Organisatie | Haaren |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Fraudeverordening Wet Werk en Bijstand Haaren 2008 |
Citeertitel | Fraudeverordening Wet Werk en Bijstand Haaren 2008 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt Fraudeverordening Wet werk en bijstand Haaren 2006
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2008 | 30-09-2009 | Nieuwe regeling | 13-12-2007 De Leije, 02-01-2008 | B&W voorstel 13-11-2007 | |
09-03-2006 | 01-01-2008 | Intrekking | 23-02-2006 De Leije, 01-03-2006 | B&W voorstel 03-01-2006 |
De raad van de gemeente Haaren;in zijn vergadering van 13 december 2007;gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 13 november 2007;gelet op de behandeling in de Raadscommissie van 29 november 2007;gelet op artikel 8a Wet werk en bijstand.BESLUIT:Vast te stellen de Fraudeverordening Wet werk en bijstand Haaren 2008, onder gelijktijdige intrekking van de op 23-02-2006 vastgestelde Fraudeverordening 2006, ingaande 1 januari 2008.Fraudeverordening Wet werk en bijstand Haaren 2008
Hoofdstuk 2 Fraudepreventie en fraudeopsporing
Het college draagt zorg voor het beschrijven van de middelen waarmee en wijze waarop de bestrijding van het ten onrechte ontvangen van bijstand alsmede van misbruik en oneigenlijk gebruik van de wet wordt uitgevoerd, in het handhavingbeleidsplan.
Toelichting 1 Toelichting op de verordening:
AlgemeenBij amendement is artikel 8a in de WWB opgenomen. De gemeenteraad moet een verordening vaststellen om de uitgangspunten voor het financiële beleid en financiële beheer vast te leggen. Daarmee moet worden gewaarborgd dat aan de eisen van rechtmatigheid wordt voldaan. In dat kader kan ook aandacht worden besteed aan de bestrijding van misbruik en oneigenlijk gebruik van gemeentelijke regelingen. Een goed financieel beheer bij de uitvoering van de WWB brengt met zich mee dat daarbij ook voortdurend aandacht bestaat voor de bestrijding van misbruik en oneigenlijk gebruik. Het is wenselijk dit expliciet in de verordening te regelen.Artikel 8a van de Wet werk en bijstand verlangt dus dat de gemeenteraad de regels voor het eigen handhavingsbeleid op hoofdlijnen vaststelt in een verordening. Het college krijgt de mogelijkheid om nadere invulling te geven aan de verordening in de vorm van een handhavingbeleidsplan. Hier wordt voor gekozen om de wijze waarop de fraudepreventie en fraudebestrijding vorm wordt gegeven op eenvoudige wijze jaarlijks aan te kunnen passen aan hetgeen de praktijk verlangt. De raad stelt de kaders vast, het college werkt dit verder uit in het handhavingbeleidsplan.
Artikel 1.De begrippen die in de verordening worden gebruikt hebben een gelijkluidende betekenis als de omschrijving in de WWB.Artikel 2. Fraudepreventie Het college stelt een handhavingbeleidsplan vast waarin maatregelen en methoden staan opgenomen gericht op het voorkomen van fraude. Hierin wordt in elk geval aandacht besteed aan de voorlichting aan de cliënten over rechten en plichten die verbonden zijn aan het recht op bijstand, alsmede over de consequenties die verbonden worden aan het niet nakomen van de verplichtingen die verbonden zijn aan het recht op bijstand. Tevens zal voortdurend aandacht zijn voor het optimaliseren van de dienstverlening, waardoor de acceptatie van de regels en controle onder de cliënten wordt bevorderd.Artikel 3. Fraude opsporingFraude wordt bestreden door het vroegtijdig opsporen en het sanctioneren van fraude. Het college zal in het handhavingbeleidsplan aangeven op welke wijze zij dit vorm wil geven. In het plan zal worden aangegeven welke middelen worden ingezet om fraude op te sporen. Hierbij kan gedacht worden aan verificatie van gegevens, de inzet van preventieambtenaar, de inzet van sociale recherche, de thematische controles of controles gericht op risicodoelgroepen. Voor het sanctioneren van fraude zijn de Afstemmingsverordening en de Beleidsregels terugvordering van belang.
Artikel 4. Inhoud handhavingbeleidsplanIn dit artikel is aangegeven welke onderwerpen in het gemeentelijke handhavingbeleidsplan op zijn minst aan bod moeten komen.Artikel 5. Verantwoording door het collegeDe raad stelt jaarlijks een beleidsplan Werk Inkomen en Zorg vast. In dit plan worden de speerpunten en indicatoren vastgelegd. Het college legt over deze punten verantwoording af aan de raad door middel van het beleidsverslag Werk, Inkomen en Zorg. Handhaving vormt een onderdeel van het beleidsplan en -verslag. In het verslag wordt verantwoording afgelegd over de geformuleerde beleidsuitgangspunten en de daarbij horende indicatoren. In elk geval zal verantwoording worden afgelegd over het aantal keren dat een maatregel is overwogen, het aantal onderzoeken door de preventieambtenaar met de resultaten daarvan en het aantal onderzoeken dat is gedaan door de sociale recherche en diens resultaten.Artikel 6. Onvoorziene omstandigheden en hardheidsclausuleDit artikel spreekt voor zich.
Artikel 7. InwerkingtredingDit artikel spreekt voor zich.
Artikel 8. CiteertitelDit artikel spreekt voor zich.