Organisatie | Land van Cuijk |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Kermisbeleid gemeente Land van Cuijk 2024-2029 |
Citeertitel | Kermisbeleid gemeente Land van Cuijk 2024-2029 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Eigen onderwerp |
Geen
Evenementenbeleid Land van Cuijk
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
17-06-2023 | nieuwe regeling | 25-05-2023 |
Het doel van dit beleidsplan is om de continuïteit van kwalitatieve, gezellige kermissen in de kernen van de gemeente Land van Cuijk, groot én klein, te waarborgen door de kermis op een efficiënte, eenduidige manier te organiseren. Gezien de context van de nieuwe gemeente is er behoefte aan duidelijkheid over hoe de gemeente wil omgaan met de kermissen, nu en in de toekomst.
Dit beleidsstuk richt zich daarom voornamelijk op de organisatiestructuur – hiermee worden de kaders neergezet hoe de gemeente met kermis omgaat. Vertrekpunt hiervoor is om zoveel mogelijk in stand te houden wat goed werkt, terwijl er ook ruimte overblijft om deze bestaande structuren met elkaar te harmoniseren.
Het kermisbeleid kan daarmee in de belangrijkste punten worden samengevat in de volgende tabel:
Nationale Bond van Kermisbedrijfhouders.
Een ondernemer die zijn beroep of bedrijf heeft gemaakt van de exploitatie van een kermiszaak of kermisattractie.
Voor het harmonisatietraject aangestelde werkgroep, bestaande uit door gemeentelijke ambtenaren uit verschillende afdelingen; zoals Team APV, Team Buitendienst, Team Veiligheid, Toezicht & Handhaving, Wijk- en dorpsraadcontactfunctionarissen, en Team Ruimtelijk Beleid: Economie, recreatie & toerisme.
Het is een jaarlijks terugkerend buitenevenement in de openbare ruimte (bij voorkeur in het centrum van de kern), dat gratis te bezoeken is en bedoeld is voor alle leeftijden, voor alle lagen van de bevolking en alle nationaliteiten.
Voor het harmonisatietraject aangestelde werkgroep, bestaande uit leden van de kermisbonden en lokale leden uit kermiswerkgroepen en/of wijk- en dorpsraden betrokken bij kermissen uit alle voormalige gemeenten.
Een kermisexploitant, kermisorganisator of andere ondernemer die zijn beroep of bedrijf heeft gemaakt van de kermis.
Een ondernemer die zijn beroep of bedrijf heeft gemaakt van de organisatie van een kermis.
Deze bepaalt de invulling en samenstelling van een opdracht. In een perceel kan de organisatie van één of meerdere kermissen samen in een opdracht worden uitgezet.
Een dorpsraad of lokale kermiswerkgroep organiseert zelf in eigen kern een kermis(activiteit), waarvoor de gemeente een subsidiebedrag en materiaal van de gemeentewerf beschikbaar stelt.
De kermis is van oudsher volksvermaak nummer één. De kermis had en heeft een belangrijke sociale functie. Het is dus niet vreemd dat het behoud van de kermis regelmatig is terug te vinden op de agenda van de dorpsraden en gemeente.
In verschillende dorpen wordt gezocht naar mogelijkheden om de kermis een nieuwe impuls te geven; nieuwe activiteiten die voor meer belangstelling moeten zorgen. In ieder dorp wordt hier anders mee wordt omgegaan. Een oplossing voor het ene dorp wil niet zeggen dat dit voor het andere dorp ook de oplossing is. Dit behoeft spelregels en maatwerk.
In de gemeente Land van Cuijk worden jaarlijks in diverse kernen kermissen georganiseerd, vaak als onderdeel van een jaarlijks terugkerend dorpsfeest.
Sinds 1 januari 2022 zijn de voormalige gemeenten Grave, Mill & Sint Hubert, Cuijk, Boxmeer en Sint Anthonis opgegaan in de nieuwe gemeente Land van Cuijk. De kermisorganisatie ging echter nog op de oude voet verder, wat betekent dat er nog verschillende werkwijzen en regelingen van kracht zijn. In het kader van harmonisatie is daarom behoefte aan een kermisbeleid dat past bij de nieuwe gemeente.
Om tot een nieuw kermisbeleid te komen, nemen we het volgende vertrekpunt voor:
“We vertrekken zo veel mogelijk vanuit de bestaande kermisorganisatie-structuren van de voormalige gemeenten om deze te verenigen in een geharmoniseerd, éénduidig beleid voor kermissen in de gemeente Land van Cuijk.”
Gezien de context van de nieuwe gemeente en het harmoniseren van de bestaande structuren, richt dit beleidsstuk zich voornamelijk op de organisatiestructuur. Er is behoefte aan duidelijkheid over hoe de gemeente wil omgaan met de kermissen, nu en in de toekomst. Dit beleid is bedoeld om vanaf 01 januari 2024 van kracht te gaan en poogt daarmee houvast te geven voor een periode van vijf jaar, waarna een herziening nodig is voor de vijf jaar daaropvolgend.
Vanuit dit vertrekpunt hopen we met dit beleidsplan de kaders te stellen om het volgende doel te bereiken:
“De continuïteit van kwalitatieve, gezellige kermissen in de kernen van Land van Cuijk, groot én klein, te waarborgen door de kermis op een efficiënte, eenduidige manier te organiseren.”
Voor dit beleidsplan liggen de volgende uitgangspunten ten grondslag:
Er wordt gestreefd alle bestaande kermissen te behouden mits hier genoeg lokaal draagvlak voor is. Hiervoor wordt naar zowel de wens van burgers voor een kermis én de realiteit van de veranderingen in de samenleving gekeken. | |
Om de kermis aantrekkelijk te houden voor bewoners, bezoekers en bedrijven is het ook belangrijk dat de lokale gemeenschap een inspanningsverplichting voelt. | |
De rolverdeling is duidelijk. De gemeente geeft de organisatie zoveel mogelijk uit handen en treedt dus enkel op als opdrachtgever, subsidieverstrekker en facilitator1. |
Kermis maak je samen. Het krijgt leven door een samenspel tussen vele partijen: inwoners, wijk- en dorpsraden, bezoekers, kermisexploitanten, kermisorganisatoren, vrijwilligers, kermiswerkgroepen, horeca, kermisbonden, de gemeente en meer.
In de context van kermis in de gemeente Land van Cuijk kunnen we deze belanghebbenden grofweg onderbrengen in vier groepen: het publiek, de lokale gemeenschap, de kermisondernemers, en de gemeente. Alle vier spelen ze een onmisbare rol in het bestaan van de kermis. Zonder publiek geen inkomsten, zonder kermisondernemers geen attracties, zonder lokale gemeenschap geen draagvlak, en zonder gemeente geen gezag. Alle vier zijn we dus van elkaar afhankelijk. Daarom is het van cruciaal belang dat ieders rol goed begrepen wordt. Want alleen samen creëren we het fundament waarmee kermis staat of valt.
De eerste pilaar voor het fundament waarmee kermis staat of valt is het publiek. Logischerwijs bestaat het grootste deel van het publiek uit de inwoners van de desbetreffende kern. De rest wordt aangevuld door eventuele bezoekers van buitenaf die de kermis bezoeken. Zij zijn de eindgebruikers van de kermis en bepalen daarmee uiteindelijk de vraag naar de kermis. Belangrijk verschil met de wens voor een kermis moet opgemerkt worden: de vraag uit zich in de daadwerkelijke uitgaven op de kermis terwijl de wens uitdraagt hoe graag men een kermis in de kern wil.
De kermis staat of valt ook bij het lokale draagvlak onder de lokale gemeenschap, de tweede pilaar. Daarin vormen vrijwilligers uit eigen kern actieve commissies en werkgroepen die zich ieder jaar inzetten om de kermis een mooi evenement voor het hele dorp te maken. Zij weten met het organiseren van bijvoorbeeld een nevenprogramma en andere activiteiten rondom de kermis het publiek naar én bij de kermis te betrekken. Zo wordt de kermis meer dan attracties alleen. Zij slagen er ook in de samenwerking met lokale verenigingen en ondernemers op te zoeken, om zo gezamenlijk de kermis een extra impuls te geven. In enkele kernen ligt zelfs de totale organisatie van de kermis al meerdere jaren volledig op de schouders van deze kermiswerkgroepen. Met andere woorden: ze zijn dus van cruciaal belang voor het succes van de kermis, helemaal in de kleinere kernen.
Voor dit beleid is het publiek en de lokale gemeenschap steevast gerepresenteerd door de wijk- en dorpsraden (of de daaraan gelieerde kermiswerkgroepen), als vertegenwoordiging van de bewoners van de kern. Ook zijn er in de kermiscommissie (zie 1.3) meerdere inwoners uit de gehele gemeente betrokken geweest, variërend van centrumcoördinatoren tot lokale initiatiefnemers.
De derde pilaar waar de kermis mee staat of valt zijn de kermisondernemers. Zij zijn de kermisexploitanten of kermisorganisatoren die met de kermis hun brood verdienen. Vanuit de kermistraditie gezien kwamen de kermisexploitanten op eigen initiatief met attracties af op drukbezochte plekken rond bepaalde data (zie ook bijlage 5). Dat valt aan te wijzen als een natuurlijke vraag naar de kermis. Voor hen is niet zozeer de wens voor de kermis maar juist de vraag naar een kermis van belang. Bij te weinig vraag is het simpelweg niet haalbaar om een kermis neer te zetten, een trend die zich al langer onder de kleinere kernen ontwikkeld (zie bijlage 4).
Voor dit beleid zijn de kermisondernemers in het algemeen vertegenwoordigd in de kermiscommissie door de kermisbonden (NKB en BOVAK). Incidenteel zijn ook kermisexploitanten en kermisorganisatoren bekend en actief in de regio geraadpleegd.
Als vierde pilaar is de gemeente ook cruciaal om kermis mogelijk te maken. Uniek aan de kermis is namelijk dat het altijd plaatsvindt in de openbare ruimte, vrij toegankelijk en gratis te bezoeken is.
De gemeente als beheerder van de publieke ruimte draagt hiervoor dan ook specifieke verantwoordelijkheden. In de praktische zin voor veiligheid door voor toezicht en handhaving te zorgen, maar ook door materiaal van de gemeentewerf beschikbaar te stellen. Ook kan de gemeente als publiekrechtelijk en privaatrechtelijk orgaan de juiste vergunningen verlenen, standplaatsen verpachten of zelfs een organiserende partij voor de kermis aanwijzen. In dat laatste geval zet de gemeente een aanbesteding uit, vaak in een kermisvakblad, waarin zij opdracht geeft tot de organisatie van een kermis.
Om tot een gedragen kermisbeleid te komen is de samenwerking gezocht met verschillende belanghebbende partijen. Zo zijn er diverse contactmomenten geweest met kermisorganisatoren die bekend en/of actief zijn in de regio. Hiermee is getracht specifieke lokale kennis en ervaring op te doen en mee te wegen in de uitwerking van beleidsstuk. Ook zijn er voor het harmonisatietraject een kermiscommissie en interne werkgroep bij de gemeente aangesteld. De kermiscommissie bestaat uit leden gelinkt aan kermissen uit alle voormalige gemeenten, variërend van centrumcoördinatoren tot vertegenwoordigers uit wijk- en dorpsraden, lokale kermiswerkgroepen en kermisbonden. Beide groepen zijn tijdens meerdere sessies betrokken geweest bij de invulling van het nieuwe kermisbeleid.
Zo hebben zij onder meer opmerkingen en reacties kunnen inbrengen over de uitgangspunten van het kermisbeleid, de hoofdlijnen van de nieuwe organisatiestructuur alsmede het concept beleidsstuk. Alle inbreng en opmerkingen zijn verwerkt en meegewogen in de uitwerking van het beleidsstuk. Daarnaast is er ook nog een informatiebijeenkomst geweest voor alle wijk- en dorpsraden uit de gemeente. Ook hier waren de reacties overwegend positief en hebben leden van de kermiswerkgroepen Overloon en Groeningen expliciet uitgesproken het (participatie)proces gedegen te vinden en hun steun voor het beleidsstuk naar de gemeenteraad uit te willen spreken.
Naast deze belanghebbende partijen is ook de gemeenteraad meegenomen in de totstandkoming van het beleid. Zo is zij middels een raadsinformatiebrief op de hoogte gebracht van het proces en de uitgangspunten ten grondslag van het beleidsstuk. Ook heeft zij tijdens een beeldvormende raadsavond zich een beeld kunnen vormen en kunnen uitspreken over het kermisbeleid, naast de gelegenheid om hier vragen over te stellen. Hiermee is de raad voorbereidend op vaststelling al bijtijds in het proces meegenomen in de totstandkoming van het kermisbeleid.
Hieronder staan deze verschillende participatiemomenten schematisch weergegeven, waarin de externe momenten worden aangegeven met de groene kaders.
2. Kermissen in de gemeente Land van Cuijk
In de gemeente worden ieder jaar maar liefst 28 kermissen georganiseerd. Hiertoe tellen we ook de kermissen die door de dorpsraden zelf georganiseerd worden, oftewel een ‘alternatieve kermis’.
Iedere kermis is uniek van karakter omdat iedere kern anders is. Daarbij komt dat kermis traditie-getrouw onderdeel is van het lokale dorpsfeest. In lijn met onze kernendemocratie, waarborgen we de lokale identiteit van de kermissen door aan de vaste locaties en periodes in het jaar vast te houden.
Het onderstaande overzicht geeft weer welke kermissen in de gemeente zijn en op welke manier deze worden georganiseerd. In 2.2. wordt nader ingegaan op deze specifieke organisatie methoden.
2.2. Huidige organisatiestructuur
De organisatie van de kermissen is in het eerste jaar na de herindeling (2022) voor het grootste deel ongewijzigd gebleven. Dit betekent dat de kermis in meeste mate georganiseerd bleef zoals in de voormalige gemeenten. Het verschil in aanpak in de voormalige gemeenten is echter groot. Zo zijn er grofweg drie methoden te onderscheiden: gemeente als organisator, gemeente als opdrachtgever, en zelforganisatie door dorpsraden. In het volgende overzicht is te zien hoe de kermis in de gemeente Land van Cuijk georganiseerd wordt en welke rol de gemeente hierbij heeft.
De rol van de gemeente is slechts in twee facetten hetzelfde voor alle kermissen, namelijk: zij verzorgt voor iedere kermis materiaal van de gemeentewerf (waar nodig) en verleent de vergunning.
De verschillen in organisatiestructuur zijn in werkelijkheid wel complexer:
Als opdrachtgever geeft de gemeente in totaal vier keer opdracht tot het organiseren van kermis. De voormalig gemeente Cuijk deed dat voor Beers, Cuijk en Haps, waar de voormalig gemeente Grave dat voor Grave deed. De voormalig gemeente Mill & Sint Hubert deed een aanbesteding voor Langenboom, Mill, Sint Hubert en Wilbertoord. Alle drie ontvingen de gemeenten een pachtsom, al werd deze in de laatste jaren steeds lager.
Bij de kermis in de kern Boxmeer is de voormalig gemeente Boxmeer de organisator en ontvangt zij de pachtgelden. Vanuit de gemeente was een kermiscoördinator werkzaam, die de gehele organisatie van de kermis op zich nam (inschrijving, beoordeling kermisattracties, contactpunt etc.). Naast deze organiserende rol heeft de gemeente ook een faciliterende rol.
Sinds de herindeling ziet de gemeente het organiseren van kermissen niet langer als gemeentelijke taak en vindt de rol van organisator niet meer passend. In lijn met de uitgangspunten voor het nieuwe kermisbeleid zijn hier alvast de eerste stappen voor gezet: de kermisorganisatie voor de Boxmeerse kermis is in het overgangsjaar 2023 al uit handen gegeven.
Gemeente als subsidieverstrekker
In voormalig gemeente Boxmeer bestaat er een vergoeding van €3.000,- per jaar om zelf een kermis in eigen kern te organiseren. Deze regeling is bedoeld om, bij afwezigheid van kermis, de dorpsraden gelegenheid te geven om een alternatieve kermis te organiseren voor hun eigen dorp. De dorpsraden zijn aanvrager van de vergunningen en verantwoordelijk voor de gehele organisatie van de kermis. De rol van de gemeente beperkt zich tot subsidieverstrekker en het faciliteren van materiaal uit de gemeentewerf (waar nodig). Na afloop leveren de dorpsraden aan de gemeente een verantwoording van het besteedde bedrag en een kort verslag van het verloop van de kermis. In voormalig gemeente Boxmeer maakten er 6 dorpsraden gebruik van deze regeling.
In het eerste jaar na de herindeling (2022) dreigde er in diverse kleine kernen geen kermis meer plaats vinden doordat oude regelingen waren geëindigd of omdat de kermisorganisator een kleine kermis niet meer rendabel achtte. Als oplossing heeft de gemeente toen incidenteel en éénmalig een subsidie van €3.000,- per dorpsraad beschikbaar gesteld voor het organiseren van kermis in eigen kern. Voorwaarde was dat er in de afgelopen vijf jaar minimaal twee keer kermis in het dorp had plaatsgevonden. Bij deze regeling bleven de rolverdeling en de verantwoordelijkheden van de gemeente en de dorpsraden hetzelfde als hierboven beschreven. In totaal maakte er negen dorpsraden uit de gemeente Land van Cuijk gebruik van deze subsidie, buiten de zes dorpsraden uit voormalig gemeente Boxmeer om.
2.3. Bezwaren huidige organisatiestructuur
Het is duidelijk dat de organisatiewijze in de kernen sterk uiteenloopt. De verschillen tussen deze structuren uit de voormalige gemeenten zijn reden voor enkele bezwaren.
Ongelijke positie tussen kernen door wisselende rol gemeente
De gemeente geeft opdracht tot het organiseren van kermis voor een deel van de kernen in het Land van Cuijk. Of er in een kern wel of niet in opdracht van de gemeente kermis georganiseerd wordt, ligt ten grondslag aan de voormalige gemeenten. Zo is de kermisorganisatie van alle kernen in de voormalig gemeente Sint Anthonis in 2013 overgedragen aan de dorpsraden en kermisorganisatoren. Hierdoor worden er in geen van deze kernen in opdracht van de gemeente kermissen georganiseerd.
Mogelijk efficiëntere indeling voor kermissen in opdracht van de gemeente
De gemeente geeft in totaal vier keer opdracht voor de organisatie van kermissen in twaalf kernen. Meestal wordt de kermisorganisatie van meerdere kernen dus in één perceel uitbesteed. Welke kernen samen worden aanbesteed, ligt aan de voormalige gemeente waar ze toebehoorden. Zo worden Mill, Sint Hubert, Langenboom en Wilbertoord samen verpacht omdat deze kernen allemaal bij voormalig gemeente Mill & Sint Hubert horen. Het loont om te onderzoeken of deze bestaande percelen de meest efficiënte indeling voor de aanbesteding is. Met andere woorden: wellicht is er een betere percelen samenstelling mogelijk door buiten de voormalige gemeentegrenzen te kijken.
3. Nieuwe organisatiestructuur
Gezien de bezwaren tegen de huidige organisatiestructuur is het noodzakelijk te herzien hoe de gemeente met de kermissen omgaat. Echter is daarin ook belangrijk om het vertrekpunt van het kermisbeleid niet uit het oog te verliezen: om zoveel mogelijk vanuit de bestaande kermisorganisatie-structuren te vertrekken.
In andere woorden, behouden wat al goed gaat in de gemeente en een gelijk speelveld creëren. Dit heeft tot gevolg dat de nieuwe organisatiestructuur veelal dezelfde lijn doorzet zoals bekend uit de voormalig gemeente Boxmeer. Door deze bestaande structuur met de nodige wijzigingen uit te rollen in de rest van de gemeente, kan de huidige ongelijke positie tussen kernen worden tegengegaan.
3.1. Hoe faciliteert de gemeente kermis?
In de nieuwe organisatiestructuur onderscheidt de gemeente twee typen kermis:
Beide worden door de gemeente gefaciliteerd, maar wel met verschillende aanpak en voorwaarden. Hiermee wordt de rol van de gemeente vereenvoudigd. Concreet betekent dit dat de gemeente kermissen faciliteert door:
Deze twee typen aanpak worden hieronder respectievelijk in 3.2. en 3.3. uiteengezet.
3.2. Kermis in opdracht van de gemeente
Bij deze aanpak wordt de kermisorganisatie in opdracht van de gemeente gedaan. De gemeente doet een aanbesteding waarop kermisondernemers zich kunnen inschrijven om de opdracht uit te voeren. Voor een selectie van kernen zal de gemeente opdrachten uitzetten. De gemeente gaat dus niet voor iedere kern de kermis aanbesteden. Hiervoor liggen twee (hoofd)redenen ten grondslag:
Er bestaan geen standaardcriteria om te bepalen waar er kermis moet komen, en daarmee dus het uitzetten van opdrachten tot kermisorganisatie te rechtvaardigen. Waarom in de ene kern wel en in de andere niet? Een objectieve maatstaaf zoals inwonersaantallen of leeftijdsopbouw is daar helaas niet aan te koppelen. Want waar kermis in de ene kern ontzettend leeft en goedbezocht wordt, kan dat in de volgende kern compleet anders zijn. Een selectie van kernen maken is dus ingewikkeld.
Als opdrachtgever heeft de gemeente hierin de regie; zij bepaalt uiteindelijk voor welke kernen opdrachten worden uitgezet. Hiervoor worden de volgende stappen doorlopen:
De gemeente zet aan de hand van de bovenstaande selectie opdrachten voor kermisorganisatie uit.
Bij deze opdrachtverstrekking zijn de volgende punten van toepassing:
De opdrachten worden in percelen uitgezet met één of meerdere kermissen bij elkaar. De huidige samenstelling van de percelen blijft leidend voor de opzet van de toekomstige opdrachten, al is er gekeken of het zinvol is om de samenstelling te wijzigen. Gezien zowel de kermisdata en de geografische ligging is gekozen om dezelfde samenstelling van de percelen op dit moment aan te houden. Een eventuele wijziging is echter ook niet uit te sluiten. Mogelijk biedt 2023 als ervaringsjaar nieuwe inzichten waarop gebaseerd kan worden of het wenselijk is de samenstelling te wijzigen en/of een opdracht niet langer uit te zetten.
De opdrachtverstrekking geschiedt onder de uitvoering van dit kermisbeleid, met die reden worden in dit beleidsstuk geen vermeldingen gedaan van eventuele percelen. Daarnaast kunnen in de aanbesteding per kermis specifieke voorwaarden in afstemming met de dorpsraden en/of kermiswerkgroepen opgesteld worden, waarin de gemeente zo nodig bemiddeld maar uiteindelijk beslisbevoegd blijft. Hiermee kan bijvoorbeeld de samenwerking tussen de lokale gemeenschap en de kermisorganisator formeel vastgesteld worden in de verpachtingsvoorwaarden van de opdracht.
3.3. Kermis door zelforganisatie dorpsraden
Bij deze aanpak worden de dorpsraden in staat gesteld om zelf een kermis in eigen kern te organiseren. De gemeente faciliteert ze hierin door een vergoeding voor zelforganisatie en materiaal van de gemeentewerf beschikbaar te stellen. Hierin lijkt de aanpak sterk op de éénmalige subsidieregeling die in 2022 en 2023 van kracht was om zelforganisatie mogelijk te maken. Deze is echter op enkele punten anders.
De dorpsraden moeten namelijk aan de volgende voorwaarden voldoen om hiervan gebruik te maken:
Voor de kermisorganisatie in eigen kern ziet de gemeente momenteel de dorpsraad (of aan de dorpsraad gelieerde kermiswerkgroepen) als enige geschikte organiserende partij. De regeling is echter niet uitsluitend van toepassing voor dorpsraden. Mochten er andere geschikte partijen zich voordoen, dan neemt de gemeente deze ook in overweging. Gezien het beroep dat wordt gedaan op vrijwilligers, houdt de gemeente met het opstellen van de subsidieregeling ook rekening met het verminderen van extra administratieve handelingen.
De keuze voor deze nieuwe organisatiestructuur laat zich vooral kenmerken door het verder bouwen op de bestaande kermisorganisatie-structuren in de gemeente. Het kan daarom gezien worden als een logisch gevolg van het vertrekpunt en de uitgangspunten die ten grondslag van dit beleid liggen. Deze punten hebben als kader centraal gestaan in de benadering hoe de gemeente wil omgaan met kermissen. Dit uit zich in de voordelen van deze nieuwe organisatiestructuur:
Hoewel deze nieuwe organisatiestructuur alom de meeste voordelen biedt, kunnen hier ook enkele bezwaren naar voren gebracht worden:
Kernenselectie. De gemeente maakt een selectie van kernen voor welke zij een opdracht voor kermis uitzet. Er bestaan geen standaardcriteria om dit te bepalen. Uitgangspunten voor de gemeente in deze selectie zijn daarom dat de kermis: 1) moet voldoen aan het minimumpakket van attracties, 2) kan rekenen op lokaal draagvlak, en 3) realistisch is beoordeeld op haalbaarheid voor ondernemers.
3.5. Faciliteren in de praktijk
Deze nieuwe organisatiestructuur brengt ook veranderingen met zich mee hoe de gemeente in de praktijk kermissen faciliteert.
Voor de gemeentelijke ondersteuning van kermissen wordt aansluiting gezocht bij het ‘Evenementenbeleid Land van Cuijk’ (2022). Kermissen vallen onder evenementen en dienen daarom onder dezelfde voorwaarden gemeentelijke ondersteuning te ontvangen. Exacte voorwaarden hiervoor ontbreken op dit moment en moeten nog vastgesteld worden. Hier is het volgende over opgenomen:
“De gemeente Cuijk, de gemeente Boxmeer, de gemeente Grave, de gemeente Mill & Sint Hubert en gemeente Sint Anthonis boden, voordat zij 1 gemeente Land van Cuijk vormden, allen diverse ondersteuning aan evenementen. Denk hier bijvoorbeeld aan het uitlenen van gemeentelijke materialen, het gebruik van de gemeentelijke stroom- en watervoorzieningen, bij diverse evenementen afval opruimen en het vegen van het evenemententerrein, reclame op de gemeentelijke LED-pagina’s, het toestaan van het plaatsen van sandwich- en driehoeksborden en het niet in rekening brengen van legeskosten bij specifieke evenementenorganisatoren. Elke gemeente had hun eigen regels hieromtrent en ook een eigen procedure hoe zij dit organiseerde.”
De vergunning voor de kermis dient altijd aangevraagd te worden door de organiserende partij. De kosten van leges zijn voor rekening van de aanvrager, tenzij anders opgenomen in het ‘Evenementenbeleid Land van Cuijk’ (2022).
De gemeente begroot per kern een budget voor het behoud van de kermis. Dit bedrag stelt de gemeente beschikbaar voor de (zelf)organisatie van een kermis(activiteit). Per kern zal verschillen of en hoe dit bedrag besteedt wordt. Voor zelforganiserende kernen is dit de vergoeding voor zelforganisatie. Het kan ook voorkomen dat de gemeente dit bedrag inzet om kermisorganisatoren financieel tegemoet te komen in de haalbaarheid van een neer te zetten kermis conform het minimumpakket van attracties. Daarnaast bestaat er de kans dat er voor geen van deze twee gevallen gebruik gemaakt wordt van het begrote budget. In dat geval mogen deze kernen een beargumenteerde aanvraag doen om dit budget in te zetten voor de zelforganisatie van een nevenprogramma ter ondersteuning van de kermis(activiteit), behoudens toestemming van het college van B&W.
De hoogte van de financiële ondersteuning wordt ééns in de drie jaar door het college van B&W vastgesteld. Dit gebeurt in de vorm van een niet openbaar collegevoorstel. De hoogte van het budget wordt niet vooraf bekend gemaakt omdat het onwenselijk is dat het bedrag openbaar wordt voor het geval hier met de inschrijvingen van de opdrachten mogelijk voordeel uitgehaald kan worden.
De gemeente zet middels de verpachtingsvoorwaarden de voorwaarden uiteen die komen kijken bij opdrachtverstrekking. De voorwaarden uit de voormalige gemeenten worden zoveel mogelijk geharmoniseerd in nieuwe verpachtingsvoorwaarden voor de gemeente: ‘Verpachtingsvoorwaarden kermis gemeente Land van Cuijk’. Deze zijn niet van toepassing voor de zelforganiserende kernen.
Veelal komen hier de praktische voorwaarden van de kermissen aan bod zoals onder meer: data, openingstijden, locaties, minimumpakketten, inschrijvingseisen, verplichtingen, op en afbouw, standplaatsen woonwagens/pakwagens, stroom en water voorzieningen, afval, vergunningen, rit- en entreeprijzen, proefdraaien, geluidsnormen, overlast, verbod op prijzen, (brand)veiligheid, toiletten, prikkelarme uurtjes, schade, mogelijkheid tot BIBOB-onderzoek, aansprakelijkheid, verzekering, etc.
De nieuwe organisatiestructuur faciliteert op een andere manier dan voorheen de kermissen in de gemeente Land van Cuijk. Hierdoor veranderen ook de financiële structuren. Deze verantwoording geeft financieel inzicht in de huidige situatie, en laat zien welke financiële veranderingen nodig zijn om de nieuwe organisatiestructuur te bekostigen.
Begroting en uitgaven over 2022
Begroting en inkomsten over 2022
Om dit nieuwe beleid te dragen zijn er per 2024 extra financiële middelen nodig: € 59.650. Deze wordt aangeleverd bij de kadernota voor 2024. Voor dit budget gelden de volgende uitgangspunten:
Extra middelen van € 42.000 om per kern de (zelf)organisatie van een kermis(activiteit) of ondersteunend nevenprogramma te faciliteren. In deze berekening voor 33 kernen gaan we uit van het eerder vastgestelde bedrag van € 3.000 per kern2. Voor 19 kernen zijn deze al in het bovenstaande kostenoverzicht onder ‘Werkelijke kosten kermissen – Ov. Goederen en diensten’ opgenomen. Hier komen dus 14 kernen bij: € 42.000 (14 x € 3.000).
Het doel van dit beleidsplan is om de continuïteit van kwalitatieve, gezellige kermissen in de kernen van de gemeente Land van Cuijk, groot én klein, te waarborgen door de kermis op een efficiënte, eenduidige manier te organiseren.
Met het kermisbeleid wat nu voor u ligt, is dit doel realiseerbaar. Dit nieuwe kermisbeleid zet namelijk duidelijke kaders neer hoe de gemeente met de organisatie van kermissen wil omgaan, nu en in de toekomst. In beginsel vertrekt het vanuit de bestaande kermisorganisatiestructuren uit de voormalige gemeenten en houdt daarmee in stand wat al goed gaat in de gemeente. Tegelijkertijd wordt met een nieuwe organisatiestructuur een gelijk speelveld gecreëerd voor kermissen in alle kernen in de gemeente Land van Cuijk.
Dit brengt de volgende urgente aanbeveling met zich mee:
Omarm de nieuwe organisatiestructuur en begroot een budget voor het behoud van de kermis:
Tot slot, hoewel dit nieuwe kermisbeleid met zorg is geschreven en samengesteld, hebben de afgelopen coronajaren ons geleerd dat zich altijd onvoorziene omstandigheden kunnen voordoen. Doorlopende monitoring van het beleid is daarom wenselijk, al dient het beleidsstuk richting en houvast te kunnen geven voor de komende periode van vijf jaar.
Aldus besloten door de raad van de gemeente Land van Cuijk
in zijn openbare vergadering van 25 mei 2023.
De griffier,
Richard van der Weegen
De voorzitter,
Marieke Moorman
Overzicht alle kermissen inclusief periodes, dagen en locaties in de gemeente Land van Cuijk
Maandplanning Boxmeer (voorbeeld)
Om een succesvolle kermis te organiseren moeten er diverse taken worden uitgevoerd. In het onderstaande overzicht is te zien welke taken dit zijn voor Boxmeer en wanneer dit moet gebeuren.
Opmerkingen uitgangspunten 1e bijeenkomst Kermiscommissie
Ontwikkelingen kermis in Nederland
Er vinden in Nederland jaarlijks 1.700 kermissen plaats. De kermis is één van de populairste terugkerende evenementen. Desondanks staat de traditionele kermis onder druk. Landelijk is een trend zichtbaar van teruglopende bezoekersaantallen, hogere kosten en minder omzet voor de exploitanten. Ook het aantal kermissen in Nederland loopt al jaren terug. Jaarlijks verdwijnen er enkele tientallen kermissen, vooral in de kleine gemeenten. Terwijl consumenten steeds hogere eisen gaan stellen aan vermaak, heeft de kermis meer en meer te maken met concurrentie in het explosief gegroeide Nederlandse evenementenlandschap (inclusief pretparken). Ook vormt nieuwe technologie, bijvoorbeeld in de vorm van spelcomputers en smartphones een steeds spectaculairder alternatief3.
Daarnaast eisen de risico’s van de kermis meer aandacht op. Diverse berichten in de afgelopen jaren maken duidelijk dat ook kermissen niet altijd zonder incidenten verlopen. Er is dan ook (voortdurend) veel aandacht voor veiligheid op kermissen. Betrokkenen partijen geven aan dat het inschatten van risico’s, regisseren en waarborgen van veiligheid en het bepalen van verantwoordelijkheden een lastige opgave kan zijn en leidt tot extra kosten. Kortom, de kermis heeft in het algemeen te maken met de nodige uitdagingen (2018).
Bron: https://gemeentebestuur.haarlem.nl/bestuurlijke-stukken/2018571242-2-Bijlage-1-Onderzoek-kermis-Zaanenlaan.pdf
Kermiscultuur Inventaris Immaterieel Erfgoed Nederland
Kermis is reizend vermaak in de openbare ruimte van dorpen en steden dat veelal volgens een traditionele jaarkalender verloopt. De kermiscultuur vindt bij voorkeur plaats in het centrum van stad, dorp of wijk. Het is een jaarlijks terugkerend buitenevenement dat gratis te bezoeken is en bedoeld is voor alle leeftijden, voor alle lagen van de bevolking en alle nationaliteiten.
De kermiscultuur van nu wordt beoefend en in stand gehouden door drie hoofdgroepen: kermisfamilies, organisatoren en publiek. Deze drie groepen zijn van elkaar afhankelijk: zij maken de kermis.
Kermisfamilies zetten vaak generaties lang al het kermisbedrijf voort: zij hebben een VOF of BV waarin de familie attracties exploiteert. Kinderen leren het vak door al jong mee te doen en willen vaak ook op pad met een eigen attractie. Rond Pasen start het echte 'seizoen'. Dan gaan de families op reis.
Gemeenten en organisatoren zorgen voor de organisatie van de kermis, ze stellen de kermis samen. Die bestaat soms uit attracties van dezelfde jaarlijks terugkerende exploitanten, maar bij grotere kermissen is er sprake van een wisselend aanbod. De gemeente regelt dat het terrein beschikbaar is waarop de kermis wordt gehouden en de salon- en pakwagens komen te staan.
Het publiek is essentieel voor het slagen van de kermis. Zij zijn de bezoekers en de deelnemers aan de attracties. Bij veel kermissen zijn er traditionele activiteiten rond het bezoeken van de attracties.
De geschiedenis van de kermis gaat terug tot de middeleeuwen. Steden lieten rond bepaalde data markten toe waar vrije handel was toegestaan. De kerken vierden hun kerkwijding (de dag waarop de kerk werd ingewijd) met een Heilige Mis (de kerk-mis). Uit beiden ontstonden kermissen: momenten van vertier voor de inwoners van stad en dorp, waar vrijhandel was toegestaan en speciale waren werden aangeboden en kunsten werden vertoond.
De kermis was de plek voor kwakzalvers, doctoren, uitvinders, artiesten en handelaren. De kermis veranderde steeds qua aanbod, maar niet van karakter. Door de industriële revolutie werden de attracties moderner: eerst qua aandrijving en verlichting (stoom, elektriciteit), later ook qua opbouw en transport (trein). Nieuwe (wetenschappelijke) vindingen werden gepresenteerd op de kermis en kregen een vaste plaats in de maatschappij, zoals de cinema.
Kermisreizigers trokken en trekken van plaats naar plaats. Dat deden ze met een kalender in hun hoofd. Het seizoen start met kermissen rond de voorjaarsmarkten. Het eindigt met de veemarkten in het najaar, zoals koeien- en paardenmarkten. In de winter zijn er geen kermissen en moeten de kermisreizigers van het verdiende geld leven of hebben ze andere inkomsten. Tegenwoordig wordt het winterseizoen ingevuld met kerstmarkten, oliebollen standplaatsen of overdekte winterkermissen. Dan moet ook de attractie worden opgeknapt.
Bij gebruik van deze bron uit 2018 brengt de voorzitter van de BOVAK graag een nuancering en actualisatie aan. Zij zeggen zich ten delen te kunnen herkennen in de landelijke trends voor de coronapandemie, maar stellen dat de kermis in de jaren daarna weer steeds meer belangstelling geniet. Overigens gaat het volgens hen om ruim 1.500 kermissen die jaarlijks in Nederland plaatsvinden.