Organisatie | Druten |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels Inburgering en statushouders 2023 gemeente Druten |
Citeertitel | Beleidsregels Inburgering en statushouders 2023 gemeente Druten |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt het Handboek Minimabeleid 2016 gemeente Druten.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
15-06-2023 | 01-06-2023 | nieuwe regeling | 06-06-2023 |
Artikel 2. Overbruggingsuitkering
De algemene bijstand wordt maandelijks achteraf betaald. Dit kan resulteren in liquiditeitsproblemen bij belanghebbende. Het college vindt het noodzakelijk om in geval van inburgeringsplichtigen, die geplaatst worden in de gemeente en een bijstandsuitkering aanvragen, een overbruggingsuitkering te verstrekken.
Artikel 3. Duurzame gebruiksgoederen en overige inrichtingskosten
In afwijking van lid 1 komen de kosten van eerste inrichting van een woning of eerste aanschaf van een duurzaam gebruiksgoed in aanmerking voor bijzondere bijstand wanneer de inburgeringsplichtige een verblijfsvergunning heeft gekregen, de opvang in een AZC verlaat en voor het eerst een eigen woning betrekt.
Het maximale bedrag dat voor bijzondere bijstand voor inrichtingskosten in aanmerking komt, wordt vastgesteld aan de hand van de actuele bedragen die zijn opgenomen in de NIBUD Prijzengids1. Er is sprake van een onderscheid in volledig en gedeeltelijke woninginrichting:
De inburgeringsplichtige dient de betaalbewijzen van de duurzame gebruiksgoederen binnen zes weken na verstrekking van bijzondere bijstand te overleggen. De volgende duurzame gebruiksgoederen dienen nieuw aangeschaft te worden:
De volgende duurzame gebruiksgoederen worden tweedehands aangeschaft:
Voor de overige aankopen geldt dat er steekproefsgewijs een controle wordt uitgevoerd. Belanghebbende dient de betaalbewijzen ten minste 12 maanden gerekend vanaf de maand waarin de bijzondere bijstand is uitbetaald te bewaren en op verzoek te overleggen aan het college.
Artikel 4. Module Arbeidsmarkt en Participatie
Het college kan de inburgeringsplichtige ontheffing verlenen voor de MAP als:
De ontheffing dient met een goede motivering en onderbouwing vastgelegd te worden in het PIP.
De hoogte van de bijzondere bijstand wordt vastgesteld op basis van: de goedkoopste en meest adequate voorziening en voor de dagen dat belanghebbende het traject in het kader van de Wet inburgering volgt. Hiervan wordt slechts afgeweken indien de voorziening niet mogelijk of wenselijk is of het vervoer per auto goedkoper is. In dat geval wordt uitgegaan van een kilometervergoeding van € 0,21 (maximale onbelaste vergoeding belastingdienst)2. De reisafstand wordt gemeten van postcode woonadres en huisnummer tot postcodelocatie en huisnummer aan de hand van de ANWB-routeplanner, snelste route.
Het college kan in individuele bijzondere situaties ten gunste van de inburgeringsplichtige afwijken van de bepalingen van deze beleidsregel, indien toepassing van deze beleidsregel tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.
Aldus vastgesteld door het college in de vergadering van 6 juni 2023.
Het college van de gemeente Druten;
de secretaris,
Dhr. B. Janssen
de burgemeester,
Mevr. S.W.P.J. Sengers
Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.
Artikel 2. Overbruggingsuitkering
Zolang de inburgeringsplichtigen in het Centraal Orgaan opvang asielzoeker (COA) verblijft ontvangt hij wekelijks gelden vanuit het COA. Zodra de inburgeringsplichtigen een bijstandsuitkering achteraf gaat ontvangen, vindt er een verrekening plaats op deze gelden.
De berekening voor de overbruggingsuitkering is als volgt:
De inburgeringsplichtige ontvangt een overbruggingsuitkering voor de duur van zes weken (42 dagen):
De totale hoogte van de overbruggingsuitkering is € BEDRAG.
Bij de overbruggingsuitkering is rekening gehouden met een huurcomponent van de eerste huur en administratiekosten. De overbruggingsuitkering wordt verstrekt om niet o.g.v. artikel 48 lid 1 PW. Het restant bedrag wordt volgens maatwerk ingezet voor de betaling van overige vaste lasten.
Wanneer een alleenstaande de overbruggingsuitkering al heeft ontvangen en zijn gezin volgt, dan wordt het verschil tussen de van toepassing zijnde normen uitbetaald.
VB: de heer A heeft een overbruggingsuitkering ontvangen op grond van de alleenstaande norm. De partner en 2 kinderen worden 2 maanden later herenigd met de heer A. De partner en kinderen ontvangen dan het verschil tussen de alleenstaande en gehuwdennorm aan overbruggingsuitkering.
Gezinsmigranten en overige migranten hebben geen recht op de overbruggingsuitkering. Zij verhuizen namelijk niet vanuit een AZC naar een gemeente, maar gaan bij hun partner wonen die al woonachtig is in een gemeente.
Artikel 3. Duurzame gebruiksgoederen en overige inrichtingskosten
Voor de maximale hoogte van bijzondere bijstand voor duurzame gebruiksgoederen en overige inrichtingskosten bij een volledige woninginrichting wordt uitgegaan van 60% van de Nibud-norm voor de van toepassing zijnde gezinssituatie. De maximale hoogte komt neer op:
Het college vindt het belangrijk dat de inburgeringsplichtige in ieder geval een koelkast, wasmachine, fornuis, bed(den) inclusief lattenbodem en matras, laptop en fiets aanschaft van de bijzondere bijstand voor duurzame gebruiksgoederen en overige inrichtingskosten. Door van voorgaande goederen in ieder geval de betaalbewijzen op te vragen, wordt direct vastgesteld of de goederen ook zijn aangeschaft. De huishoudelijke apparaten dienen nieuw aangeschaft te worden.
Voor de overige goederen en inrichtingskosten zoals o.a. handdoeken, dekbed(overtrek), hoeslaken, linnengoed, keukeninboedel, pannenset etc dient de inburgeringsplichtige de betaalbewijzen ten minste 12 maanden gerekend vanaf de maand waarin de bijzondere bijstand is uitbetaald te bewaren en op verzoek te overleggen, aangezien er steekproefsgewijze controles uitgevoerd worden. Tot de gebruikelijke woninginventaris en inrichtingskosten worden gerekend de goederen en kosten zoals per ruimte benoemd in de NIBUD Prijzengids.
De hoogte van de aflossingscapaciteit is afhankelijk van het inkomen van de inburgeringsplichtige. Een inburgeringsplichtige met een bijstandsuitkering heeft ten minste een aflossingscapaciteit van 5% van de bijstandsnorm. De inburgeringsplichtige dient altijd 36 maanden af te lossen op de geldlening. Pas na 36 maanden naar draagkracht aflossen wordt het meerdere omgezet naar om niet.
De draagkrachtberekening uit de ‘Beleidsregels Bijzondere bijstand 2023 gemeente Druten’ is van toepassing.
Het is voor de inburgeringsplichtige van belang dat de aanvraag voor duurzame gebruiksgoederen en overige inrichtingskosten direct na inschrijving bij de gemeente wordt ingediend, zodat de inburgeringsplichtige voldoende tijd heeft om alles aan te schaffen.
Artikel 4. Module Arbeidsmarkt en Participatie
Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.
Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.
Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.