Organisatie | Leudal |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de raadscommissies gemeente Leudal 2023 |
Citeertitel | Verordening op de raadscommissies gemeente Leudal 2023 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
06-06-2023 | Nieuwe regeling | 30-05-2023 |
De raad van de gemeente Leudal;
Gelezen het voorstel van de griffier van 8 mei 2023;
Gelet op artikel 82, eerste lid, van de Gemeentewet;
Gezien het advies van de raadscommissie bestuur en middelen van 17 mei 2023;
Vast te stellen de navolgende ‘Verordening op de raadscommissies gemeente Leudal 2023’;
Hoofdstuk 1 ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 2 Instelling raadscommissies
Artikel 4 Samenstelling; benoeming commissievoorzitter
Elke in de raad zitting hebbende fractie mag, per raadscommissie, leden aanwijzen en wel volgens de volgende formule dat per twee raadsleden in een fractie één commissielid per commissie mag worden aangewezen met een maximum van drie commissieleden per commissie en een minimum van één commissielid per commissie.
Artikel 5 Zittingsduur en vacatures
De zittingsperiode van een commissievoorzitter eindigt in ieder geval met het einde van de zittingsperiode van de raad. Die commissievoorzitter dan wel een andere persoon kan bij of kort na het begin van de nieuwe zittingsperiode door de raad worden aangewezen als waarnemend commissievoorzitter om de periode te overbruggen totdat de raad, na het aantreden van een nieuwe coalitie, gaat besluiten om een nieuwe commissievoorzitter aan te wijzen voor de resterende duur van de nieuwe zittingsperiode.
Een commissievoorzitter kan te allen tijde ontslag nemen. Hij doet daarvan schriftelijk mededeling aan de raad. Het ontslag gaat een maand na de schriftelijke mededeling in of zoveel eerder als zijn opvolger is benoemd. Een commissielid kan te allen tijde ontslag nemen. Hij doet daarvan schriftelijk mededeling aan zijn fractie. Het ontslag gaat in op de in die mededeling genoemde datum.
Artikel 6 De commissiegriffier
Bij verhindering of afwezigheid wordt de commissiegriffier vervangen door een door de griffier van de raad aangewezen op de griffie werkzame ambtenaar of, in samenspraak met de secretaris, een niet op de griffie werkzame ambtenaar dan wel in samenspraak met een griffier van een regiogemeente een op de griffie van die regiogemeente werkzame ambtenaar
Het presidium stelt jaarlijks op voorstel van de griffier een vergaderrooster vast voor de vergaderingen van de gemeenteraad. Het presidium doet daarbij ook een voorstel met betrekking tot de data voor vergaderingen van de raadscommissies. De commissies stellen vervolgens hun eigen vergaderschema vast.
Artikel 8 Ter inzage leggen van stukken
Stukken die ter toelichting van de onderwerpen of voorstellen op een agenda dienen, worden gelijktijdig met het verzenden van de schriftelijke oproep op de gemeentelijke webstek gepubliceerd. Als na het verzenden van de schriftelijke oproep stukken worden gepubliceerd, wordt hiervan mededeling gedaan aan de leden van de raadscommissie.
Artikel 11 Opening vergadering en quorum
Op een vergadering als bedoeld in het tweede lid is het eerste lid niet van toepassing. Een raadscommissie kan echter over andere aangelegenheden dan die waarvoor de ingevolge het eerste lid niet geopende vergadering was belegd alleen beraadslagen of besluiten, als blijkens de presentielijst meer dan de helft van het aantal zitting hebbende commissieleden tegenwoordig is.
Artikel 12 Advies; geen stemmingen
In een vergadering vinden geen stemmingen plaats, met uitzondering van stemmingen over (a) het bespreekrijp zijn van een raadsvoorstel voor een raadsvergadering, (b) het als een hamerstuk of bespreekstuk beschouwen van een raadsvoorstel voor een raadsvergadering, (c) geheimhouding en (d) met betrekking tot de orde.
Artikel 14 Deelname aan de beraadslaging door anderen
Een raadscommissie kan besluiten dat anderen mogen deelnemen aan de beraadslaging.
Artikel 15 Spreekrecht burgers
Burgers hebben spreekrecht. Zij kunnen het woord voeren in de commissievergadering over geagendeerde onderwerpen. Indien een spreker de commissie liever niet mondeling wil toespreken of verhinderd is de commissievergadering bij te wonen, dan kan hij/zij z’n inspreektekst voorafgaande aan de commissievergadering schriftelijk aan de commissie aanreiken, door tussenkomst van de commissiegriffier; de commissie behandelt die schriftelijke inbreng als ware ze mondeling ingebracht tijdens het spreekrecht.
Degene die van het spreekrecht gebruik wil maken, meldt dit voor de aanvang van de vergadering aan de commissiegriffier. Hij vermeldt daarbij zijn naam, adres en telefoonnummer, het onderwerp, waarover hij het woord wil voeren én of hij wil inspreken bij het vaste agendapunt ‘Spreekrecht voor niet-commissieleden’ dan wel bij het begin van het agendapunt waarover hij wil inspreken.
De maximale spreektijd bedraagt 5 minuten. De commissievoorzitter bepaalt wanneer en hoeveel tijd insprekers precies mogen inspreken. Aansluitend aan het inspreken bestaat de mogelijkheid dat één of meer commissieleden een verhelderende vraag aan de inspreker willen stellen; het staat de inspreker vrij om die vraag al dan niet te beantwoorden. Er vindt geen discussie plaats tussen een inspreker en deelnemers van de vergadering. Indien vanwege één belang (bijvoorbeeld: één gezin of één vereniging of één onderneming) meerdere insprekers zich aanmelden dat dienen die tezamen hun spreektijd binnen de 5 minuten te verdelen.
Artikel 16 Handhaving orde en schorsing
Hij roept sprekers tot de orde als deze zich in beledigende of onbetamelijke uitdrukkingen uitlaten, afwijken van het in behandeling zijnde onderwerp, andere sprekers herhaaldelijk interrumperen, dan wel anderszins de orde verstoren. Sprekers die hieraan geen gevolg geven kunnen door hem het woord ontnomen worden over het aanhangige onderwerp.
Hij kan de raadscommissie voorstellen aan een commissielid dat door zijn gedragingen de geregelde gang van zaken belemmert het verdere verblijf in de vergadering te ontzeggen. Over het voorstel wordt niet beraadslaagd. Na aanneming daarvan verlaat het commissielid de vergadering onmiddellijk. Zo nodig doet de commissievoorzitter hem verwijderen. Bij herhaling van zijn gedrag kan het commissielid bovendien voor ten hoogste drie maanden de toegang tot de vergadering worden ontzegd.
Artikel 17 Voorstellen van orde
Commissieleden kunnen tijdens een vergadering mondeling een voorstel van orde betreffende de vergadering doen. De raadscommissie beslist hier terstond over.
Paragraaf 3 Besloten vergaderingen
Artikel 19 Toepassing verordening op besloten vergaderingen
Op besloten vergaderingen is deze verordening van overeenkomstige toepassing voor zover dat niet strijdig is met het besloten karakter van de vergadering.
Artikel 20 Verslag besloten vergadering
Deze verslagen worden niet ter vaststelling aan de commissie aangeboden. Commissieleden kunnen gedurende één maand na terinzagelegging bij de commissiegriffier van hun opvattingen over het verslag doen blijken. De commissie kan te allen tijde besluiten om het verslag van de commissiegriffier openbaar te maken, inclusief – maar in dat geval wel met voorafgaande toestemming van het commissielid dat opmerkingen over het verslag aan de griffier had kenbaar gemaakt – de binnen bedoelde maand kenbaar gemaakte opvattingen van commissieleden.
Artikel 21 Opheffing geheimhouding
Als de raad op grond van artikel 89 van de wet voornemens is de geheimhouding van aan de raad verstrekte informatie op te heffen, wordt, als de raadscommissie die geheimhouding heeft opgelegd daarom verzoekt, daarover in een besloten vergadering met de raadscommissie overleg gevoerd.