Protocol gebruik bodycams gemeente Heusden

Doel van het gebruik van de bodycam

Het gebruik van bodycams heeft als hoofddoel de veiligheid te beschermen en te vergroten van onze boa’s en toezichthouders werkzaam in en vóór cluster Veiligheid en Handhaving, die belast zijn met controle en handhaving op wet- en regelgeving. Een bodycam wordt voor deze medewerkers als persoonlijk beschermingsmiddel gezien. Incidenten als ongewenst en agressief gedrag richting de medewerker, betrokkenen of derden worden met het gebruik van bodycams tegengegaan en geregistreerd. Hierbij kan het dragen van een zichtbare bodycam een preventieve werking hebben en situaties de-escaleren. De beelden worden uitsluitend voor dit doel opgenomen en de opgenomen beelden mogen vervolgens gebruikt worden voor opsporing van strafbare feiten, klachtenafhandeling en ter evaluatie van het eigen handelen op eigen initiatief door de medewerkers. Dit bevordert de ontwikkeling van de medewerkers. Het protocol bevat afspraken over hoe de gemeente de tot een persoon herleidbare data, voortkomend uit het gebruik van de bodycams, registreert, (bewijslast) verzamelt, bewaart en gebruikt.

Uitgangspunt

De opnames worden alleen gebruikt voor bovengenoemd doel. Het protocol geldt slechts wanneer de bodycam wordt aangezet door de medewerker. De beelden worden door de gemeente Heusden niet online geplaatst of via sociale media verspreid.

Locaties voor opnamen

De bodycam kan worden ingezet wanneer de boa of toezichthouder werkzaam in en vóór cluster Veiligheid en Handhaving dit tijdens de uitoefening van zijn/haar functie voor zijn/haar eigen veiligheid of die van derden nodig acht op de werkterreinen van de medewerkers. Deze terreinen bestaan uit:

• -

  openbare ruimte;

• -

  voor publiek toegankelijke ruimten;

• -

  privéterrein en –eigendom (zoals woningen).

Dragen van de bodycam

Een bodycam wordt duidelijk en zichtbaar gedragen. De bodycam staat continu standby en neemt in die stand steeds 30 seconden aan beeldmateriaal op. Na die 30 seconden wordt het opgenomen beeldmateriaal steeds opnieuw overschreven door opnieuw 30 seconden aan beeldmateriaal. De bodycam wordt pas aangezet wanneer de medewerker dit voor zijn/haar eigen veiligheid of die van derden nodig acht. Vanaf dat moment wordt hetgeen dat wordt gefilmd opgeslagen, inclusief de 30 seconden voor het moment van aanzetten. Hierdoor wordt de aanleiding die heeft geleid tot de beslissing van de medewerker om langer op te nemen ook opgeslagen.

Aanzetten van de bodycam

De medewerker maakt duidelijk kenbaar aan de betrokkenen dat de bodycam van standby modus afgaat en wordt aangezet. Indien de situatie zodanig is dat het niet mogelijk is om kenbaar te maken dat de bodycam wordt aangezet wordt de bodycam direct aangezet. Nadat de dreigende situatie voorbij is of wanneer er geen sprake meer is van escalatie, wordt de bodycam uitgezet. De bodycam staat dan weer in de standby modus.

Het gebruik van de bodycams staat in de werkinstructie beschreven. De werkinstructie voldoet aan de geldende wetgeving en de uitgangspunten van dit protocol.

Rapporteren gebruik bodycam

Wanneer de bodycam is aangezet door de medewerker dan legt hij dit gebruik, voor het einde van de dienst, direct vast en maakt hier melding van bij de boa-coördinator, en indien afwezig, de clustermanager Veiligheid en Handhaving. In de vastlegging wordt de aanleiding en gebeurtenis vastgelegd en of, hoe en wanneer de omstanders zijn geïnformeerd over het gebruik van de bodycam.

Beheer en opslag beeldmateriaal gebruik bodycam

Het beheer van de beelden ligt bij de gemeente Heusden in de functie van clustermanager Veiligheid en Handhaving, de privacy officer en de boa-coördinator. Zij hebben toegang tot de back office van de applicatie om handelingen uit te voeren. De boa-coördinator mag alleen bodycams toevoegen of verwijderen aan het systeem wanneer bijvoorbeeld een bodycam wordt vervangen of uitgebreid. De clustermanager Veiligheid en Handhaving en de privacy officer mogen opgenomen beelden archiveren, overdragen of verwijderen. Gemaakte opnames worden pas uitgelezen en opgeslagen wanneer de bodycam in het dockingstation is geplaatst. Dit gebeurt automatisch. De opgeslagen beelden zijn versleuteld en worden bewaard in een beveiligde omgeving. De bewaartermijn voor de camerabeelden is 28 dagen. Als er in die periode geen aangifte, klacht of verzoek tot inzage voor een incident is gedaan of gekomen, worden de beelden automatisch verwijderd. Heeft een bodycam een bepaald incident opgenomen waarvoor een verzoek tot inzage is ontvangen, dan worden de beelden bewaard totdat er een definitief besluit is genomen door de Privacy Officer en uitvoering is gegeven op het verzoek tot inzage. Datzelfde is het geval bij een klachtenprocedure. In dat geval blijven de beelden bewaard tot de klachtenprocedure is afgerond. Bij het doen van aangifte of een vordering door het Openbaar Ministerie voor de beelden worden deze bewaard totdat het Openbaar Ministerie akkoord geeft tot vernietiging.

Toegang tot de opnameapparatuur en opnames

De toegang tot de opgenomen beelden en daarmee het bekijken van de opgenomen beelden, is belegd bij de boa-coördinator, clustermanager Veiligheid en Handhaving, privacy officer, gemeentesecretaris en veiligheidscoördinator. De gemeentesecretaris kan de beelden bekijken bij klachtenafhandeling. De veiligheidscoördinator is betrokken wanneer er aangifte wordt gedaan van strafbare feiten conform het agressieprotocol. Er wordt geregistreerd wanneer en door wie de opgenomen beelden worden bekeken. In ieder geval worden de beelden altijd in tweetal bekeken. Bij afwezigheid van een van de genoemde functionarissen gelden de reguliere afspraken voor vervanging.

Toegang tot de beelden is afhankelijk van de reden waarvoor de beelden worden bekeken:

• -

  Strafrechtelijk onderzoek door politie en/of openbaar ministerie: Op verzoek/vordering van het openbaar ministerie danwel bij het doen van aangifte kunnen de beelden gedeeld worden met politie en/of openbaar ministerie (OM). De beelden worden door de Privacy officer, bij vervanging de clustermanager Veiligheid en handhaving, digitaal verstrekt. De politie of het OM is hierna verantwoordelijk voor het beeldmateriaal.

• -

  Klachtafhandeling in dit kader worden de beelden bekeken door de clustermanager en de gemeentesecretaris.

• -

  Na een verzoek tot inzage door een betrokkene of diens belangenbehartiger: betrokkenen kunnen een verzoek doen om inzage in gemaakte opnamen waar de betrokkene zelf op staat en als rechten of vrijheden van andere personen niet worden geschaad, zie hierna. Bij het bekijken van de beelden zijn twee medewerkers aanwezig, waaronder de privacy officer. Er mag onder geen beding een kopie (beeld, geluid, opname) gemaakt worden.

• -

  Voor leerervaring: de medewerker mag bij de boa-coördinator aanvragen of hij/zij beelden kan terugkijken met als doel leerervaring. De beelden worden niet gebruikt tijdens het Paspoortgesprek. Dit kunnen uitsluitend beelden zijn waar de medewerker zelf op staat of die de medewerker zelf heeft opgenomen. De medewerker bekijkt de beelden samen met de coördinator terug. Als de boa-coördinator zelf de beelden heeft gemaakt of daarbij aanwezig was wordt de rol van de boa-coördinator overgenomen door de clustermanager. De beelden worden op de gemeentelocatie bekeken waarbij er geen derden mee kunnen kijken. Er mag onder geen beding een kopie (beeld, geluid, opname) gemaakt worden.

Verzoek tot inzage door betrokkenen

Elk verzoek tot inzage door een betrokkene of diens belangenbehartiger wordt individueel beoordeeld door de privacy officer. Deze zal de noodzaak beoordelen van het inzageverzoek. In ons privacy statement staat vermeld hoe betrokkenen gebruik kunnen maken van hun recht op inzage. Alle verzoeken tot inzage en de afhandeling ervan worden apart geregistreerd. Tegen het besluit om niet te voldoen aan het verzoek kan verzoeker bezwaar instellen.

Informeren inwoners

Inwoners worden via onze website geïnformeerd over het gebruik van bodycams. Hier kunnen ze terecht voor meer informatie over het gebruik van de bodycams en het gebruik van de beelden. Wanneer er beelden zijn gemaakt verstrekt de medewerker informatie over het gebruik van de beelden aan betrokkenen, tenzij de situatie dat niet toelaat.