Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Horst aan de Maas

Subsidieregeling budgetsubsidie gemeente Horst aan de Maas

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieHorst aan de Maas
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingSubsidieregeling budgetsubsidie gemeente Horst aan de Maas
CiteertitelSubsidieregeling budgetsubsidie gemeente Horst aan de Maas
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Subsidiekader ‘Samen werken aan Vitale Gemeenschappen’ Horst aan de Maas
  2. Algemene subsidieverordening gemeente Horst aan de Maas
  3. titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-07-2023nieuwe regeling

12-06-2023

gmb-2023-268215

Tekst van de regeling

Intitulé

Subsidieregeling budgetsubsidie gemeente Horst aan de Maas

Het college van burgemeester en wethouders van Horst aan de Maas;

 

overwegende dat:

  • -

    de gemeente samen met haar inwoners, vrijwilligersorganisaties en (overige) maatschappelijke partners wil bouwen aan Vitale Gemeenschappen en een gezonde en duurzame leefomgeving;

  • -

    maatschappelijke partners hierbij een belangrijke rol vervullen door het faciliteren van vrij toegankelijke voorzieningen voor alle inwoners van Horst aan de Maas;

  • -

    de gemeente de activiteiten van deze organisaties, als strategisch partners in de beweging van Vitale Gemeenschappen, wil subsidiëren;

  • -

    samenwerking en het goede gesprek tussen de gemeente, haar partners en haar inwoners over inhoud, ontwikkelingen en strategische doelen van hun activiteiten centraal staan;

  • -

    de gemeente op een gelijkwaardige, transparante manier en op basis van vertrouwen de activiteiten van deze (semi-)professionele instellingen ondersteunt;

gelet op het Subsidiekader Samen werken aan Vitale Gemeenschappen gemeente Horst aan de Maas, de Algemene subsidieverordening gemeente Horst aan de Maas en titel 4.2. Subsidies van de Algemene wet bestuursrecht;

 

besluit vast te stellen de:

 

Subsidieregeling budgetsubsidie gemeente Horst aan de Maas

Artikel 1. Definities

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • -

    Awb: Algemene wet bestuursrecht;

  • -

    college: college van burgemeester en wethouders van de gemeente Horst aan de Maas;

  • -

    maatschappelijke partners: (semi-)professionele organisaties die zich vanuit een gezamenlijke maatschappelijke verantwoordelijkheid en doelstelling inzetten voor inwoners van Horst aan de Maas;

  • -

    gelieerde rechtspersoon: een rechtspersoon die vooral dient ter financiële ondersteuning of buffer van de subsidieaanvrager.

Artikel 2. Toepassingsbereik

Deze subsidieregeling is van toepassing op het verstrekken van budgetsubsidies door het college voor de in artikel 3 bedoelde doelen en activiteiten.

Artikel 3. Doelen en activiteiten

  • 1.

    Budgetsubsidie is een subsidie waarmee gestuurd kan worden op beleidsdoelen. De gemeente maakt samen met de subsidieaanvrager afspraken over de bijdrage van de partner aan de beweging van Vitale Gemeenschappen en welke maatschappelijke meerwaarde dit concreet oplevert voor de inwoners en gemeenschappen van Horst aan de Maas.

  • 2.

    Van maatschappelijke meerwaarde is sprake wanneer activiteiten bijdragen aan de kernprincipes van Positieve Gezondheid 1 zoals opgenomen in het Subsidiekader Samen werken aan Vitale Gemeenschappen gemeente Horst aan de Maas.

  • 3.

    De gemeente zet deze subsidies gericht in en stuurt op de kwalitatieve resultaten. We werken op basis van vertrouwen en geven maatschappelijke partners de ruimte om vanuit eigen inzicht en professionaliteit te werken.

Artikel 4. Wie deze subsidie kan aanvragen

  • 1.

    Organisaties die activiteiten willen uitvoeren zoals bedoeld in artikel 3 kunnen een subsidie bij het college aanvragen.

  • 2.

    Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan verenigingen met volledige rechtspersoonlijkheid (ex artikel 2:26 Burgerlijk Wetboek), aan stichtingen (ex artikel 2:285 Burgerlijk Wetboek) en aan coöperaties (ex artikel 2:53 Burgerlijk Wetboek).

  • 3.

    De organisatie heeft een binding met de gemeenschap van Horst aan de Maas.

Artikel 5. Subsidieperiode en bepaling subsidiebedrag

  • 1.

    De subsidie wordt voor een periode van maximaal 4 jaar verleend. Het college kan beslissen dat de subsidie voor een korter tijdvak dan 4 jaar wordt verleend.

  • 2.

    De hoogte van de subsidie wordt bepaald aan de hand van de ingediende subsidieaanvraag met bijbehorende begroting en de daaropvolgende gesprekken.

Artikel 6. Aanvraag subsidie

  • 1.

    De aanvraag voor een subsidie wordt bij het college schriftelijk ingediend voor 1 september van het jaar voorafgaand aan de periode waarvoor de subsidie wordt gevraagd.

  • 2.

    Bij de aanvraag wordt gebruik gemaakt van een door het college ter beschikking gesteld aanvraagformulier (webformulier).

  • 3.

    Bij de aanvraag verstrekt de aanvrager in ieder geval de volgende gegevens:

    • a.

      de naam en het adres van de subsidieaanvrager;

    • b.

      een overzicht van de verwachte resultaten waarvoor subsidie wordt gevraagd, met daarin een verwijzing in hoeverre deze resultaten bijdragen aan de beweging van vitale gemeenschappen en en de kernprincipes van Positieve Gezondheid;

    • c.

      een begroting met daarin een overzicht van alle voor het boekjaar geraamde inkomsten en uitgaven van de subsidieaanvrager, voor zover deze betrekking hebben op de resultaten waarvoor subsidie wordt aangevraagd;

    • d.

      de balans van het voorafgaande jaar met toelichting;

    • e.

      als dit van toepassing is, een opgave van aan de instelling gelieerde rechtspersonen en van de aard van de betrekking met die rechtspersonen.

  • 4.

    Voor zover de subsidieaanvrager voor dezelfde activiteiten ook subsidie heeft aangevraagd bij een of meer andere bestuursorganen of bij private instellingen, doet deze daarvan mededeling in de aanvraag, onder vermelding van de stand van zaken met betrekking tot de beoordeling van die aanvraag of aanvragen.

  • 5.

    Het college kan de aanvraag buiten behandeling stellen als de in het eerste lid genoemde termijn wordt overschreden of als de aanvraag, ook na verzoek tot aanvulling daarvan, onvolledig is.

  • 6.

    Een wijziging van de in het derde en vierde lid genoemde gegevens wordt direct ter kennisneming gebracht aan het college.

Artikel 7. Overleg

  • 1.

    Het college treedt voor de verlening van de subsidie in overleg met de subsidieaanvrager om tot overeenstemming te komen over de gewenste (kwalitatieve) resultaten en de manier waarop deze inzichtelijk worden gemaakt, de subsidieverplichtingen en de door het college te verstrekken subsidie. Met goedvinden van de subsidieaanvrager kan van dit overleg worden afgezien.

  • 2.

    Als dit overleg tot overeenstemming leidt, dan besluit het college tot subsidieverlening dienovereenkomstig.

  • 3.

    Als dit overleg niet tot overeenstemming leidt, dan maakt het college in zijn subsidiebeschikking in ieder geval melding van de afwijkende opvatting van de subsidieaanvrager en geeft het college gemotiveerd aan waarom het die opvatting niet deelt.

  • 4.

    Gedurende de subsidieperiode zijn we minimaal één keer per jaar individueel en één keer per jaar collectief met alle subsidieontvangers in gesprek. In deze gesprekken staan we stil bij welke meerwaarde de inzet van maatschappelijke partners heeft opgeleverd voor inwoners van Horst aan de Maas. Daarnaast staan we stil bij gezamenlijke ontwikkelpunten die de basis vormen voor hoe we verder gaan in het volgende jaar.

  • 5.

    Eén maal per vier jaar organiseren we een gezamenlijk werkbezoek waar college, raadsleden, budgetsubsidieontvangers en inwoners met elkaar praten over het werk van de subsidieontvangers. De gemeente neemt het initiatief om deze bijeenkomst te initiëren.

Artikel 8. Beslissing college

  • 1.

    Het college beslist op een aanvraag voor een subsidie uiterlijk op 31 december van het jaar voorafgaand aan het jaar of de jaren waarvoor de subsidie wordt aangevraagd.

  • 2.

    In de subsidiebeschikking wordt aangegeven welk bedrag voor welke verwachte resultaten wordt verstrekt, hoe deze resultaten inzichtelijk worden gemaakt en met welke verplichtingen.

  • 3.

    Een subsidie ten laste van een begroting die nog niet is vastgesteld of goedgekeurd, wordt verleend onder de voorwaarde dat voldoende middelen op de begroting beschikbaar zullen worden gesteld.

Artikel 9. Voldoende gelden; reserves

  • 1.

    Subsidieverstrekking vindt niet of slechts gedeeltelijk plaats als de aanvrager over voldoende gelden, hetzij uit eigen middelen, hetzij uit middelen van derden, hetzij uit eerder verkregen subsidies, kan beschikken om de kosten van de activiteiten te dekken.

  • 2.

    Onder eigen middelen, als bedoeld in het eerste lid, worden de aanwezige reserves verstaan, voor zover deze in goed onderling overleg worden bepaald.

  • 3.

    Onder middelen van derden, zoals bedoeld in het eerste lid, worden onder meer verstaan de reserves van aan de instelling gelieerde rechtspersonen.

Artikel 10. Betaling

Het college geeft in zijn beslissing tot verstrekking van de subsidie aan wanneer en hoe de subsidie wordt betaald.

Artikel 11. Indexering

  • 1.

    De budgetsubsidie wordt jaarlijks geïndexeerd, daarbij maakt het college een onderscheid tussen het loongevoelige deel en het prijsgevoelige deel (materiële component), overeenkomstig de jaarlijkse gemeentelijke begrotingsrichtlijnen.

  • 2.

    Het college kan in bijzondere gevallen van het in het voorgaande lid bepaalde afwijken.

Artikel 12. Verplichtingen

Naast de verplichtingen die op grond van artikel 4:37 van de Awb kunnen worden opgelegd en de verplichtingen die op grond van de Algemene subsidieverordening gemeente Horst aan de Maas zijn of kunnen worden opgelegd, gelden voor de subsidieontvanger de volgende verplichtingen:

  • a.

    de subsidieontvanger is gehouden de resultaten te leveren zoals deze zijn opgenomen in de subsidiebeschikking of – aanvullend – in de uitvoeringsovereenkomst;

  • b.

    als gedurende het subsidiejaar blijkt dat de verwachte resultaten dreigen niet te worden behaald, meldt de subsidieontvanger dat direct aan het college, onder vermelding van de oorzaak en de genomen of te nemen maatregelen om alsnog te voldoen aan het onder a. bepaalde;

  • c.

    als gedurende het boekjaar aanmerkelijke verschillen ontstaan of dreigen te ontstaan tussen de werkelijke uitgaven en inkomsten en de begrote uitgaven en inkomsten doet de subsidieontvanger daarvan overeenkomstig artikel 4:70 van de Awb direct mededeling aan het college onder vermelding van de oorzaak van de verschillen;

  • d.

    het college kan bij de subsidieverlening ook andere doelgebonden verplichtingen als bedoeld in artikel 4:38 van de Awb opleggen;

  • e.

    het college kan bepalen dat de subsidieontvanger de toestemming van het college nodig heeft voor het vaststellen of wijzigen van tarieven voor door de subsidieontvanger in de gewone uitoefening van zijn gesubsidieerde activiteiten te verrichten prestaties. Op deze beslissing van het college is artikel 4:71, tweede, derde en vierde lid, van de Awb van toepassing.

Artikel 13. Jaarlijkse resultatenverslag

  • 1.

    Het jaarlijkse resultatenverslag, bestaande uit een financieel verslag, een verslag met daarin opgenomen in welke mate de inzet heeft bijgedragen aan de in artikel 3 bedoelde doelen en een verantwoording van de overige subsidieverplichtingen, wordt uiterlijk op 1 april van het jaar volgend op het subsidiejaar ingediend.

  • 2.

    Het financieel verslag als bedoeld in het eerste lid omvat de balans en de exploitatierekening overeenkomstig artikel 4:76, tweede, derde, vierde en vijfde lid, van de Awb, waarbij dezelfde indeling wordt gehanteerd als in de begroting.

  • 3.

    Als de subsidieontvanger op jaarbasis een subsidie van € 100.000 of meer ontvangt, wordt het financieel verslag uiterlijk op 1 april van het jaar volgend op het subsidiejaar, voorzien van een getrouwheidsverklaring van een accountant als bedoeld in artikel 393, vijfde lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek. Artikel 4:78 van de Awb is van overeenkomstige toepassing.

Artikel 14. Verantwoording en vaststelling

  • 1.

    Het ingediende resultatenverslag over het laatste subsidiejaar, samen met de eerdere resultatenverslagen, geldt als de verantwoording om te komen tot vaststelling van de subsidie ingevolge artikel 4:44 van de Awb.

  • 2.

    Het college stelt binnen 24 weken na ontvangst van de verantwoording de subsidie vast.

Artikel 15. Lagere vaststelling, intrekking en wijziging subsidie

  • 1.

    Het college kan de subsidie, naast de gevallen als bedoeld in artikel 4:46, tweede en derde lid, van de Awb, lager vaststellen, als:

    • a.

      is gebleken dat de subsidie aan andere resultaten is besteed dan waarvoor zij is aangevraagd of verstrekt;

    • b.

      de subsidieontvanger feitelijk niet of niet voldoende overeenkomstig zijn doelstellingen werkzaam is en hier ondanks ontvangen schriftelijke waarschuwing geen verandering in brengt;

    • c.

      de subsidieontvanger een financieel wanbeleid voert;

    • d.

      de rechtspersoon bij rechterlijk vonnis is ontbonden;

    • e.

      bij de subsidieontvanger conservatoir of executoriaal beslag is gelegd op het vermogen of een deel ervan;

    • f.

      aan de subsidieontvanger surseance van betaling is verleend;

    • g.

      de subsidieontvanger in staat van faillissement is verklaard.

  • 2.

    Het college kan, zolang de subsidie niet is vastgesteld, de subsidieverlening intrekken of ten nadele van de subsidieontvanger wijzigen als zich een geval voordoet als bedoeld in artikel 4:48, eerste lid, en artikel 4:50, eerste lid, van de Awb, artikel 9 van de Algemene subsidieverordening gemeente Horst aan de Maas of een geval als bedoeld in het eerste lid. In het geval van toepassing van artikel 4:50 van de Awb moet een redelijke termijn in acht worden genomen.

  • 3.

    Het college kan een vastgestelde subsidie intrekken of ten nadele van de subsidieontvanger wijzigen in de gevallen als bedoeld in artikel 4:49, eerste lid, van de Awb en artikel 9 van de Algemene subsidieverordening gemeente Horst aan de Maas of een geval als bedoeld in het eerste lid.

Artikel 16 Restitutie vermogensvorming

  • 1.

    De subsidieontvanger is een vergoeding aan de gemeente verschuldigd voor zover het verstrekken van de subsidie heeft geleid tot vermogensvorming, als sprake is van de in artikel 4:41, tweede lid, van de Awb genoemde gevallen.

  • 2.

    Als de subsidieontvanger zijn vermogen geheel of in overwegende mate ontleent aan de subsidie is de maximale vergoeding verschuldigd.

  • 3.

    Als het tweede lid niet van toepassing is, wordt de hoogte van de vergoeding bepaald naar evenredigheid van de hoogte van het subsidiebedrag op het totaal van de inkomsten.

  • 4.

    Bij de bepaling van de hoogte van de vergoeding wordt uitgegaan van de waarde van de vermogensbestanddelen op het tijdstip waarop de vergoeding wordt verschuldigd, met dien verstande dat in geval van ontvangst van schadevergoeding wordt uitgegaan van het bedrag dat als schadevergoeding door de subsidieontvanger wordt ontvangen.

  • 5.

    Als het onroerende zaken betreft, gebeurt de waardebepaling door een onafhankelijke deskundige.

Artikel 17. Hardheidsclausule

Het college kan een artikel of meerdere artikelen van deze subsidieregeling buiten toepassing laten of daarvan afwijken als daaraan vasthouden voor een subsidieaanvrager of subsidieontvanger gevolgen zou hebben die vanwege bijzondere omstandigheden onevenredig zouden zijn in verhouding tot de daarmee te dienen belangen.

Artikel 18. Onvoorziene gevallen

In alle gevallen waarin deze regeling niet of niet voldoende voorziet, of toepassing daarvan niet overeenkomt met de bedoeling van deze regels, beslist het college.

Artikel 19. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze subsidieregeling treedt in werking op 1 juli 2023.

  • 2.

    Deze subsidieregeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling budgetsubsidie gemeente Horst aan de Maas.

Aldus vastgesteld in de collegevergadering van 12 juni 2023,

Burgemeester en wethouders van Horst aan de Maas,

De burgemeester,

drs. R.F.I. Palmen

De secretaris,

mr. L.M.C. Beckers


1

Voor meer informatie over Positieve gezondheid, zie www.iph.nl