Organisatie | Rotterdam |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Subsidieregeling Jeugdpreventie Rotterdam 2024 |
Citeertitel | Subsidieregeling Jeugdpreventie Rotterdam 2024 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | onderwijs |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervalt op 1 janauri 2025.
Subsidieverordening Rotterdam 2014
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
27-04-2023 | nieuwe regeling | 18-04-2023 | 2023, nummer 67 |
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam;
gelezen het voorstel van de wethouder Welzijn, Samenleven, Sport en Digitale Inclusie van 18 april 2023 registratienummer M2304-529;
gelet op artikel 3, derde lid, artikel 4, tweede lid, artikel 7, derde lid, van de SVR 2014;
overwegende, dat het gewenst is om de inzet van preventieve innovaties en effectieve preventieve interventies die gericht zijn op het versterken van perspectief en het voorkomen van problematiek bij jeugdigen en ouders, bijdragend aan veilig, gezond en kansrijk opgroeien, op het gebied van lokaal jeugdbeleid, te stimuleren;
Deze subsidieregeling is uitsluitend van toepassing op de verstrekking van subsidie voor de in artikel 3 bedoelde activiteiten.
Artikel 3 Te subsidiëren activiteiten
Subsidie kan worden verstrekt aan aanbieders met rechtspersoonlijkheid die preventieve innovaties of preventieve interventies bieden aan:
Voor subsidieverlening op grond van deze regeling geldt voor de periode van 1 januari 2024 tot en met 31 december 2024 een subsidieplafond van € 11.340.000. Dit bedrag is uitgesplitst naar de volgende deelplafonds:
Artikel 8 Beoordelingscriteria
Subsidieaanvragen worden elektronisch ingediend door invulling van het door het college vastgestelde aanvraagformulier op de website https://www.rotterdam.nl/loket/subsidie-jeugdpreventie-2024/ .
Artikel 10 Subsidieverplichtingen
Voor de subsidieontvanger gelden de volgende verplichtingen:
de ontvanger van een subsidie voor preventieve innovatie werkt er op eerste verzoek van het college onverwijld aan mee dat de resultaten voortvloeiend uit hetgeen met de subsidie is gefinancierd, voor de gemeente en derden vrij toegankelijk worden gemaakt, door in ieder geval mee te werken aan het tot stand komen van een overeenkomst waarin aan het college om niet wordt verleend:
een alomvattend, eeuwigdurend, onherroepelijk, ongelimiteerd, niet aan een specifiek doel gebonden, gebruiks-, verveelvoudigings-, openbaarmakings- en wijzigingsrecht op alle, al dan niet afgeronde, resultaten voortvloeiend uit hetgeen direct, indirect, deels of volledig met de subsidie is gefinancierd; en
het niet in omvang beperkte recht om derden, waaronder in ieder geval begrepen, inwoners, samenwerkingspartners en uitvoeringsorganisaties, sub-licenties te verlenen op het gebruik van de, al dan niet doorontwikkelde of door hen door te ontwikkelen, resultaten, zonder enige tegenwerping van intellectuele-eigendomsrechten.
de ontvanger van een subsidie voor preventieve innovatie verzoekt na afloop van de innovatieperiode erkenning door een landelijke databank als bedoeld in bijlage 2 op minimaal het niveau theoretisch goed onderbouwd, of start een wetenschappelijk onderzoek dat gericht is op erkenning van de innovatie.
Artikel 11 Verantwoording en monitoring
De subsidieontvanger levert, de monitoringsitems, genoemd in bijlage 1 bij deze regeling, gelijktijdig aan met de eindrapportage en eventuele tussentijdse rapportages. Hierbij maakt de subsidieontvanger gebruik van het verplichte monitoringformat dat door het college wordt bijgevoegd bij de verleningsbeschikking.
De ontvanger van een subsidie voor preventieve innovatie, levert bij de eindrapportage een theoretisch goed onderbouwde beschrijving van de aanpak of interventie in. Daarnaast levert deze subsidieontvanger een update van de voortgang in, dan wel het resultaat van indiening van de interventie bij een landelijke databank voor effectieve interventies, genoemd in bijlage 2 van deze regeling.
Aldus vastgesteld in de vergadering van 18 april 2023
De secretaris,
V.J.M. Roozen
De burgemeester,
A. Aboutaleb
Dit gemeenteblad ligt ook ter inzage bij het Concern Informatiecentrum Rotterdam (CIC): 010-267 2514 of bir@rotterdam.nl
Bijlage 1 - Monitoringsitems als bedoeld in artikel 11 van de Subsidieregeling Jeugdpreventie Rotterdam 2024
Bijlage 2 - Overzicht van landelijke databanken met effectieve interventies als bedoeld in artikel 8, 10 en 11 van de Subsidieregeling Jeugdpreventie Rotterdam 2024
Rotterdamse kinderen en jongeren groeien kansrijk, veilig en gezond op. Dat is sinds 2015 dé ambitie die Rotterdam heeft voor de jeugd. In dat jaar werd de basis voor het huidige jeugdbeleid gelegd met het Beleidskader Jeugd ‘Rotterdam Groeit’. De gemeente zet daarbij in op het versterken van perspectief en het voorkomen van problematiek. In de Beleidsnotitie Subsidiekader Jeugdpreventie 2024 ‘Versterken en Voorkomen’ is vervolgens bepaald dat we dit doen door effectieve preventieve inzet te subsidiëren via deze subsidieregeling. De inzet is gericht op beschermende factoren en risicofactoren die volgens de wetenschap een rol spelen in de ontwikkeling van jeugdigen, zoals bijeengebracht in het Rotterdamse Factorenmodel waarbij effectiviteit en onderbouwing voorop staan.
In dit artikel wordt aangegeven dat deze subsidieregeling uitsluitend van toepassing is op het stimuleren van effectieve preventieve interventies, of preventieve innovaties op het gebied van lokaal jeugdbeleid. Dit geschiedt door middel van verstrekking van subsidie voor de in artikel 3 bedoelde activiteiten.
Thema’s die en bijbehorend aanbod dat uitdrukkelijk niet onder het Subsidiekader Jeugdpreventie vallen, zijn:
Artikel 3 Te subsidiëren activiteiten
Het college wenst alleen preventieve innovaties of preventieve interventies te subsidiëren die gericht zijn op het versterken van perspectief en het voorkomen van problematiek bij de doelgroep jeugdigen, opvoeders en ouders binnen en buiten Rotterdam.
Het is de wens van het college om alleen subsidie te verstrekken aan rechtspersonen die preventieve aanpakken of interventies uitvoeren. Het gaat hierbij primair om een aanbod voor jeugdigen tot 18 jaar uit de gemeente Rotterdam of om universeel preventief aanbod voor jeugdigen die naar Rotterdamse scholen voor voortgezet onderwijs of middelbaar beroepsonderwijs gaan, maar zelf niet in Rotterdam wonen en hun ouders. Als uitzondering houdt het college bij het subsidiethema opvoedvaardigheden de mogelijkheid open voor inzet voor aanstaande ouders bij wie uiterlijk een maand voor de bevalling een behoefte aan het verwerven van opvoedvaardigheden wordt vastgesteld.
Bij het subsidiethema middelengebruik is een aanbod mogelijk voor jeugdigen tot 23 jaar.
Het college onderscheidt een drietal categorieën subsidiabele kosten. Deze staan in dit artikel vermeld.
Tegen de achtergrond van de eindigheid van de voor 2024 beschikbare middelen, heeft het college voor de preventieactiviteiten een subsidieplafond vastgesteld. Dit valt uiteen in een tweetal deelplafonds, die zijn vermeld in artikel 6.
Het college heeft voor de in artikel 3 vermelde subsidiecategorieën verschillende wijzen van verdeling opgesteld. Deze zijn uitgewerkt in artikel 7. Voor de categorie preventieve innovaties geldt dat volledige aanvragen die tijdig zijn ingediend, op volgorde van binnenkomst worden verdeeld, waarbij eerdere aanvragen voorrang hebben boven latere. Voor de categorie preventieve interventies geldt een tendersysteem, waarbij de in artikel 8 vermelde maximale puntenscores de uiteindelijke rangschikking bepalen.
Artikel 8 Beoordelingscriteria
Het college hanteert een viertal inhoudelijke beoordelingscriteria voor subsidieaanvragen voor preventieve innovaties en een vijftal voor preventieve interventies. In de beschikkingen die naar aanleiding van de aanvragen voor preventieve interventies worden genomen licht het college de puntenscores op de afzonderlijke onderdelen die maximaal 30 punten kunnen bedragen en daarmee de eindscore, toe.
Bij het vijfde criterium voor preventieve interventies beoordeelt het college onder andere of de loonkosten van bijvoorbeeld begeleiders marktconform zijn.
Voor een aanvraag, stelt het college aanvraagformulieren verplicht die gepubliceerd zijn op https://www.rotterdam.nl/loket/subsidie-jeugdpreventie-2024/ onder het kopje ‘meesturen’. Deze formulieren moeten vervolgens op het vermelde webadres worden ingediend via de knop ‘aanvragen subsidie’.
Volgens de regels van de SVR 2014 voor eenmalige subsidies dient subsidie voor preventieve innovatie uiterlijk 12 weken voor het tijdstip van aanvang van de innovatie te worden aangevraagd. Om een aanvang direct op 1 januari 2024 mogelijk te maken, is een aanvraag op uiterlijk 30 september 2023 noodzakelijk. In verband met de vereiste voorbereidingstijd van de aanvragen is een ruime aanvraagtermijn, vanaf de datum van inwerkingtreding, opgenomen.
Subsidie voor preventieve innovatie kan niet voor een langere periode dan maximaal één kalenderjaar worden aangevraagd.
Subsidie voor preventieve interventie kan echter ieder jaar opnieuw voor het opeenvolgende kalenderjaar worden aangevraagd,
Artikel 10 Subsidieverplichtingen
De subsidieontvanger dient invulling te geven aan de in dit artikel vermelde subsidieverplichtingen, waaronder het uitsluitend inzetten van uitvoerende medewerkers met een geldige Verklaring Omtrent het Gedrag. Ook dient de ontvanger van een eenmalige subsidie voor innovatie op grond van het bepaalde in artikel 10, op eerste verzoek van het college mee te werken aan een uitvoeringsovereenkomst op basis waarvan de gemeente zeker stelt dat zij als subsidieverlener in staat zal zijn om de resultaten van de subsidie op onbeperkte schaal te gebruiken, of door nader aan te wijzen derden te laten gebruiken.
Ten slotte moet de ontvanger van een subsidie voor preventieve innovatie na afloop van de innovatieperiode erkenning door een landelijke databank zoals genoemd in bijlage 2 verzoeken op minimaal het niveau ‘theoretisch goed onderbouwd’ Of wetenschappelijk onderzoek starten gericht op erkenning van de innovatie.
Artikel 11 Verantwoording en monitoring
Het college hecht er aan inzicht te verkrijgen in de resultaten, de effecten van de activiteiten, het bereik en de leeropbrengst van de activiteiten. Hierbij hoort onder andere een verplichte rapportage over de resultaten in termen van aantallen aanwezige deelnemers en het bereiken van hun leerdoelen. Maar ook over de effecten in termen van de gevoelsmatige gevolgen van de training op de deelnemers en de verhoging van hun kennisniveau over bepaalde risicofactoren zoals alcoholgebruik. De subsidieontvanger dient deze gegevens tijdig bij het college in te dienen op basis van een verplicht monitoringsformat.