Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Waterland

Beleidsregels briefadres gemeente Waterland 2023

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieWaterland
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregels briefadres gemeente Waterland 2023
CiteertitelBeleidsregels briefadres gemeente Waterland 2023
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 1.1 van de Wet basisregistratie personen
  2. artikel 2.23 van de Wet basisregistratie personen
  3. artikel 2.38 van de Wet basisregistratie personen
  4. artikel 2.39 van de Wet basisregistratie personen
  5. artikel 2.40 van de Wet basisregistratie personen
  6. artikel 2.41 van de Wet basisregistratie personen
  7. artikel 2.42 van de Wet basisregistratie personen
  8. artikel 2.45 van de Wet basisregistratie personen
  9. artikel 2.47 van de Wet basisregistratie personen
  10. artikel 2.49 van de Wet basisregistratie personen
  11. artikel 2.52 van de Wet basisregistratie personen
  12. artikel 4.17 van de Wet basisregistratie personen
  13. artikel 29 van het Besluit basisregistratie personen
  14. artikel 17 van de Regeling basisregistratie personen
  15. artikel 18 van de Regeling basisregistratie personen
  16. artikel 19 van de Regeling basisregistratie personen
  17. artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht
  18. artikel 4:84 van de Algemene wet bestuursrecht
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

21-04-2023nieuwe regeling

11-04-2023

gmb-2023-166881

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregels briefadres gemeente Waterland 2023

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Waterland,

 

overwegende dat het wenselijk is om beleidsregels vast te stellen met betrekking tot de aangifte en registratie van een briefadres in de Basisregistratie personen (BRP), om deze op een rechtmatige manier toe te kennen en te voorkomen dat personen niet zijn geregistreerd in de BRP;

 

gelet op de artikelen 1.1, 2.23, 2.38 tot en met 2.42, 2.45, 2.47, 2.49, 2.52 en 4.17 van de Wet

 

Basisregistratie Personen (Wet BRP),

 

artikel 29 van het Besluit BRP,

 

de artikelen 17, 18 en 19 van de Regeling BRP en de

 

artikelen 4:5 en 4:84 van de Algemene wet bestuursrecht;

 

gelet op de circulaire BRP en Briefadres (2016-0000656211) van de Ministerie van BZK van 18 oktober 2016 en het Protocol voor ondersteuning door burgerzaken aan achterblijvers in geval van vermissing (NVVB-2016);

 

 

BESLUIT:

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

  • a.

    briefadres: adres waar voor betrokkene bestemde geschriften in ontvangst worden genomen (artikel 1.1, onder p, Wet BRP) en waar, indien het de post van de overheid betreft, zorg wordt gedragen dat geschriften of inlichtingen daarover, betrokkene bereiken (artikel 2.45, lid 3 Wet BRP);

  • b.

    briefadresgever: de ingezetene in de Basisregistratie personen of rechtspersoon, aangewezen door het college van burgemeester en wethouders (artikel 2.42 onder b van de Wet BRP) bij wie het briefadres wordt gehouden (artikel 1.1 onder r Wet BRP) en die zich verplicht om te zorgen dat post de briefadreshouder bereikt;

  • c.

    briefadreshouder: de ingezetene in de Basisregistratie personen die op een briefadres is ingeschreven in de Basisregistratie personen;

  • d.

    BRP: Basisregistratie personen;

  • e.

    college: college van burgemeester en wethouders van gemeente Waterland;

  • f.

    gezinshuishouden:

    • 1.

      twee personen die volgens de BRP gehuwd zijn of een geregistreerd partnerschap zijn aangegaan, met of zonder kind(eren);

    • 2.

      twee personen die door het overleggen van een door een notaris opgemaakt samenlevingscontract hebben aangetoond, dat zij een gemeenschappelijke huishouding voeren, met of zonder kind(eren);

    • 3.

      een alleenstaande ouder met kind(eren);

  • g.

    Wet BRP: Wet basisregistratie personen.

  • h.

    woonadres:

    • 1.

      het adres waar betrokkene woont, waaronder begrepen het adres van een woning die zich in een voertuig of vaartuig bevindt, indien het voertuig of vaartuig een vaste stand- of ligplaats heeft, of indien betrokkene op meer dan één adres woont, het adres waar hij naar redelijke verwachting gedurende een half jaar de meeste malen zal overnachten;

    • 2.

      het adres waar, bij het ontbreken van een adres als bedoeld onder 1 a, betrokkene naar redelijke verwachting gedurende drie maanden ten minste twee derde van de tijd zal overnachten;

Artikel 2 Redenen briefadres

Redenen voor een briefadres zijn:

  • 1.

    Het ontbreken van een woonadres vanwege:

    • a.

      dak- of thuisloosheid;

    • b.

      korte overbrugging tussen twee woonadressen;

    • c.

      de uitoefening van een ambulant beroep;

    • d.

      kort verblijf in het buitenland voor minder dan acht maanden gedurende een jaar;

    • e.

      verblijf in het buitenland voor korter dan twee jaar en beroepshalve varend op een schip dat de thuishaven in Nederland heeft;

    • f.

      het behoren tot een kwetsbare groep personen;

    • g.

      langdurig vermiste personen;

    • h.

      verblijf in een tijdelijk onderkomen zonder vaste stand-of ligplaats;

    • i.

      recente ontruiming van de woning op het adres waarop betrokkene in de BRP is ingeschreven.

  • 2.

    Verblijf in een instelling voor mannen- of vrouwenopvang (waaronder mede bedoeld blijf-van-mijn-lijfhuizen).

  • 3.

    Verblijf in een instelling als bedoeld in artikel 2.40, derde en vierde lid van de Wet BRP.

  • 4.

    Verblijf op een adres waarvan het opnemen van dat woonadres naar het oordeel van de burgemeester om veiligheidsredenen niet wenselijk is (artikel 2.41 Wet BRP).

Artikel 3 Voorwaarden

  • 1.

    De aangifte wordt gedaan in de gemeente waar het briefadres zich bevindt.

  • 2.

    De aangever is verplicht om bij de aangifte van het briefadres alle benodigde stukken te overleggen.

  • 3.

    Onder de benodigde stukken als bedoeld in het tweede lid wordt in ieder geval verstaan:

    • a.

      een geldig identiteitsbewijs van de briefadreshouder en -gever;

    • b.

      de schriftelijke verklaring van de aangever met de gemotiveerde reden voor het briefadres en te verwachten periode dat het briefadres noodzakelijk is;

    • c.

      een schriftelijke toestemmingsverklaring van de briefadresgever waarin hij verklaart de post voor de briefadreshouder in ontvangst te nemen en aan de briefadreshouder af te geven;

    • d.

      een ingevulde en ondertekende vragenlijst briefadres, als het briefadres wordt gevraagd op grond van artikel 2, eerste, tweede en derde lid;

    • e.

      de stukken, vermeld in bijlage 2, wanneer de gemeente dit noodzakelijk acht;

    • f.

      overige stukken die door de behandelend ambtenaar nodig worden geacht voor de beoordeling van de aangifte briefadres.

  • 4.

    Als het briefadres wordt gevraagd op grond van artikel 2, vierde lid, is een schriftelijke verklaring van de burgemeester noodzakelijk waaruit blijkt dat opname van een woonadres niet wenselijk is.

  • 5.

    Als het briefadres noodzakelijk is op grond van artikel 2, eerste lid onder f en g, moet de noodzakelijkheid blijken uit een onderliggend dossier.

  • 6.

    De briefadresgever kan maximaal aan twee gezinshuishoudens, aan twee alleenstaanden of aan één gezinshuishouden en één alleenstaande persoon toestemming geven om een briefadres te houden.

  • 7.

    Het zesde lid van dit artikel is niet van toepassing wanneer de briefadresgever het college van burgemeester en wethouders betreft of een door dit college aangewezen rechtspersoon, als bedoeld in artikel 2.42 onder b van de Wet BRP.

  • 8.

    Het adres moet een bestaand fysiek adres zijn. Een leegstaand pand of bedrijfspand (m.u.v. opvanghuizen of aangewezen instellingen) zijn niet toegestaan.

Artikel 4 Volledige aangifte

  • 1.

    De aangifte is volledig indien alle benodigde gegevens, zoals bedoeld in artikel 3, derde en vierde lid zijn ingeleverd.

  • 2.

    Als één of meer gegevens ontbreken, wordt de aangever in de gelegenheid gesteld binnen veertien dagen het verzuim te herstellen en de aangifte alsnog aan te vullen.

  • 3.

    Wanneer de aangifte niet binnen de, in het vorige lid bepaalde termijn kan worden aangevuld, kan op verzoek van de aangever, de termijn eenmalig verlengd worden met veertien dagen.

  • 4.

    Wanneer de aangifte niet binnen veertien dagen na aangifte wordt aangevuld of uitstel gevraagd wordt, dan wordt de aangifte buiten behandeling gesteld.

Artikel 5 Weigeringsgronden

Het is in ieder geval niet mogelijk om ingeschreven te worden op een briefadres, wanneer:

  • a.

    de aangever een woonadres heeft, tenzij hij verblijft op een adres of instelling zoals beschreven in artikel 2, tweede en derde lid.

  • b.

    de aangever langer dan acht maanden gedurende één jaar in het buitenland verblijft en niet beroepshalve varend is op een schip dat zijn thuishaven in Nederland heeft;

  • c.

    de aangever beroepshalve varend is op een schip dat zijn thuishaven in Nederland heeft en langer dan twee jaar in het buitenland verblijft;

  • d.

    er een onderzoek loopt naar de verblijfplaats van de briefadresgever;

  • e.

    het briefadres een adres betreft, waarop al aan twee alleenstaanden of twee gezinshuishoudens of een alleenstaande en een gezinshuishouden een briefadres is verleend met inachtneming van de uitzonderingen als bedoeld in artikel 3, zevende lid;

  • f.

    er niet wordt voldaan aan de voorwaarden bedoeld in artikel 3;

  • g.

    de aanvrager geen rechtmatig verblijf heeft in Nederland;

  • h.

    het briefadres wordt gevraagd op een niet bewoond adres.

Artikel 6 Briefadres op een adres van de gemeente

  • 1.

    Het college registreert van een persoon ambtshalve een briefadres in de BRP indien het woonadres ontbreekt, er geen aangifte van adreswijziging wordt gedaan waarbij een briefadres wordt gekozen en betrokkene voldoet aan de criteria voor inschrijving als ingezetene in de BRP.

  • 2.

    Wanneer iemand geen briefadres kan krijgen bij particulieren en betrokkene komt op grond van deze regeling in aanmerking voor een briefadres, wordt betrokkene ingeschreven op het aangewezen briefadres door het college van burgemeester en wethouders.

  • 3.

    Het college wijst een of meerdere rechtspersonen aan om als gemeentelijke briefadresgever op te treden, zoals bedoeld in artikel 2.23, derde lid van de Wet BRP.

Artikel 7 Monitoring recht op een briefadres

  • 1.

    Voor de monitoring recht op een briefadres zijn controletermijnen vastgesteld, zoals genoemd in bijlage 1.

  • 2.

    Voordat een controletermijn van het briefadres verstrijkt als bedoeld in bijlage 1 wordt de woonsituatie van de briefadreshouder onderzocht. Als hier aanleiding voor is, kan dit ook tussentijds plaatsvinden. Het onderzoek houdt in:

    • a.

      zowel met de briefadreshouder als briefadresgever wordt contact opgenomen;

    • b.

      het opnieuw toesturen van de vragenlijst briefadres en/of op verzoek van het college van burgemeester en wethouders in persoon te verschijnen om inlichtingen te verstrekken die van belang zijn voor de registratie van het briefadres;

    • c.

      de ingevulde vragenlijst/verstrekte informatie wordt beoordeeld naar het bepaalde in deze regeling

    • d.

      blijkt dat betrokkene geen recht meer heeft op het bestaande briefadres, dan wordt hij opgeroepen om aangifte te doen van adreswijziging;

    • e.

      reageert betrokkene niet op de oproep om inlichtingen te geven, aangifte van verhuizing te doen óf bestaan er twijfels over de ontvangen gegevens, wordt een adresonderzoek gestart;

Artikel 8 Verplichtingen briefadresgever- en nemer en bestuurlijke boete

  • 1.

    Zowel de briefadresgever als briefadresnemer is verplicht om op verzoek van het college van burgemeester en wethouders, inlichtingen te verstrekken die van belang zijn voor de registratie van het briefadres.

  • 2.

    De betrokkene verschijnt hierbij desgevraagd in persoon.

  • 3.

    Aan degene die niet voldoet aan de verplichting als bedoeld in het eerste lid kan op grond van artikel 4.17 Wet BRP een bestuurlijke boete worden opgelegd van ten hoogste 325 euro.

Artikel 9 Inwerkingtreding

Deze beleidsregels treden in werking op de dag na bekendmaking.

Artikel 10 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Beleidsregels briefadres gemeente Waterland 2023.

Aldus besloten in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Waterland, gehouden op 11 april 2023.

drs. E.G.H. Dijk MPM

gemeentesecretaris/algemeen directeur

drs. M.C. van der Weele

burgemeester

Bijlage 1 behorende bij artikel 7, eerste lid van de Beleidsregels briefadres gemeente Waterland 2023

 

Controle termijnen briefadres

Met ingang van de inwerkingtreding van deze regeling briefadres gelden de controletermijnen, zoals hieronder in de tabel aangegeven als termijn, wanneer er een controle op de rechtmatigheid van het briefadres wordt uitgevoerd. In het werkproces kunnen, als daar aanleiding voor is, ook kortere perioden worden gehanteerd. Voor het aflopen van de termijn, of eerder indien nodig, wordt een controle uitgevoerd.

 

Reden briefadres:

Controle termijn:

Verblijf in het buitenland

8 maanden

Vaart beroepsmatig op schip in internationale wateren onder Nederlandse vlaag en heeft geen woonadres

2 jaar

Dak- of thuisloos

6 maanden

Expats/kennismigranten

6 maanden

Korte overbrugging tussen twee woonadressen

6 maanden

Een recente echtscheiding of breuk in een langdurige relatie

6 maanden

Een recente ontruiming uit de woning, waar de aanvrager stond ingeschreven

6 maanden

De uitoefening van een ambulant beroep

1 jaar

Het behoren tot een kwetsbare groep personen

6 maanden

Langdurig vermist persoon

1 jaar

Verblijf in instelling voor mannen- of vrouwenopvang (blijf-van-mijn-lijfhuizen

1 jaar

Verblijf in een instelling als bedoeld in artikel 2.40, lid 3 en 4 Wet BRP

Voor de duur dat de inwoner in de instelling verblijft

Verblijf op een adres, waarvan het opnemen van dat woonadres naar het oordeel van de burgemeester om veiligheidsredenen niet wenselijk is (artikel 2.41 Wet BRP)

Voor de duur dat de burgemeester dat nodig acht.

Overige gevallen (hardheidsclausule)

3 maanden

 

 

Bijlage 2 behorende bij artikel 3, derde lid onder e van de Beleidsregels briefadres gemeente Waterland 2023

 

Bewijsstukken

Voorbeelden van bewijsstukken die kunnen worden overlegd of om worden verzocht bij een briefadresaanvraag.

 

Reden briefadres

Bewijsstukken (indien nodig kunnen aanvullende stukken worden gevraagd)

Verblijf in het buitenland

  • Tickets met datum heen- en terugreis

  • Visa

  • Contracten werkgever met periode van uitzending

  • Studieverklaring van de onderwijsinstelling in het buitenland met looptijd van de stage of studie

  • Huurovereenkomst woonruimte buitenland

  • Bankafschriften of andere bewijsstukken waaruit blijkt dat men in het buitenland verbleef

Vaart beroepsmatig op schip in internationale wateren onder Nederlandse vlag en heeft geen woonadres

  • Arbeidsovereenkomst

  • Verklaring werkgever/ KVK inschrijving

  • Monsterboekje/ logboek

Internationale vrachtwagenchauffeur

  • Arbeidsovereenkomst

  • Verklaring werkgever

Dak- of thuisloos

  • Eigen verklaring met verschillende slaapadressen, gespecificeerd met aantal dagen per week

  • Bewijsstukken, waaruit blijkt dat er actief wordt gezocht naar woonruimte

Recente echtscheiding of relatiebreuk

  • Documenten waaruit blijkt dat men bezig met het aanvragen van een echtscheiding wanneer de echtscheiding nog niet is verwerkt in de BRP

  • Bewijsstukken, waaruit blijkt dat er actief wordt gezocht naar woonruimte

Ontruiming van woning, waar de aanvrager was ingeschreven

  • Bevel van ontruiming

  • Opzegging huurovereenkomst

  • Ontbinding huurovereenkomst en:

  • Bewijsstukken, waaruit blijkt dat er actief wordt gezocht naar woonruimte.

Ambulant beroep

  • Arbeidsovereenkomst, evt. recente loonstroken

Kwetsbare groepen

  • Contact met hulpverlening/ het sociaal domein

Vermiste personen

  • Onderliggend dossier

Problematische schulden

  • Overzicht van de schulden

  • Kopieën van betalingsregelingen

  • Bewijs van aanmelding bij schuldhulpverlening

Verblijf in instelling voor mannen of vrouwenopvang (blijf-van-mijn-lijfhuizen

  • Toestemming van de instelling

Verblijf in een instelling als bedoeld in artikel 2.40, lid 3 en 4 Wet BRP1

  • Verklaring van hoofd instelling

Verblijf op een adres, waarvan het opnemen van dat woonadres naar het oordeel van de burgemeester om veiligheidsredenen niet wenselijk is (artikel 2.41 Wet BRP

  • Verklaring van de burgemeester

Hardheidsclausule

  • Bewijzen, nader te bepalen door de beoordelende instantie, afhankelijk van de situatie.