op de leden.

  • 6.

    Voorafgaand aan de voordracht voor (her)benoeming van de voorzitter en overige leden overlegt de werkgeversdelegatie namens het presidium met de overige zittende leden en het bureau rekenkamer.

     

Artikel 4 Vergoeding voor leden van de rekenkamer

  • 1.

    De voorzitter ontvangt een vaste vergoeding voor zijn werkzaamheden voor de rekenkamer gelijk aan 50% van de vergoeding en de onkostenvergoeding van een raadslid. De vergoeding en onkostenvergoeding zijn all-in, inclusief reiskosten, en worden maandelijks uitbetaald.

  • 2.

    De leden ontvangen een vaste vergoeding voor hun werkzaamheden voor de rekenkamer gelijk aan 40% van de vergoeding en de onkostenvergoeding van een raadslid. De vergoeding en onkostenvergoeding zijn all-in, inclusief reiskosten, en worden maandelijks uitbetaald.

  • 3.

    De bedragen worden jaarlijks per 1 januari aangepast overeenkomstig de indexering van de vergoeding voor de raadsleden.

Artikel 5 Ambtelijke ondersteuning van de rekenkamer

  • 1.

    De rekenkamer wordt ondersteund door het bureau rekenkamer.

  • 2.

    De formatie van het bureau rekenkamer is niet groter dan waarmee het presidium heeft ingestemd en het budget niet hoger dan hetgeen hiervoor in de begroting is opgenomen.

  • 3.

    Op voordracht van de rekenkamer ontslaat en stelt de griffier namens de gemeenteraad de medewerkers van het bureau rekenkamer aan. De voorzitter wordt bij de benoeming betrokken.

  • 4.

    De medewerkers van het bureau rekenkamer maken onderdeel uit van de griffie.

  • 5.

    De medewerkers van het bureau rekenkamer worden op de inhoud van hun werkzaamheden aangestuurd door de rekenkamer en zijn daarover uitsluitend aan de rekenkamer verantwoording schuldig.

  • 6.

    De medewerkers van het bureau rekenkamer worden op arbeidsrechtelijk gebied aangestuurd door de griffier.

     

Artikel 6 Onderwerpselectie en opdrachtverlening

  • 1.

    De rekenkamer biedt de fracties in de raad jaarlijks de gelegenheid suggesties in te dienen voor het verrichten van onderzoek.

  • 2.

    Op grond van deze informatie stelt de rekenkamer jaarlijks in december het onderzoeksplan voor het volgend jaar vast en stuurt zij het plan naar de raad en het college.

  • 3.

    De rekenkamer formuleert voor elk onderzoek de probleemstelling en stelt de onderzoeksopzet vast.

  • 4.

    De in het vorige lid bedoelde onderzoeksopzet wordt door de rekenkamer ter kennisneming aan de raad verstuurd.

  • 5.

    De raad kan de rekenkamer een gemotiveerd verzoek doen tot het instellen van een onderzoek. De rekenkamer bericht binnen een maand of en in hoeverre aan dat verzoek zal worden voldaan. Indien de rekenkamer niet aan het verzoek van de raad voldoet, zal zij daarvoor goede gronden aanvoeren.

     

Artikel 7 Werkwijze

  • 1.

    De rekenkamer is belast met en verantwoordelijk voor de uitvoering, begeleiding en sturing van het onderzoek volgens de door haar vastgestelde onderzoeksopzet.

  • 2.

    De rekenkamer beoordeelt of het wenselijk is de raad tussentijds te informeren.

  • 3.

    De rekenkamer is bevoegd bij alle leden van het gemeentebestuur en bij alle ambtenaren de mondelinge en schriftelijke inlichtingen in te winnen die zij nodig acht voor de uitvoering van de onderzoeken. De leden van het gemeentebestuur en de ambtenaren van de gemeente zijn verplicht de gevraagde inlichtingen binnen de door de rekenkamer gestelde termijn te verstrekken.

  • 4.

    De rekenkamer vergadert zoveel als zij nodig acht, ter bespreking van procedurele en inhoudelijke aspecten van het onderzoek.

  • 5.

    De rekenkamer vergadert in beslotenheid, haar rapporten en jaarverslagen zijn openbaar.

  • 6.

    De rekenkamer kan openbare informatieve vergaderingen beleggen.

  • 7.

    Voor de uitvoering van het onderzoek kan de rekenkamer, met inachtneming van het beschikbare budget, naast het bureau rekenkamer ook externe personen of bureaus inschakelen.

  • 8.

    De rekenkamer stelt degenen wier taakuitoefening (mede) voorwerp van onderzoek is of is geweest en het college in de gelegenheid om binnen twee weken schriftelijk te reageren op de concept-nota van bevindingen. De rekenkamer kan bepalen dat ook anderen in de gelegenheid worden gesteld om binnen twee weken schriftelijk te reageren op de concept-nota van bevindingen. Na vaststelling door de rekenkamer van de nota van bevindingen wordt een bestuurlijke nota met conclusies en aanbevelingen door de rekenkamer opgesteld. De bestuurlijke nota van bevindingen wordt aan het college gestuurd voor een schriftelijke reactie binnen vier weken. Het college deelt tenminste mee in zijn bestuurlijke reactie:

    • a.

      Welke conclusies en aanbevelingen worden gedeeld.

    • b.

      De motivering indien conclusies en aanbevelingen niet worden gedeeld.

  • 9.

    Na vaststelling door de rekenkamer worden het onderzoeksrapport, de nota van conclusies en aanbevelingen en de zienswijze van betrokkenen op het rapport en een nawoord en een raadsadvies van de rekenkamer zo spoedig mogelijk, onder toezending van een afschrift aan het college en betrokkenen, aan de raad aangeboden.

  • 10.

    Minimaal één lid van de rekenkamer is aanwezig bij de bespreking van de uitgebrachte onderzoeksrapporten in commissievergaderingen.

  • 11.

    Het college stelt binnen zes weken na besluitvorming door de raad over de aanbevelingen van de rekenkamer een plan van aanpak op over de implementatie van de raadsbesluiten.

  • 12.

    Het college rapporteert jaarlijks, bij de jaarstukken, aan de raad over de stand van zaken van de uitvoering van de raadsbesluiten die genomen zijn naar aanleiding van onderzoeksrapporten.

  • 13.

    De rekenkamer stelt ieder jaar voor één april een verslag op van haar werkzaamheden over het voorgaande jaar. De gegevens die hierbij betrekking hebben op het bureau rekenkamer worden door de griffier verstrekt. Dit verslag bevat:

    • a.

      een verantwoording over verrichtingen met toetsing aan het onderzoeksplan;

    • b.

      een overzicht van het beschikbare budget en de gemaakte kosten minimaal gesplitst in kosten leden, bureau rekenkamer, externe onderzoekers en overige kosten;

    • c.

      eventuele voorstellen voor aanpassingen in de werkwijze.

       

Artikel 8 Budget

  • 1.

    De raad neemt jaarlijks in de begroting een budget op voor de kosten van de rekenkamer. Het presidium bespreekt dit budget jaarlijks in april, waarna de (aangepaste) begroting aan het college wordt aangeboden. Het college neemt beleidswijzigingen mee in de Kadernota en verwerkt de gegevens in de begroting. Indien er sprake is van een door het presidium aangepaste begroting, informeert zij de rekenkamer vóór de begroting naar het college wordt gestuurd.

  • 2.

    Als de rekenkamer buiten het vastgestelde budget een extra onderzoek wil doen, dient zij hiertoe via het presidium bij de raad een aanvraag in voor een incidenteel extra budget.

  • 3.

    De rekenkamer en de griffier zijn, voor zover het kosten van het bureau rekenkamer betreft, bevoegd binnen het bij de begroting beschikbaar gesteld budget uitgaven te doen ten behoeve van de uitvoering van hun taken.

  • 4.

    Ten laste van het in het lid 1, 2 en 3 genoemde budget van de rekenkamer worden de kosten gebracht van:

    • a.

      de vergoeding van de voorzitter en de overige leden;

    • b.

      het bureau rekenkamer, inclusief mogelijke kosten verbonden aan voormalig personeel van dit bureau;

    • c.

      externe deskundigen die door de rekenkamer zijn ingeschakeld;

    • d.

      eventuele overige uitgaven die de rekenkamer nodig acht voor de uitoefening van haar taak.

  • 5.

    De rekenkamer en de griffier zijn voor de besteding van hun budget uitsluitend verantwoording verschuldigd aan de raad.

     

Artikel 9 Inwerkingtreding en intrekking

Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2024 onder intrekking van de Verordening Rekenkamercommissie Dordrecht, laatstelijk gewijzigd op 15 april 2020.

 

Artikel 10 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als de Verordening gemeentelijke rekenkamer Dordrecht.

 

 

 

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 20 juni 2023.

De griffier, De voorzitter,

A.E.T. Wepster, A.W. Kolff