Beleidsregels Leerlingenvervoer gemeente Hoorn 2023

Artikel 1. Gehandicapte leerling (Verordening leerlingenvervoer artikel 1, gehandicapte leerling)

Wanneer in de verordening gesproken wordt over een beperking of een handicap, wordt daarmee altijd een structurele beperking of handicap bedoeld. Wanneer een leerling vanwege herstel of revalidatie langer dan 3 maanden afhankelijk is van een rolstoel en/of krukken, kan er een beroep worden gedaan op het leerlingenvervoer op grond van de hardheidsclausule. De gemeente kan een vervoersvoorziening geven voor de duur van het herstel en/of de revalidatie.

De te verwachten periode van de tijdelijke handicap dient aangetoond te worden door middel van een schriftelijk bewijsstuk dat wordt afgegeven door de medisch specialist of behandelend arts.

Het college behoudt zich het recht voor het advies van andere deskundigen bij de beoordeling te betrekken. De kosten van de verklaring(en) en het eventuele advies zijn voor rekening van de aanvrager.

Artikel 2. Aangepast vervoer naar een opvangadres (Verordening Leerlingenvervoer artikel 1. woning)

Op verzoek van de ouder/verzorger is vervoer naar één opvanglocatie mogelijk indien:

• 1.

  het adres op de route van huis naar school (of andersom) ligt en tot maximaal 1 kilometer (enkele reisafstand) moet worden omgereden; en

• 2.

  geen plaatsing in een ander (taxi)busje noodzakelijk is; en

• 3.

  de opvang op een vast adres en vaste dagen per week, of volgens rooster, plaatsvindt volgens een ruim van tevoren aangegeven schema; en

• 4.

  een volwassene ter plekke aanwezig is om de leerling op te vangen. De chauffeur moet de leerling aan de volwassene kunnen overdragen bij de taxi(bus).

Artikel 3. Ernstige benadeling van het gezin (Verordening leerlingenvervoer artikel 12 lid 1c en 18 lid 1c).

Er is sprake van ernstige benadeling van het gezin als:

• 1.

  de begeleiding van de leerling naar school de begeleider meer dan 3 uur per dag kost. De tijdsduur wordt gebaseerd op basis van 9292OV.nl exclusief 10 minuten wachttijd voor aanvang van de school en na uitgaan van de school.

• 2.

  het een eenoudergezin betreft waarin een 2e kind jonger dan 9 jaar aanwezig is, dat nog niet zelfstandig (of onder begeleiding van iemand uit het netwerk) naar school kan gaan.

• 3.

  De ouder van een één-oudergezin kan aantonen dat hij/zij het werk / inburgering niet langer kan uitoefenen als hij/zij zorg moet dragen voor de begeleiding van en naar school van de leerling. Hiervoor dient een werkgeversverklaring overlegd te worden, met een weekrooster en werktijden. Ook het volgen van een voltijdsopleiding wordt voor een ouder van een één-oudergezin gelijkgesteld met werk / inburgering. In deze situatie moet een inschrijfbewijs en het lesrooster overgelegd worden;

• 4.

  Er structurele medische redenen zijn die beide ouders belemmeren hun kind te begeleiden. Dit moet worden vastgesteld door een medisch deskundige (niet zijnde de huisarts).

Artikel 4. Fietsafstand (Verordening leerlingenvervoer artikel 10 lid 2 en artikel 16 lid 3)

Voor bekostiging per fiets (indien nodig met begeleiding) voor een leerling in het primair onderwijs gelden de volgende maximale afstanden:

• 1.

  tot 6 kilometer voor een leerling van 4 t/m 8 jaar (indien nodig bij ouder achterop).

• 2.

  tot 7 kilometer voor een leerling van 9 jaar.

• 3.

  tot 9 kilometer voor een leerling van 10 jaar.

• 4.

  tot 11 kilometer voor een leerling van 11 jaar en ouder.

Van kinderen van 10 jaar en ouder wordt verwacht dat zij zelfstandig kunnen fietsen. Dit wordt gezien als voorbereiding op het voortgezet onderwijs.

Artikel 5. Wisselende schooltijden (Verordening leerlingenvervoer artikel 1. vervoersvoorziening)

De verordening Leerlingenvervoer bepaalt dat aangepast vervoer slechts wordt georganiseerd in aansluiting op schooltijden zoals genoemd in het schoolplan. Het vervoer bij incidenteel wisselende of afwijkende schooltijden die niet in het schoolplan staan, behoort niet tot de gemeentelijke taak, maar tot de verantwoordelijkheid van de ouders. Voor afwijkende tijden (die niet in het schoolplan staan), in verband met bijvoorbeeld schoolreisjes, sportdagen, uitvaluren of laatste schooldag worden geen extra taxiritten ingezet.

Artikel 6. Vervoer van en naar regulier voortgezet onderwijs (Verordening leerlingenvervoer artikel 1. Vervoersvoorziening)

Leerlingen van regulier voortgezet onderwijs volgen lessen volgens een lesrooster met verschillende begin- en eindtijden. Dit lesrooster is vastgesteld voor een bepaalde periode. Leerlingen van regulier voortgezet onderwijs, die recht hebben op aangepast leerlingenvervoer, worden gecombineerd vervoerd met leerlingen van scholen met een vaste begin- en eindtijd die vastgelegd zijn in het schoolplan. Deze vaste begin- en eindtijden zijn bepalend voor de begin- en eindtijd van de route. Wanneer de leerling die regulier voortgezet onderwijs volgt later begint dan de begintijd van de route, wordt de leerling geacht met de reguliere route mee te reizen en op school te wachten. Ditzelfde geldt als de leerling ’s middags eerder uit is dan de reguliere route. Dan dient de leerling op de reguliere route te wachten. De wachttijd hiervoor bedraagt maximaal twee lesuren. Er wordt voortdurend naar gestreefd om de routes van diverse scholen optimaal te combineren om de wachttijd zo veel mogelijk te beperken.

Artikel 7. Combineren van vergoedingen (Verordening leerlingenvervoer artikel 1. vervoersvoorziening)

Het is mogelijk om per leerling meerdere vervoersvoorzieningen (en – vergoedingen) te verstrekken. Bijvoorbeeld als:

• 1.

  ouders één of meerdere dagen in staat zijn de leerling met eigen vervoer te brengen en de leerling de overige dagen gebruik maakt van aangepast vervoer.

• 2.

  de leerling in staat is om een deel van de reis te fietsen (bijvoorbeeld naar het station) om daarna verder met het openbaar vervoer te reizen.

• 3.

  de leerling in de zomer naar school kan fietsen en in de winter niet.

De gemeente mag kiezen voor de goedkoopste oplossing.

Artikel 8. Onderwijs/zorg locaties (Verordening leerlingenvervoer artikel 9. Onderwijs/zorg locaties)

Bij locaties waar zowel onderwijs als zorg wordt verstrekt kan alleen aanspraak op leerlingenvervoer ontstaan als het onderwijs deel meer dan 50% van de tijd omvat. Ouders dienen dit indien nodig aan te tonen door het overleggen van een onderwijsperspectiefplan (OPP) en de beschikking voor het zorgdeel.

Artikel 9. Stage (Verordening leerlingenvervoer artikel 1. stage)

Als stage een verplicht onderdeel van het onderwijsprogramma is kunnen ouders/verzorgers van leerlingen die gebruik maken van het leerlingenvervoer een aanvraag indienen voor de vervoerskosten naar de stageplek. De aanvraag moet vergezeld gaan van een stageovereenkomst.

Vervoer naar stageadressen vindt alleen op schooldagen plaats en dus niet tijdens het weekend en gedurende schoolvakanties. Wanneer stagevervoer na 18.00 uur plaatsvind vervalt taxivervoer en kan de leerling aanspraak maken op een kilometervergoeding.

Artikel 10. Hoogbegaafdheid

De gemeente Hoorn verstrekt geen vervoersvoorziening naar een reguliere basisschool specifiek gericht op voltijds onderwijs voor hoogbegaafde leerlingen. Daarvan kan worden afgeweken als de ouders met een onderbouwing vanuit het Samenwerkingsverband Passend Onderwijs aantonen dat de leerling is aangewezen op voltijds onderwijs voor hoogbegaafde leerlingen en aan de overige vereisten van de verordening is voldaan.

1. Dit besluit wordt aangehaald als: Beleidsregels Leerlingenvervoer gemeente Hoorn 2023.

2. Deze Beleidsregels treden in werking de dag na bekendmaking in het gemeenteblad.

Hoorn, 21 maart 2023

Het college van Burgemeester en Wethouders

de secretaris,                                       de burgemeester,

Bekendmaking:

• •

  via www.officielebekendmakingen.nl

• •

  door opname in het Gemeenteblad