Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Waalwijk

Mobiliteitsplan Waalwijk 2023

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieWaalwijk
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingMobiliteitsplan Waalwijk 2023
CiteertitelMobiliteitsplan Waalwijk 2023
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer
Eigen onderwerpMobiliteitsplan Waalwijk 2023

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

15-06-2023'nieuwe regeling'

09-03-2023

gmb-2023-247793

2023/014

Tekst van de regeling

Intitulé

Mobiliteitsplan Waalwijk 2023

 

Mobiliteitsplan 2030 en Uitvoeringsprogramma 2023 - 2027

 

Inhoud

 

1.

1. VOORWOORD 3

2. INLEIDING 4

  • 2.1

    Van Mobiliteitsvisie naar Mobiliteitsplan 4

  • 2.2

    Aanpak 4

  • 2.3

    Leeswijzer 6

3.

3. DE TOEKOMSTIGE MOBILITEIT VAN WAALWIJK 7

3.1 Het vertrekpunt in 2022 7

3.2 Het wensbeeld voor 2030 per gebiedstypologie

3.2.2 Het centrum van Waalwijk  10

3.2.3 Het stedelijk gebied  11

3.2.4 De bedrijventerreinen 13

3.2.5 De dorpskernen 14

3.2.6 Het buitengebied  15

4. HET UITVOERINGSPROGRAMMA 17

Uitvoeringsprogramma overzicht 18

5. BIJLAGE 1: BELEIDSANALYSE 48

  • 5.1

    Nationaal 48

  • 5.2

    Provincie Noord-Brabant 49

  • 5.3

    Regio Hart van Brabant 50

  • 5.4

    Gemeente Waalwijk 51

1. VOORWOORD

Voor u ligt het Mobiliteitsplan tot 2030 en het Uitvoeringsprogramma 2022-2027 van de gemeente Waalwijk. De maatregelen omschreven in het Uitvoeringsprogramma dient als input voor het Integrale Uitvoeringsplan van de gemeente. Met dit plan zetten wij als gemeente stappen in het omgaan met (verwachte) ontwikkelingen in het verkeer, (openbaar) vervoer, de openbare ruimte en duurzaamheid. De maatregelen voor de komende jaren zijn met name gestoeld om het op orde krijgen van de basis: een verbeterde infrastructuur voor lopen en fietsen, meer 30 km/uur wegen, een innovatief en hoogwaardig openbaar vervoersysteem en meer aandacht voor mobiliteit voor iedereen. Zo werken wij aan het leefbaar, veilig en bereikbaar houden van onze gemeente.

Elke dag reizen we lopend, fietsend, met de auto of met het openbaar vervoer naar ons werk, school, sport, vrienden, familie en ga zo maar door. Nieuwe ontwikkelingen in onze dagelijkse vervoerswijze volgen elkaar snel op. Denk aan de elektrische fiets, het opladen van elektrische auto, deelauto’s en, niet te vergeten, onze Waalwijkse e-steps. De komende jaren staan wij als gemeente voor een aantal uitdagingen. Het inwonersaantal zal door de woningbouwopgave toenemen en door de uitbreiding van bedrijventerrein Haven 8 blijft ook het aantal arbeidsplaatsen stijgen. Het merendeel van de werknemers woont echter niet in Waalwijk en reist met de auto naar het werk. Waalwijk is dé logistieke hotspot van Nederland, een aantrekkelijke woonomgeving en is omgeven door recreatiegebieden. Onze gemeente verdient daardoor hoogstedelijke investeringen op het gebied van mobiliteit.

Met het vaststellen van de Mobiliteitsvisie zetten we de komende jaren een mobiliteitstransitie in. We erkennen dat de auto een geliefd vervoersmiddel is voor veel Waalwijkers. De gemeente heeft een aantrekkelijke ligging tussen de A59 en N261 en er zijn weinig goede alternatieven voor verplaatsingen buiten de gemeente. Het is daarom tijd dat we gaan investeren in een hoogwaardig openbaar vervoernetwerk en slimme, innovatieve mobiliteitsoplossingen daarbij denken we aan Bus Rapid T ransit. Het Mobiliteit splan heeft als doel om iedereen in Waalwijk verschillende alternatieven te bieden: lopen, fietsen, deelmobiliteit, ov of de auto.

Op naar een veilig, slim en duurzaam mobiliteitssysteem voor iedereen!

Ad de Jong, wethouder mobiliteit en fysieke domein

2. INLEIDING

Het verplaatsen van personen en/of goederen noemen we mobiliteit. Mobiliteit is – met uitzondering van wandelen en fietsen voor recreatieve of sportieve doeleinden – geen doel op zich. Mobiliteit is daarmee altijd een middel om een activiteit op een andere locatie uit te voeren, zoals werken, wonen, sport, recreatie, sociaal, zorg, handel en onderwijs. Dit betekent dat mobiliteit raakvlakken heeft met vrijwel alle beleidsvelden.

Mobiliteit is noodzakelijk om mee te doen aan de samenleving en gaat over meer dan alleen het verkeer en (water)wegennetwerk. Belangrijke factoren die het verplaatsingsgedrag beïnvloeden zijn natuurlijk het vervoersmiddel en de infrastructuur, maar ook de sociale- en financiële situatie van de reiziger en het (gewoonte)gedrag in het verkeer.

Een Mobiliteitsplan speelt in op de wijze waarop mobiliteit kan bijdragen aan het integrale beleid van de gemeente. Het geeft richting voor het realiseren van de strategische ambities uit de Mobiliteitsvisie en geeft oplossingsrichtingen om de ambities te behalen. Dit Mobiliteitsplan heeft een planhorizon tot 2030. Het Uitvoeringsprogramma geeft vervolgens een concrete invulling aan de oplossingsrichtingen uit het Mobiliteitsplan. Het Uitvoeringsprogramma evalueren we jaarlijks en stellen we bij als er nieuwe of onverwachte ontwikkelingen optreden.

2.1 Van Mobiliteitsvisie naar Mobiliteitsplan

De gemeente Waalwijk wil dat iedereen zo snel, comfortabel en veilig mogelijk van A naar B kan komen. De komende jaren willen we de transitie maken naar een duurzaam vervoerssysteem, minder afhankelijk zijn van de auto en aansluiten op innovatieve, duurzame en datagedreven technologieën. Dat alles moet passen in de opgaven van andere beleidsterreinen, zoals de woningbouwopgave, werkgelegenheidsgroei en klimaat. Om dit mogelijk te maken heeft de gemeenteraad in de zomer van 2021 de Mobiliteitsvisie vastgesteld. Deze visie, te downloaden via deze link, beschrijft de ambities waar we de komende jaren richting aan willen geven op strategisch niveau.

Dit Mobiliteitsplan is de uitwerking van de ambities uit de Mobiliteitsvisie in concrete maatregelen. Het geeft richting aan hoe we de vastgestelde visie tot 2030 realiseren. De ambities en maatregelen zijn niet voor elk gebied in de gemeente hetzelfde. We maken daarom onderscheid in de maatregelen voor het centrum, het stedelijk gebied, de bedrijventerreinen, de dorpskernen en het buitengebied. Het Mobiliteitsplan is adaptief zodat het mogelijk is om in te spelen op bestuurlijke, technische of overige belangrijke veranderingen in Waalwijk. Het Uitvoeringsprogramma bevat de concrete projecten voor de komende vier jaar. Deze herijken we tweejaarlijks in samenspraak met betrokken wegbeheerders, het Rijk, de Provincie, omliggende gemeenten en waterschappen, zodat we blijven meebewegen met de toekomstige ontwikkelingen. Elk project uit het uitvoeringsprogramma wordt uitgewerkt in een gedetailleerde aanpak zodra de uitvoering start. Dit betekent ook dat er dan opnieuw participatie plaatsvindt met de betrokken belanghebbenden om tot de juiste inrichting of aanpak te komen..

2.2 Aanpak

Het Mobiliteitsplan is tot stand gekomen op basis van de ‘waarom, hoe, wat’ methodiek. De Mobiliteitsvisie beantwoort waarom we werken aan Mobiliteit. Vervolgens is bepaald hoe we deze visie invullen: ‘wat zijn de ambities per gebiedstype en waar ligt de prioriteit?’. Dit vormt het Mobiliteitsplan. Tot slot hebben we de prioriteiten uitgewerkt tot projectbladen in het Uitvoeringsprogramma: ‘wat gaan we de komende vier jaar doen om deze prioriteiten te realiseren?’.

We hebben veel ambities en moeten tegelijkertijd realistisch blijven. Om de ambities op de korte en lange termijn waar te maken dient in de eerste plaats de infrastructuur in Waalwijk op orde te zijn. De rode lijn van het Uitvoeringsprogramma is dan ook het op orde brengen van ‘de basis’ en het uitvoeren van een aantal ingrepen om de gemeente aantrekkelijker en toegankelijker te maken voor de fietser en voetganger. Met de basis bedoelen we het verbeteren van de wegenstructuur (denk aan onlogische rotondes of kruispunten) en gevaarlijke punten in het verkeer. Dit heeft de komende 4 jaar in het Uitvoeringsprogramma dan ook onze prioriteit.

We brengen van ‘de basis’ op orde en voeren ingrepen uit om de gemeente aantrekkelijker en toegankelijker te maken voor de fietser en voetganger.

Participatie: samen op weg

Waalwijk is een gemeente waar iedereen mee mag doen. Daarom hebben we voor het opstellen van het Mobiliteitsplan een participatietraject opgezet (zie deze link voor meer informatie). We vroegen verschillende stakeholders een reactie te geven op de mobiliteitsambities en welke ambities volgens hen prioriteit hebben om op korte termijn te realiseren. We bedanken alle betrokkenen voor hun inzet om het gesprek te voeren over wat er belangrijk is in onze gemeente en voor hun bijdrage op het online participatieplatform.

In het hele proces van Mobiliteitsvisie naar Uitvoeringsprogramma zijn stakeholders gevraagd om te participeren. In figuur 1 ziet u een overzicht van welke stakeholders op welke momenten zijn betrokken. We hebben de bewuste keuze gemaakt om in de klankbordgroep zowel collega’s uit interne teams van de gemeentelijke organisatie als externe partners te betrekken. Een direct gesprek tussen deze stakeholders zorgt voor wederzijdse begrip, inspiratie en versnelling van het proces.

Na vaststelling van het Mobiliteitsplan gaan projecten naar uitvoering. In dit Mobiliteitsplan doen we een voorstel voor de wegencategorisering. Dit vormt het startpunt voor de participatie wanneer projecten naar uitvoering gaan. Samen met belanghebbenden en omwonenden spreken we dan over de herinrichting van de weg.

Beleidskader: een integraal mobiliteitsplan

De Regionale Beleidsagenda Mobiliteit en de Regionale Mobiliteitsagenda dienden vanuit de Regio Hart van Brabant als onderlegger voor de Mobiliteitsvisie. Voor het Mobiliteitsplan hebben we daarnaast een beleidsanalyse uitgevoerd waarbij we breder hebben gekeken dan alleen de Waalwijkse mobiliteit. We hebben het mobiliteitsbeleid van buurgemeenten bestudeerd en gekeken of er raakvlakken zijn met andere beleidsdomeinen in de gemeente Waalwijk. Mobiliteit is immers een middel en geen doel op zich. In het Uitvoeringsprogramma staan per projectblad daarom ook de meekoppelkansen voor andere beleidsdomeinen. Hieronder geven we de top vijf kernpunten uit de beleidsanalyse die belangrijke input zijn geweest voor het Mobiliteitsplan.

Kernpunten van de beleidsanalyse

In bijlage 2 hebben we de beleidsanalyse voor het Mobiliteitsplan opgenomen. Hieronder zetten we de vijf meest belangrijke beleidsaspecten op een rij voor het Mobiliteitsplan en de Uitvoeringsagenda:

  • 1.

    De woningbouwopgave en de omvang van bedrijvenuitbreiding hebben een grote impact op de mobiliteit van, naar en in Waalwijk. We moeten daarom zorgen dat we efficiënt omgaan met de beschikbare ruimte.

  • 2.

    Waalwijk wil een duurzamere en groenere gemeente zijn. In 2030 moet de CO2 uitstoot met 49% zijn afgenomen ten opzichte van 1990 (Visie Duurzaam Waalwijk, 2019).

  • 3.

    De fietser staat nationaal, regionaal en lokaal hoog op de agenda. Veiligere en comfortabele fietsverbindingen hebben de aandacht.

  • 4.

    Het provinciale programma Gedeelde Mobiliteit werkt aan nieuwe alternatieven voor de auto waardoor het ov beter bereikbaar wordt. Denk aan de mobiliteitshubs, hubtaxi (dit valt onder ov-aanbod) en vrijwilligersinitiatieven.

  • 5.

    Waalwijk zet in op gezonde Waalwijkers! (Lokaal gezondheidsbeleid Waalwijk, 2020).

Op dit moment werken we ook aan de nieuwe Omgevingsvisie voor Waalwijk. Deze integrale visie beschrijft de ontwikkeling van diverse thema’s waar de gemeente de komende jaren mee te maken krijgt. De Mobiliteitsvisie uit 2021 is één van de bouwstenen voor de nieuwe Omgevingsvisie. Dit Mobiliteitsplan is een uitwerking van de Mobiliteitsvisie en dus de (toekomstige) Omgevingsvisie.

2.3 Leeswijzer

In het Mobiliteitsplan werken we de visie uit in wensbeelden en concrete acties. Het plan is opgebouwd aan de hand van vijf gebiedstypologieën en vier ambities uit de Mobiliteitsvisie. De vijfde ambitie – veiligheid – benoemen we niet als losse ambitie, omdat veiligheid een randvoorwaarde is bij alles wat we doen.

In hoofdstuk twee formuleren we per gebiedstype de doelen van de ambities en bepalen we oplossingsrichtingen. Ook geven we per gebiedstype aan wat de participatie heeft opgebracht en wat het wensbeeld is. Dit wensbeeld laat zien hoe Waalwijk eruitziet als we alle doelen halen. In hoofdstuk drie beschrijven we op de projectbladen de acties die nodig of gewenst zijn voor het realiseren van de visie en de wensbeelden. Ook geven we hierbij aan wat de rol van de gemeente en van de samenleving is en of er eventueel meekoppelkansen zijn vanuit andere beleidsdomeinen om samen een weg te vinden om de doelen te behalen. Om de maatregelen uit dit Mobiliteitsplan in de komende jaren uit te voeren, is structurele financiering nodig. De financiering van infrastructurele projecten zit grotendeels in het Integrale Uitvoeringsplan (IUP). In het raadvoorstel behorend bij dit Mobiliteitsplan wordt de budgetaanvraag nader onderbouwd.

 

3. DE TOEKOMSTIGE MOBILITEIT VAN WAALWIJK

Het Mobiliteitsplan heeft als doel om het voor iedereen in Waalwijk mogelijk te maken om via goede verplaatsingsmogelijkheden mee te kunnen doen aan de maatschappij. De gemeente wil graag zo groen en duurzaam mogelijk zijn. Tegelijkertijd is het straatbeeld van Waalwijk nu erg autogericht. De komende jaren wil de gemeente voor iedereen in Waalwijk een aantrekkelijk en veilig alternatief bieden naast de auto, zodat mensen keuze hebben. Uiteraard zijn we realistisch en blijft het uitgangspunt dat de basisinfrastructuur veilig en op orde is en we de doorstroming en bereikbaarheid borgen.

3.1 Het vertrekpunt in 2022

De gemeente Waalwijk is continu in ontwikkeling en de druk op de ruimte groeit. Deze paragraaf geeft een overzicht van de mobiliteit in Waalwijk in 2022 (wat valt op en wat zijn knelpunten?) en de verwachte ontwikkelingen met invloed op de mobiliteit in Waalwijk, zoals de woningbouwopgave, uitbreiding van bedrijventerreinen, duurzaamheidsambities, verkeersveiligheid in relatie tot vergrijzing en de opkomst van innovatieve vervoerswijzen.

 Het coalitieakkoord 2022 – 2026

In juni 2022 is het coalitieakkoord vastgesteld. De coalitie wil dat tussen en binnen de kernen en de stad lopen en fietsen de de norm wordt. Bij het ontwerp van nieuwe, of de herinrichting van bestaande straten, staat het belang van wandelaars en fietsers voorop.

Daarna pas de automobilist. Het coalitieakkoord noemt de volgende punten:

Mobiliteitsmaatregelen gericht op betere loop- en fietsroutes en verkeersveiligheid.

Optimalisatie van de fietsverbindingen tussen noord en zuid.

Met de uitbreiding van Landgoed Driessen is een extra ontsluitingsweg nodig.

Onderzoek naar een centrale mobiliteitshub aan te leggen voor vormen van deelmobiliteit.

Blijven lobbyen voor Hoogwaardig Openbaar Vervoer van Waalwijk naar Oosterhout/Breda, Tilburg en ’s-Hertogenbosch.

Onderzoek naar de beste locatie voor een aantrekkelijk HOV-station.

Smart mobility oplossingen, zoals slimme verkeerslichten, duurzame deelconcepten (denk aan elektrische deelbakfietsen, deelauto’s of deelscooters) en Mobility as a Service.

De woningbouwopgave

De gemeente Waalwijk staat de komende 10-15 jaar voor een woningbouwopgave van ten minste 3.500 extra woningen. De ontwikkeling van Landgoed Driessen fase 1 (in afronding) en fase 2 (op de planning) is verreweg de grootste ontwikkeling. De rest van de woningbouwopgave vangen we grotendeels binnen het stedelijke gebied op. In bijna alle wijken en kernen zijn locaties aangewezen waar we de komende jaren woningen bijbouwen, variërend van een paar woningen tot enkele honderden woningen per wijk. Dit gaat onder andere om de herontwikkeling van het centrum, de Eerste Zeine, Akkerlanen en op het terrein van het Elisabeth-Tweesteden Ziekenhuis aan de Kasteellaan (inclusief een regionaal gezondheidscentrum).

Een ander onderdeel van de verstedelijkingsopgave is het vergroten van mogelijkheden om te ontspannen, te sporten en te ontmoeten in de openbare ruimte. Dit heeft gevolgen voor andere opgaven waar de gemeente voor staat, zoals groen (tegengaan hittestress en bevorderen biodiversiteit), blauw (waterberging) en grijs (parkeren en het wandel-, fiets en wegennet). Doordat we met verschillende beleidsterreinen binnen de gemeente samenwerken, zorgen we ervoor dat we in plaats van een of/of- naar een én/én-oplossing toewerken. De woningbouwopgave en mobiliteit vormen daarmee een integrale opgave. Zoals eerder genoemd is bereikbaarheid geen doel op zich, maar een belangrijke randvoorwaarde voor de huidige en toekomstige ruimtelijke en economische ontwikkelingen. Voorbeelden zijn de keuzes voor het hoogwaardig openbaar vervoer richting ’s-Hertogenbosch, Tilburg, Oosterhout en Breda, de aanpak rondom knooppunt Hooipolder en ambities voor meer lopen en fietsen.

Uitbreiding van de bedrijventerreinen

Het bedrijventerrein Haven in Waalwijk-noord breidt de komende jaren verder uit. De verwachting is dat meer logistieke bedrijven hun weg vinden naar Haven8 en zich vestigen. Meer bedrijvigheid betekent meer woon-werk verkeer en meer logistieke bewegingen. Daarnaast hebben West-Brabant en de haven van Rotterdam de ambitie om van de A59 een goederencorridor te maken. In onze gemeente, met name in Waspik, zijn er zorgen dat dit leidt tot nog meer sluipverkeer om files te ontwijken.

Bovendien wordt in 2026 de vrachtwagenheffing ingevoerd voor de Nederlandse snelwegen. Hiermee krijgen vrachtwagens een kilometerprijs in rekening gebracht. De opbrengst geeft de overheid deels terug aan de transportsector om te investeren in schone vrachtwagens. Door deze kilometerprijs kunnen bedrijven ervoor kiezen om de routing van de vrachtwagens te veranderen. Daarnaast bestaat de kans dat bedrijven ervoor kiezen om kleinere voertuigen (geen vrachtwagens, dus geen heffing) in te zetten of met elektrische voertuigen te rijden. Verhoudingsgewijs komen er dan meer voertuigen op de weg dan de reguliere vrachtwagens. De vraag is hoe wij als gemeente hiermee omgaan.

Meer ruimte voor wonen, groen en leefbaarheid

Uit onderzoek in het centrumgebied (pre-covid19) blijkt dat circa 300 parkeerplekken structureel onbezet blijven. Met oog op de woningbouwopgave en groenambities is het interessant om deze ruimte een andere functie te geven, zoals het transformeren in wonen, groen of ontspanning. Dit geldt niet voor de wijken buiten het centrum.

Duurzaamheidsambities

De gemeente wil zich duurzaam ontwikkelen op een manier die bij Waalwijk past. Dit betekent dat iedereen moet mee kunnen doen en de energietransitie voor iedereen betaalbaar moet zijn. Voor 2030 betekent dit concreet dat we ernaar streven dat de CO2-uitstoot met 49 procent is afgenomen ten opzichte van het niveau van 1990. De visie Duurzaam Waalwijk 2030 beschrijft een aantal fysieke aspecten waar Waalwijk zich de komende jaren op richt: energie, biodiversiteit, reductie van verkeer in verband met de geluid- en luchtkwaliteit en duurzaam consumeren en produceren (o.a. schoon vervoer). Dit laatste raakt mobiliteitsopgaven, zoals slimme laadpalen, het gebruik van waterstof, energieopwekking voor opladen, het vergroenen van parkeerplaatsen en meer aandacht voor lopen en fietsen. Het nieuwe parkeerbeleid waar de gemeente aan werkt bevat een separate visie over laadpalen en elektrisch vervoer.

Verkeersveiligheid en vergrijzing

Het veilig kunnen verplaatsen van A naar B staat op nummer één. Wij zien veiligheid niet als een ambitie of wens, maar als een vereiste. We nemen ‘veiligheid’ daarom niet als factor mee in de wensbeelden van 2030. In Waalwijk hebben we de laatste jaren al stappen gezet in de verkeersveiligheid met de inzet op black spots. Op dit moment zijn er geen black spots meer in Waalwijk. Uiteraard treffen wij in het Uitvoeringsprogramma maatregelen om de verkeersveiligheid in onze gemeente te blijven borgen. De landelijke verkeersveiligheidssituatie is de laatste jaren verslechterd. Het aantal ernstig verkeersgewonden stijgt en het aantal verkeersdoden neemt toe. Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat heeft in 2018 daarom het Strategisch Plan Verkeersveiligheid (SPV 2030) gelanceerd waar ze zichzelf het doel heeft gesteld het aantal verkeersgewonden en doden terug te brengen en te streven naar nul verkeersslachtoffers.

In 2020 werden er 273 ongevallen geregistreerd. De jaren daarvoor was het aanzienlijk hoger. In 2021 is het aantal ongevallen toegenomen: 361 ongevallen in 2021 (waarvan 33 slachtoffers en de rest uitsluitend materiële schade). Het gemiddeld aantal verkeersongevallen van de gemeente is 368 ongevallen per jaar in de periode 2012-2021. Volgens de ongevalsdata uit ViaStat blijkt het risicocijfer van Waalwijk (0,14) vergelijkbaar met de risicocijfers van gemeenten zoals Oosterhout en Meijerijstad. Wij sluiten aan bij het streven naar 0 verkeersslachtoffers in onze gemeente en werken daarom ook risico gestuurd. Uit de ongevalsdata blijkt dat er over het algemeen in Waalwijk minder verkeersslachtoffers vallen per inwoner dan in gemiddeld in Noord-Brabant.

Een andere landelijke ontwikkeling die raakvlakken heeft met de verkeersveiligheid is de vergrijzing. Dit geldt ook voor Waalwijk. Ouderen zijn een kwetsbare groep in het verkeer. Volgens de Maatschappelijke opgaven anno 2017 van de gemeente Waalwijk[1] is het percentage eenzame ouderen significant hoger dan in de rest van Midden-Brabant.

[1] Maatschappelijke opgaven anno 2017, Gemeente Waalwijk (https://waalwijk.begrotingsapp. nl/strategische-visie---waalwijk-2025/programma/leefklimaat#317560-perspective-maatschappelijke-opgaven-anno-2017-515025-onderdeel-maatschappelijke-opgaven-anno-2017

Dit betekent dat ze een steeds kleiner netwerk hebben om op terug te vallen en aangewezen zijn op hun eigen mogelijkheden. Met een risico gestuurde aanpak willen we veiligheidsissues (voor ouderen) voorkomen en ze stimuleren om actief deel te nemen aan de samenleving en vitaal te blijven.

Innovatieve vervoerswijzen en deelmobiliteit

Innovatieve vervoerswijzen volgen elkaar de laatste jaren snel op. Ook de voertuigen zelf worden steeds meer datagedreven en autonomer. Er komen steeds meer nieuwe vormen van mobiliteit, zoals deelfietsen, deelauto’s, elektrische fietsen, speed pedelecs, het delen van ritten en het precies berekenen wat de meest comfortabele route is via een app op de smartphone. Dit laatste noemen we Mobility as a Service (MaaS), waarbij een digitaal platform de reis op maat maakt op basis van de actuele reisinformatie.

Het huidige beleid en de huidige infrastructuur zijn niet altijd klaar voor innovatieve ontwikkelingen. Zo is het soms onduidelijk of een voertuig op het fietspad of op de autoweg moet rijden. Denk hierbij aan de speed pedelec met het uiterlijk van een fiets, maar die binnen de bebouwde kom 30 km/uur rijdt en buiten de bebouwde kom 45. De verwachting is dat de komende jaren meer van deze ‘slimme’ vervoerswijzen op de markt komen. Met als stip op de horizon: autonome voertuigen. We dienen op bovenstaande ontwikkelingen te anticiperen.

3.2 Het wensbeeld voor 2030 per gebiedstypologie

In deze paragraaf schetsen we de wensbeelden 2030 voor de hele gemeente en vervolgens het centrum, het stedelijk gebied, de bedrijventerreinen, de dorpskernen en het buitengebied. De Mobiliteitsvisie heeft nog geen uitspraak gedaan over de verschillen tussen deze gebieden. In het Mobiliteitsplan doen we dit wel omdat de gebieden zich anders ontwikkelen en er andere vragen zijn.

De wensbeelden voor de vier gebieden ontstaan door de vier ambities uit de Mobiliteitsvisie concreet te maken. Het gaat om ‘stil schoon en gezond’, ‘inclusieve mobiliteit’, ‘robuust en betrouwbaar’ en ‘slim en efficiënt’. De vijfde ambitie ‘veiligheid’ is een ambitie waar geen discussie over is. Alles wat we doen, moet bijdragen aan een betere verkeersveiligheid. Samen met de regio, de provincie Noord-Brabant en het Rijk passen we de risico gestuurde aanpak toe. Dit betekent dat we ons richten op wegen waar het risico voor een verkeersonveilige situatie het grootste is. Met behulp van de beschikbare subsidiemogelijkheden vanuit de provincie en het Rijk pakken we zulke straten aan.

3.2.1 De plek van Waalwijk in de regio

Met alle ambities die het Rijk, de provincie, de regio en wijzelf hebben, moet er een sprong voorwaarts gemaakt worden in het bereikbaar houden van Waalwijk. In ons toekomstbeeld van Waalwijk zien we een innovatieve hoogwaardige openbaar vervoer verbinding tussen Waalwijk, ’s-Hertogenbosch en knooppunt Hooipolder, bijvoorbeeld in de vorm van monorail boven de A59. Met een aansluiting op een hoogwaardige verbinding tussen Breda en Utrecht, komt er een daadwerkelijk alternatief voor de auto.

Dit is cruciaal omdat de druk op de ruimte in en rondom Waalwijk alleen maar toeneemt. Waalwijk doet volop mee in het opstellen van de verstedelijkingsakkoorden van de stedelijke regio’s Breda – Tilburg én ’s-Hertogenbosch. In de komende 10-15 jaar moeten er ten minste 3.500 extra woningen in onze gemeente gerealiseerd worden. Met dergelijke woningbouwplannen groeit het aantal inwoners aanzienlijk. Dit bouwen we zoveel mogelijk binnenstedelijk en grijpen de kans om de mobiliteitstransitie te versnellen. Daarnaast zijn er nu al 30.000 arbeidsplaatsen in Waalwijk. Dit is evenveel als ‘s-Hertogenbosch en de helft van het aantal arbeidsplaatsen in Tilburg. Samen met Tilburg is Waalwijk de logistieke hotspot van Nederland. Daarnaast zetten we in op uitbreiding van de bedrijventerreinen Havens en Waspik-Noord met zo’n 5000 arbeidsplaatsen. Na Tilburg groeit het aantal arbeidsplaatsen in Waalwijk het sterkste in regio Hart van Brabant. Dit leidt tot veel nieuwe woon-werkbewegingen én een toename in goederenvervoer.

Met deze woningbouw en groeiende werkgelegenheidscijfers verdient Waalwijk hoogstedelijke investeringen.

3.2.2 Het centrum van Waalwijk

Achtergrond

Het centrum van Waalwijk vormt het economische, culturele en sociale hart van de gemeente (en omgeving). Er is een grote diversiteit aan voorzieningen zoals supermarkten, modewinkels, horeca, culturele- en maatschappelijke functies. Het centrum bestaat uit de promenade (de Grotestraat, de Stationstraat, het overdekt winkelcentrum De Els), de Markt en Raadhuisplein.

De doelgroepen waarvoor we de mobiliteitsmaatregelen treffen zijn inwoners, ondernemers en winkelend publiek dat niet in het centrum woont. Volgens de visie ‘Hart van de Stad 2025’ (2020) wonen er in het centrum relatief meer 65+’ers dan in de rest van de gemeente. Dit is een belangrijke groep met eigen mobiliteitsbehoeften.

Verwachte ontwikkelingen

De gemeente werkt aan een ontwikkelvisie voor het centrum. Daarnaast kijken we de komende tijd naar het parkeerbeleid. Vanwege de woningbouwopgave en de ambities om meer plaats te maken voor lopen en fietsen, dienen we ruimte te creëren in de openbare ruimte. Het verlagen van de gemeentelijke parkeerbehoefte, door in te zetten op fietsen en lopen, biedt de benodigde ruimte om invulling te geven aan deze transformatie. Daarom willen we het parkeerbeleid vernieuwen.

Clermont-Ferrand, stad in Frankrijk met bus rapid transit als ov-systeem

 

Wat zijn de doelen per ambitie?

 

Ambities en doelen voor het stedelijk gebied

Stil, schoon en gezond

In 2030 is het centrum (de promenade en de straten rondom) autoluw. Het is aantrekkelijker om te voet, per fiets, met het openbaar vervoer of met deelvervoer naar het centrum te gaan dan met de auto.

Zowel van oost naar west als van noord naar zuid zijn er brede voet- en fietspaden met groen.

Het straatbeeld is minder gedomineerd door de auto. Auto’s parkeren op de grotere parkeerterreinen aan de randen van het centrum (Taxandriaweg, Unnaplein en de Els) en uit het zicht.

Inclusieve mobiliteit

In 2030 is het voor iedereen mogelijk om zelfstandig naar het centrum te reizen. Vanuit iedere wijk zijn er veilige en toegankelijke wandel- en fietsvoorzieningen naar het centrum.

In 2030 is er geen barrièrevorming door autowegen, zoals vastgesteld in Masterplan Centrum.

Robuust en betrouwbaar

Gemotoriseerd verkeer kan de randen van het centrum goed bereiken en reist vanaf de randen gemakkelijk.

Fietsbereikbaarheid en fietsparkeervoorzieningen, op logische plekken waar de fietser passeert, verbeteren.

Slim en efficiënt

In 2030 heeft iedereen op elk gewenst moment toegang tot de actuele data over de, naar eigen keuze, meest snelle en comfortabele manier om zich te verplaatsen en parkeren.

Hoe ziet het centrum van Waalwijk eruit als we alle doelen behalen?  

Het centrum is autoluw. Mensen die woonachtig zijn in de gemeenten reizen vooral per fiets of met het openbaar vervoer en te voet naar het centrum. Overige bezoekers parkeren de auto aan de randen van het centrum en lopen verder. Er zijn veilige, toegankelijke en groene wandel- en fietspaden vanuit de wijken richting het centrum.

3.2.3 Het stedelijk gebied

Achtergrond en doelgroepen 

Het stedelijk gebied bevat alle wijken binnen de stadsgrenzen van Waalwijk. Het stedelijk gebied wordt ingeklemd tussen de A59 aan de noordzijde, de N261 aan de westzijde, de Loonse en Drunense duinen en de Meerdijk in het zuiden en het afwateringskanaal in het oosten.

De doelgroepen waarvoor we de mobiliteitsmaatregelen treffen zijn inwoners, ondernemers, voetgangers, (brom)fietsers, gemotoriseerd verkeer, vrachtverkeer (o.a. laden en lossen), mindervaliden, het openbaar vervoer en hulpdiensten.

Hoe ziet het centrum van Waalwijk eruit als we alle doelen behalen?

Verwachte ontwikkelingen

De komende jaren staat het programma Gebiedsontwikkeling Oostelijk Langstraat (GOL) op de planning. Het GOL is bedoeld om de doorstroming op de A59 te verbeteren en (sluip)verkeer uit de dorpen te halen door randwegen aan te leggen. Daarnaast verwachten we een uitbreiding van het stedelijk gebied door de woningbouwopgave van circa 1000 extra woningen. Deze nieuwe woningen moeten ook worden aangesloten op het mobiliteitsnetwerk. Dit vraagt om een slimme inrichting van de openbare ruimte waarbij we keuzes moeten maken , zoals meer woningen, meer groen of meer loop- fietsroutes.

Wat zijn de doelen per ambitie?

Ambities en doelen voor het stedelijk gebied 

Stil, schoon en gezond

In 2030 is er meer ruimte voor voetgangers en fietsers ten opzichte van 2022.

Er zijn goede wandel- en fietspaden tussen de wijken.

Er zijn wijkhubs met meerdere vormen van elektrische deelmobiliteit.

Inclusieve mobiliteit

In 2030 is het voor iedereen mogelijk om zelfstandig van en naar het stedelijk gebied te reizen.

Vanuit iedere wijk zijn er veilige, duidelijke en toegankelijke wandel- en fietspaden voor iedereen.

Robuust en betrouwbaar

In 2030 maakt men meer gebruik van alternatieven voor de auto om binnen, van of naar het stedelijk gebied te reizen. Hierbij is er geen barrièrevorming tussen verschillende verkeersstromen.

In het stedelijk gebied is de maximale snelheid voor gemotoriseerd vervoer 30 km/u tenzij anders wordt besloten.

Slim en efficiënt 

In 2030 is er voor alle modaliteiten actuele (datagedreven) informatie beschikbaar over de meest snelle en comfortabele (deel)vervoerswijze om naar de bestemming te reizen.

Er is ingezet op de meest efficiënte vorm van mobiliteit waardoor tijd en ruimte worden bespaard, zoals niet reizen, lopen en fietsen, deelvervoer, datagedreven parkeerinformatie.

Hoe ziet het stedelijk gebied van Waalwijk eruit als we alle doelen behalen?

Alle alternatieven voor de auto krijgen steeds meer ruimte. Dit betekent niet dat de auto verdwijnt, maar in het stedelijk gebied rijdt men zoveel mogelijk 30 kilometer per uur, ook op hoofdwegen (zie onderstaande kader). Inwoners blijven zo lang mogelijk mobiel en hoeven niet altijd met de (eigen) auto op pad te gaan. Niemand ervaart barrières om zich te verplaatsen. Er zijn veilige, toegankelijke en groene wandel- en fietspaden vanuit de wijken richting het centrum. De routes Mozartlaan, Blyde Incomstelaan, Groenewoudlaan, Akkerlaan én Bachlaan, blijven 50 km/uur zodat gemotoriseerd verkeer snel het gebied uit kan en er meer ruimte ontstaat voor lopen en fietsen.

Kader: GOW30: de gebiedsontsluitingsweg met een limiet van 30 km/uur

Het ministerie van IenW werkt aan de richtlijnen van een nieuwe wegcategorie: een gebiedsontsluitingsweg (GOW) van 30 km/uur. De traditionele GOW van 50 km/ uur is gericht op doorstroming. Hier stond de erftoegangsweg (ETW) van 30 km/ uur altijd naast. Dit zijn de standaard woonstraten en hier is het verkeer gemengd. Door de jaren heen is er behoefte gekomen aan een nieuw soort weg. Een waar doorstroming centraal staat én waar er veel uitwisseling is van verkeer. Denk bijvoorbeeld aan een gebiedsontsluitingsweg door een winkelstraat waar veel auto’s zijn maar ook veel wordt geparkeerd en waar veel voetgangers oversteken. Ook in Waalwijk zijn er zogenoemde grijze wegen.

Om ongewenste menging van gemotoriseerd verkeer en langzaam verkeer te voorkomen, adviseren we om de snelheid op een aantal gebiedsontsluitingswegen te verlagen naar een limiet van 30km/uur. Dit biedt kansen voor de verkeersveiligheid, leefbaarheid en oversteekbaarheid van de straat. Met name op de bredere wegen kan een smallere rijbaan met vrij liggende fietsvoorzieningen de uitstraling en functie aanzienlijk verbeteren. De GOW-30 helpt om de onduidelijke ‘grijze wegen’ te verbeteren.

De kaart op bladzijde 19 laat zien welke huidige GOW 50 km/uur wegen ter discussie staan om te verlagen naar GOW 30 km/uur. Van een aantal wegen stellen we voor dit sowieso terug te brengen. Het gaat bijvoorbeeld om het noordelijke deel van de Burgemeester Verwielstraat, de Wilhelminastraat, Groenstraat – Grote Straat. Daarnaast zijn er een aantal wegen die we graag zien veranderen naar een GOW 30 maar waar we openstaan voor de input van omwonenden en belanghebbenden. Dit gaat bijvoorbeeld over de aaneenschakeling van Ambrosiusweg, Noorder Parallelweg, Burgemeester van der Klokkenlaan en Floris V laan. Ook het lint in Sprang-Capelle valt hieronder. Op deze wegen bepalen de omwonenden met elkaar of de nieuwe inrichting een maximumsnelheid van 30 of 50 wordt als de weg wordt aangepakt voor groot onderhoud via IUP.

3.2.4. De bedrijventerreinen

Achtergrond 

Het bedrijventerrein Haven ligt ten noorden van de A59. Door de gunstige ligging ten opzichte van de Randstad, de Vlaamse Ruit en het Rijn-Ruhrgebied is dit een belangrijke hub in het mondiale goederenvervoer: tussen de havens van Rotterdam en Antwerpen en als poort naar het Europese en Chinese achterland. De A59 is een belangrijke goederencorridor door de regio. Dit is een congestiegevoelige route.

De doelgroepen zijn de werkgevers, (buitenlandse) werknemers, klanten van de ondernemers, vrachtverkeer (o.a. laden en lossen) openbaar vervoer, vrevoer over water en hulpdiensten.

Verwachte ontwikkelingen

Er staat een uitbreiding van het bedrijventerrein Haven op de planning. Daarnaast zijn er ook plannen om het bedrijventerrein in Waspik Noord uit te breiden. Dit betekent een groei van de werkgelegenheid en een toename van het logistieke goederenvervoer over de A59, de N261 (in mindere mate) en over water.

Wat zijn de doelen per ambitie? 

Ambities en doelen voor de bedrijventerreinen

Stil, schoon en gezond

Mensen komen met de fiets of het openbaar vervoer naar de bedrijventerreinen en wandelen over het bedrijventerrein.

De CO2-uitstoot van transportbewegingen van en naar de bedrijventerreinen is in 2030 met minstens de helft afgenomen ten opzichte van 2022.

In 2030 zien we een afname in het autogebruik van/naar de bedrijventerreinen ten opzichte van 2022.

Inclusieve mobiliteit

In 2030 zijn er comfortabele fietspaden en toegankelijke wandelpaden van en naar de bedrijventerreinen voor iedereen.

Iedereen die wil kan zelfstandig naar de bedrijventerreinen reizen.

Robuust en betrouwbaar

In 2030 zijn de bedrijventerreinen goed bereikbaar voor alle vervoermiddelen (ook het openbaar vervoer).

Er zijn nauwelijks files op de autowegen richting de bedrijventerreinen.

Slim en efficiënt

In 2030 is de logistiek van de bedrijventerreinen datagedreven, waardoor bedrijven efficiënt, duurzaam en veilig rijden.

Hoe zien de bedrijventerreinen eruit als we alle doelen behalen?

De meeste werknemers komen met de fiets of met het openbaar vervoer naar het bedrijventerrein. Ze wandelen of fietsen op het bedrijventerrein naar de bushalte of een opstapplaats van het toekomstige HOV. Dit is sneller en comfortabeler dan met de auto. Er zijn directe busverbindingen tussen het bedrijventerrein en Tilburg en ’s-Hertogenbosch. Er liggen goede wandel- en fietspaden over het hele bedrijventerrein en er zijn voldoende fietsparkeerplekken. Op de A59 en N261 zijn bijna geen opstoppingen meer omdat er veel reizigers zijn overgestapt op de HOV-verbinding waardoor het aantal auto’s aanzienlijk is verminderd. Bovendien zorgen datagedreven technologieën voor de aansturing van logistieke stromen via de slimme hubs.

https://waalwijk.begrotingsapp.nl/strategische-visie---waalwijk-2025/programma/leefklimaat#317560-perspective-maatschappelijke-opgaven-anno-2017-515025-onderdeel-maatschappelijke-opgaven-anno-2017https://waalwijk.begrotingsapp.nl/strategische-visie---waalwijk-2025/programma/leefklimaat#317560-perspective-maatschappelijke-opgaven-anno-2017-515025-onderdeel-maatschappelijke-opgaven-anno-2017https://waalwijk.begrotingsapp.nl/strategische-visie---waalwijk-2025/programma/leefklimaat#317560-perspective-maatschappelijke-opgaven-anno-2017-515025-onderdeel-maatschappelijke-opgaven-anno-2017

3.2.5 De dorpskernen

Achtergrond

Er liggen twee dorpskernen in de gemeente: Waspik en Sprang-Capelle. Waspik heeft ongeveer 5.000 inwoners en Sprang-Capelle ruim 10.000 inwoners. Beide dorpen hebben een recreatieve binnenhaven die verbonden is met de Bergsche Maas. De haven in Waspik is ook in gebruik voor beroepsvaart. Het bedrijventerrein Waspik Noord behoort tot het gebiedstype ‘bedrijventerreinen’ en valt daarom buiten de dorpskern. Dit gebiedstype betreft de bebouwde kom van de dorpen.

De doelgroep bestaat uit de inwoners van de dorpskernen. Daarnaast bedienen de mobiliteitsmaatregelen ook de bezoekers, vrienden, familie of kennissen van inwoners die in de dorpskernen wonen.

Ontwikkelingen

Net als de woonwijken in Waalwijk zijn de dorpskernen verblijfsgebieden. Grotere verkeersstromen zoals vrachtverkeer en sluipverkeer zijn ongewenst. Hoewel het bedrijventerrein Waspik Noord niet tot de dorpskern behoort, kan de uitbreiding er zonder maatregelen toe leiden dat er meer sluipverkeer door de kern rijdt. Daarnaast zal de woningbouwopgave ook invloed hebben op de openbare ruimte van Waspik en Sprang-Capelle.

Wat zijn de doelen per ambitie?

Ambities en doelen voor de dorpskernen

Stil, schoon en gezond

In 2030 zijn mensen in de dorpskernen niet afhankelijk van de auto als zij zich willen verplaatsen.

De dorpskernen zijn aangesloten op een goed fietsnetwerk en hebben zelf een samenhangend loopnetwerk.

Er is een buurthub, passend bij het Gedeelde Mobiliteit programma van provincie Noord-Brabant, waar men gebruik kan maken van gedeeld elektrisch vervoer of van het openbaar vervoer.

Inclusieve mobiliteit

In 2030 is het voor iedereen mogelijk om zonder barrières zelfstandig binnen, van en naar de dorpskernen te reizen.

Robuust en betrouwbaar

In 2030 zijn er in de dorpskernen goede alternatieven voor de auto, zonder barrièrevorming tussen verschillende verkeersstromen.

De ov-lijnen naar Waalwijk vanuit de dorpskernen voldoet aan de behoeftes van de inwoners en bezoekers.

Slim en efficiënt

In 2030 is de infrastructuur van de dorpskernen aangesloten aan datagedreven, innovatieve vervoersdiensten (o.a. vervoer apps, deelmobiliteit en datagedreven parkeersystemen).

Hoe zien de dorpskernen eruit als we alle doelen behalen?

Mensen in de dorpskernen zijn minder afhankelijk van de auto om zich te verplaatsen. Dit is mogelijk omdat er goede loop- en fietsnetwerken zijn, die aansluiten op de netwerken gemeentebreed. Om langere afstanden af te leggen kunnen de mensen gebruik maken van een buurthub, met gedeelde elektrische voertuigen of het openbaar vervoer. Niemand ervaart barrières om zich op een veilige manier zowel binnen de dorpskernen als de rest van de gemeente te verplaatsen. De overlast en hinder van vracht- en landbouwverkeer is zoveel mogelijk beperkt.

3.2.6 Het buitengebied

Achtergrond

Het buitengebied betreft het gebied buiten de bebouwde kom van Waalwijk, Sprang-Capelle en Waspik. Dit gebied bestaat vooral uit weilanden, Landgoed Driessen en routes tussen de kernen. De doelgroep bestaat uit inwoners, bezoekers en agrarisch ondernemers.

Ontwikkelingen

De woningbouwopgave zal weerslag hebben voor het buitengebied van Waalwijk. Zo behoorde Landgoed Driessen eerder tot het buitengebied. Het is nog niet bekend waar de nieuwbouw gaat plaatsvinden. Mogelijk komt er een aantal woningen in het buitengebied bij. Tenslotte kunnen de ontwikkelingen bij knooppunt Hooipolder en mogelijk de toenemende drukte op de A59 leiden tot meer sluipverkeer door het buitengebied van onze gemeente.

Wat zijn de doelen per ambitie?

Ambities en doelen voor het buitengebied

Stil, schoon en gezond

In 2030 is het buitengebied goed bereikbaar met de fiets. Er zijn veilige, comfortabele fietsroutes naar de kernen en tussen de groene gebieden.

Ook het goederenvervoer draagt bij aan de ambitie van 49% CO2 vermindering ten opzichte van 1990.

Inclusieve mobiliteit

In 2030 zijn alle inwoners van het buitengebied niet afhankelijk van de auto. Ze kunnen zich goed, per fiets, met het ov of met andere vervoermiddelen verplaatsen.

Robuust en betrouwbaar

In 2030 rijden er geen auto’s door het buitengebied die files willen voorkomen (sluipverkeer). Inwoners en bezoekers kunnen het buitengebied met goede ov-verbindingen bereiken.

Slim en efficiënt

In 2030 zijn de vervoer apps in het buitengebied beschikbaar. Inwoners, bezoekers en ondernemers kunnen ook zonder auto snel en comfortabel reizen.

Hoe ziet het buitengebied eruit als we alle doelen behalen?

In het buitengebied is het gebruik van de fiets aantrekkelijker geworden, door veilige en comfortabele fietsroutes tussen de verschillende gebieden binnen de gemeente. Ook het gebruik van andere alternatieve vervoersmiddelen als te voet en het openbaar vervoer is makkelijker en comfortabeler dankzij betere wegen en vervoersapps, waardoor de autoafhankelijkheid afneemt. Daarnaast rijden er geen auto’s door het buitengebied om files te voorkomen (sluipverkeer).

4. HET UITVOERINGSPROGRAMMA

In dit hoofdstuk vertalen we de ambities uit de Mobiliteitsvisie in concrete uitwerkingen per gebiedstype. Hiervoor werken we steeds met dezelfde structuur aan projectbladen: de titel van het projectblad, hoe hoog het project op de prioriteitenlijst staat (5 sterren = het hoogst, 1 ster = het laagst), het doel van de maatregel, een toelichting, aan welke ambities het project bijdraagt, de meekoppelkansen voor andere beleidsterreinen of projecten, de rol van de gemeente, de partners, het financiële plaatje en de concrete maatregelen. In ‘het doel’ beschrijven we per projectblad de bijdrage van de maatregel in het vervullen van de ambities.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

5 BIJLAGE 1: BELEIDSANALYSE

5.1 Nationaal

Verstedelijkingsakkoord

Het Rijk werkt samen met provincies, regio’s en de gemeenten aan verstedelijkingsakkoorden. De centrale vraag in het akkoord is: ‘Hoe gaan we om met verstedelijking en waar realiseren we woningbouw?’ Mobiliteit is nadrukkelijk onderdeel van dit vraagstuk.

Waalwijk is zowel onderdeel van de stedelijke regio ’s-Hertogenbosch en als de stedelijke regio Breda-Tilburg. In de stedelijke regio ’s-Hertogenbosch wordt er gewerkt met vijf ontwerpprincipes in het uitwerken van het verstedelijkingsakkoord. Een relevante voor dit Mobiliteitsplan is het ontwerpprincipe: ‘met schaalsprong in stedelijkheid zetten we in op een mobiliteitstransitie en op het creëren van aantrekkelijke stedelijke huiskamers voor de regio.’ Concreet betekent dit dat inzetten op nabijheid van voorzieningen, arbeidsplaatsen en woningen in een gebied aanleiding geeft om ook volop in te zetten op de mobiliteitstransitie. Denk bijvoorbeeld aan autoluwecentra, meer ov, meer fiets en meer lopen in zulke gebieden. Ook de stedelijke regio Breda-Tilburg stelt dat het huidige reisgedrag van bewoners en werknemers in de regio niet houdbaar is in de toekomst. De stedelijke regio Breda-Tilburg wil de mobiliteitstransitie ook inzetten voor meer vervoersgelijkheid in de regio zodat mensen uit alle inkomensklassen voldoende banen kunnen bereiken. Nationaal Toekomstbeeld Fiets Met het NTF werkt het Rijk toe naar structurele investeringen in fiets. Door besluitvorming over de investeringen te laten lopen via de BO’s MIRT en leefomgeving, ontstaat er voor het eerst een structureel fietsprogramma. Het kabinet heeft 7,5 miljard beschikbaar voor het bereikbaar maken van gebieden waar woningen worden gebouwd. Een deel hiervan wordt ingezet voor maatregelen in de fiets. Het Rijk richt zich drie onderdelen:

• De 1e pijler gaat om de hoofdfietsroutes in de stad en regio, zowel binnen als buiten de bebouwde kom. Er is met name aandacht voor het opheffen van barrières over water-, weg- en spoorwegen.

• De 2e pijler is het fietsparkeren bij stations. Naast het aanbieden van meer stallingsruimte is het ook een opgave om fietsparkeren aantrekkelijk in te richten in de openbare ruimte.

• Als 3e pijler blijft het Rijk inzetten op fietsstimulering. Dit doet zij vooral via werkgevers. De campagne ‘Sjees’ in Noord-Brabant is een voorbeeld van het gericht stimuleren van de doelgroep forenzen.

Strategisch Plan Verkeersveiligheid

Met het SPV heeft het Rijk een nieuwe koers ingezet om de verkeersveiligheid te. Deze nieuwe strategie is samengekomen naar aanleiding van een stijging van ernstige verkeersdoden en de stagnatie van de verkeersongevallen. Het SPV is in samenwerking met provincies, gemeenten en maatschappelijke partijen tot stand gekomen. Voorheen focuste verkeersveiligheidsbeleid zich op de ‘black spots’: locaties waar de meeste ongevallen plaatsvonden. Met het SPV wil het Rijk en haar partners proactief risicovolle wegen en gedragingen aanpakken.

Bij het herinrichten van infrastructuur wordt er ook rekening gehouden met de technologische ontwikkelingen zoals ISA die invloed hebben op de verkeersveiligheid. Niet alleen het inrichten maar inzicht in de verkeersdeelnemers is van groot belang in de strijd tegen de verkeersongevallen. Het Rijk wil kunnen sturen op de kwetsbaarheid en onervarenheid van verkeersdeelnemers en daarnaast rijden onder invloed, snelheden en afleidingen in het verkeer én verkeersovertreders aanpakken. In het Landelijk Actieplan worden de maatregelen vanuit de risico-gestuurde aanpak uitgewerkt over een termijn van 2 á 3 jaren en jaarlijks gaat het Rijk als regiehouder om tafel met partners zoals provincies en gemeenten om de voortgang en resultaten vast te stellen.

5.2 Provincie Noord-Brabant

Met het beleidskader Mobiliteit van provincie Noord-Brabant wordt er volop ingezet op de mobiliteitstransitie. Dit betekent dat de manier van werken aan mobiliteit en bereikbaarheid verandert en daarmee komt het mobiliteitssysteem er anders uit te zien. De vijf ambities in het beleidskader zijn:

1. We gaan voor een samenhangend mobiliteitssysteem

2. We gaan voor veilige mobiliteit

3. We gaan voor schone, stille en gezonde mobiliteit Provincie werkt

4. We gaan voor mobiliteit voor iedereen

5. We gaan voor een robuust en betrouwbaar mobiliteitssysteem Deze vijf ambities zijn ook door regio Hart van Brabant uitgewerkt in het mobiliteitsbeleid. Gemeente Waalwijk heeft deze ambities overgenomen in haar Mobiliteitsvisie.

Er zijn een aantal provinciale programma’s actief om de mobiliteitstransitie vorm te geven.

Gedeelde Mobiliteit is maatwerk

De provincie wil aan de slag met de flexibiliteit in het mobiliteitssysteem. Onder andere door in te zetten op de flexibele en multimodale reiziger werkt de provincie naar het bereiken van het doel voor bewegings- en keuzevrijheden voor de gebruikers.

In het ambitiedocument gedeelde mobiliteit spreekt de provincie over het toewerken naar een inclusief vervoerssysteem met een passend aanbod voor alle reizigers en waarin de reiziger centraal staat. Reizigers die zelfstandig kunnen reizen worden gestimuleerd om gebruik te maken van gedeelde mobiliteit. Hierin vindt de gemeente het belangrijk dat de reiziger geen fysieke, mentale of digitale drempels tegenkomt. De Provincie wil in deze opgave de handen ineenslaan met de gemeente en de regio.

Door de reis van de reiziger van deur tot deur te onderzoeken kan dit samenwerkingsverband een passender aanbod faciliteren. Deze informatie komt tot stand door middel van data. Naast het onderzoeken van data wil de gemeente nadenken over data-systemen om de reiziger te stimuleren om een efficiënte en slimme reis af te leggen. Dit zijn mogelijkheden van MaaS. Vanaf Waalwijk centraal kunnen de buslijnen door middel van data korte afstanden rijden zodat de reiziger slim op een deelsysteem kan overstappen naar de bestemming.

Slimme verstedelijking en slimme duurzame mobiliteit

De missie van de provincie is om nul-emissie in de stadslogistiek te bereiken. In eerste instantie gaat het om lokale zones die hiervoor zijn ingericht. Het accent wordt daarmee gelegd op ruimtelijk-efficiënte en schone vervoerswijzen zoals lopen, fietsen, zero emissie gedeelde mobiliteit waaronder (hoogwaardig) openbaar vervoer. Op lokaal niveau moeten er voldoende publieke laadinfrastructuur aanwezig zijn en een lage drempel om sneller de fiets te pakken, te wandelen of met een elektrisch/hybride voertuig. De provincie wil daarnaast stad en land optimaal in balans brengen door een concentratie van verstedelijking rond de mobiliteitshubs. De provincie ziet koppelkansen tussen binnenstedelijke bereikbaarheid/stad-land verhouding met investeringen in regionaal ov, fietsnetwerken, gedragsbeïnvloeding en smart mobility.

5.3 Regio Hart van Brabant

Mobiliteitshubs

De regio zet in op multimodaliteit en ketenverplaatsingen, met nadruk op schone vervoerswijzen. Mobiliteitshubs gaan dienen als fysieke schakels tussen vervoersmodaliteiten en als concentratiepunt voor ruimtelijke ontwikkeling. De invulling van de mobiliteitshubs is afhankelijk van de grootte en het type gebied. De RMA onderscheidt drie gebiedstypen voor hubontwikkeling:

1. Dynamische gebieden met veel verkeersbewegingen gedurende de hele dag: doorontwikkeling van multimodaal mobiliteitsnetwerk met stadsrandhubs, logistieke hubs om bedrijventerreinen te ontsluiten (inclusief vervoer over water).

2. Piekgebieden met op bepaalde momenten verkeersdrukte: verbeteren fietsroutes en (h)ov naar werklocaties en voorzieningen en slimme en efficiënt goederenvervoer.

3. Laag dynamische gebieden met een beperkt en gespreid aantal verkeersbewegingen: meer maatwerk en gedeelde mobiliteit.

Inzetten op schoon vervoer

Net als de provincie en de gemeente streeft de regio naar een schoner mobiliteitssysteem door:

• Verminderen van autoverkeer in centrumgebieden.

• Faciliteren van fiets- en wandelverbindingen voor korte en middellange afstanden door hotspots te verbinden tot een netwerk.

• Kwaliteit van wandel- en fietsroutes verbeteren.

• E-bike stimuleren voor een schaalsprong van de fiets ontstaat.

• Zero-emissie stads- en bouwlogistiek. Dit betekent dat alle voertuigen binnen de stad op elektrische of waterstof bronnen rijdt.

• Gedeelde mobiliteit opnemen in de nieuwe OV-concessie.

Mobiliteit en de woningbouwopgave

De woningbouwopgave en mobiliteit zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Een toename in het inwonersaantal vergroot de druk om mobiliteit en ruimte. Ook grote afstanden tussen wonen en werken leiden tot meer uitdagingen. De regio ambieert daarom om minder afstand tussen plaats van productie en plaats van consumptie én tussen plaats van wonen en plaats van werken te realiseren. Dit betekent het ontwikkelen van woningbouw bij stations, werklocaties, mobiliteitshubs en de vervoersassen.

Aanpak tegen Mobiliteitsarmoede

De regio pakt mobiliteitsarmoede aan door groepen in de samenleving te identificeren die in mindere mate kunnen deelnemen aan het mobiliteitssysteem. Daarnaast staat het verkennen en implementeren van MaaS (mobility as a service) op de agenda. De focus ligt vooralsnog op de piekgebieden (centrum, hubs, stations en logistieke knopen). Plaatsen zoals bedrijventerreinen, attracties en kantoorlocaties bieden een multimodale toegankelijkheid, mits zij betaalbaar zijn voor deze groepen.

Flexibele afstemming vraag en aanbod

Met behulp van realtime verkeersmanagement speelt de regio slim in op de vervoersvraag, bijvoorbeeld door pieken te registreren en hier vervolgens adaptieve maatregelen voor te treffen. Daarnaast gaat de regio aan de slag met een verkenning voor de mogelijkheden voor slimme en efficiënte vervoersdiensten, zoals het verbeteren en bundelen van de logistieke diensten, openbaar vervoer, doelgroepenvervoer en personenvervoer.

Aanpak (sociaal) onveilige 30 en 60 km wegen

De regio besteedt veel aandacht aan het verminderen van verkeersonveilig gedrag, met name op 30 en 60 km wegen. Focuspunten zijn kwetsbare verkeersdeelnemers en nieuwe veiligheidsregels op snelfietsroutes in de stad. In 60 km gebieden legt de regio de focus met name op het verbeteren van de veiligheid door fietsers en voetgangers te scheiden van het zware (landbouw)verkeer.

5.4 Gemeente Waalwijk

Een stedelijk knooppunt

Tot 2025 gaat Waalwijk aan de slag met de aanpak ‘levend L.A.B’ (leefkwaliteit, arbeidsmarkt en bereikbaarheid). De belangrijke doelen zijn; een toegankelijke en aantrekkelijke binnenstad, een regionaal werkgelegenheidscentrum waar Waalwijkers in Waalwijk willen blijven en de bereikbaarheid van bedrijvigheid optimaal blijven ontwikkelen. De gemeente doet dit door te anticiperen op leegstaande gebouwen en het omvormen naar levensloopbestendige gebouwen.

Ruimte voor het sporten

Een grote aanleiding voor de Sportnota is het faciliteren van sportvoorzieningen en het toekomstbestendig maken van deze voorzieningen. De focus ligt op bewegingsvrijheid en de duurzaamheid, zoals zonnepanelen en parkeerplaatsen voor elektrische voertuigen. De gemeente brengt sectoren samen door de voorzieningen laagdrempelig en multifunctioneel in te richten (sport, zorg en welzijn, onderwijs, kinderopvang en cultuur).

Sporten voor iedereen

In de cijfers van de deelname van Waalwijkers in de sport blijkt dat er een grote kloof bestaat voor mensen met een beperking. 60% van mensen met een beperking ervaren knelpunten bij het sporten in de gemeente. Daarnaast bepaalt de gemeente beweegrichtlijnen voor kinderen, zodat motorische vaardigheden en een actieve leefstijl bij kinderen toenemen.

Een vitale sportcultuur

De toekomstbestendigheid van de voorzieningen is afhankelijk van de bouw, locatie, toegankelijkheid en bereikbaarheid. Daarnaast moet de voorziening aansluiten op interesses van de klanten. Bezoekers blijven sporten en bewegen bij een uitdagende en aantrekkelijke voorziening. De aanbieders moeten het financieel en organisatorisch ook goed op orde kunnen houden.

Een duurzame sportinfrastructuur

De gemeente gaat voor een functionele, vitale en duurzame sportinfrastructuur. In de hele gemeente worden sportvoorzieningen op de centrale locaties gefaciliteerd en geoptimaliseerd. De openbare ruimte om de sportvoorzieningen worden beweegvriendelijk ingericht. Ook in het coalitieakkoord wordt de verduurzaming van sportvoorzieningen benoemd.

Economisch is er onderzoek gedaan wat het effect is van sporten op de zorgkosten, ziekteverzuim en de arbeidsproductiviteit. Wanneer een 10% van de Waalwijkers meer dan de beweegnorm gaan sporten er miljoenen bespaard kan worden aan de kosten voor zorg, ziekte en arbeidsproductiviteit.

Samenwerkingen

Om sporten bij kinderen voldoende onder de aandacht te brengen is de gemeente met alle basisscholen in samenwerkingsverband gegaan om een goede sportcultuur op de scholen te organiseren. Ook organiseert men buurtsportactiviteiten in samenwerkingsverband zoals Stichting Samen RKC, Kunstencentrum Waalwijk, De Tavenu en ContourdeTwern. Om gezondheidsproblemen bij jongeren aan te kaarten zijn er organisaties opgericht zoals GO Healthy en de JOGG (Jongeren op Gezond Gewicht) aanpak. Voor kwetsbare doelgroepen is een samenwerkingsverband aangegaan met ContourdeTwern, Schakelring en Stichting Maasduinen. Het grootste samenwerkingsverband van Waalwijk is het platform GO Waalwij. Het uiteindelijke doel is een toename van 10% van de beweegnorm in eind 2024 in Waalwijk. Daarnaast beschikt Waalwijk in eind 2024 over een veertigtal vitale sportverenigingen met een vitale sportcultuur en een toekomstbestendig en multifunctionele sportinfrastructuur.

Een effectieve Groen-aanpak

In de Groene Agenda van de gemeente worden 4 doelen omschreven:

• Kwalitatieve verbetering van bestaand groen • Meer groen

• Meer biodiversiteit

• Betere bewustwording van het belang van groen.

Om deze doelen te behalen investeert de gemeente in voorlichtingen over groen, een digitale groene balie en door uitgifte van beplanting aan bewoners. Op basisscholen is ruimte voor natuureducatie gegeven.

Naast een algehele bewustwording werkt men aan het uitbreiden van het groen. Bij bedrijfspanden en terreinen van bedrijven, bij herinrichtingsplannen, in versteende woonwijken, parkeerterreinen en gemeentelijke gebouwen wordt meer groen toegepast. De gemeente biedt hierin voldoende handvaten aan ondernemers en brengt zelf veel groen aan. Hierbij is het van belang dat het groen positieve effecten zal hebben op de omgeving, infiltratie, luchtzuiverheid en de biodiversiteit. Bestaande infrastructuur zal meer ruimte moeten maken voor het groen en er zullen duurzaamheidsleningen worden verstrekt voor groen op daken en gevels.

Het centrum goed benutten

Met de Ontwikkelvisie Centrum Waalwijk komt er een omslag van een autogerichte stad naar een aantrekkelijke fietsstad. Het centrum blijft bereikbaar, maar de auto is minder in het straatbeeld aanwezig. Parkeergeleidingssystemen sturen auto’s naar parkeervoorzieningen aan de rand van het centrum, er komt meer groen en de gemeente investeert in de fiets door fietssuggestiestroken, verbetering van fietspaden, fietsstraten en de realisatie van fietsenstallingen op de ‘hotspots’. Ook komt er een fiets- en wandelverbinding met het bedrijventerrein aan de noordzijde van de A59.

Verder toetst de gemeente alle ontwikkelingen die de komende jaren op de planning staan opdrie aspecten: verdichting, verblijfskwaliteit en bereikbaarheid. Voorbeleden zijn De Els, De Gedempte Haven, de voormalige Brandweerkazerne, het Unnaplein en de Taxandria-zone.

Faciliteren van schoon vervoer

Met ‘Smart Move’ stimuleert de gemeente elektrisch rijden en fietsen door schone vervoerswijzen te faciliteren (o.a. deelvervoer en openbaar vervoer), e-laadpalen te plaatsen, het laadpalenbeleid te actualiseren. Ook onderzoekt de gemeente de komende jaren of het mogelijk is om een waterstoftankstation te realiseren.

Slimmere verplaatsingen

Met de Mobiliteitsvisie 2030 zet de gemeente vaart achter de ambitie voor slimmer, innovatievere en duurzamere mobiliteitsdiensten. Voor de kernen geldt een verbeterde aansluiting openbaar vervoersnetwerk en integrale afstemming met de regio over verbetering van het doelgroepenvervoer in de regio.

Bedrijventerreinen, meer multimodaal

De Nota Wensbeelden, Uitgangspunten en Bouwstenen Bedrijventerreinen geeft richting aan het optimaal gebruik maken van een multimodale ontsluiting van de gunstig gelegen bedrijventerreinen. Binnen het thema “Investeren in infrastructuur” gaat het om:

• Aanpassingen aan knooppunt A59/N261, verbetering N261 en vermindering afslagen A59.

• Verbetering bereikbaarheid via water en inspelen op (toekomstige) ontwikkelingen, zoals toenemende volume van schepen

• Verbetering openbaar vervoer, met aandacht voor alternatieve vervoerswijzen en vervoersmanagement

De Smart Move Smart Mobility ambieert Waalwijk als nationaal centrum voor innovaties in logistiek, distributie en mobiliteit. Hiervoor zijn twee pilots opgezet:

1. Delivery Mile: een logistieke corridor tussen het centrum en het industrieterrein, inclusief pick up locatie in het centrum, met behulp van drones.

2. Robothaven: een aparte infrastructuur voor zelfrijdend goederenvervoer, met zelfrijdende vrachtwagens, multifunctionele ruimte en een specifieke, fysieke plaats voor innovatie.

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 9 maart 2023.

 

DE RAAD VAN DE GEMEENTE WAALWIJK

Namens deze,

De griffier, De voorzitter,

Jeske W.M. Louer, Sacha C.A.M.Ausems