Eilandsverordening afvalwaterheffing Bonaire 2021

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Voor de toepassing van deze verordening en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

• a.

  afvalwater: alle water waarvan de houder zich ontdoet, voornemens is zich te ontdoen of zich moet ontdoen;

• b.

  beheer van afvalwater: de inzameling en het transport van huishoudelijk afvalwater, alsmede de zuivering van huishoudelijk afvalwater;

• c.

  huishoudelijk afvalwater: afvalwater dat overwegend afkomstig is van menselijke stofwisseling en huishoudelijke werkzaamheden;

• d.

  lozen: het op welke wijze dan ook op of in de bodem. op de riolering, in het grondwater, een oppervlaktelichaam of het mariene milieu brengen van afvalwater;

• e.

  perceel: een roerende of onroerende zaak of een zelfstandig gedeelte daarvan, alsmede twee of meer zelfstandige gedeelten die als een geheel worden gebruikt;

• f.

  Principebesluit Bestaansminimum Armoedebeleid: Het besluit van het Bestuurscollege van 23 april 2019, no. 2019004164, waarin het Bestuurscollege akkoord gaat met een voorlopige normstelling bestaansminimum.

• g.

  zelfstandig gedeelte: een gedeelte van een roerende of onroerende zaak dat blijkens zijn indeling is bestemd om als afzonderlijk geheel te worden gebruikt;

• h.

  zorgplichtgebied: het gebied dat in de bij de eilandsverordening afvalwater behorende kaart is aangewezen als gebied waarin inzameling van huishoudelijk afvalwater doelmatig is en waarvan de zorgplicht voor deze inzameling krachtens artikel 4.25 van de Wet VROM BES is toebedeeld aan het bestuurscollege.

Artikel 2 Aard van de belasting

Onder de naam afvalwaterheffing wordt een directe belasting geheven ter bestrijding van de kosten die voor het openbaar lichaam zijn verbonden aan het beheer van afvalwater.

Artikel 3 Belastbaar feit en belastingplicht

• 1.

  De belasting wordt geheven van de gebruiker van een perceel, dan wel van een zelfstandig gedeelte dat is gelegen in het zorgplichtgebied en van waaruit afvalwater wordt geloosd.

• 2.

  Als gebruiker wordt aangemerkt degene die naar de omstandigheden beoordeeld, al dan niet krachtens een zakelijk of persoonlijk recht, gebruik maakt van het perceel dan wel het zelfstandig gedeelte.

Artikel 4 Maatstaf van heffing

De belasting wordt geheven naar:

• a.

  een vast bedrag per perceel, dan wel per zelfstandig gedeelte, aangesloten op de riolering;

• b.

  een variabel bedrag berekend op het aantal m3 afvalwater dat vanuit het perceel, dan wel het zelfstandig gedeelte wordt geloosd. Het aantal m3 afvalwater wordt bepaald op basis van het aantal m3 drinkwater dat aan het perceel of het zelfstandig gedeelte wordt geleverd of waarvan redelijkerwijs kan worden bepaald dat het aantal m3 drinkwater is verbruikt.

Artikel 5 Belastingtarieven

De belasting bedraagt:

• a.

  voor het vaste bedrag, bedoeld in artikel 4, onder a: nihil;

• b.

  voor het variabele bedrag, bedoeld in artikel 4, onder b: nihil.

Artikel 6 Belastingtijdvak

Het belastingtijdvak is gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 7 Wijze van heffing

• 1.

  De belasting wordt bij wege van aanslag geheven.

• 2.

  Bij eilandsbesluit houdende algemene maatregelen kunnen nadere regels worden gesteld met betrekking tot de wijze van heffing.

Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld

• 1.

  De belasting, bedoeld in artikel 5, is verschuldigd bij het begin van het belastingtijdvak, of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.

• 2.

  lndien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar aanvangt, is de belasting verschuldigd over zoveel twaalfde gedeelten als er na de aanvang van de belastingplicht in dat jaar nog volle kalendermaanden overblijven.

• 3.

  lndien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van het voor het jaar verschuldigde recht als er na het einde van de belastingplicht in dat jaar nog voile kalendermaanden overblijven.

• 4.

  Het tweede en derde lid zijn niet van toepassing indien de belastingplichtige binnen het Openbaar Lichaam Bonaire verhuist en aldaar belastingplichtig wordt op grond van deze verordening.

Artikel 9 Termijnen van betaling

• 1.

  Het bedrag van de belasting, bedoeld in artikel 5, moet worden betaald binnen dertig dagen na de dagtekening van de aanslag.

• 2.

  De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande leden gestelde termijnen.

• 3.

  Bij eilandsbesluit houdende algemene maatregelen kunnen nadere regels worden gesteld met betrekking tot de invordering van de heffing.

Artikel 9a  

• 1.

  De ontvanger kan kwijtschelding als bedoeld in artikel 8.58 Belastingwet BES verlenen van de belastingplicht, bedoeld in artikel 3, tweede lid.

• 2.

  De kwijtschelding, bedoeld in het eerste lid, kan in het kader van flankerend beleid worden verleend aan belastingplichtigen die voldoen aan de voorlopige normstelling bestaansminimum, bedoeld in het Principebesluit Bestaansminimum Armoedebeleid.

• 3.

  Bij eilandsbesluit houdende algemene maatregelen kunnen nadere regels worden gesteld over de toepassing van de kwijtschelding, bedoeld in het eerste lid.

Artikel 10 Inwerkingtreding

• 1.

  Deze eilandsverordening treedt in werking met ingang van de dag na afkondiging.

• 2.

  De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2021.

Artikel 11 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Eilandsverordening afvalwaterheffing Bonaire 2021.