Subsidieregeling klimaatadaptatie Den Haag 2023

Toelichting

De gemeente Den Haag wil eigenaren en huurders van woningen, winkels en bedrijfsruimten in staat stellen een bijdrage te leveren aan een klimaatbestendige inrichting van hun leefomgeving. Dit deed de gemeente (deels) al met de Subsidieregeling wonen op schone energie Den Haag 2022, op grond waarvan subsidie kon worden aangevraagd voor het aanleggen van een groen dak (RIS311083).

Met de Subsidieregeling klimaatadaptatie Den Haag 2023 wil de gemeente een breder scala aan maatregelen stimuleren om hitte, droogte, en wateroverlast tegen te gaan. Omdat de gemeente reeds middelen beschikbaar stelt om hittestress tegen te gaan, richt de Subsidieregeling klimaatadaptatie Den Haag 2023 zich op het vasthouden van water op eigen terrein. Denk aan het aanleggen van een groen dak, het plaatsen van een regenton of het vervangen van tegels door grind of planten.

Met de Subsidieregeling klimaatadaptatie Den Haag 2023 wil de gemeente de inspanningen richten op de delen van de stad waar de nood het hoogst is. Hoewel in de hele stad maatregelen nodig zijn en bijdragen aan de adaptiviteit van Den Haag, is er maar beperkt budget beschikbaar voor de subsidiëring daarvan. Daarom komen alleen eigenaren en huurders in de aangewezen meest kwetsbare wijken omtrent wateroverlast voor subsidie in aanmerking. Daarmee geeft de gemeente ook invulling en uitvoering aan de Wegwijzer Den Haag Klimaatbestendig (RIS308744). De gemeente zet een stadsbrede communicatie in waarin ondersteuning en informatie omtrent klimaatadaptatie voor alle inwoners, ondernemers, VvE’s en Woningcorporaties van Den Haag beschikbaar wordt gesteld.

Inwoners met een lage financiële draagkracht dienen tevens laagdrempelig gebruik te kunnen maken van de subsidieregeling. Ooievaarspashouders binnen de aangewezen wijken ontvangen daarom een volledige vergoeding én bevoorschotting van de aan te brengen klimaatadaptieve maatregelen. Voor Ooievaarpashouders is er tevens geen sprake van een minimaal te subsidiëren bedrag.

Besluitvorming

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Den Haag;

gelet op:

• -

  artikel 5 van de Algemene subsidieverordening Den Haag 2020;

overwegende dat de subsidiemiddelen effectiever ingezet kunnen worden en inwoners met een lage financiële draagkracht ook mee moeten kunnen doen;

besluit:

• -

  vast te stellen de volgende Subsidieregeling klimaatadaptatie Den Haag 2023:

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1:1 Begripsomschrijvingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

Artikel 1:2 Toepassingsbereik

Deze subsidieregeling is van toepassing op de verstrekking van subsidies door het college voor de in artikel 1:4 bedoelde activiteiten.

Artikel 1:3 Doel van de subsidie

• 1.

  Het doel van de subsidieregeling is het stimuleren van eigenaren, huurders en woningcorporaties in de delen van de gemeente Den Haag, die zijn gearceerd op de kaart die als bijlage bij deze subsidieregeling is opgenomen, om een waterberging te realiseren.

• 2.

  Het achterliggende maatschappelijke doel van de subsidieregeling is het klimaatbestendiger maken en houden van de stad.

Artikel 1:4 Activiteiten

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor het realiseren van een waterberging van minimaal 1000 liter. Dit minimaal aantal liters geldt niet voor Ooievaarspashouders.

Artikel 1:5 Doelgroep

• 1.

  Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan:

  a. een eigenaar van een woning, pand of erf;

  b. een huurder van een woning, pand of erf;

  c. een groep huurders of eigenaren die gezamenlijk voor meerdere woningen, panden of erven subsidie aanvragen;

  d. een VvE;

  e. een woningcorporatie.

• 2.

  Subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor een woning, pand of erf dat gelegen is in de delen van de gemeente Den Haag die zijn gearceerd op de kaart die als bijlage bij deze subsidieregeling is opgenomen.

Artikel 1:6 Kosten die voor subsidie in aanmerking komen

• 1.

  De subsidie heeft uitsluitend betrekking op de redelijkerwijs gemaakte kosten die resteren na aftrek van bijdragen van derden en die naar het oordeel van het college direct zijn verbonden met en noodzakelijk zijn voor de uitvoering van een activiteit als bedoeld in artikel 1:4.

• 2.

  Niet voor subsidie in aanmerking komen:

  a. de restwaarde van specifiek voor de subsidiabele activiteiten aangeschafte apparatuur;

  b. de BTW over de gesubsidieerde kosten die teruggevorderd, verrekend of anderszins in mindering gebracht kan worden;

  c. de kosten die eerder door het college op basis van deze subsidieregeling of anderszins zijn gesubsidieerd;

  d. de kosten die vanuit andere gemeentelijke of niet gemeentelijke regelingen zijn of worden gefinancierd;

  e. de kosten voor constructieve voorzieningen, zoals dakconstructies en overkappingen;

  f. de kosten voor het afvoeren en vervangen van bestaande beplanting en groen;

  g. de kosten voor het afvoeren en vervangen van bestaande waterdoorlatende verharding, tenzij het om verharding bij nieuwbouw gaat;

  h. kosten, gederfde inkomsten daaronder begrepen, die verband houden met de eigen inzet of de inzet van eigen personeel van de aanvrager.

Artikel 1:7 Hoogte van de subsidie

Een subsidie bedraagt:

• a. maximaal € 25.000,- per woning, pand of erf indien de huurder of eigenaar over een geldige Ooievaarspas beschikt;

  b. maximaal € 50.000,- per woning, pand of erf indien de huurder of eigenaar niet over een geldige Ooievaarspas beschikt, bij een rechtspersoon, een VvE of een woningcorporatie;

  c. maximaal € 50.000,- per groep bij een groep huurders of eigenaren.

Artikel 1:8 Berekening van subsidiabele kosten

• 1.

  De subsidie voor de activiteiten bedraagt:

  a. 100% van de gemaakte kosten indien de huurder of eigenaar over een geldige Ooievaarspas beschikt;

  b. 50% van de gemaakte kosten met een maximum van € 500,- per 1000 liter waterberging die is gerealiseerd indien de huurder of eigenaar niet over een geldige Ooievaarspas beschikt.

• 2.

  Bij het vervangen van verhard oppervlak door een waterdoorlatend oppervlak wordt een vierkante meter verhard oppervlak aangemerkt als 0,04 m3 waterberging.

Artikel 1:9 Subsidieplafond

• 1.

  Voor subsidieverlening op grond van deze regeling geldt een subsidieplafond van € 250.000,- per kalenderjaar.

• 2.

  Het college kan het subsidieplafond conform artikel 7 van de ASV 2020 bij besluit wijzigen.

Artikel 1:10 Wijze van verdeling

• 1.

  Honorering van aanvragen die in aanmerking komen voor subsidie en die niet worden geweigerd, vindt plaats in volgorde van ontvangst door het college, totdat het vastgestelde subsidieplafond is bereikt.

• 2.

  Als de aanvrager krachtens artikel 4:5, van de Awb de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, geldt als datum van indiening van de aanvraag de datum waarop de aanvraag volledig is aangevuld.

Hoofdstuk 2 Aanvraag subsidie en termijnen

Artikel 2:1 Aanvraag subsidie tot € 1.500,- zonder Ooievaarspas

• 1.

  Onverminderd artikel 8, tweede en derde lid, van de ASV 2020 legt een natuurlijk persoon die niet over een geldige Ooievaarspas beschikt, bij de aanvraag om een subsidie tot € 1.500,- de volgende gegevens over:

  a. een factuur van de kosten die voor het uitvoeren van de activiteiten zijn gemaakt en waaruit blijkt hoeveel liter regenwater wordt opgevangen;

  b. een kopie van een bankafschrift van niet meer dan acht weken oud van een rekening op naam van de aanvrager met vermelding van het IBAN-nummer; en

  c. een verklaring van de eigenaar dat deze heeft ingestemd met het uitvoeren van de activiteiten indien de aanvraag wordt ingediend door een huurder.

• 2.

  Onverminderd artikel 8, tweede en derde lid, van de ASV 2020 legt een rechtspersoon bij de aanvraag om een subsidie tot € 1.500,- de volgende gegevens over:

  a. een factuur van de kosten die voor het uitvoeren van de activiteiten zijn gemaakt en waaruit blijkt hoeveel liter regenwater wordt opgevangen;

  b. het nummer waarmee de rechtspersoon in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel is ingeschreven;

  c. een verklaring waaruit blijkt in hoeverre de subsidieontvanger als BTW belaste ondernemer is aan te merken;

  d. een specificatie van verrekenbare en niet-verrekenbare BTW;

  e. een kopie van een bankafschrift van niet meer dan acht weken oud van een rekening op naam van de aanvrager met vermelding van het IBAN-nummer; en

  f. een verklaring van de eigenaar dat deze heeft ingestemd met het uitvoeren van de activiteiten indien de aanvraag wordt ingediend door een huurder.

• 3.

  Onverminderd artikel 8, tweede en derde lid, van de ASV 2020 legt een groep huurders of eigenaren bij de aanvraag om een subsidie tot € 1.500,- de volgende gegevens over:

  a. een factuur van de kosten die voor het uitvoeren van de activiteiten zijn gemaakt en waaruit blijkt hoeveel liter regenwater wordt opgevangen;

  b. een kopie van een bankafschrift van niet meer dan acht weken oud van een rekening op naam van de aanvrager met vermelding van het IBAN-nummer;

  c. een opgave van de adressen van de woningen, panden en erven waarop de aanvraag ziet; en

  d. een verklaring van de huurders of eigenaren dat deze hebben ingestemd met het uitvoeren van de activiteiten.

• 4.

  Onverminderd artikel 8, tweede en derde lid, van de ASV 2020 legt een VvE bij de aanvraag om een subsidie tot € 1.500,- de volgende gegevens over:

  a. een factuur van de kosten die voor het uitvoeren van de activiteiten zijn gemaakt en waaruit blijkt hoeveel liter regenwater wordt opgevangen;

  b. een kopie van een bankafschrift van niet meer dan acht weken oud van een rekening op naam van de aanvrager met vermelding van het IBAN-nummer;

  c. een VvE-vergaderbesluit, waarin de VvE heeft ingestemd met het uitvoeren van de activiteiten; en

  d. indien de VvE voor de eerste keer subsidie aanvraagt de oprichtingsakte en de statuten van de VvE.

• 5.

  Onverminderd artikel 8, tweede en derde lid, van de ASV 2020 legt een woningcorporatie bij de aanvraag om een subsidie tot € 1.500,- de volgende gegevens over:

  a. een factuur van de kosten die voor het uitvoeren van de activiteiten zijn gemaakt en waaruit blijkt hoeveel liter regenwater wordt opgevangen;

  b. een specificatie van verrekenbare en niet-verrekenbare BTW;

  c. een de-minimisverklaring;

  d. een opgave van de adressen van de woningen, panden en erven waarop de aanvraag ziet; en

  e. een verklaring van de huurders dat deze hebben ingestemd met het uitvoeren van de activiteiten.

• 6.

  De aanvrager maakt voor de aanvraag gebruik van het door het college voor deze regeling vastgestelde aanvraagformulier.

• 7.

  De facturen bedoeld in het eerste tot en met het vierde lid mogen op het moment van indiening van de aanvraag niet ouder zijn dan vier maanden.

Artikel 2:2 Aanvraag subsidie van € 1.500,- of meer of met Ooievaarspas

• 1.

  Onverminderd artikel 8, tweede en derde lid, van de ASV 2020 legt een natuurlijk persoon die beschikt over een geldige Ooievaarspas of bij de aanvraag om een subsidie van € 1.500,- of meer de volgende gegevens over:

  a. een opgave van de kosten die in verband met de activiteiten worden gemaakt en waaruit blijkt hoeveel liter regenwater wordt opgevangen;

  b. een kopie van een bankafschrift van niet meer dan acht weken oud van een rekening op naam van de aanvrager met vermelding van het IBAN-nummer;

  c. een kopie van de geldige Ooievaarspas indien de aanvraag wordt ingediend door een aanvrager die over een geldige Ooievaarspas beschikt; en

  d. een verklaring van de eigenaar dat deze instemt met het uitvoeren van de activiteiten indien de aanvraag wordt ingediend door een huurder.

• 2.

  Onverminderd artikel 8, tweede en derde lid, van de ASV 2020 legt een rechtspersoon bij de aanvraag om een subsidie van € 1.500,- of meer de volgende gegevens over:

  a. een opgave van de kosten die in verband met de activiteiten worden gemaakt en waaruit blijkt hoeveel liter regenwater wordt opgevangen;

  b. het nummer waarmee de rechtspersoon in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel is ingeschreven;

  c. een verklaring waaruit blijkt in hoeverre de subsidieontvanger als BTW belaste ondernemer is aan te merken;

  d. een specificatie van verrekenbare en niet-verrekenbare BTW;

  e. een kopie van een bankafschrift van niet meer dan acht weken oud van een rekening op naam van de aanvrager met vermelding van het IBAN-nummer; en

  f. een verklaring van de eigenaar dat deze instemt met het uitvoeren van de activiteiten indien de aanvraag wordt ingediend door een huurder.

• 3.

  Onverminderd artikel 8, tweede en derde lid, van de ASV 2020 legt een groep huurders of eigenaren bij de aanvraag om een subsidie van € 1.500,- of meer de volgende gegevens over:

  a. een opgave van de kosten die in verband met de activiteiten worden gemaakt en waaruit blijkt hoeveel liter regenwater wordt opgevangen;

  b. een kopie van een bankafschrift van niet meer dan acht weken oud van een rekening op naam van de aanvrager met vermelding van het IBAN-nummer;

  c. een opgave van de adressen van de woningen, panden en erven waarop de aanvraag ziet; en

  d. een verklaring van de huurders dat deze instemmen met het uitvoeren van de activiteiten.

• 4.

  Onverminderd artikel 8, tweede en derde lid, van de ASV 2020 legt een VvE bij de aanvraag om een subsidie van € 1.500,- of meer de volgende gegevens over:

  a. een opgave van de kosten die in verband met de activiteiten worden gemaakt en waaruit blijkt hoeveel liter regenwater wordt opgevangen;

  b. een kopie van een bankafschrift van niet meer dan acht weken oud van een rekening op naam van de aanvrager met vermelding van het IBAN-nummer;

  c. een VvE-vergaderbesluit, waarin de VvE instemt met de uit te voeren activiteiten; en

  d. indien de VvE voor de eerste keer subsidie aanvraagt de oprichtingsakte en de statuten van de VvE.

• 5.

  Onverminderd artikel 8, tweede en derde lid, van de ASV 2020 legt een woningcorporatie bij de aanvraag om een subsidie van € 1.500,- of meer de volgende gegevens over:

  a. een opgave van de kosten die in verband met de activiteiten worden gemaakt en waaruit blijkt hoeveel liter regenwater wordt opgevangen;

  b. een specificatie van verrekenbare en niet-verrekenbare BTW;

  c. een de-minimisverklaring;

  d. een opgave van de adressen van de woningen, panden en erven waarop de aanvraag ziet; en

  e. een verklaring van de huurders dat deze instemmen met het uitvoeren van de activiteiten.

• 6.

  De aanvrager maakt voor de aanvraag gebruik van het door het college voor deze regeling vastgestelde aanvraagformulier.

Artikel 2:3 Aanvraagtermijn

• 1.

  In afwijking van artikel 9, tweede lid, van de ASV 2020, wordt een aanvraag om een subsidie tot € 1.500,- van een aanvrager die niet over een geldige Ooievaarspas beschikt, ingediend uiterlijk 4 maanden nadat de activiteiten, waarvoor de subsidie wordt aangevraagd, zijn verricht en uiterlijk op 31 december 2026.

• 2.

  In afwijking van artikel 9, tweede lid, van de ASV 2020, wordt een aanvraag om een subsidie van € 1.500,- of meer of van een aanvrager die over een geldige Ooievaarspas beschikt, ingediend uiterlijk 12 weken voordat de aanvrager voornemens is te beginnen met de activiteiten waarvoor de subsidie wordt aangevraagd en uiterlijk op 31 december 2026.

Hoofdstuk 3 Weigeringsgronden

Artikel 3:1 Weigeringsgronden

Onverminderd de artikelen 4:25, tweede lid en 4:35, van de Awb en artikel 11, eerste, tweede en derde lid, van de ASV 2020 weigert het college de subsidie als:

• a. de aangedragen waterberging in de subsidieaanvraag niet minimaal 1000 liter kan bergen en de aanvrager niet beschikt over een Ooievaarspas;

• b. de subsidieaanvraag niet tijdig is ingediend en deze niet reeds op grond daarvan buiten behandeling is gesteld;

  c. de subsidieaanvraag niet volledig is ingediend en de aanvrager geen gebruik heeft gemaakt van het verzoek om de subsidieaanvraag binnen de daarvoor gestelde termijn en voor de uiterste indieningsdatum aan te vullen;

  d. de subsidieaanvraag betrekking heeft op een waterberging die de aanvrager op grond van een wettelijk voorschrift, een gronduitgifte overeenkomst, een ontwikkelovereenkomst of een anterieure overeenkomst is gehouden te realiseren;

  e. de aangevraagde subsidie reeds eerder voor dezelfde woning, hetzelfde pand, hetzelfde erf of hetzelfde deel ervan en voor dezelfde werkzaamheden is verstrekt.

Hoofdstuk 4 Verplichtingen en betaling

Artikel 4:1 Verplichtingen

Onverminderd de artikelen 12 en 13, van de ASV 2020, gelden voor de subsidieontvanger de volgende verplichtingen:

• a. de subsidieontvanger is verplicht bij het realiseren van de waterberging zorg te dragen voor de bouwkundige staat van het gebouw en de draagkracht van het dak en de constructie;

  b. de ontvanger van een subsidie van € 1.500,- of meer of de ontvanger die over een geldige Ooievaarpas beschikt, is verplicht binnen een jaar na de subsidieverlening de werkzaamheden gereed te melden;

  c. de subsidieontvanger is verplicht de waterberging ten minste vijf jaar onder de in artikel 1:4 genoemde voorwaarden in stand te houden en mee te werken aan een steekproefcontrole door het college om te beoordelen of aan die verplichting is voldaan;

  d. de subsidieontvanger verplicht zich tot deelname aan een gemeentelijk volgsysteem ten behoeve van monitoring en evaluatie;

  e. de subsidieontvanger is verplicht mee te werken aan een mogelijke inspectie in de woning, het pand, het erf of van de VvE om vast te stellen of de subsidie rechtmatig is besteed.

Artikel 4:2 Subsidievaststelling zonder verlening vooraf en bevoorschotting

• 1.

  Bij subsidiebedragen tot € 1.500,-, waarbij de aanvrager niet over een geldige Ooievaarspas beschikt, stelt het college de subsidie direct vast.

• 2.

  Bij subsidiebedragen van € 1.500,- of meer of waarbij de aanvrager over een geldige Ooievaarspas beschikt, vindt bevoorschotting plaats:

  a. met 100% van de verleende subsidie in één keer indien de subsidieontvanger over een geldige Ooievaarspas beschikt;

  b. met 80% van de verleende subsidie in één keer indien de subsidieontvanger niet over een geldige Ooievaarspas beschikt.

Hoofdstuk 5 Eindverantwoording en vaststelling na verlening vooraf

Artikel 5:1 Indieningstermijn aanvraag tot vaststelling subsidie van € 1.500,- of meer of met Ooievaarspas

Op grond van artikel 17, derde lid, van de ASV 2020 dient de ontvanger van een subsidie van € 1.500,- of meer of een ontvanger die over een geldige Ooievaarspas beschikt, de aanvraag tot vaststelling in uiterlijk 12 weken nadat de activiteiten zijn verricht.

Artikel 5:2 Wijze van verantwoorden subsidie van € 1.500,- of meer of met Ooievaarspas

• 1.

  In afwijking van artikel 17, vierde en vijfde lid, van de ASV 2020 worden bij het verantwoordingsformulier de facturen gevoegd van de kosten die voor het uitvoeren van de activiteiten zijn gemaakt.

• 2.

  De facturen bedoeld in het eerste lid mogen op het moment van indiening van de aanvraag tot vaststelling niet ouder zijn dan vier maanden.

• 3.

  De subsidieontvanger maakt voor de verantwoording gebruik van het door het college voor deze regeling vastgestelde verantwoordingsformulie

Artikel 5:3 Termijn vaststelling subsidie

Op grond van artikel 20, eerste lid, van de ASV 2020 stelt het college de subsidie vast binnen 20 weken na ontvangst van de volledige aanvraag tot subsidievaststelling.

Hoofdstuk 6 Overige bepalingen

Artikel 6:1 Hardheidsclausule

Het college kan een of meer artikelen van deze regeling buiten toepassing laten of daarvan afwijken, met uitzondering van de artikelen 1:2 en 1:4, voor zover toepassing ervan gelet op het belang van het doel van deze regeling leidt tot onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel 6:2 Evaluatie

Het college evalueert deze subsidieregeling uiterlijk op 31 juli 2026 .

Artikel 6:3 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking op 1 april 2023 en vervalt met ingang van 1 januari 2027.

Artikel 6:4 Citeertitel

Deze subsidieregeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling klimaatadaptatie Den Haag 2023.

Den Haag, 28 maart 2023

Het college van burgemeester en wethouders,

de secretaris,

Ilma Merx

de burgemeester,

Jan van Zanen

Bijlage bijbehorende bij de Subsidieregeling Klimaatadaptatie Den Haag 2023

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor een woning, pand of erf dat gelegen is in:

- Schildersbuurt-Noord

- Belgisch Park

- Scheveningen

- Schildersbuurt-West

- Bezuidenhout Oost

- Zuidwal

- Rond de Energiecentrale

- Duindorp

- Huygenspark

- Archipelbuurt

- Rivierenbuurt-Noord

- Rivierenbuurt-Zuid

- Schildersbuurt Oost

- Transvaalkwartier Noord

- Transvaalkwartier Midden

- Transvaalkwartier Zuid

- Kortenbos

- Voorhout

- Uilebomen

- Laakhaven-oost

- Noordpolderbuurt

- Laakhaven-West

- Laakkwartier-Oost

- Laakkwartier-West

- Spoorwijk

- Groente- en fruit