Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Stadskanaal

verordening nadeelcompensatie gemeente Stadskanaal 2023

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieStadskanaal
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingverordening nadeelcompensatie gemeente Stadskanaal 2023
Citeertitelverordening nadeelcompensatie gemeente Stadskanaal 2023
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer
Eigen onderwerpnadeelcompensatie

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt de Procedureverordening voor advisering tegemoetkoming in planschade 2008

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2024nieuwe regeling

21-11-2022

gmb-2023-184677

Z-22-097728/D/22/263581

Tekst van de regeling

Intitulé

verordening nadeelcompensatie gemeente Stadskanaal 2023

De raad van de gemeente Stadskanaal;

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 4 november 2022, nr. Z-22-097728/D/22/263581;

 

gelet op

  • a.

    de artikelen 108 en 149 van de Gemeentewet,

  • b.

    titel 4.5 van de Algemene wet bestuursrecht en

  • c.

    afdeling 15.1 van de Omgevingswet;

 

b e s l u i t :

De verordening nadeelcompensatie gemeente Stadskanaal 2023 vast te stellen.

 

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    aanvrager: degene die een aanvraag om tegemoetkoming in de schade indient;

  • b.

    adviseur: een door het bestuursorgaan aan te wijzen deskundige;

  • c.

    adviescommissie: een schadebeoordelingscommissie, bestaande uit meerdere adviseurs;

  • d.

    belanghebbenden:

    • 1.

      degene die de activiteit verricht en met wie een overeenkomst als bedoeld in artikel 13.3c, eerste lid, van de Omgevingswet is gesloten, en

    • 2.

      als sprake is van een schadeveroorzakend besluit naar aanleiding van een aanvraag, zoals geregeld in artikel 13.3d van de Omgevingswet: de aanvrager van dat besluit of degene die de toegestane activiteit verricht.

  • e.

    bestuursorgaan: het bestuursorgaan van de gemeente die bevoegd is te beslissen op de aanvraag om tegemoetkoming in schade;.

 

Artikel 2. Toepassingsbereik

  • 1.

    Deze verordening heeft betrekking op aanvragen om schadevergoeding als bedoeld in artikel 4:126, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht, waarvan de aanvrager stelt dat die wordt veroorzaakt door een bestuursorgaan van de gemeente.

  • 2.

    Deze verordening heeft geen betrekking op aanvragen om schadevergoeding waarop een bijzondere schadevergoedingsregeling van toepassing is.

 

Artikel 3. Heffen recht

  • 1.

    Voor het in behandeling nemen van de aanvraag om schadevergoeding wordt een recht van € 300,- geheven.

  • 2.

    Het bestuursorgaan wijst de indiener van de aanvraag op de verschuldigdheid van het recht en deelt hem mee dat het verschuldigde bedrag binnen vier weken na de dag van verzending van de mededeling dient te zijn bijgeschreven op de rekening van de gemeente dan wel op de aangegeven plaats dient te zijn gestort. Indien het bedrag niet binnen deze termijn is bijgeschreven of gestort, verklaart het bestuursorgaan de aanvraag niet-ontvankelijk, tenzij redelijkerwijs niet kan worden geoordeeld dat de indiener in verzuim is geweest.

  • 3.

    Indien op de aanvraag positief wordt beslist, storten burgemeester en wethouders aan de indiener het door hem betaalde recht terug.

 

Artikel 4. Aanvraag

  • 1.

    De aanvrager van schadevergoeding maakt gebruik van een door het bestuursorgaan vastgesteld (elektronisch) formulier.

  • 2.

    In aanvulling op artikel 4:127 van de Algemene wet bestuursrecht bevat een aanvraag mede:

    • a.

      als het schade betreft wegens winst- of inkomstenderving: jaarrekeningen over het jaar waarin schade is geleden en voor zover van toepassing de drie daaraan voorafgaande jaren en de aanslagen vennootschapsbelasting of inkomstenbelasting, of

    • b.

      als het schade betreft wegens gederfde huurinkomsten: een afschrift van de huurovereenkomst of gebruiksovereenkomst en een eigendomsakte.

 

Artikel 5. Inschakeling van een adviseur of adviescommissie

  • 1.

    Advies bij een adviseur of adviescommissie wordt slechts ingewonnen voor zover dat noodzakelijk is om op de aanvraag om schadevergoeding te kunnen beslissen.

  • 2.

    Advies als bedoeld in het eerste lid, wordt niet ingewonnen als:

    • a.

      de aanvraag kennelijk ongegrond is, omdat zich kennelijk een weigeringsgrond voordoet als bedoeld in artikel 4:126, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht;

    • b.

      de schade kennelijk niet kan worden toegerekend aan een door een bestuursorgaan van de gemeente Stadskanaal genomen besluit of verrichte handeling;

    • c.

      de aanvraag naar het oordeel van het bestuursorgaan voldoende gelijkenis vertoont met andere aanvragen waarvoor al advies is uitgebracht;

    • d.

      het in de aanvraag genoemde bedrag aan schadevergoeding minder bedraagt dan € 500,- voor natuurlijke personen en € 1.000,- voor rechtspersonen;

    • e.

      naar het oordeel van het bestuursorgaan in de gemeentelijke organisatie voldoende deskundigheid voor de beoordeling van de aanvraag aanwezig is.

  • 3.

    Het besluit om de aanvraag af te wijzen zonder inschakeling van een adviseur of adviescommissie wordt genomen binnen vier weken na ontvangst van de aanvraag, onderscheidenlijk binnen acht weken nadat de termijn verstreken is gedurende welke de aanvrager de aanvraag kon aanvullen.

  • 4.

    Een adviseur of adviescommissie kan worden benoemd als:

    • a.

      vaste adviseur of adviescommissie, benoemd door burgemeester en wethouders voor een termijn van maximaal vier jaar met de mogelijkheid tot herbenoeming voor maximaal vier jaar; of

    • b.

      tijdelijke adviseur of adviescommissie voor advisering met betrekking tot een of meer aanvragen.

 

Artikel 6. Wrakingsregeling

  • 1.

    Indien geen toepassing wordt gegeven aan artikel 5, tweede lid benoemt het bestuursorgaan binnen acht weken na het verstrijken van de termijnen als bedoeld in artikel 5, derde lid een adviseur of een adviescommissie.

  • 2.

    Voorafgaand aan de benoeming van de adviseur of de adviescommissie zendt het bestuursorgaan de aanvrager en belanghebbenden een mededeling over het voornemen een adviseur of adviescommissie te benoemen.

  • 3.

    De aanvrager en de belanghebbenden kunnen binnen twee weken na de mededeling als bedoeld in het tweede lid schriftelijk en gemotiveerd een verzoek tot wraking van de adviseur of van (leden van) de adviescommissie bij het bestuursorgaan indienen.

  • 4.

    Het bestuursorgaan beslist binnen twee weken na het verstrijken van de in het vijfde lid bedoelde termijn over een ingediend verzoek tot wraking.

 

Artikel 7. Werkwijze van de adviseur of adviescommissie

  • 1.

    De adviseur of de voorzitter van de adviescommissie stelt de aanvrager, het bestuursorgaan en de belanghebbenden in de gelegenheid een toelichting te geven, dan wel een standpunt over de aanvraag kenbaar te maken.

  • 2.

    Indien dit voor het uitbrengen van het advies nodig is, wordt door de adviseur of de adviescommissie de situatie ter plaatse bezichtigd. Het tijdstip waarop deze plaatsopneming plaatsvindt wordt bepaald door de adviseur of de voorzitter van de adviescommissie.

  • 3.

    Alvorens een advies uit te brengen zendt de adviseur of de voorzitter van de adviescommissie binnen zestien weken na de dagtekening van de opdracht tot advisering een concept daarvan aan het bestuursorgaan, aan de aanvrager en aan de belanghebbenden. De adviseur of de voorzitter van de adviescommissie kan deze termijn onder opgaaf van redenen met een daarbij aan te geven termijn verlengen.

  • 4.

    De aanvrager, het bestuursorgaan en de belanghebbenden worden in de gelegenheid gesteld om binnen vier weken na de toezending van het conceptadvies schriftelijk hierop te reageren.

  • 5.

    In het geval tijdig reacties zijn ingediend, brengt de adviseur of de adviescommissie binnen vier weken na het verstrijken van de in het vierde lid bedoelde termijn een advies uit aan het bestuursorgaan, waarbij de betreffende reacties zijn betrokken.

  • 6.

    In het geval geen of niet tijdig reacties zijn ingediend, brengt de adviseur of de adviescommissie binnen twee weken na het verstrijken van de in het vierde lid bedoelde termijn een advies uit aan het bestuursorgaan.

 

Artikel 8. Beslissing op de aanvraag

  • 1.

    Het bestuursorgaan beslist binnen acht weken na ontvangst van het advies op de aanvraag en maakt dit besluit binnen deze termijn, onder toezending van het advies, bekend aan de aanvrager en de belanghebbenden.

  • 2.

    Het bestuursorgaan kan de in het eerste lid bedoelde beslissing eenmaal voor ten hoogste vier weken verdagen.

 

Artikel 9. Uitbetaling

Bij geheel of gedeeltelijke toewijzing van een aanvraag om schadevergoeding wordt de toegewezen schadevergoeding uiterlijk betaald bij het onherroepelijk worden van het besluit op de aanvraag om schadevergoeding.

 

Artikel 10. Inwerkingtreding, intrekking en citeertitel

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking gelijk met de inwerkingtreding van de Wet houdende regels over het beschermen en benutten van de fysieke leefomgeving (Omgevingswet) en titel 4.5 van de Algemene wet bestuursrecht, onder gelijktijdige intrekking van de Procedureverordening voor advisering tegemoetkoming in planschade 2008.

  • 2.

    Deze verordening wordt aangehaald als: verordening nadeelcompensatie gemeente Stadskanaal 2023.

 

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 21 november 2022.

De raad

de heer K. Willems

raadsgriffier