Organisatie | Castricum |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Bezoldigingsverordening gemeente Castricum |
Citeertitel | Bezoldigingsverordening gemeente Castricum |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | Bezoldigingsverordening |
Geen.
Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling/Uitwerkingsovereenkomst, art. 3.1
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
02-12-2010 | 02-11-2018 | Nieuwe regeling | 23-11-2010 Nieuwsblad van Castricum, 01-12-2010 | Onbekend |
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:a ambtenaar:hij die door of vanwege de gemeente is aangesteld om in openbare dienst werkzaam te zijn alsmede hij met wie een arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht is aangegaan;b salaris:het salaris, als bedoeld in artikel 3:1, tweede lid onder b, van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling, tenzij toepassing is gegeven aan artikel 4a:3 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling, in welk geval het salaris gelijk is aan het verlaagde bedrag;c uurloon:het uurloon als bedoeld in artikel 1:1, eerste lid onder 0 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling/Uitwerkingsovereenkomst;d schaal:de schaal als bedoeld in artikel 3:1, tweede lid onder a, van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling/Uitwerkingsovereenkomst, opgenomen in bijlage IIa van die regeling;e maximumsalaris:het hoogste bedrag van een salarisschaal;f bezoldiging:de bezoldiging als bedoeld in artikel 3:1, tweede lid onder c, van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling/Uitwerkingsovereenkomst;g betrekking:de betrekking als bedoeld in artikel 1:1, eerste lid onder b, van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling/Uitwerkingsovereenkomst;
h conversie:de vertaling van de gevonden rangorde naar salarisschalen;i volledige betrekking:de volledige betrekking als bedoeld in artikel 1:1, eerste lid onder k, van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling/Uitwerkingsovereenkomst;;j overwerk:het overwerk als bedoeld in artikel 1:1, eerste lid onder l, van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling/Uitwerkingsovereenkomst;
Wanneer het salaris of een toelage moet worden berekend over een gedeelte van een maand, wordt het bedrag per dag vastgesteld door het maandbedrag te delen door het aantal kalenderdagen van die maand.
Artikel 4 Onvolledige betrekking
Het salaris van de ambtenaar met een onvolledige betrekking wordt vastgesteld op een evenredig deel van het salaris dat voor hem zou gelden bij een volledige betrekking.
De salarissen van de ambtenaren wier salaris niet bij of krachtens de wet is geregeld, worden vastgesteld op de bedragen volgens de salarisschalen zoals opgenomen in bijlage IIa van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling/Uitwerkingsovereenkomst.
De toepassing van bijlage IIa van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling/Uitwerkingsovereenkomst vindt plaats conform hetgeen is bepaald in artikel 3:1, derde t/m vijfde lid, van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling/ Uitwerkings-overeenkomst.Burgemeester en wethouders bepalen met inachtneming van de resultaten van een functiewaarderingsonderzoek en aan de hand van de vastgestelde conversie de voor een generieke functie geldende salarisschaal.De ambtenaar wordt bezoldigd overeenkomstig de generieke functie waarin hij is aangesteld, tenzij hij de functie (nog) niet volledig vervult dan wel zijn wijze van functioneren zich nog daartegen verzet.Burgemeester en wethouders kunnen nadere regels stellen met betrekking tot de uitvoering van een functiewaarderingsonderzoek en de daarbij te hanteren methode.Anders dan bij het aanvaarden van passende of gangbare arbeid, dan wel bij wijze van disciplinaire straf, als bedoeld in de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling/ Uitwerkingsovereenkomst, kan zonder voorafgaand ontslag voor een ambtenaar geen salarisschaal gaan gelden met een lager maximumsalaris dan dat van de reeds voor hem geldende salarisschaal.Wanneer de ambtenaar niet aan de functie-eisen voldoet of nog geen juist beeld is verkregen van zijn wijze van functioneren, kan hij worden aangesteld in een lagere salarisschaal dan de in lid 2 bedoelde salarisschaal. Burgemeester en wethouders kunnen nadere regels stellen.
Artikel 8 Extra periodieke verhoging van het salaris
Aan de ambtenaar die het maximumsalaris van de voor hem geldende salarisschaal nog niet heeft bereikt, kan een extra periodieke salarisverhoging tot een in de salarisschaal genoemd bedrag, niet uitgaande boven het maximumsalaris, worden toegekend op grond van zeer goede of uitstekende vervulling van de betrekking.
Artikel 10 Salaris bij bevordering naar hogere schaal
Wanneer de ambtenaar wordt bevorderd naar een salarisschaal met een hoger maximumsalaris, wordt voor de ambtenaar, als bedoeld in artikel 3:1, derde lid onder b, van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling/Uitwerkingsovereenkomst, het salaris in de nieuwe schaal vastgesteld op het eersthogere bedrag in die schaal, waarmee gerealiseerd wordt dat het verschil tussen het nieuwe salaris en het oude salaris van de ambtenaar tenminste 75 % bedraagt van het verschil tussen het bedrag dat de ambtenaar laatstelijk genoot en het naasthogere bedrag in die oude schaal, dan wel het naastlagere bedrag in die oude schaal, indien het salaris in de oude schaal reeds overeenkwam met het hoogste bedrag uit die schaal.
Paragraaf III Instrumenten van flexibele beloning
Indien een ambtenaar een uitstekende individuele prestatie heeft geleverd, kan aan hem een gratificatie als bedoeld in artikel 15:1:28 van de Collectieve Arbeidsvoorwaarden-regeling/Uitwerkingsovereenkomst worden toegekend.
Aan een groep ambtenaren die een uitstekende collectieve prestatie hebben geleverd, kan een groepsgratificatie worden toegekend.
Artikel 13 Persoonlijke toelage na bereiken maximum functionele schaal
Aan een ambtenaar die het maximum van de voor hem geldende schaal heeft bereikt, kan een persoonlijke toelage als bedoeld in artikel 3:7:8 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling/Uitwerkingsovereenkomst worden toegekend, indien betrokkene gedurende meerdere jaren uitstekend heeft gefunctioneerd.
Paragraaf IV Overige toelagen en vergoedingen
Een waarnemingstoelage wordt toegekend conform hetgeen is geregeld in artikel 3:1:2 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling/Uitwerkingsovereenkomst.
De ambtenaar die een salaris ontvangt in schaal 12 of hoger heeft, gelet op de aard en het niveau van zijn betrekking, geen aanspraak op een vergoeding voor overwerk.Aan de ambtenaar die op grond van het eerste lid niet in aanmerking komt voor vergoeding van overwerk maar die in een kalenderjaar meer dan 72 overwerkuren maakt, worden de meerdere uren in tijd vergoed.
Artikel 19 Toelage bereikbaarheids- en beschikbaarheidsdienst
Aan de ambtenaar die buiten de werktijdenregeling als bedoeld in artikel 4:1 en 4:2 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling/Uitwerkingsovereenkomst ingevolge een schriftelijke aanwijzing van burgemeester en wethouders zich regelmatig of vrij regelmatig bereikbaar en beschikbaar moet houden teneinde bij oproep arbeid te gaan verrichten, wordt een toelage toegekend.
Aan de ambtenaar wiens bezoldiging als gevolg van het buiten zijn toedoen beëindigen of verminderen van de toelage, als bedoeld in artikel 19 en 20, een blijvende verlaging ondergaat, wordt door burgemeester en wethouders een aflopende toelage toegekend, indien:a die blijvende verlaging ten minste 3% bedraagt van de som van het salaris en de toelage, als bedoeld in artikel 13, enb de ambtenaar de toelage - als bedoeld in artikel 18 en 19 - direct voorafgaande aan het tijdstip van vorenbedoelde beëindiging of vermindering ervan, gedurende ten minste twee jaren zonder wezenlijke onderbreking heeft genoten.
In afwijking van het bepaalde in het eerste lid wordt aan de ambtenaar van 60 jaar of ouder wiens bezoldiging als gevolg van het buiten zijn toedoen beëindigen of verminderen van een toelage - als bedoeld in artikel 18 en 19 - een blijvende verlaging ondergaat, een blijvende toelage toegekend, indien de ambtenaar de toelage - als bedoeld in artikel 18 en 19 - direct voorafgaande aan het tijdstip van vorenbedoelde beëindiging of vermindering ervan gedurende ten minste 10 jaren zonder wezenlijke onderbreking heeft genoten.
De in het eerste lid bedoelde aflopende toelage gaat, wanneer de ambtenaar de leeftijd van 60 jaar bereikt en hij onmiddellijk voor de aanvang van die toelage gedurende tenminste 10 jaren zonder wezenlijke onderbreking de toelage - als bedoeld in artikel 18 en 19 - heeft genoten, over in een blijvende toelage als bedoeld in het vorige lid.