Beleidsregels ontheffing fietsen binnen de voetgangerszone

Artikel 1. Begrippen

In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

• 1.

  Aanvrager: de persoon door of namens wie de aanvraag om toekenning van een ontheffing wordt gedaan; Bij aanvraag door een gemachtigde wordt hieronder als aanvrager verstaan degene op wiens naam de ontheffing is verleend;

• 2.

  Afgesloten voetgangersgebied: het deel van Bergschenhoek centrum en Berkel en Rodenrijs centrum dat op basis van verkeersbesluiten als voetgangerszone met een uitzondering gedurende venstertijden is ingesteld;

• 3.

  Venstertijden: de tijdsperiode waarop het in- en uitrijden van het afgesloten voetgangersgebied zonder ontheffing is toegestaan;

• 4.

  Motorvoertuig: hetgeen daaronder wordt verstaan in het RVV 1990 met inbegrip van een brommobiel en bromfiets;

• 5.

  Ontheffing: een schriftelijke beschikking dat een verkeersmaatregel als bedoeld in artikel 87 van het RVV 1990, niet geldt voor de houder van deze schriftelijke beschikking. Aan een ontheffing kunnen voorwaarden verbonden worden.

Artikel 2. Procedure

• 1.

  Vrijstellingen en ontheffingen

  Een vrijstelling voetgangerszone wordt verleend aan houders van een gehandicaptenparkeerkaart (bestuurder of passagier).

  Een ontheffing voetgangerszone kan worden verleend aan gebruikers die aantoonbaar afhankelijk van hun fiets zijn om zich voor te kunnen bewegen, bijvoorbeeld d.m.v. aangepaste fietsen t.b.v. mensen met een fysieke beperking, driewielfietsen, duofietsen etc.

• 2.

  Aanvraag

  Een ontheffing voetgangerszone vraagt men per ontheffing digitaal aan via het digitale formulier op De website gemeente Lansingerland.

• 3.

  Medische verklaring

  Voor een ontheffing is een medische verklaring noodzakelijk. Dit is een ondertekende verklaring van de huisarts of specialist. In deze medische verklaring moet tenminste staan dat gebruiker afhankelijk is van een fiets voor het verplaatsen over korte (tot 100 meter) afstanden.

• 4.

  Onvolledigheid ingediende bescheiden

  Indien de aanvraag niet voldoet aan de gestelde eisen, dan versturen we een verzoek aan de aanvrager, binnen twee weken na ontvangst van de aanvraag, om de aanvraag binnen twee weken nadat hem dit is medegedeeld, aan te vullen of te verbeteren. Voldoet de aanvrager niet aan dit verzoek, dan nemen we de aanvraag niet in behandeling.

• 5.

  Besluitvorming

  • a)

    Het college van B& W beslist binnen zes weken na volledigheid van de aanvraag ontheffing voetgangerszone.

  • b)

    Het college van B& W kan de beslissing met redenen omkleed verdagen. De aanvrager stellen we hiervan, voor afloop van de onder a. genoemde termijn, schriftelijk in kennis. Daarbij wordt een zo kort mogelijke termijn genoemd waarbinnen men de beslissing op de aanvraag tegemoet kan zien.

  • c)

    Van de beslissing tot honorering of afwijzing van de aanvraag stellen we de aanvrager digitaal via een mail in kennis. Bij honorering van de aanvraag ontvangt de aanvrager een fysieke ontheffingskaart.

• 6.

  Bekendmaking toekenning ontheffing

  • a)

    Het besluit tot toekenning publiceren we niet omdat het verkeersbesluit (en eventuele wijzigingen) dat eraan ten grondslag ligt in een eerder stadium is gepubliceerd.

  • b)

    Tegen het besluit tot toekenning of afwijzing kan alleen de aanvrager of diens gemachtigde bezwaar aantekenen.

• 7.

  Uitvoering

  We stellen de aanvrager digitaal met een mail op de hoogte van het besluit. Bij toekenning ontvangt ontheffingshouder een fysieke ontheffingskaart verzonden per post of het is volgens afspraak af te halen bij de balie van het gemeentehuis Lansingerland.

• 8.

  De geldigheidsduur

  De geldigheidsduur van een ontheffing is bepaald op 5 jaar en is hiermee gelijk gesteld met de geldigheidsduur van een gehandicaptenparkeerkaart. De ingangsdatum kan op ieder moment plaatsvinden.

Artikel 3. Ontheffing en vignet

Op de ontheffing staan:

• 1.

  De gegevens van de aanvrager;

• 2.

  De datum waarop of vanaf wanneer de ontheffing van kracht is;

• 3.

  Indien van toepassing: de tijdsduur waarop de ontheffing van kracht is;

• 4.

  De aan de ontheffing verbonden voorschriften en beperkende bepalingen.

Op het optioneel te verstrekken vignet staan:

• 1.

  De artikelen waarvoor de ontheffing is verleend;

• 2.

  De datum of het tijdsbestek waarop de ontheffing van kracht is;

Artikel 4. Intrekken of wijzigen van de ontheffing

Het college kan de ontheffing intrekken of wijzigen:

• 1.

  Op verzoek van de ontheffinghouder;

• 2.

  Wanneer voor het betreffende gebied de voetgangerszone komt te vervallen;

• 3.

  Wanneer de ontheffinghouder niet of niet tijdig aan zijn betalingsverplichting voor zijn ontheffing

• 4.

  heeft voldaan;

• 5.

  Wanneer de ontheffinghouder handelt in strijd met de aan de ontheffing verbonden voorschriften;

• 6.

  Bij geconstateerd misbruik door een daartoe bevoegd ambtenaar;

• 7.

  Wanneer blijkt dat bij de aanvraag van de ontheffing onjuiste gegevens zijn verstrekt;

• 8.

  Om redenen van openbaar belang en of de verkeersveiligheid.

Artikel 5. Voorschriften

De volgende algemene voorschriften zijn van toepassing op verstrekte ontheffingen:

• 1.

  Van de ontheffing en het vignet mogen geen kopieën of andere afdrukken worden gemaakt; Indien dit wordt geconstateerd wordt het vignet ingenomen en de ontheffing ingetrokken.

• 2.

  De ontheffing moet op eerste vordering van daartoe bevoegde ambtenaren aan deze ter inzage worden gegeven. De houder dient derhalve de ontheffing, bij gebruik ervan, bij zich te dragen;

• 3.

  De houder mag bij het gebruik van de ontheffing de omgeving en het overige verkeer niet in gevaar brengen (o.a. Wegenverkeerswet artikel 5);

• 4.

  Indien de houder een fysiek vignet heeft ontvangen dient dit ten behoeve van controle altijd volledig en goed zichtbaar op het voertuig te zijn geplaatst;

• 5.

  Specifieke voorschriften: aan de ontheffing kunnen specifieke voorschriften worden toegevoegd.

Artikel 6. Handhaving

De volgende algemene voorschriften zijn van toepassing op verstrekte ontheffingen:

• 1.

  Handhaving vindt plaats op basis van de Wegenverkeerswet artikel 150, lid 1 en lid 2, en artikel 160 lid 1, lid 2 en lid 3 en de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften.

• 2.

  De handhaving wordt uitgeoefend door daartoe bevoegde ambtenaren en de politie.

Artikel 7. Overige bepalingen

• 1.

  Voor het in behandeling nemen van de aanvraag ontheffing voetgangerszone is de aanvrager leges verschuldigd. De hoogte van de leges is vermeld in de tarieventabel, behorende bij de gemeentelijke legesverordening Lansingerland. De gemeentelijke legesverordening wordt jaarlijks vastgesteld.

Artikel 8. Inwerkingtreding

Deze beleidsregels treden in werking met ingang van de dag na openbare bekendmaking ervan.