Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Castricum

Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand en Wet investeren in jongeren 2010

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieCastricum
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand en Wet investeren in jongeren 2010
CiteertitelVerordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand (WWB) en Wet investeren in jongeren (WIJ) 2010
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerpWet werk en bijstand en Wet investeren in jongeren

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Gemeentewet, art. 147 lid 1
  2. Wet werk en bijstand, art. 47
  3. Wet investeren in jongeren, art. 12 lid 1

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

15-06-201002-07-2015Nieuwe regeling

03-06-2010

Nieuwsblad van Castricum, 09-06-2010

onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand en Wet investeren in jongeren 2010

De raad der gemeente Castricum;

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 27 april 2010,

gelezen het raadsvoorstel van 3 juni 2010;

gelet op artikel 147 eerste lid van de Gemeentewet, artikel 47 van de Wet werk en bijstand (WWB) en artikel 12 eerste lid en onderdeel d van de Wet investeren in jongeren (WIJ);

overwegende dat het noodzakelijk is de wijze waarop personen als bedoeld in artikel 7 lid 1 van de WWB alsmede jongeren als bedoeld in artikel 2 van de WIJ betrokken worden bij de uitvoering van de wet, bij verordening te regelen;

besluit vast te stellen de hierna volgende:

Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand en Wet investeren in jongeren 2010 

Artikel 1 Begripsbepalingen

  • 1

    Cliëntenparticipatie WWB/WIJ: de gestructureerde wijze waarop de gemeente organisaties en cliënten via het cliëntenplatform betrekt bij de gemeentelijke beleidsvorming, uitvoering en evaluatie van de Wet werk en bijstand en de Wet investeren in jongeren;

  • 2

    Integraal beleid WWB en WIJ: de samenhangende wijze waarop de gemeente in al haar beleid en verantwoordelijkheden werkt aan verbetering van de mogelijkheden voor haar doelgroep om te komen tot het (weer) participeren in de samenleving en deelnemen op de arbeidsmarkt. Alsmede de samenhangende wijze waarop de gemeente in haar beleid en verantwoordelijkheden werkt aan ondersteunende maatregelen ten behoeve van personen die een beroep doen op de WWB en WIJ, alsmede andere doelgroepen met een minimuminkomen (zoals armoedebeleid).

  • 3

    Cliëntenplatform WWB/WIJ: de overlegvorm waarin organisaties en cliënten deelnemen en overleggen over het te voeren en gevoerde gemeentelijk beleid op het gebied van de Wet werk en bijstand en de Wet investeren in jongeren alsmede over uitvoeringszaken. Het cliëntenplatform is vrij om vertegenwoordigers van de verschillende doelgroepen te betrekken bij het overleg voor zover dit voor actuele onderwerpen van belang is. 

  • 4

    Uitkering: een uitkering ingevolge de Wet werk en bijstand, het Besluit bijstandsverlening zelfstandigen (BBZ), de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ) en de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW). Onder uitkering wordt mede verstaan een inkomensvoorziening als bedoeld in artikel 5 en artikel 24 van de Wet investeren in jongeren (WIJ).

  • 5

    College: Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Castricum.

Artikel 2 Doelstelling

  • 1

    De cliëntenparticipatie WWB/WIJ heeft als doel te bewerkstelligen dat maatschappelijke organisaties en belanghebbenden door zelforganisatie, vanuit een onafhankelijke positie, optimaal betrokken zijn bij de voorbereiding, vaststelling, uitvoering en evaluatie van het gemeentelijk beleid op het gebied van de WWB en de WIJ.

  • 2

    De cliëntenparticipatie WWB/WIJ wordt in de gelegenheid gesteld bij te dragen aan de totstandkoming of verbetering van het gemeentelijk beleid op het gebied van de WWB en de WIJ. Dit beleid zal enerzijds gericht zijn op activiteiten die ondernomen moeten worden ten behoeve van de (toekomstige) deelname op de arbeidsmarkt en anderzijds ter ondersteuning van diegenen die een beroep moeten doen op een uitkering ingevolge de WWB dan wel een inkomensondersteuning ingevolge de WIJ.

Artikel 3 Beleidsterreinen

  • 1

    Geen inhoud aanwezig van lid

  • 2

    Geen inhoud aanwezig van lid

  • 3

    Geen inhoud aanwezig van lid

  • 4

    Geen inhoud aanwezig van lid

Artikel 4 Samenstelling cliëntenplatform

  • 1

    Het cliëntenplatform bestaat uit minimaal 5 en maximaal 9 leden.

  • 2

    Het cliëntenplatform bestaat uit vertegenwoordigers die woonachtig zijn in de gemeente Castricum en de doelgroep uitkeringsgerechtigden en minima vertegenwoordigen en eventueel vertegenwoordigers van belangenorganisaties binnen de gemeente Castricum.Daarbij wordt er gestreefd naar vertegenwoordiging van jongeren binnen het platform.  

  • 3

    Nieuwe leden van het cliëntenplatform worden door het college van burgemeester en wethouders benoemd op voordracht van de leden van het cliëntenplatform. In het geval dat het college van burgemeester en wethouders van de voordracht afwijkt wordt het cliëntenplatform geïnformeerd op welke gronden het college is afgeweken.

  • 4

    Leden van het college van burgemeester en wethouders, raad en ambtenaren die in en voor de gemeente Castricum actief zijn mogen geen deel uitmaken van het cliëntenplatform.

  • 5

    Het lidmaatschap van het cliëntenplatform eindigt door verlies van de hoedanigheid waarin men is benoemd, bij overlijden of door opzegging van het desbetreffende lid. Opzegging dient schriftelijk te gebeuren.

  • 6

    Het cliëntenplatform kiest uit zijn midden een bestuur, bestaande uit een voorzitter, een secretaris en een penningmeester.

Artikel 5 Werkwijze

  • 1

    In het kader van cliëntenparticipatie vraagt het college het cliëntenplatform om advies over zaken die betrekking hebben op de in artikel 3 genoemde beleidsterreinen.

  • 2

    Het cliëntenplatform is gerechtigd uit eigen beweging advies uit te brengen aan het college en aan de raad over zaken die betrekking hebben op de in artikel 3 genoemde beleidsterreinen.

  • 3

    Het cliëntenplatform beantwoordt adviesaanvragen van het college van burgemeester en wethouders gemotiveerd.

  • 4

    Het cliëntenplatform brengt indien mogelijk binnen vier weken na de adviesaanvraag advies uit aan het college. Indien noodzakelijk kan aan het cliëntenplatform gevraagd worden zijn advies op kortere termijn uit te brengen.

  • 5

    In het geval het college in een voorstel aan de gemeenteraad afwijkt van het advies van het cliëntenplatform, wordt dit bij het voorstel vermeld. Hierbij wordt tevens aangegeven op welke gronden van het advies van het cliëntenplatform is afgeweken.

  • 6

    Het college wijst een contactambtenaar cliëntenparticipatie aan als aanspreekpunt voor de communicatie met het cliëntenplatform.

  • 7

    Tussen de portefeuillehouder die belast is met Sociale Zaken en het cliëntenplatform vindt drie keer per jaar overleg plaats

  • 8

    Daarnaast vindt zeven maal per jaar regulier overleg plaats tussen de contactambtenaar en het cliëntenplatform. Indien nodig wordt de contactambtenaar ondersteund door één of meer beleidsambtenaren.

  • 9

    De data van de overleggen als bedoeld in lid 7 en 8 worden jaarlijks vóór 1 januari van het komende jaar vastgesteld.

  • 10

    Een meerderheid van het cliëntenplatform kan het initiatief nemen voor een overleg op een andere datum als bedoeld in lid 9. Dit overleg treedt dan zoveel mogelijk in de plaats van het eerstvolgende overleg als bedoeld in lid 9.

  • 11

    Het reguliere overleg met het cliëntenplatform wordt voorgezeten door de contactambtenaar.

  • 12

    Het reguliere overleg met het cliëntenplatform vindt doorgang als er voldoende deelnemers (de helft of meer) aanwezig zijn en als de contactambtenaar aanwezig is.

  • 13

    Onderwerpen voor de agenda van het reguliere overleg van het cliëntenplatform worden voor het overleg besproken met de contactambtenaar cliëntenparticipatie.

  • 14

    De vergaderstukken, evenals andere relevante informatie voor het reguliere overleg worden, voor zover mogelijk, drie weken voor het geplande overleg aan de deelnemers van het cliëntenplatform verzonden.

  • 15

    Van het overleg en de afspraken met het cliëntenplatform doet de gemeente binnen zes weken schriftelijke rapportage aan het cliëntenplatform. Het college beargumenteert wat er met de adviezen is gedaan.

  • 16

    Door het college wordt zorggedragen dat van de zijde van de gemeente aan het cliëntenplatform de nodige informatie tijdig wordt verstrekt voor het naar behoren functioneren van het cliëntenplatform. Het betreft hier alle informatie die noodzakelijk is om beleid en uitvoering te begrijpen en ontwikkelingen en wijzigingen te kunnen volgen.

  • 17

    Het staat het cliëntenplatform vrij om specifieke doelgroepen te betrekken bij het cliëntenplatform, zo lang dit voor de behandeling van actuele onderwerpen van belang is.

  • 18

    De voorzitter van het cliëntenplatform kan tijdens het overleg met de contactambtenaar besluiten tot mondelinge inspraak van individuele cliënten.

  • 19

    Het cliëntenplatform stelt na afloop van een kalenderjaar een jaarverslag en een financieel verslag op. Bovengenoemde verslagen dienen binnen 3 maanden na afloop van het kalenderjaar (vóór 1 april) te worden ingediend bij het college. Evaluatie door het college vindt jaarlijks vóór 1 mei plaats.

  • 20

    De subsidieaanvraag en de daarbij behorende begroting en het activiteitenplan dienen vóór 1 mei van het jaar, voorafgaand aan het jaar waarop de aanvraag betrekking heeft, te worden ingediend bij het college. Afhandeling vindt plaats conform de algemene subsidieverordening.

Artikel 6 Faciliteiten

  • 1

    De leden van het cliëntenplatform ontvangen jaarlijks een algemene onkostenvergoeding. Het college van burgemeester en wethouders stelt jaarlijks deze vergoeding vast.

  • 2

    Het college van burgemeester en wethouders stelt aan het cliëntenplatform middelen ter beschikking voor de volgende activiteiten: a. gemaakte onkosten van de leden van het platformb. vergoeding voor deskundigheidsbevordering; c. aanschaf van documentatie, literatuur en vaktijdschriften; d. faciliteiten voor het verzorgen van voorlichting en pr; Vergoeding speciale voorzieningen in verband met handicap (ringleiding, speciale leesvormen, doventolk).  

  • 3

    Het college van burgemeester en wethouders stelt het cliëntenplatform in de gelegenheid gebruik te maken van de volgende faciliteiten van het gemeentehuis: a. kopieerapparaat; b. postverwerking;c. vergaderruimte. 

  • 4

    Deze middelen worden zodanig ter beschikking gesteld dat het cliëntenplatform redelijkerwijs in staat kan worden geacht namens een brede achterban gemeenschappelijke belangen te behartigen.

  • 5

    De subsidie en de faciliteiten worden jaarlijks toegekend op basis van de subsidieaanvraag en de daarbij behorende begroting en het activiteitenplan van het cliëntenplatform (zie ook artikel 5 lid 20).

  • 6

    Voor niet-reguliere activiteiten kan een incidentele subsidie worden toegekend.

Artikel 7 Beslissing van het college in gevallen waarin de verordening niet voorziet

In gevallen die de uitvoering van deze verordening betreffen en waarin deze verordening niet voorziet, beslist het college.

Artikel 8 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand (WWB) en Wet investeren in jongeren (WIJ) 2010 ".

Artikel 9 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van 15 juni 2010, onder gelijktijdige intrekking van de Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand 2008.

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Castricum op 3 juni 2010

de griffier,                                           de voorzitter,

 

mr. V.H. Hornstra                             A. Emmens-Knol