Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
WVS-groep

Treasurystatuut WVS

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieWVS-groep
OrganisatietypeRegionaal samenwerkingsorgaan
Officiële naam regelingTreasurystatuut WVS
CiteertitelTreasurystatuut WVS
Vastgesteld dooralgemeen bestuur
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-05-2023Treasurystatuut

03-04-2023

bgr-2023-392

Tekst van de regeling

Intitulé

Treasurystatuut WVS

Het algemeen bestuur van WVS;

 

gelezen het voorstel van het dagelijks bestuur dd. 6 maart 2023, no. 6 - 2023, dos. 1/50 A;

 

overwegende dat wordt voorgesteld om artikel 1.2 onder b te wijzigen in ‘Als drempelbedrag wordt het bedrag gehanteerd conform de Regeling schatkistbankieren decentrale overheden’ en de naam van het statuut te wijzigen in ‘Treasurystatuut WVS’;

 

gelet op de gemeenschappelijke regeling WVS;

 

b e s l u i t :

 

met ingang van 1 mei 2023 het Treasurystatuut WVS-groep, zoals laatstelijk gewijzigd op 27 januari 2020, te wijzigen zodat die luidt als volgt:

1 Algemene voorwaarden

1.1 Uitgangspunten

  • a.

    De wettelijke bepalingen (Wet fido) worden in acht genomen.

  •  

  • b.

    Gestreefd wordt naar een minimalisering van de financieringskosten en/of een maximalisering van de beleggingsopbrengst, binnen duidelijk vastgestelde (risico)kaders. Deze kaders zijn in dit statuut verder uitgewerkt.

  •  

  • c.

    Er wordt een meerjarenliquiditeitsprognose opgesteld. Deze prognose beslaat een termijn van het begrotingsjaar en de daarop volgende drie kalenderjaren en wordt jaarlijks in de begrotingscyclus geactualiseerd. Daarnaast wordt in het kader van het werkkapitaalbeheer een korte termijn liquiditeitsbegroting vastgesteld. Deze heeft betrekking op een termijn van één jaar en wordt maandelijks geactualiseerd.

  •  

  • De prognoses worden opgesteld onder verantwoordelijkheid van de concerncontroller en besproken met de algemeen directeur. De prognoses zijn voorzien van een voorstel van de concerncontroller over de 'voorgenomen maatregelen'.

  •  

  • d.

    Periodiek, indien de situatie daarom vraagt, bespreekt de concerncontroller de financierings- en beleggingspositie van WVS met een deskundige van de huisbankier.

  •  

  • e.

    In overleg met deze deskundige en op basis van marktinformatie ontwikkelt de concerncontroller een rentevisie (verwachting ten aanzien van de ontwikkeling van de rente).

  •  

  • f.

    De concerncontroller analyseert periodiek de bestaande financierings- en beleggingsportefeuille op rente- en rendementsrisico's. Hierbij worden bijvoorbeeld de momenten en omvang van herfinancieringen en renteconversies in ogenschouw genomen. Tevens wordt jaarlijks beoordeeld of de in de Wet fido gedefinieerde renterisiconorm niet wordt overschreden. Aan de hand van de analyse brengt de concerncontroller advies uit aan de algemeen directeur over de te nemen acties.

  •  

  • g.

    Het is niet toegestaan middelen aan te trekken met het doel deze vervolgens ter belegging uit te zetten (rentearbitrage), ook al levert een dergelijke transactie rentevoordelen op. Deze richtlijn vloeit mede voort uit de Wet fido, waarin geregeld is dat het aantrekken van leningen en het uitzetten van middelen slechts mogen geschieden uit hoofde van de 'publieke taak'.

  •  

  • h.

    De in aanmerking komende financierings- en beleggingsproducten zijn opgenomen in dit treasurystatuut (paragraaf 1.2. en 1.3.).

  •  

  • i.

    Alle binnen WVS gegenereerde kasstromen worden in totale samenhang bekeken. Overschotten bij één onderdeel van WVS kunnen worden aangewend ter compensatie van tekorten bij andere onderdelen van WVS.

  •  

1.2 Schatkistbankieren

  • 1.

    Overtollige liquide middelen boven het drempelbedrag mogen alleen in rekening-courant en via deposito’s bij de schatkist worden aangehouden.

  •  

  • 2.

    Als drempelbedrag wordt het bedrag gehanteerd conform de Regeling schatkist-bankieren decentrale overheden.

  •  

  • 3.

    Uitgezonderd van de verplichting om in ’s Rijks schatkist te worden aangehouden, zijn:

  • a.

    middelen voor zover deze, gerekend over een kwartaal gemiddeld het drempelbedrag, bedoeld bij b, niet te boven gaan;

  • b.

    middelen aangehouden in de fondsen, bedoeld in artikel 15.47 van de Wet milieubeheer;

  • c.

    middelen op een G-rekening als bedoeld in artikel 1, onder k, van de Uitvoeringsregeling inleners-, keten- en opdrachtgeversaansprakelijkheid 2004.

1.3 Financiering

  • a.

    Bij het bepalen van de leningvoorwaarden wordt rekening gehouden met de verval- en conversiedata van de bestaande leningenportefeuille. Er wordt naar gestreefd een beperking van de risico's in de tijd te bewerkstelligen. De leningenportefeuille wordt zoveel als mogelijk dusdanig samengesteld dat van de leningen met een looptijd van één jaar of langer de in de Wet fido gedefinieerde renterisiconorm niet wordt overschreden.

  •  

  • b.

    Periodiek wordt nagegaan of vervroegde aflossing van bestaande leningen voordelen oplevert.

  •  

  • c.

    De volgende financieringscategorieën zijn toegestaan:

  • onderhandse geldleningen euro's;

  • kasgeldleningen in euro's;

  • daggeldleningen in euro's;

  • specifieke tijdelijke contracten voor bijzondere projecten;

  • rekening-courantkrediet.

  •  

  • d.

    Bij de besluitvorming over de aard en looptijd van de financiering worden de volgende zaken in acht genomen:

  • de liquiditeitsprognoses;

  • de verhouding tussen de kapitaalmarktrente en de geldmarktrente;

  • de rentevisie;

  • de wettelijke bepalingen (met name voor wat betreft de kasgeldlimiet en de renterisiconorm).

  •  

  • e.

    Voor het aantrekken van financieringsmiddelen langer dan 1 jaar worden in principe minimaal twee offertes aangevraagd, waarvan één bij de huisbankier.

2 Uitvoering van het financierings- en beleggingsbeleid / Verantwoordelijkheden en bevoegdheden

 

  • a.

    Voor het aantrekken van geldmiddelen met een looptijd langer dan één jaar en het afsluiten van specifieke financieringscontracten heeft het dagelijks bestuur vooraf schriftelijk de instemming nodig van het algemeen bestuur. Het algemeen bestuur geeft deze instemming door vaststelling van een machtigingsbesluit, voorafgaand aan ieder kalenderjaar. In dit besluit worden de maximaal door het dagelijks bestuur aan te trekken bedragen vastgelegd. Voor afwijkingen van het machtigingsbesluit is voorafgaande toestemming van het algemeen bestuur vereist.

  •  

  • b.

    Het dagelijks bestuur kan de algemeen directeur toestemming verlenen tot het aantrekken van leningen met een looptijd van één jaar of korter. Het dagelijks bestuur kan deze toestemming geven door middel van een machtigingsbesluit, dat voorafgaand aan het kalenderjaar wordt vastgesteld. In dit besluit worden de maximaal aan te trekken bedragen bepaald. Voor afwijkingen van dit machtigingsbesluit is voorafgaande toestemming van het dagelijks bestuur vereist.

  •  

  • c.

    De onder a en b genoemde transacties dienen gezamenlijk door de algemeen directeur en de concerncontroller te worden ondertekend.

  •  

  • d.

    Het hoofd van de financiële administratie is verantwoordelijk voor een juiste, tijdige en volledige verantwoording van de uitgevoerde (geld)transacties en de daarmee samenhangende kosten en opbrengsten en ontvangt daartoe van de concerncontroller de onderliggende stukken.

  •  

  • e.

    Bij afwezigheid van de algemeen directeur kunnen de volgens dit statuut aan hem op te dragen bevoegdheden worden uitgeoefend door zijn plaatsvervanger. Bij afwezigheid van de concerncontroller vindt vervanging plaats door zijn plaatsvervanger.

 

3 Informatievoorziening

 

  • a.

    Rapportage met betrekking tot de naleving van het treasurystatuut vindt jaarlijks plaats aan de concerncontroller en aan de algemeen directeur. De financial auditor draagt zorg voor de rapportage.

  •  

  • b.

    Het hoofd van de financiële administratie draagt zorg voor tijdige (kwartaal)rapportages aan de provincie in het kader van de Wet fido (per kwartaal: kasgeldlimiet; per jaar: renterisiconorm).

  •  

  • c.

    De administratieve systemen worden zodanig ingericht dat de benodigde informatie er op efficiënte wijze aan kan worden ontleend.

 

4 Slotbepaling

 

Dit statuut kan worden aangehaald als 'Treasurystatuut WVS’.

 

 

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van het algemeen bestuur op 3 april 2023.

 

 

 

De secretaris ,De voorzitter,

 

 

 

 

 

P.F.J.M. HavermansT.C. Melisse.

 

Bijlage, behorende bij artikel 11: Afschrijvingsbeleid

Afschrijvingsbeleid materiële vaste activa met economisch nut

 

Activa met economisch nut en een verkrijgingsprijs van minder dan € 2.500 worden niet geactiveerd, uitgezonderd gronden en terreinen. Gronden en terreinen worden altijd geactiveerd.

 

Op gronden en terreinen wordt niet afgeschreven.

 

De volgende materiële vaste activa met economisch nut worden lineair afgeschreven in tenminste:

  • a.

    40 jaar: nieuwbouw kantoren en bedrijfsgebouwen;

  • b.

    25 jaar: renovatie, restauratie en aankoop kantoren en bedrijfsgebouwen;

  • c.

    15 jaar: technische installaties in bedrijfsgebouwen;

  • d.

    10 jaar: bedrijfsauto’s, productiemachines en / of -apparatuur, veiligheidsvoorzieningen bedrijfsgebouwen, telefooninstallaties, kantoormeubilair, nieuwbouw tijdelijke bedrijfsgebouwen, groot onderhoud bedrijfsgebouwen;

  • e.

    10 jaar: zware transportmiddelen, aanhangwagens, lichte motorvoertuigen, zware automatiseringsapparatuur en -programmatuur;

  • f.

    5 jaar: lichte automatiseringsapparatuur.