Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Hof van Twente

Beleidsregel Vrijlating giften Participatiewet

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieHof van Twente
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregel Vrijlating giften Participatiewet
Citeertitel
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

N.v.t.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

06-06-202301-01-2023Vrijlating giften Participatiewet

25-04-2023

gmb-2023-242758

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregel Vrijlating giften Participatiewet

Burgemeester en wethouders van de gemeente Hof van Twente;

 

overwegende dat het gewenst is om beleid vast te leggen ten aanzien van vrijlating van giften;

 

besluiten:

 

vast te stellen de navolgende BELEIDSREGEL VRIJLATING GIFTEN PARTICIPATIEWET.

 

 

 

 

Artikel 1 Begripsbepalingen

1. Alle begrippen in deze beleidsregels , tenzij nader omschreven, komen overeen met de Participatiewet en de Algemene Wet Bestuursrecht.

2. In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

a. De wet: de Participatiewet;

b. College: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hof van Twente;

c. Gemeente: gemeente Hof van Twente;

d. Beleidsregels: beleidsregels Vrijlating giften Participatiewet;

e. Gift: elke financiële bevoordeling uit vrijgevigheid van derden (personen of instellingen) zonder tegenprestatie. Daarbij is geen sprake van een terugbetalingsverplichting.

f. Gift in natura: schenking van goederen, of een andere vorm niet zijnde geld, door een natuurlijk persoon of rechtspersoon.

g. Awb: Algemene wet bestuursrecht.

 

Artikel 2 Eenmalige gift

1. Een eenmalige gift, in geld of in natura, als bedoeld in artikel 31 tweede lid, onder m, van de wet wordt vrijgelaten tot een bedrag ter hoogte van € 1.200,- per kalenderjaar.

2. De vrijlating geldt per uitkering en niet per uitkeringsgerechtigde. Een echtpaar heeft gezamenlijk recht op vrijlating tot € 1.200,- per jaar;.

3. In het geval van een gift in natura, wordt de waarde van deze gift vastgesteld aan de hand van prijzengids zoals opgesteld door het NIBUD. Als de gift hierin niet is opgenomen wordt de waarde in het economisch verkeer als uitgangspunt genomen.

4. Bij de vrijlating wordt uitgegaan van een kalenderjaar.

5. Overheveling van restant naar het volgende kalenderjaar, in geval betrokkene in lopende kalenderjaar minder dan € 1.200,- aan giften heeft ontvangen, is niet mogelijk.

6. Voor belanghebbenden aan wie een uitkering is toegekend is de vrijlating van € 1.200,- naar rato van toepassing vanaf de datum van toekenning tot en met 31 december van het betreffende kalenderjaar.

7. Bij een overschrijding van het vrij te laten bedrag zoals bepaald in lid 1, wordt bij een eenmalige gift het meerdere aangemerkt als vermogen.

8. Voor alle giften die een belanghebbende ontvangt waarbij het vrij te laten bedrag zoals bepaald in lid 1, wordt overschreden, geldt de inlichtingenplicht zoals bedoeld in artikel 17 van de wet.

Artikel 3 Periodieke giften

1. Periodieke giften, in geld of in natura, als bedoeld in artikel 31 tweede lid, onder m, van de wet worden vrijgelaten tot een bedrag ter hoogte van € 1.200,- per kalenderjaar.

2. Onder periodiek wordt verstaan: meer dan eenmalig voorkomend in een kalenderjaar.

3. De vrijlating geldt per uitkering en niet per uitkeringsgerechtigde. Een echtpaar heeft gezamenlijk recht op vrijlating tot € 1.200,- per jaar.

4. Ingeval de gift is verstrekt in natura, wordt de waarde van deze gift vastgesteld aan de hand van prijzengids zoals opgesteld door het NIBUD. Als de gift hierin niet is opgenomen wordt de waarde in het economisch verkeer als uitgangspunt genomen.

5. Bij de vrijlating wordt uitgegaan van een kalenderjaar.

6. Overheveling van restant naar het volgende kalenderjaar, in geval betrokkene in lopende kalenderjaar minder dan € 1.200,- aan giften heeft ontvangen, is niet mogelijk.

7. Voor belanghebbenden aan wie een uitkering is toegekend is de vrijlating van € 1.200,- naar rato van toepassing vanaf de datum van toekenning tot en met 31 december van het betreffende kalenderjaar.

8. Bij een overschrijding van het vrij te laten bedrag zoals bepaald in lid 1, wordt bij periodieke giften het meerdere aangemerkt als inkomen in de maand waarin de overschrijding plaats vindt.

9. Voor alle giften die een belanghebbende ontvangt waarbij het vrij te laten bedrag zoals bepaald in lid 1, wordt overschreden, geldt de inlichtingenplicht zoals bedoeld in artikel 17 van de wet.

 

Artikel 4 Uitgezonderde giften

1. Giften bestemd voor specifieke kosten, hoger dan het vrij te laten bedrag zoals bepaald in artikel 2 lid 1 en artikel 3 lid 1, die niet in de uitkering zijn begrepen worden buiten beschouwing gelaten.

2. Het college beoordeelt per geval of de bestemming van de gift met de uitkering te verenigen is.

3. Een gift ontvangen van de (Rijks)overheid ter compensatie van tijdelijke hogere lasten (zoals hogere energiekosten), wordt buiten beschouwing gelaten.

4. Het Rijk compenseert ouders die de dupe zijn geworden van de zogenaamde Toeslagenaffaire. Deze vergoeding valt onder de zogenaamde ministeriële regelingen voor materiële of immateriële schade en wordt daarom vrijgelaten. Deze vrijlating geldt ook voor de draagkrachtbepaling in het kader van bijzondere bijstand.

5. Giften met een bepaald doel waarvoor de belanghebbende anders een beroep had moeten/kunnen doen op een andere voorziening, zoals WMO, Bijzondere bijstand of overige minimaregelingen worden buiten beschouwing gelaten.

6. Steunfondsen voor minima die van tijdelijke aard zijn en waarbij geen sprake is van een terugbetalingsverplichting en/of enige vorm van tegenprestatie of verplichtend karakter, worden buiten beschouwing gelaten.

 

Artikel 5 Onbelaste gratificaties

1. Onbelaste gratificaties worden buiten beschouwing gelaten voor zover: a. er geen contractuele aanspraak op bestaat (arbeidsovereenkomst/CAO); en b. het is verstrekt wegens een bijzondere aangelegenheid (te denken valt aan verjaardag, bruiloft, geboorte kind, jubileum of erkende feestdag).

2. Bij de beoordeling van een ontvangen gratificatie wordt aansluiting gezocht bij Wet op de Inkomstenbelasting 1964.

 

Artikel 6 Hardheidsclausule

1. In bijzondere situaties kan het college, op grond van artikel 4:84 afwijken van het bepaalde in deze beleidsregels indien toepassing van deze beleidsregels tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.

2. In alle gevallen waarin deze beleidsregels niet voorzien beslist het college.

 

Artikel 7 Inwerkingtreding en Citeertitel

1. Deze beleidsregels kunnen worden aangehaald als ‘Beleidsregels Vrijlating giften Participatiewet’.

2. Deze beleidsregels treden in werking met ingang van de dag na die van de bekendmaking en werken terug tot 1 januari 2023.

 

 

 

Burgemeester en wethouders van Hof van Twente,

de secretaris, de burgemeester,

drs. D. Lacroix

drs. H.A.M. Nauta-van Moorsel MPM