Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Delft

Delegatiebesluit Omgevingswet gemeente Delft 2023

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieDelft
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingDelegatiebesluit Omgevingswet gemeente Delft 2023
CiteertitelDelegatiebesluit Omgevingswet gemeente Delft 2023
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2024nieuwe regeling

16-05-2023

gmb-2023-238043

5462594

Tekst van de regeling

Intitulé

Delegatiebesluit Omgevingswet gemeente Delft 2023

De raad van de gemeente Delft;

 

Gelezen het voorstel van het college van 28 maart 2023,

 

Gelet op de artikelen 2.8 en 4.14, vijfde lid van de Omgevingswet;

 

 

BESLUIT:

 

Vast te stellen het

 

Delegatiebesluit Omgevingswet gemeente Delft 2023

Artikel 1  

Aan het college van burgemeester en wethouders worden de volgende bevoegdheden gedelegeerd:

  • 1.

    De bevoegdheid tot het vaststellen van delen van het omgevingsplan in de volgende gevallen:

    • I.

      het wijzigen van het plan in verband met juridisch-technische wijzigingen, redactionele aanpassingen en correcties;

    • II.

      het wijzigen van het plan als gevolg van (wijzigen van) instructieregels van het Rijk of de provincie;

    • III.

      het wijzigen van het plan in verband met het vertalen van wijzigingsbevoegdheden en uitwerkingsverplichtingen in bestemmingsplannen conform de daarin opgenomen wijzigings- en uitwerkingsregels;

    • IV.

      het wijzigen van annotaties;

    • V.

      het wijzigen van het plan in verband met het vertalen van verleende omgevingsvergunningen (niet tijdelijk) in afwijking van het omgevingsplan;

    • VI.

      het wijzigen van het plan in verband met het omzetten van door de raad vastgestelde verordeningen naar omgevingsplanregels;

    • VII.

      het wijzigen van het plan in verband met het omzetten van raadsbeleid(sregels) naar omgevingsplanregels;

  • 2.

    De bevoegdheid tot het nemen van een voorbereidingsbesluit als bedoeld in artikel 4.14 lid 1 van de Omgevingswet.

Artikel 2  

Het college van burgemeester en wethouders verstrekt de raad jaarlijks een overzicht van de krachtens artikel 1 sub 1 genomen besluiten.

Artikel 3  

Het college van burgemeester en wethouders informeert de raad vóór inwerkingtreding van een voorbereidingsbesluit zoals genoemd onder artikel 1 sub 2.

Artikel 4  

Dit besluit in werking te laten treden op de datum van inwerkingtreding van de Omgevingswet.

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 16 mei 2023.

J.M. van Bijsterveldt-Vliegenthart ,voorzitter.

J. Mimpen ,griffier.

Toelichting  

  • 1.

    Het wijzigen van delen van het omgevingsplan

    • I.

      Juridisch-technische wijzigingen, redactionele aanpassingen en correcties

      Hieronder worden wijzigingen verstaan die het omgevingsplan actueel houden. Dit zijn acties waarbij geen inhoudelijke keuzes worden gemaakt, maar die nodig zijn om de tekst beter leesbaar te kunnen maken of te verduidelijken. Het gaat niet om inhoudelijke of beleidsmatige aanpassingen, maar wijzigingen die nodig zijn om de plantekst up-to- date te houden dan wel beter leesbaar te maken.

    • II.

      Instructieregels Rijk of provincie

      Dit zijn planwijzigingen als gevolg van wijzingen van instructieregels door het Rijk of de provincie. Gemeenten dienen zich te houden aan deze instructieregels. Om deze reden zal wijziging van een instructieregel leiden tot wijziging van het omgevingsplan.

    • III.

      Vertalen van wijzigingsbevoegdheden en uitwerkingsverplichtingen

      Onder de huidige Wet ruimtelijke ordening (Wro) kennen we de instrumenten wijzigingsbevoegdheid en uitwerkingsplicht. Wanneer deze instrumenten in een bestemmingsplan zijn opgenomen heeft het college de bevoegdheid om het bestemmingsplan te wijzigen. Het tijdelijke omgevingsplan is samengesteld uit onder andere alle geldende bestemmingsplannen. De wijzigingsbevoegdheden en uitwerkingsplichten zoals opgenomen in bestemmingsplannen zijn daarmee onderdeel van het tijdelijke omgevingsplan. Deze instrumenten keren echter niet terug in de Omgevingswet; het college kan daarom na inwerkingtreding van de Omgevingswet geen wijzigingsplan of uitwerkingsplan meer vaststellen. De raad is immers bevoegd om het omgevingsplan te wijzigen. Door het delegeren van deze bevoegdheden kan het college onder de in het bestemmingsplan opgenomen voorwaarden- ook na inwerkingtreding van de Omgevingswet- een wijzigingsplan of uitwerkingsplan verwerken in het omgevingsplan.

    • IV.

      Annotaties

      Annotaties zijn kenmerken gekoppeld aan een regel uit het omgevingsplan. Met annotaties kan gericht worden gezocht in planregels, als een soort zoeksleutel die alleen de relevante regels en artikelen laat zien. Het annoteren maakt het zoeken naar regels makkelijker voor de burger. Het omgevingsplan zal regelmatig moeten worden aangepast met nieuwe annotaties om het zoeken makkelijker te maken. Delegeren van deze bevoegdheid versnelt het proces en daarmee ook de klantgerichtheid van het plan.

    • V.

      Vertalen van verleende omgevingsvergunningen

      De Omgevingswet bepaalt dat de verleende vergunningen, waarbij is afgeweken van het omgevingsplan (zg. afwijkactiviteiten) binnen vijf jaar worden verwerkt in het omgevingsplan. Deze verplichting geldt voor activiteiten die blijvend (niet tijdelijk) in strijd zijn met het omgevingsplan. Het doel van deze regeling is dat het omgevingsplan een actueel, integraal en consistent geheel blijft. In de geest van de Omgevingswet is het belangrijk om afwijkactiviteiten op vlotte en consistente wijze in te passen in het omgevingsplan, zodat niet enkel sprake is van een administratieve ad hoc verwerking van de toegestane activiteit. Dit zal waarschijnlijk één keer per jaar plaatsvinden.

    • VI.

      Omzetten van verordeningen

      De gemeenteraad stelt verordeningen vast. Alle verordeningsregels die betrekking hebben op de fysieke leefomgeving moeten worden opgenomen in het omgevingsplan. Het vertalen van de verordeningen naar het omgevingsplan gebeurt beleidsneutraal en is een actie waarbij geen inhoudelijke discussie of keuzes plaatsvinden. Het delegeren van deze bevoegdheid betekent dat het college de ‘omgevingsregels’ uit de verordeningen versneld kan verwerken in het omgevingsplan en dat de raadsagenda wordt ontzien.

    • VII.

      Omzetten van raadsbeleid(sregels)

      Deze bevoegdheid ziet op planwijzigingen die voortvloeien uit vastgesteld raadsbeleid. Het gaat dan vaak om beleidsdocumenten die kaderstellend van aard zijn zoals beleidsregels of daarmee naar aard en strekking te vergelijken documenten. Zodra de gemeenteraad beleidsregels heeft vastgesteld die zien op de fysieke leefomgeving kan het college deze doorvertalen in het omgevingsplan. Daarmee wordt dubbele besluitvorming voorkomen.

  • 2.

    Het nemen van een voorbereidingsbesluit.

    Het doel van een voorbereidingsbesluit is het voorkomen van ongewenste ontwikkelingen die in strijd zijn met toekomstig beleid of een toekomstige ontwikkeling van (een deel) van de stad, die nog nader moet worden uitgewerkt. Delegatie van het nemen van een voorbereidingsbesluit biedt de mogelijkheid voor het college om direct een voorbereidingsbesluit te nemen wanneer een snelle reactie op ontwikkelingen in de praktijk nodig is. Het voorbereidingsbesluit wijzigt het omgevingsplan omdat de voorbeschermingsregel direct in het omgevingsplan worden opgenomen. Met een voorbeschermingsregel kun je onder andere regels uit het omgevingsplan (tijdelijk) buiten werking stellen. Daarbij geldt wel het eerbiedigen van bestaand gebruik en bestaande bouwwerken. Het voorbereidingsbesluit vervalt in ieder geval na een jaar en zes maanden (1,5 jaar), of voor zover binnen die termijn het besluit over vaststelling van het omgevingsplan is bekendgemaakt, op het tijdstip waarop het omgevingsplan in werking treedt of is vernietigd.