Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Krimpenerwaard

Beleidsregels Evenementen Krimpenerwaard 2023 - 2026

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieKrimpenerwaard
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregels Evenementen Krimpenerwaard 2023 - 2026
CiteertitelBeleidsregels evenementen gemeente Krimpenerwaard 2023-2026
Vastgesteld doorburgemeester
Onderwerpopenbare orde en veiligheid
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

28-03-2023nieuwe regeling

31-01-2023

gmb-2023-127334

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregels Evenementen Krimpenerwaard 2023 - 2026

Voorwoord

 

Evenementen zijn om verschillende redenen belangrijk voor de gemeente Krimpenerwaard. Evenementen brengen levendigheid en vertier in de gemeente en bieden een laagdrempelig podium om diverse uitingen zichtbaar te maken voor een groter publiek. Daarnaast kunnen evenementen een positieve invloed hebben op de economische vitaliteit van de gemeente Krimpenerwaard en kunnen zij een bijdrage leveren aan de werkgelegenheid.

 

Horeca, detailhandel en verblijfsaccommodaties profiteren vaak van evenementen. En evenementen kunnen zorgen voor een algemene imagoversterking van de Krimpenerwaard als gemeente maar ook als gebied. Vele organisatoren, ondernemers en vrijwilligers die zich inzetten, werken hard om mooie activiteiten te organiseren in onze gemeente. Inwoners en bezoekers kunnen genieten van allerlei verschillende evenementen. Hier komt echter heel wat bij kijken, zowel voor organisatoren en omwonenden als voor de gemeente zelf.

 

Het is in deze tijd niet vanzelfsprekend dat vrijwilligers klaar staan bij de organisatie van grote en kleine evenementen maar past volledig bij het beeld dat het college heeft bij de gemeente en haar inwoners; “we zijn een krachtige, zelfbewuste en ondernemende gemeente”. Ook mensen van buiten de Krimpenerwaard weten de evenementen in onze gemeente steeds vaker te vinden waardoor de evenementen steeds verder groeien in omvang. Dit is goed voor de bedrijvigheid binnen de gemeente, maar gaat gepaard met nieuwe uitdagingen. De balans tussen de vitaliteit en de rust binnen de gemeente is van groot belang. Het waarborgen van deze balans zal de komende jaren meer aandacht vragen.

 

De gemeente ondersteunt sommige evenementen met subsidie of met diensten zoals het afzetten van wegen. Ook verleent de burgemeester vergunningen. De meeste evenementen vinden plaats in de openbare ruimte. Politie en brandweer hebben een belangrijke rol bij het veilig laten verlopen van evenementen, vooral ook door advies vooraf. De burgemeester heeft daarnaast een taak bij het toezicht op evenementen en handhaaft regels als dat nodig is. Over al deze verschillende aspecten gaat dit evenementenbeleid.

 

Met de evaluaties en ervaringen van voorgaande evenementen en op basis van input van de eerdergenoemde partners van de gemeente is dit document tot stand gekomen. Om zo ook de komende jaren een levendige maar vooral ook een fijne gemeente te zijn om in te wonen voor iedereen.

 

P.J. Bouvy-Koene

Burgemeester Krimpenerwaard

 

1. Inleiding

Het steeds groter wordende aanbod van sociaal-culturele activiteiten zorgt ervoor dat steeds meer mensen hun weg weten te vinden naar de Krimpenerwaard. Deze groei brengt zowel kansen als uitdagingen met zich mee.

 

Dit evenementenbeleid speelt daarop in. We besteden meer aandacht aan de balans tussen levendigheid en rust; beide zijn immers van belang. De Krimpenerwaard wordt steeds vaker gevonden door mensen van buiten de gemeente. Samen met bedrijven en inwoners wordt hard gewerkt om dit toerisme verder uit te bouwen. Inwoners, en steeds meer toeristen, nemen actief deel aan braderieën, (streek)markten, sportactiviteiten, feesten en andere evenementen. Het sociaal-culturele leven is daarmee stevig verankerd en maakt onderdeel uit van het unieke karakter van de kernen en daarmee van de gemeente Krimpenerwaard.

 

Daarnaast besteden we in dit evenementenbeleid aandacht aan de veiligheid van bezoekers met name op het gebied van gezondheid. Denk hierbij aan de hoeveelheid geluid waaraan bezoekers worden blootgesteld wat kan leiden tot (permanente) gehoorschade. Ook de risico’s op het gebied van overmatig alcoholgebruik, gebruik van lachgas, soft- en harddrugs mogen hierbij niet ongenoemd blijven.

2. Belang van evenementen

Evenementen zijn, mits in goede balans, van belang voor de leefbaarheid in de gemeente en voorzien in de behoefte aan ontspanning en vermaak. Evenementen versterken bovendien de onderlinge band tussen mensen en zo de sociale cohesie. Het organiseren van blijvend draagvlak blijft essentieel. Deze activiteiten hebben vaak een sterke economische betekenis voor de gemeente. Een groot aantal ondernemers, stichtingen en accommodaties houdt zich bezig met het organiseren van evenementen. Dit levert economische activiteiten op. Bezoekers van evenementen geven geld uit en bevorderen hiermee de economie in de betrokken kern. Evenementen zijn van belang voor de gemeente Krimpenerwaard en geven de gemeente een bepaalde uitstraling. Het is echter wel van belang om er zorg voor te dragen dat er een evenwicht is waarbij er een goede balans is tussen het aantal grote evenementen en de leefbaarheid in de kernen.

 

Visie en ambities

De gemeente Krimpenerwaard kent een breed evenementenaanbod met in de diverse kernen zowel grote als kleine evenementen. Veel van deze evenementen keren jaarlijks terug en zorgen voor gezelligheid, ontspanning en vermaak. Enkele evenementen hebben een regionale of zelfs landelijke uitstraling. Om de balans tussen het aanbod aan evenementen, de uitstraling van de gemeente en de leefbaarheid te behouden zijn ambities geformuleerd waar het evenementenaanbod in de toekomst aan moet voldoen.

 

Ambitie 1: aantrekkelijk en leefbaar

Schoon, heel en veilig zijn begrippen die de leidraad zijn bij meerdere vormen van beleid binnen de gemeente. Zo ook bij evenementen. Naast schoon, heel en veilig is het belangrijk dat bereikbaarheid, overlast en eventuele (verkeers)hinder in balans zijn. Het evenementenaanbod dient zodanig te zijn dat de waardering onder bezoekers en het draagvlak onder de meerderheid van de inwoners hand in hand gaan. Juist in een steeds drukker wordende gemeente is dit van belang. Meer mensen betekent ook een vraag naar breder gedragen regels in richtlijnen. Dit vraagt duidelijkheid over de regels en voorschriften die verbonden worden aan evenementen, het tijdig inschatten van eventuele risico’s en het zo nodig nemen van veiligheidsmaatregelen.

Er zullen echter altijd omwonenden zijn die geen prijs stellen op evenementen en een evenement misschien zelfs als hinderlijk en overlast gevend ervaren. De meldingen hiervan zullen zorgvuldig worden meegenomen in de evaluatie en toekomstige beoordeling van evenementen. Verder worden er afspraken gemaakt over het op- en afbouwen van evenementen, schoonmaak en het ophalen van afval. Ook de duurzaamheid is een onderwerp dat meer aandacht vereist. Dit alles om zowel organisatoren als inwoners duidelijkheid te geven over het gewenste evenwicht tussen genieten en ergernis ervaren.

 

Ambitie 2: lokaal en regionaal

Nagenoeg ieder dorp of iedere stad heeft evenementen die al van oudsher lokaal worden georganiseerd en die bijdragen aan de kleur en sociale cohesie van die stad of dat dorp. Ook ontstaan er steeds meer initiatieven die de Krimpenerwaard regionaal en zelfs landelijk op de kaart zetten. Door het verschil in omvang, bereik, doelgroep en aard van de evenementen dragen ze bij aan een aantal maatschappelijke effecten die de gemeente wil bereiken op diverse beleidsterreinen. Evenementen dragen bij aan de levendigheid en aantrekkelijkheid van de individuele lokale gemeenschappen en steeds meer aan die van de gemeente als geheel.

 

Ambitie 3: gericht op bezoekers en organisatoren

Om de kwaliteit van de evenementen zo hoog mogelijk te houden en mee te gaan met maatschappelijke ontwikkelingen zijn bepaalde aanpassingen gedaan aan het bestaande beleid. Zo wordt meer aandacht besteed aan duurzaamheid en het voorkomen van gezondheidsschade bij bezoekers. Ook zijn lotingen en meerjarige vergunningen vervangen door maatwerk vanuit de vergunningverleners. Dit is gedaan om te blijven voldoen aan de eisen vanuit de regio en om een betere inschatting te kunnen maken van wat past binnen het karakter van de kern. Met dit beleid en de uitvoering hiervan willen wij zo veel mogelijk tegemoetkomen aan de organisatoren van evenementen die vaak vrijwilligers zijn. We zullen onder andere bijeenkomsten organiseren waarmee wij de organisatoren ondersteunen bij de aanvraag van hun evenement. De afgelopen jaren is gebleken dat maatwerk vaak leidt tot een gepaste oplossing

3. Wettelijk kader

Algemeen Plaatselijke Verordening (hierna: APV)

Vertrekpunt voor deze notitie is de definitie van een evenement zoals die in de APV Krimpenerwaard

2018 is geformuleerd. Artikel 2:24 luidt als volgt:

 

  • 1.

    In deze afdeling wordt onder evenement verstaan elke voor publiek toegankelijke verrichting van vermaak, met uitzondering van:

    • a.

      Bioscoopvoorstellingen in een inrichting als bedoeld in de Wet milieubeheer;

    • b.

      Markten als bedoeld in artikel 160, eerste lid, onder h, van de Gemeentewet en artikel 5:22 van deze verordening;

    • c.

      Kansspelen als bedoeld in de Wet op de kansspelen;

    • d.

      Het in een inrichting in de zin van de Alcoholwet gelegenheid geven tot dansen;

    • e.

      Betogingen, samenkomsten en vergaderingen als bedoeld in de Wet openbare manifestaties;

    • f.

      Activiteiten als bedoeld in artikel 2:39 van deze verordening.

  • 2.

    Onder evenement wordt mede verstaan:

    • a.

      een herdenkingsplechtigheid;

    • b.

      een braderie;

    • c.

      een optocht, niet zijnde een betoging als bedoeld in artikel 2:3 van deze verordening, op de weg;

    • d.

      een feest, muziekvoorstelling of wedstrijd op of aan de weg;

    • e.

      een straatfeest of buurtbarbecue op één dag (klein evenement).

In artikel 2:25 wordt aangegeven wanneer een evenement vergunningplicht is.

  • 1.

    Het is verboden zonder of in afwijking van een vergunning van de burgemeester een evenement te organiseren;

  • 2.

    Bij de indiening van de vergunningaanvraag worden de gegevens, bedoeld in artikel 2.3 van het Besluit brandveilig gebruik en basishulpverlening overige plaatsen, aangeleverd;

  • 3.

    Geen vergunning is vereist voor een klein evenement, indien:

    • a.

      Het aantal gelijktijdige aanwezigen niet meer bedraagt dan 100 personen;

    • b.

      Het evenement op maandag tot en met zaterdag tussen 08:00 uur en 24:00 uur plaats vindt of op zondag tussen 13:00 uur en 24:00 uur;

    • c.

      Geen muziek ten gehore wordt gebracht op maandag tot en met zaterdag voor 08:00 uur en na 24:00 uur of op zondag voor 13:00 uur en na 24:00 uur;

    • d.

      Het evenement niet plaatsvindt op de rijbaan, (brom)fietspad of parkeerplaats of anderszins een belemmering vormt voor het verkeer en de hulpdiensten;

    • e.

      Slechts kleine objecten worden geplaatst met een oppervlakte van minder dan 10 m2 per object en maximaal 2 objecten in totaal;

    • f.

      Er een organisator is;

    • g.

      De organisator de omwonenden minimaal 5 werkdagen voorafgaand aan het evenement informeert over de geplande activiteiten;

    • h.

      Direct na het evenement het vuil wordt opgeruimd. De kosten voor het ophalen van achtergebleven vuil, worden verhaald op de organisator;

    • i.

      De organisator tenminste 10 werkdagen voorafgaand aan het evenement daarvan melding heeft gedaan aan de burgemeester.

  • 4.

    De burgemeester kan binnen 5 werkdagen na ontvangst van de melding besluiten een klein evenement te verbieden, indien er aanleiding is te vermoeden dat daardoor de openbare orde, de openbare veiligheid, de volksgezondheid of het milieu in gevaar komt;

  • 5.

    Het verbod in het eerste lid is niet van toepassing op een wedstrijd op of aan de weg, in situaties waarin voorzien wordt door artikel 10 juncto 148, van de Wegenverkeerswet 1994;

  • 6.

    Op de vergunning is paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) niet van toepassing.

Ondanks de begripsomschrijving in de APV kan de vraag of een activiteit wel of geen evenement is niet altijd direct worden beantwoord. De verscheidenheid aan evenementen kan aanleiding geven voor een verschillende interpretatie. Zo is er over het algemeen geen evenementenvergunning vereist voor festiviteiten in een horecabedrijf. Niettemin kunnen er omstandigheden aanwezig zijn die zodanig afwijken van activiteiten die normaliter in deze gebouwen plaatsvinden en van invloed zijn op de openbare orde aspecten, dat in deze situaties wel een vergunning is vereist.

 

Daarnaast geldt dat voor een besloten feest geen evenementenvergunning is vereist. Een besloten feest of evenement is een evenement waarvoor je geen toegangsbewijzen verkoopt en waarvoor op geen enkele manier extern georiënteerde publiciteit gemaakt wordt. Bijvoorbeeld een bedrijfsfeest of een feest voor leden van een vereniging. Over het algemeen is een besloten feest alleen voor genodigden. Echter kan een tent- of schuurfeest dus op grond van jurisprudentie, naar aard en/of omvang wel als een evenement in het kader van de APV worden aangemerkt.

 

Voor evenementen waarvoor een vergunning moet worden aangevraagd, kent de APV Krimpenerwaard 2018 op grond van artikel 1:8 vier weigeringsgronden. Dit zijn:

  • De openbare orde;

  • De openbare veiligheid;

  • De volksgezondheid;

  • De bescherming van het milieu.

Kader Evenementenveiligheid

De gemeenten in de Veiligheidsregio Hollands Midden (VRHM) hebben een gezamenlijk Kader evenementenveiligheid ontwikkeld. Dit evenementenbeleid is in lijn met de landelijke Handreiking Evenementenveiligheid. Het kader beschrijft de wijze waarop gemeenten en hulpverleningsdiensten in de Veiligheidsregio Hollands Midden met evenementenveiligheid omgaan. Het bevat het proces vanaf het bepalen van de behandelaanpak van een evenement tot en met het houden en evalueren van een evenement.

 

Onder een evenement wordt in dit kader verstaan: “elke (voor het publiek toegankelijke) verrichting van (grootschalig) vermaak waarbij veiligheidsaandacht van de hulpverleningsdiensten wordt gevraagd”.

 

De focus van het kader ligt op evenementenveiligheid. Het risico dat een evenement met zich meebrengt verschilt van: evenementen met een beperkt risico (A-evenementen) tot zeer risicovolle evenementen (B- en C- evenementen).

 

Aan het kader ligt een aantal wettelijke bepalingen en overige uitgangspunten ten grondslag:

  • De gemeenten hebben de regie over het proces van aanpak van B- en C-evenementen;

  • De organisator is primair verantwoordelijk voor de veiligheid van een evenement1;

  • Gemeenten zijn verantwoordelijk voor het verlenen van vergunningen voor evenementen;

  • De burgemeester is verantwoordelijk voor het handhaven van de openbare orde in zijn/haar gemeente;

  • De landelijke handreiking evenementenveiligheid 2018 is richtinggevend voor de manier waarop in de Veiligheidsregio Hollands Midden (VRHM) met evenementen wordt omgegaan;

  • Het kader evenementenveiligheid VRHM geeft een praktische vertaling van de landelijke handreiking evenementenveiligheid;

  • Binnen de VRHM wordt gewerkt met regionaal eenduidige formats.

Vergunningplichtige en meldingplichtige evenementen ingevolge APV

Er is een grote verscheidenheid aan evenementen in de gemeente Krimpenerwaard, van een jaarlijkse buurtbarbecue tot een grootschalig evenement als de Zilverdag in Schoonhoven. In het evenementenbeleid wordt daarom onderscheid gemaakt naar soort en intensiteit van evenementen. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van de risicoclassificatie uit het Kader Evenementenveiligheid Veiligheidsregio Hollands Midden (VRHM). Met behulp van dit model wordt geïnventariseerd welk effect een evenement heeft op de omgeving. Al naar gelang de effecten van een evenement kent de gemeente meldingplichtige en vergunningplichtige evenementen.

 

Meldingplichtige evenementen ingevolge APV

In artikel 2:25, 3e lid van de APV is aangegeven onder welke voorwaarden volstaan kan worden met een melding in plaats van een vergunning. Het gaat daarbij om kleinschalige evenementen zoals een buurtbarbecue op een gezamenlijk grasveld. Ook hierbij kunnen voorschriften worden opgelegd, denk aan de aanwezigheid van verkeersregelaars. De keuze voor onderscheid tussen meldingplichtige evenementen en vergunningplichtige evenementen betekent dat alle evenementen die niet voldoen aan de criteria ten aanzien van de meldingsplicht, automatisch onder één van de categorieën vergunningplichtige evenementen vallen.

 

Vergunningplichtige evenementen

Binnen de Veiligheidsregio Hollands Midden wordt onderscheid gemaakt tussen drie typen vergunningplichtige evenementen:

 

  • Regulier evenement (A):

    De voor het publiek toegankelijke samenkomst of vermakelijkheid waarbij operationele voorbereiding en uitvoering door een of meer OOV-diensten niet noodzakelijk worden geacht. Dit gelet op de interventiecapaciteit van de organisator van dat evenement bij een (dreigende) aantasting van de openbare orde en veiligheid.

  • Aandacht evenement (B):

    De voor het publiek toegankelijke samenkomst of vermakelijkheid waarbij operationele voorbereiding en uitvoering door een of meer OOV-diensten voorstelbaar worden geacht. Dit gelet op de interventiecapaciteit van de organisator van dat evenement bij een (dreigende) aantasting van de openbare orde en veiligheid.

  • Risicovol evenement (C):

    De voor het publiek toegankelijke samenkomst of vermakelijkheid waarbij operationele voorbereiding en uitvoering door een of meer OOV-diensten noodzakelijk worden geacht. Dit gelet op de interventiecapaciteit van de organisator van dat evenement bij een (dreigende) aantasting van de openbare orde en veiligheid.

4. Specifieke evenementen

Kwaliteitswaarborgen

Indien daartoe aanleiding is kunnen voor specifieke evenementen kwaliteitswaarborgen geëist worden

van evenementorganisatoren. Dit geldt bijvoorbeeld voor kermissen en circussen.

 

Kermissen en circussen hebben landelijk veel aandacht. Doel van het opnemen van onderstaande beleidsregels is:

  • Tegengaan van overdaad aan kermissen en circussen;

  • Lokale organisaties ondersteunen, die met het organiseren van een kermis inkomsten genereren voor een gerelateerd evenement, zoals de wielerronde in combinatie met de kermis in Lekkerkerk.

 

Kermissen

In de individuele kernen worden al jarenlang kermissen georganiseerd, de verwachting is ook dat dit zich de komende jaren zal doorzetten. Hierdoor bestaat ook de kans dat meer organisatoren per kern een evenementenvergunning aanvragen om een kermis te mogen organiseren.

Om duidelijkheid te scheppen over de procedure rondom de aanvraag voor de organisatie van een kermis worden de volgende afspraken gemaakt:

  • In iedere kern maximaal één kermis per jaar;

  • De aanvraag voor het organiseren van een kermis moet voor 1 november van het jaar voorafgaand aan het evenement door de gemeente ontvangen zijn;

  • Een lokale, niet-commerciële organisatie, die een aanvraag doet voor een kermis, die verbonden is met, of onderdeel uitmaakt van, een lokaal evenement gaan voor bij toewijzing (te denken valt hierbij aan de wielerronde en kermis in Lekkerkerk);

  • Als op 1 november blijkt dat er meerdere aanvragen zijn voor dezelfde kern, dan wordt gebruik gemaakt van een administratieve selectie na een vergelijkende toets om tot vergunningverlening te komen. Zie H10 schaarse vergunningen;

  • In deze beoordeling wordt rekening gehouden met de volledigheid van de aanvraag en in geval van eenzelfde organisator als voorgaande jaren (wanner mogelijk de jaren voor corona) de eventuele incidenten. Denk hierbij bijvoorbeeld ook aan een volledig overzicht van de RAS (Register Attractie Speeltoestellen) nummers;

  • Het is een aanvrager van een vergunning voor een kermis, anders dan een lokale organisatie die al jaren een evenement organiseert waarvan de kermis onderdeel is, niet toegestaan om na het verkrijgen van de evenementenvergunning deze te verpachten aan een derde.

Circussen

Net als bij kermissen zou het kunnen voorkomen dat meer organisatoren per kern een

evenementenvergunning aanvragen om een circus te mogen organiseren.

Om duidelijkheid te scheppen over de procedure rondom de aanvraag voor de organisatie van een

circus worden de volgende afspraken gemaakt:

  • In iedere kern maximaal 1 circus per jaar;

  • De aanvraag voor het organiseren van een circus moet voor 1 november van het jaar voorafgaand aan het evenement door de gemeente ontvangen zijn;

  • Als op 1 november blijkt dat er meerdere aanvragen zijn voor dezelfde kern, dan wordt gebruik gemaakt van een administratieve selectie na een vergelijkende toets om tot vergunningverlening te komen. Zie H10 schaarse vergunningen;

  • In deze beoordeling wordt rekening gehouden met de volledigheid van de aanvraag, het dierenwelzijn en in geval van eenzelfde organisator als voorgaande jaren de eventuele incidenten.

5. Locaties en ruimtelijke plannen

Locaties van evenementen

Evenementen worden op diverse plaatsen in onze gemeente georganiseerd. De ene locatie is door de ligging en omgeving beter geschikt dan de andere. Er zijn in de geldende bestemmingsplannen geen locaties bestemd als evenemententerrein. Wel zijn in een aantal bestemmingsplannen locaties mede aangewezen voor evenementen. Dit wil zeggen dat deze locaties gebruikt mogen worden voor evenementen.

 

Omdat de Krimpenerwaard zich uitstrekt over een groot gebied is een centrale evenementenlocatie niet wenselijk voor veel evenementen en activiteiten die in de individuele kernen worden georganiseerd. Op het moment dat de vraag toeneemt naar locaties die gericht zijn op evenementen moet worden onderzocht wat de mogelijkheden zijn per kern. Hiervoor zullen locaties moeten worden geïnventariseerd en getoetst aan de vereisten die gepaard gaan bij het aanwijzen van een evenemententerrein.

 

Aanwijzing van een locatie als evenemententerrein is niet geheel vrijblijvend. Het gaat dan niet alleen om de aanwijzingen op zich, maar ook om het aanleggen van faciliteiten zoals: water, elektriciteit, riolering, en soms ook het inrichten van parkeervoorzieningen en in een enkel geval zelfs aanpassing van de infrastructuur. Voor de inventarisatie en mogelijke aanwijzing van potentiële evenementenlocaties zal aanvullend onderzoek nodig zijn.

 

Evenementen zorgen voor de sociale interactie die men wil bevorderen in de kernen. Door de toename van het aantal aanvragen voor het organiseren van een evenement op een centrale locatie in de kern, krijgt deze plek als locatie een meer structureel karakter. Daardoor vermindert het draagvlak bij de omwonenden terwijl we juist de sociale interactie willen bevorderen. Juist het incidentele karakter zorgt voor de balans tussen levendigheid door evenementen en toelaatbare overlast voor omwonenden.

 

Aard en omvang van een evenement, in relatie tot een specifieke locatie maakt dat maatwerk bij steeds meer aanvragen noodzakelijk is. Bij meerdere aanvragen op eenzelfde dag en locatie of negatieve advisering van hulpdiensten en/of andere externe partijen is het aan de Burgemeester om de keuze te maken en dit advies al dan niet over te nemen.

 

Bekende specifieke locaties

 

Springerpark, Schoonhoven

De laatste jaren is het aantal evenementen in het Springerpark in Schoonhoven toegenomen. Het park is door de centrale ligging en de sfeervolle omgeving een geliefde locatie voor veel verschillende evenementen en huwelijken. Het park is voor de inwoners van Schoonhoven ook een plaats om te wandelen, te spelen en te recreëren. Daarnaast is het park omgeven door woningen. Hierdoor veroorzaken evenementen soms ook, vooral die met versterkt geluid en/of grote toestroom van publiek, een inbreuk op het woongenot van omwonenden.

 

De gemeente Krimpenerwaard vindt het belangrijk dat er balans is tussen het plezier dat evenementen in het Springerpark opleveren voor bezoekers (en organisatoren) en het woongenot van omwonenden. Door uitgangspunten op te stellen, die met name ook gericht zijn op de geproduceerde geluidsniveaus en rekening te houden met de doelgroep van het park bij het verlenen van de vergunningen, denken wij dit te bereiken. Ook zal het dialoog worden aangegaan met omwonenden en organisatoren over deze locatie om zo tot mogelijke aanvullende verbeteringen te komen voor bijvoorbeeld de verdere spreiding van evenementen in de drukkere periode.

 

Uit eerdere aanvragen blijkt dat vooral in de zomerperiode (1 april tot 1 oktober) er veel aanvragen zijn voor evenementen in het Springerpark. In de winterperiode speelt dit minder, maar omdat overlast ook in deze maanden kan ontstaan bij evenementen met grote drukte en/of geluidsproductie gelden de uitganspunten ook in deze periode.

 

Uitgangspunten voor evenementen in het Springerpark zijn:

  • Alleen vergunning te verlenen voor A en B evenementen;

  • Richtlijn gehoorschade (zie bijlage 1 hoofdstuk 4 Gehoorschade) te hanteren, dit hoofdstuk wordt bij het aanvragen van evenementen in het Springerpark zwaarder meegewogen door de vergunningsverleners;

  • Op deze locatie zullen, in overleg met de ODHM, vaker controles worden uitgevoerd. Met name ook op het gebied van de geluidsnormen (zie bijlage 1 hoofdstuk 4 Gehoorschade) op en rondom het terrein;

  • Bij de aanvraag van evenementen meer rekening te houden met de doelgroep van het park.

Er moet ruimte worden geboden voor de verschillende exploitanten van evenementen en ook rekening worden gehouden met de omwonenden en dagelijkse gebruikers van het park. Mede hierdoor is gekozen om bij de aanvraag van evenementen meer rekening te houden met de doelgroep van het park. Dit houdt in dat evenementen gericht op gezinnen, jonge kinderen en andere vaste gebruikers van het park voorrang krijgen in de vergunningverlening. Richtlijnen die hierbij gebruikt kunnen worden zijn bijvoorbeeld de invulling van evenementen en de richtlijnen van de geluidsniveaus, te vinden in bijlage 1, H4, Gehoorschadepreventie.

 

Surfplas, Krimpen aan de Lek

De Surfplas in Krimpen aan de Lek is onderdeel van het recreatiegebied Krimpenerhout van de Groenalliantie Midden Holland. Dit is ook een locatie waarbij verschillende behoeftes in conflict kunnen raken. Het gebied wordt veel bezocht door wandelaars, sporters en dagrecreanten. Vooral op mooie zomerse dagen is dit een drukbezocht natuurgebied met recreatieplas. De locatie wordt al jaren gebruikt door de organisatoren van Surfrock een succesvol evenement voor een breed publiek. Daarnaast komen er steeds vaker verzoeken voor nieuwe evenementen op deze locatie.

 

Net als de Groenalliantie is de gemeente Krimpenerwaard van mening dat (dag)recreatie hier het hele jaar door de primaire functie is. Zeker op zomerse dagen is er geen ruimte voor evenementen. De toestroom van zonnebaders en zwemmers is dan al zodanig hoog dat de extra belasting van een evenement er niet bij past. Evenementen passen ook niet bij de natuurlijke uitstraling van dit gebied. Omdat bestaande evenementen in de behoefte voorzien, willen wij dit blijven toestaan. Er is echter op deze locatie geen ruimte voor nieuwe evenementen. Bij het wegvallen van een bestaand evenement kan er, in overleg met de Groenalliantie wel gekeken worden naar een alternatief.

 

Omgevingswet

Op gebied van de bestemmingsplannen zijn evenementen binnen de Krimpenerwaard vaak opgenomen onder de bestemming verkeers- en verblijfsgebied en/of recreatie. Dit houdt in dat geen specifieke bestemming voor evenementen is aangewezen maar dat op bepaalde locaties een gedeelde bestemming is opgenomen. Met de komst van de Omgevingswet worden lokaal een omgevingsvisie en omgevingsplan opgesteld, hierin zal ook aandacht worden besteed aan evenementen.

 

Stiltegebieden

Bij het afgeven van een vergunning wordt rekening gehouden met het feit of de locatie is aangewezen als stiltegebied. Voor evenementen, die naar aard en/of omvang niet passend zijn in een dergelijk gebied zal geen vergunning worden afgegeven. Evenementen die van oudsher al op een dergelijke locatie worden gehouden en die niet vaker dan één keer per jaar voorkomen zullen, mits ze ook aan de overige wet- en regelgeving voldoen, niet worden geweigerd zo lang er geen goede alternatieve locatie beschikbaar is

6. Begin- en eindtijden

Voor de begintijden van evenementen worden doorgaans de tijden overgenomen die in de aanvraag worden genoemd. Hierbij worden de volgende uitgangspunten gehanteerd:

 

  • Tot 07.00 uur mogen alleen voorbereidingen getroffen worden die geen geluidsbelasting kunnen vormen. Vanaf 08.00 uur kan een evenement daadwerkelijke starten;

  • Er kan een uitzondering worden gemaakt voor een evenement waarbij een vroege aanvangstijd of benodigde tijd voor het opbouwen van het evenement, inherent is aan het evenement zelf;

  • Eindtijd voor evenementen is zonder vergunning is 24:00 en met vergunning 02:00 uur.

In het Coalitieakkoord 2022-2026 staat:

 

15. Evenementen op zondag

Voor evenementen op zondag geldt dat de burgemeester bevoegd is hierover te besluiten, met inachtneming van de nodige omgevingssensitiviteit. Wat betekent dat zeer zorgvuldig een afweging plaatsvindt naar locatie, geluid, verkeersbewegingen en andere aspecten van evenementen in relatie tot de identiteit van de betreffende kern.

7. Gezondheids- en milieuaspecten

Evenementen en geluid

Evenementen zonder muziek komen maar zelden voor. Muziek zorgt voor gezelligheid en verhoogt de

sfeer. Het optredende geluidsniveau is één van de factoren die tot overlast kan leiden.

 

Ook kan een langdurige blootstelling aan te hoge geluidsniveaus zorgen voor (permanente) gehoorschade. De Gezondheidsraad en de WHO adviseren een maximaal geluidsniveau van 100 decibel (dB(A)). Elke dB daaronder is meegenomen want de gezondheidskundige streefwaarde is 92,5 dB(A). De wettelijke kaders staan in bijlage 1 beschreven, maar deze adviezen worden wel meegenomen in de beoordeling van evenementen. Ook moet het gebruik van gehoorbescherming, zoals oordoppen bij dergelijke evenementen zoveel mogelijk worden gestimuleerd om gehoorschade bij de bezoekers zo veel mogelijk te beperken.

 

Voor evenementen zijn de richtwaarden van de nota “Evenementen met een luidruchtig karakter” van de Inspectie Milieuhygiëne Limburg (1996) het toetsingskader. Voor evenementen die niet voldoen aan de richtwaarden van de Nota Limburg geldt dat kan worden afgeweken. Voor elk evenement vindt een volledige belangenafweging plaats.

In bijlage 1 wordt het geluidsbeleid bij evenementen verder toegelicht, waarin ook de argumenten zijn beschreven om af te kunnen wijken van de richtwaarden van de Nota Limburg.

 

Ten aanzien van het handhavingsbeleid en de op te leggen sancties wordt de landelijke strategie gevolgd, zie ook verderop in dit document.

 

Inclusiviteit

Evenementen zijn naast ontspannend en vermakelijk voor veel van de bezoekers nog meer dan dat. Het biedt de mogelijkheid voor sociale interactie, iets dat een groot gemis is geweest voor velen in de corona-tijd. Om iedereen ook dezelfde kansen te bieden om hier gebruik van te kunnen maken moet ook rekening worden gehouden met de behoefte van verschillende gebruikers. Zo ook bij de inrichting van een evenemententerrein. Dit zijn geen harde kaders, maar handvaten om bij de organisatie rekening te houden met de behoeftes van alle bezoekers.

 

Een aantal voorbeelden waaraan kan worden gedacht bij de organisatie zijn:

  • Zorg voor een harde, vlakke en slipvrije ondergrond naar alle onderdelen van het evenement, zodat een rolstoel overal kan komen, zowel op het evenemententerrein als daaromheen;

  • Voorkom hoogteverschillen (max. 20mm) en maak hellingen niet te stijl (max. 5%);

  • Let op breedte van toegangs- en doorwegen (1,20m);

  • Zorg voor zichtbaarheid op het podium;

  • Zorg voor voldoende ruimte voor rolstoelen (b90 xd120) en een zitplaats voor een begeleider;

  • Zorg voor duidelijke signalering op de juiste hoogte;

  • Maak kassa's en (drank)uitgifte punten niet te hoog of zorg voor extra punten die hierin voorzien;

  • Zorg voor aangepaste toiletten (in de buurt);

  • Zorg voor parkeerplaatsen dicht bij de ingang.

Alcohol bij evenementen

De Alcoholwet geeft de mogelijkheid om in bepaalde gevallen voor “bijzondere gelegenheden van zeer tijdelijke aard” toestemming te verlenen zwak alcoholhoudende drank te verkopen zonder dat men in het bezit is van de benodigde alcoholvergunning. Hiervoor is een ontheffing krachtens artikel 35 van de Alcoholwet nodig.

 

De gemeente Krimpenerwaard wil alcoholmisbruik, met name onder jongeren, voorkomen omdat bewezen is dat het gebruik van alcohol gezondheidsschade kan aanrichten. Voor evenementen waarbij de activiteiten primair zijn gericht op jongeren tot 18 jaar zal geen alcohol worden toegestaan.

 

Voor evenementen waarbij slechts deelactiviteiten zijn gericht op een doelgroep van (hoofdzakelijk) 18 jaar en ouder (bijvoorbeeld avondactiviteiten tijdens huttendorpen en speelweken) is het schenken van zwak-alcoholhoudende drank aan personen van 18 jaar en ouder, slechts toegestaan binnen die deelactiviteit van het evenement. Bij deze gedeelde evenementen moeten extra maatregelen worden getroffen om de verkoop van alcohol aan minderjarigen te voorkomen, denk hierbij aan:

 

  • Verstrekken van bandjes aan 18-plussers (niet aan bezoekers onder de 18, want dan kunnen de bandjes worden doorgeknipt) of verschillende kleuren aan 18+/ 18- .

  • Goede leeftijdscontrole door middel van id-check.

Om de kans op alcoholmisbruik zo goed mogelijk te beperken is het advies dat het volgende in acht wordt genomen:

 

  • Niet doorschenken aan mensen onder invloed;

  • Beschikbaarheid water (gratis);

  • Blaastesten bij entree, steekproeven (onder invloed geen toegang);

  • Trainen personeel (EHBDU-training);

  • Communicatie van de regels met betrekking tot alcohol naar de bezoekers bij de entree en binnen.

Volksgezondheid en milieuzorg

Hygiëne

Bij de organisatie van een evenement is hygiëne van belang om te voorkomen dat infectieziekten zich tijdens een evenement verspreiden. Zowel voedselhygiëne als ook technische hygiëne (voorzieningen zoals toiletten, fonteinen/etc.) zijn van belang. Op het gebied van hygiëne is er een hygiëne richtlijn opgesteld door het Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid (LCHV). Organisatoren kunnen deze richtlijn gebruiken om de juiste maatregelen te treffen rondom hygiëne op hun evenement.

Gemeente kan de GGD (Gemeentelijke Gezondheidsdienst) om hygiëneadvies vragen voordat de vergunning wordt verleend. Zo nodig brengt de GGD vooraf of tijdens het evenement een bezoek aan de locatie.

Toezicht op de kwaliteit van eten en drinken tijdens een evenement wordt, op basis van de Warenwet, gehouden door de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit.

 

Gebruik van eet- en drinkgerei

Het gebruik van glas om dranken uit te nuttigen verhoogt het risico op incidenten tijdens het evenement, maar ook na een evenement kan gebroken glaswerk in de openbare ruimte een risico vormen. Uitgangspunt is dat in principe veilig eet- en drinkgerei moet worden gebruikt. Een van de mogelijkheden om dit te verwezenlijken is het gebruik van plastic “glaswerk” in plaats van glas. Uit oogpunt van duurzaamheid zal organisatoren worden gevraagd om in plaats van plastic een milieuvriendelijk alternatief te gebruiken. Bij B en C evenementen wordt het vanaf 1 januari 2025 verplicht om te werken met een statiegeldsysteem (herbruikbare bekers die worden aangeboden tegen een meerprijs) om zo het aantal bekers te beperken. Het risico is echter afhankelijk van het soort evenement. Gelet hierop zal maatwerk worden toegepast, bijvoorbeeld bij culinaire evenementen waar personeel aanwezig is die, gedurende het evenement, continue het eet- en drinkgerei afruimen en innemen.

 

Roken

Voor roken op evenementen gelden, ongeacht leeftijd van de bezoekers, op basis van de Tabaks- en

rookwarenwet in ieder geval de volgende bepalingen:

  • In evenementententen geldt een rookverbod. De organisator van het evenement moet het rookverbod instellen, aanduiden en handhaven;

  • Het is verboden om reclame te maken voor tabaksproducten en aanverwante producten zoals elektronische sigaretten. Het sponsoren van een evenement door fabrikanten van tabaks- en aanverwante producten is eveneens verboden;

  • Het is verboden tabaksproducten of aanverwante producten weg te geven of te verkopen aan jongeren onder de 18 jaar;

  • Bij ieder verkooppunt moet duidelijk en goed leesbaar staan wat de leeftijdsgrens is voor tabaksproducten en aanverwante producten. Dat geldt ook voor tabaksautomaten;

  • Tabaksautomaten mogen niet buiten staan. De automaten moeten in het zicht staan van de ondernemer of het personeel. Ze moeten standaard vergrendeld zijn.

Middelengebruik

Het gebruik van verdovende middelen is niet toegestaan. In de Krimpenerwaard is er een zogenoemd

‘zerotolerance’ beleid ten opzichte van het gebruik van verdovende middelen.

 

Net zoals bij alcoholgebruik wordt geadviseerd aan organisatoren, over drugsgebruik te

communiceren in de huisregels voor en tijdens het evenement. Ook voorafgaand aan een evenement bij kaartverkoop is dit zinvol.

Bij het aantreffen van verdovende middelen, zowel softdrugs als harddrugs, tijdens evenementen, geldt in Krimpenerwaard een ‘zerotolerance’ beleid en moet gehandeld te worden volgens het beleid zoals dit door het Openbare Ministerie is vastgesteld.

 

Lachgas verbod

Het landelijke lachgasverbod is van kracht per 1 januari 2023. Vanaf deze datum staat lachgas op lijst II van de Opiumwet, wat betekent dat het onder andere verboden is om lachgas binnen of buiten het grondgebied van Nederland te brengen, te verkopen of te hebben. Het doel van het verbod is om recreatief gebruik terug te dringen en het aanbod te beperken. Het professioneel gebruik van lachgas voor medische en technische doeleinden blijft wel toegestaan, net als het gebruik van lachgas als toevoeging aan voedingsmiddelen.

 

Afval

De organisatie van een evenement is verantwoordelijk voor het opslaan en verwijderen van afval gedurende het evenement. Na afloop van een evenement is de organisatie van een evenement ook verantwoordelijk voor het schoon en in oorspronkelijke staat opleveren van het evenemententerrein en de directe omgeving daarvan. Als er niet aan de genoemde voorwaarden wordt voldaan, dan worden de kosten van het schoonmaken en het in oorspronkelijke staat opleveren van het gemeentelijke terrein bij de organisatie van het evenement in rekening gebracht. Dit wordt gecontroleerd door medewerkers van de gemeente. Vanaf 1 januari 2025 moet het voor bezoekers van B en C evenementen mogelijk zijn om hun afval gescheiden weg te gooien.

 

Duurzaamheid

In het Coalitieakkoord 2022-2026 geeft het college aan duurzaamheid een belangrijk onderwerp te vinden. De grotere gemeenten hebben al een duurzaam evenementenbeleid, echter gaat het bij deze steden om evenementen met een omvang die in de gemeente Krimpenerwaard niet aan de orde zijn. Voor kleinere evenementen zal het lastig zijn om extra financiën vrij te maken voor duurzaamheid. Wel zal er aandacht gevraagd worden voor die zaken die wel mogelijk zijn zoals gescheiden afvalinzameling, terugbrengen van watergebruik en indien mogelijk energievoorziening door duurzame opwekkingsbronnen.

8. Verkeersaspecten

Verkeersplan

Verkeersaspecten rondom een evenement zijn de verantwoordelijkheid van de organisator. Vooral bij grotere evenementen kunnen er klachten ontstaan die betrekking hebben op wegafsluiting, parkeeroverlast en een toename van de verkeersintensiteit. Ook de bereikbaarheid voor hulpdiensten kan hierbij een knelpunt zijn. Bij het opstellen van een veiligheidsplan moeten de verkeersaspecten, wanneer van toepassing, ook in dit document worden opgenomen. De volgende richtlijnen worden gehanteerd:

 

Type evenement

Verkeersplan

Meldingplichtig evenement

Niet van toepassing omdat ingevolge de APV, bij een meldingsplicht evenement het gebruik van de weg niet is toegestaan.

A- en B- evenement

Afhankelijk van de verkeersintensiteit die het evenement met zich meebrengt en de te nemen maatregelen zoals afsluitingen, omleidingen en parkeervoorzieningen. Minimaal een overzichtskaart van af te sluiten wegen en eventuele omleidingsroute.

C- evenement

Altijd een verkeersplan alsmede een overzichtskaart van

af te sluiten wegen en de eventuele omleidingsroute.

 

Het opstellen en naleven van een plan is de verantwoordelijkheid van de organisator. Het verkeersplan wordt tijdens het overleg met de hulpdiensten besproken.

 

Afsluiten van wegen en terreinen

Bij een aanvraag voor een evenementenvergunning kan een verzoek worden gedaan om een tijdelijke verkeersmaatregel te treffen indien het gaat om afsluitingen van wegen die hinder geven voor doorgaand verkeer en/of bestemmingsverkeer.

 

Bij welke organisatie dit moet worden aangevraagd door de organisator hangt af van de locatie:

  • Voor rijkswegen: ministerie van Infrastructuur en Milieu;

  • Voor provinciale wegen: Gedeputeerde Staten van de Provincie Zuid-Holland;

  • Voor wegen onder beheer van een waterschap: het waterschap;

  • Voor andere openbare wegen: de gemeente.

Er wordt geen tijdelijke verkeersmaatregel opgesteld voor het gebruik van parkeerterreinen en het afsluiten daarvan, omdat dit geen hinder geeft voor het doorgaande verkeer. Omdat het om een tijdelijke maatregel gaat is hiervoor geen ontheffing vereist op grond van de Wegenverkeerswet. Wel dient de afsluiting conform de wettelijke vereisten uitgevoerd te worden.

Afsluiting van een weg ten behoeve van een evenement kan in ieder geval niet plaatsvinden:

  • Indien de verkeersveiligheid niet gewaarborgd is;

  • Als er geen redelijk alternatief is voor doorgaand verkeer;

  • Indien afsluiting grote bereikbaarheids- en parkeerproblemen gaat geven voor inwoners;

  • Indien er onevenredige nadelen zijn voor inwoners (bv omleiding bus routes etc.).

Van bovenstaande kan in voorkomende gevallen worden afgeweken. Bij negatieve advisering van hulpdiensten en/of andere externe partijen is het aan de Burgemeester om dit advies al dan niet over te nemen.

 

De organisatie is verantwoordelijk voor het daadwerkelijk afsluiten van de wegen. De gemeente zal op basis van steekproeven echter wel controleren of de afsluiting adequaat is uitgevoerd. Zij kan zich hierbij laten adviseren door politie en/of andere hulpdiensten.

 

Daarnaast moet de aanvrager in alle situaties bij de aanvraag van een A en B evenement, een plattegrond met de locatie van de afsluiting bijvoegen en dient deze bij een C evenement een verkeersplan te maken. Wegafzettingen en omleidingen worden gepubliceerd. Daarbij wordt de volgende taakverdeling gehanteerd:

  • De gemeente informeert de politie en hulpdiensten alsmede de organisaties die het openbaar vervoer en het ophalen van huisvuil verzorgen. Tevens wordt de afsluiting op de daarvoor geëigende plaatsen gepubliceerd;

  • De gemeente kan, indien voorradig, op verzoek van de organisator, tekstborden leveren;

  • De organisator stelt lokale bedrijven en omwonenden tijdig op de hoogte;

  • De organisator is verantwoordelijk voor het plaatsen van de benodigde (tekst) borden.

“Wedstrijden” met voertuigen

Van een wedstrijd is volgens de Wegenverkeerwet 1994 sprake zodra prestaties worden vastgesteld en met elkaar worden vergeleken. Hierdoor zijn een autopuzzeltocht en andere activiteiten met een wedstrijdelement ook wedstrijden in de zin van de Wegenverkeerwet 1994. Dit maakt dat voor dergelijke evenementen ontheffing moet worden aangevraagd op grond van artikel 87 van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens. Hierbij kunnen regels/ weigeringsgronden worden gesteld ten aanzien van onder andere:

  • Verzekering;

  • Bescherming van de weggebruikers en passagiers;

  • In stand houden van de weg en waarborgen van de bruikbaarheid daarvan;

  • Zoveel mogelijk waarborgen van de vrijheid van het verkeer;

  • Voorkomen en/of beperken van door het verkeer veroorzaakte overlast, hinder of schade alsmede de gevolgen voor het milieu.

Indien de wedstrijd door meerdere gemeenten loopt wordt de ontheffing verleend door Gedeputeerde Staten.

 

Verkeersregelaars

Bij evenementen op de openbare weg zijn voor de veiligheid van de deelnemers en weggebruikers verkeersregelaars vereist. Hoeveel verkeersregelaars bij een evenement ingezet moeten worden is een onderwerp dat besproken wordt in de vooroverleggen die ten behoeve van diverse evenementen plaatsvinden. Bij evenementen waarvoor geen vooroverleg wordt geïnitieerd, zal de organisator zelf aangeven hoeveel verkeersregelaars minimaal ingezet worden. Dit gaat bij de vergunningaanvraag mee naar de politie en het team Verkeer van de gemeente. Zij zullen dit in hun advies meenemen. Het werven en certificeren van verkeersregelaars is een eigen verantwoordelijkheid van de organisator. De verkeersregelaars dienen gecertificeerd te zijn via www.verkeersregelaarsexamen.nl.

 

Parkeren

De organisatie van een evenement dient ervoor te zorgen dat er voldoende parkeergelegenheid, inclusief bewegwijzering, voor bezoekers is. Bij parkeergelegenheden die speciaal voor een evenement worden ingericht, kan vereist worden dat er verkeersregelaars (beroeps- of evenementenverkeersregelaars) aanwezig zijn om het parkeren in goede banen te leiden en toezicht te houden. Ook rust er op de organisatie de plicht om ervoor te zorgen dat er voldoende bewegwijzering is aangebracht naar het parkeerterrein. Omwonenden mogen gedurende de evenementen geen onevenredige overlast ondervinden van geparkeerde auto’s van bezoekers. Voor de hulpdiensten moet altijd een vrije doorgang gegarandeerd worden van 3.50 meter breed en 4.20 meter hoog.

9. Veiligheid

Professioneel vuurwerk

Het is verboden zonder een daartoe verleende vergunning consumentenvuurwerk, professioneel vuurwerk of pyrotechnische artikelen voor theatergebruik tot ontbranding te brengen, ten behoeve daarvan op te bouwen, te installeren, te bewerken, dan wel na ontbranding te verwijderen. Gedeputeerde Staten van de provincie kan toestemming geven voor het afsteken op een bepaalde locatie. Aan deze toestemming moeten voorschriften verbonden worden in het belang van de bescherming van mens en milieu.

 

Gedeputeerde Staten moeten aan de burgemeester, in het kader van de openbare orde en veiligheid, een verklaring van geen bezwaar vragen. Indien Gedeputeerde Staten een dergelijke verklaring niet ontvangt kunnen zij geen toestemming afgeven voor het bezigen van professioneel vuurwerk.

 

De gemeenteraad heeft een motie aangenomen om te komen tot een vuurwerkvrije gemeente vanaf de jaargang 2024-2025. Tot die tijd gelden de reguliere voorschriften omtrent vuurwerk, zoals hierboven staat beschreven. Voor het al dan niet verlenen van een verklaring van geen bezwaar kan uitgegaan worden van de volgende beleidsuitgangspunten:

 

  • 1.

    Afsteken van vuurwerk mag in principe alleen gedurende de wettelijk toegestane periode tijdens de jaarwisseling. Het afsteken van vuurwerk veroorzaakt (geluids-)overlast in de omgeving. Tevens kan het afsteken van vuurwerk worden gezien als een negatieve belasting van het milieu.

  • 2.

    Alleen in zeer uitzonderlijke situaties, waarbij duidelijk is dat er een zeer breed draagvlak is in de kern waarin de beoogde locatie is gelegen, kan een professionele niet-commerciële vuurwerkshow zonder knalvuurwerk worden toegestaan. Hierbij kan gedacht worden aan een bijzonder jubileum van een kern en andere feesten in het algemeen belang.

  • 3.

    Vuurwerkshows met een commercieel doel (vuurwerkbedrijven demonstreren hun producten, ondersteund door informatie over de verkoop ervan) worden niet toegestaan. Dit om te voorkomen dat de woonomgeving wordt belast door de commerciële activiteiten van de vuurwerkbedrijven (geen algemeen belang).

Beveiliging

De politie richt zich steeds meer tot de kerntaken. Dat betekent dat de organisator van een evenement verantwoordelijk is voor de veiligheid op de evenementenlocatie en de directe omgeving. Dit kan betekenen dat bij evenementen (gecertificeerde en gekwalificeerde) beveiligers moeten worden ingezet door de organisatie.

 

Als voorwaarde voor de vergunning kan een norm worden gesteld voor het aantal beveiligers dat door een organisator moet worden ingezet. Maar omdat de omvang van het evenement, het type bezoekers, de tijdstippen van het evenement, de locatie en dergelijke nogal uiteen kunnen lopen moet het aantal beveiligers per evenement worden bekeken. Afspraken over het daadwerkelijke aantal beveiligers dat bij een bepaald evenement moet worden ingezet is maatwerk en hierover zal altijd advies aan de politie worden gevraagd.

 

De beveiligingsmedewerkers die worden ingezet moeten afkomstig zijn van een gecertificeerd bedrijf en in het bezit zijn van een door het Ministerie van Veiligheid en Justitie erkend certificaat, waarmee gegarandeerd is dat zij zijn opgeleid voor evenementenbeveiliging. De beveiligingsmedewerkers moeten door hun kleding goed herkenbaar zijn tussen het publiek dat aanwezig is op het evenement.

 

Extreme weersomstandigheden

Bij extreem warm en/of extreem koud weer, evenals bij weertypen waarvoor door het KNMI een waarschuwing (vanaf 24 uur voorafgaand) en/of een weeralarm (vanaf 12 uur voorafgaand) wordt afgegeven zijn de gezondheidsrisico’s en/of de risico’s op het gebied van openbare orde en veiligheid voor deelnemers/bezoekers dermate groot dat ervan uit wordt gegaan dat ingrijpen door de organisator en operationele diensten noodzakelijk is. Ook bij hevige regenval, storm en onweer wordt verwacht dat organisatoren passende maatregelen treffen. Welke maatregelen wanneer getroffen worden moet opgenomen zijn in het Veiligheidsplan dat bij de vergunning wordt ingediend.

 

De verantwoordelijkheid voor het nemen van actie in het geval van (mogelijke) extreme weersomstandigheden ligt bij de organisator van het evenement.

 

Brandveiligheid

De brandweer is een van de adviserende instanties ten aanzien van de vergunningverlening. Er gelden landelijke regels om de brandveiligheid op plaatsen zoals evenemententerreinen. Deze regels staan in het Besluit brandveilig gebruik en basishulpverlening overige plaatsen (Bbgbop). Dit besluit dient als basis voor de adviezen vanuit de Brandweer. De adviezen van de brandweer worden in principe ook altijd overgenomen in het advies van de vergunningsverleners.

10. Organisatie en procedures

Aanvraagtermijnen

Hierbij zijn de circussen een kermissen een uitzondering.

Evenementen waarvoor een melding volstaat moeten minimaal 10 werkdagen voorafgaand aan het evenement worden aangemeld bij de burgemeester. Voor een A-evenement moet de aanvraag voor de vergunning minimaal 3 weken voorafgaand aan het evenement compleet worden ingediend. In geval van een B- of C-evenement dient de aanvraag minimaal 13 weken voorafgaand aan het evenement compleet bij de gemeente te zijn ingediend. In uitzonderlijke gevallen, bijvoorbeeld de huldiging van een Olympisch kampioen is maatwerk mogelijk. In het aanvraagformulier is aangegeven welke documenten er bij de aanvraag gevoegd moeten worden om deze compleet in te dienen.

 

Schaarse vergunningen

Een enkele keer komt het voor dat er meerdere gegadigden zijn voor de organisatie van een evenement en dat blijkt dat het aantal beschikbare plaatsen al is ingevuld. We spreken dan van een schaarse vergunning. Volgens de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State is er sprake van een schaarse vergunning als het aantal gegadigden het aantal beschikbare plaatsen overtreft.

 

In 2016 is door de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State het bestaan erkend van een nationale rechtsnorm die gevolgen heeft voor de besluitvorming over schaarse vergunningen (ABRvS 2 november 2016, ECLI:NL:RVS:2016:2927, Speelautomatenhal Vlaardingen). Het gelijkheidsbeginsel betekent volgens deze uitspraak voor de verdeling van schaarse vergunningen dat het gemeentebestuur aan (potentiële) gegadigden gelijke kansen moet bieden om in aanmerking te komen voor deze vergunningen.

 

Het bieden van gelijke kansen houdt voor de gemeente ieder geval drie concrete verplichtingen in tegenover de gegadigden:

 

  • 1.

    Bied ruimte om naar een beschikbare vergunning mee te dingen;

  • 2.

    Maak vooraf kenbaar door een passende mate van openbaarheid dat één of meer schaarse vergunningen beschikbaar zijn, in welk tijdvak aanvragen ingediend kunnen worden, hoe deze worden verdeeld over de gegadigden en welke criteria daarbij gehanteerd worden, zodat de gegadigde zijn aanvraag daarop kan afstemmen;

  • 3.

    Laat de duur van een vergunning niet onbepaald en maak deze niet buitensporig lang, zodat de vergunninghouder niet onevenredig wordt bevoordeeld ten opzichte van andere gegadigden.

Mocht er een casus zijn waarbij er sprake is van een schaarse vergunning, en verlening nog niet heeft plaatsgevonden, dan is op dit moment een administratieve selectie na een vergelijkende toets de eerlijkste manier om tot vergunningverlening te komen. (Zie Handreiking voor gemeenten; Schaarse Vergunningen.)

 

De vergelijkende toets kan het beste worden uitgevoerd als de gegadigden zo goed mogelijk beschrijven op welke manier zij aan de hoofdcriteria voldoen (zie H3 Wettelijk kader). Het past hier dus niet om gedetailleerde criteria te formuleren. Als de burgemeester de criteria verder uit zou werken is het voor de gegadigden niet goed mogelijk om zich voldoende onderscheidend uit te drukken in hun plannen. Zij worden dan ook meer uitgedaagd om met een kwalitatief goed aanbod te komen, daarin kunnen zij zich onderscheiden.

De beoordeling van de aanvragen in de vergelijkende toets moet zorgvuldig gebeuren zodat de besluiten die de burgemeester neemt goed gemotiveerd kunnen worden. Daarom staat het de burgemeester vrij om zich te laten adviseren door externe en interne specialisten, zoals de GGD, de veiligheidsregio, de politie, ambtenaren toezicht en handhaving, openbare orde en veiligheid, verkeer en ruimtelijke ordening. De vergelijkende inhoudelijke toetsing vindt plaats op basis van vier documenten, wanneer van toepassing. (Veiligheidsplan, verkeersplan, plattegrond en calamiteitenplan).

 

Einde meerjarige vergunningen

In het kader van deregulering kon de gemeente voor bepaalde evenementen meerjarige vergunningen verlenen, met een maximum van drie jaar. Echter is gebleken dat de meerwaarde voor vergunningverleners en evenementenorganisatoren bij deze meerjarige vergunningen gering is. De werkdruk voor de vergunningsverleners is hier nauwelijks door afgenomen en voor dezelfde evenementen is het al eenvoudiger gemaakt om wederom een aanvraag te doen.

 

Ook de snelle ontwikkelingen op gebied van veiligheid en aangescherpte controles vanuit de veiligheidsregio Hollands-Midden op de beoordeling en integrale afstemming rond evenementen vraagt om jaarlijkse herziening. Uit evaluatie is gebleken dat bij zowel de politie, brandweer als bij de veiligheidsregio behoefte is aan jaarlijkse herziening. De evenementen worden soms snel groter in omvang en de overige zaken zoals verkeerstechnische elementen, beschikbaarheid van hulpdiensten en overige voorzieningen veranderen hierbij vaak. Omdat evenementen bij een nieuwe aanvraag opnieuw moeten worden getoetst aan deze voorwaarden is gekozen om geen meerjarige vergunningen meer te verlenen.

 

De meerjarige vergunningen hadden als voordeel dat enige zekerheid kon worden gegeven voor herhaling van bepaalde evenementen. Omdat deze zekerheid soms van grote waarde kan zijn voor organisatoren wordt hierin ook rekening gehouden door de vergunningsverleners. Bij een terugkerend evenement wordt de evaluatie van voorgaande jaren meegenomen in de beoordeling.

 

Evaluatie

Evenementen die in de categorie B of C vallen komen standaard voor evaluatie in aanmerking. Deze evaluatie vindt in principe plaats middels een enquêteformulier. Het team Openbare Orde en Veiligheid bepaalt aan de hand hiervan of een evaluatiegesprek zal plaatsvinden. Indien daartoe aanleiding is kan de gemeente ook verzoeken om evaluatie van een A-evenement.

 

Evenementenkalender

Ook zijn evenementenkalenders beschikbaar, om op deze manier extra aandacht te besteden aan de verschillende activiteiten. De lokale evenementenkalender kan worden geraadpleegd bij de organisatie van In De Krimpenerwaard. Hier kan een evenement worden aangedragen met een informatieve beschrijving. Na controle kan dit dan worden geplaatst op de evenementenkalender van het desbetreffende jaar. Voor alle B- en C- evenementen wordt melding gemaakt bij de veiligheidsregio Hollands Midden. Deze evenementen worden opgenomen in een regionale evenementenkalender. Het overzicht laat zien of in een bepaalde periode al een aantal risicovolle evenementen staan gepland, waarbij inzet van hulpdiensten is gewenst. Een gemeente die in dezelfde periode een vergunning wil verlenen weet dat zij waarschijnlijk geen gebruik kan maken van de inzet van politie, brandweer en/of ambulances.

11. Gemeentelijke eigendommen

Gebruik gemeentelijke eigendommen

Organisatoren van niet-commerciële evenementen kunnen aan de gemeente een aantal gemeentelijke eigendommen in bruikleen vragen. Deze worden na positieve beoordeling van de afdeling Beheer Openbare Ruimte op basis van beschikbaarheid ter beschikking worden gesteld. Hieraan kunnen voorwaarden en/of kosten verbonden zijn. Het gaat hierbij om:

  • Dranghekken

  • Aggregaat

  • Tijdelijke verkeersmaatregelen

  • Tekstborden

  • Afvalbakken

Schade aan gemeentelijke eigendommen en borgstelling

Indien de aard, inhoud en/of omvang van een evenement daartoe aanleiding geeft kan in de vergunningsvoorwaarden worden opgenomen dat de organisator een borg moet betalen. Indien na afloop van het evenement geconstateerd wordt dat er schade is aan gemeentelijke eigendommen en/of de gemeente extra diensten moet leveren om het evenemententerrein weer in de oorspronkelijke staat terug te brengen dan kunnen de daarvoor gemaakte onkosten worden ingehouden op deze borg.

 

Ook, indien er geen borg wordt gesteld, wordt de organisatie aansprakelijk gesteld voor schade dat aan gemeentelijke eigendommen is toegebracht.

12. Toezicht en handhaving

Toezicht en handhaving algemeen

De lokale overheid is in algemene zin verantwoordelijk voor de openbare orde in de gemeente en stelt vanuit die hoedanigheid voorwaarden in de evenementenvergunning. De primaire verantwoordelijkheid voor een goed verloop van het evenement en de naleving van de voorschriften uit de vergunning blijft echter te allen tijde bij de organisator van het evenement. De gemeente heeft wel de taak om te controleren of de vergunninghouder de opgelegde voorschriften naleeft. Deels is dit gemandateerd aan de Omgevingsdienst Midden-Holland. Zoals bijvoorbeeld het uitvoeren van geluidsmetingen.

Indien de gemeente bij een aanvraag vaststelt dat een evenement mogelijk schade kan toebrengen aan de openbare ruimte (bijvoorbeeld door middel van zwaar materiaal o.i.d.) kan in de vergunningsverlening worden opgenomen dat Beheer Openbare Ruimte (BOR) voorafgaand en na afloop van het evenement de locatie te bezoeken. Om zo een nulmeting te kunnen uitvoeren en deze te vergelijken met die situatie na afloop.

 

Vergunningen, Toezicht en Handhavingsbeleidsplan 2019-2023

In het integrale Handhavingsbeleid wordt een sanctiestrategie opgenomen ten aanzien van het zonder vergunning of in afwijking van de vergunningsvoorwaarden organiseren van een evenement. Het nieuwe Besluit Omgevingsrecht (Bor) van juli 2017 verplicht gemeenten echter ook voor vergunningverlening een beleidsplan te hebben. Om integraliteit te borgen is gekozen om één beleidsplan te maken voor zowel vergunningverlening, als toezicht en handhaving. Dit plan is geldig voor de periode 2019 tot 2023.

 

De milieucomponent van de Wabo kent een plan “Nota Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving gemeentelijke milieutaken 2023-2026” die ingaat op 1 januari 2023 dat is opgesteld door de Omgevingsdienst Midden-Holland. Het onderhavige beleidsplan ziet toe op de bouwregelgeving, de ruimtelijke regelgeving en de regelgeving inzake brandveilig gebruik. Daarnaast ziet het op de genoemde regelgeving rondom openbare orde en veiligheid.

 

Buitengewoon opsporingsambtenaren gemeente

De Buitengewoon opsporingsambtenaren van de gemeente (Boa’s) zorgen voor toezicht en controle van de voorwaarden gesteld in de evenementenvergunning en de Alcoholwet, inclusief de artikel 35 ontheffingen. Bij B en C evenementen vindt, bij voldoende handhavingscapaciteit, een controle plaats voor en tijdens het evenement.

 

Controle en handhaving bij A-evenementen is vanzelfsprekend mogelijk, maar heeft een mindere prioriteit. Zo kan ook bij kermissen een controle plaatsvinden van de RAS (Register Attractie Speeltoestellen) nummers

13. Inwerkingtreding

Dit beleid is door de burgemeester vastgesteld op 31 januari 2023 en treedt in werking op de dag na publicatie in het digitale gemeenteblad.

 

Het beleid wordt aangehaald als “Beleidsregels evenementen gemeente Krimpenerwaard 2023-2026”

 

Vergunningen die zijn afgegeven voorafgaand aan inwerkingtreding van dit beleid, vallen niet onder de werking van dit beleid. Daarvoor blijven de voorwaarden gelden zoals opgenomen in de verleende vergunning.

Schoonhoven, 31 januari 2023

P. J. Bouvy-Koene

Burgemeester Krimpenerwaard

14. Bijlagen:

 

Bijlage 1: Geluidsbeleid voor evenementen

 

1.Inleiding

 

Evenementen in de open lucht gaan vaak gepaard met geluid, wat tot hinder en overlast kan leiden. Vooral wanneer de bezoekersaantallen hoog zijn en een (versterkte) muziekinstallatie onderdeel is van het evenement. Evenementen zijn er in verschillende soorten en maten, kleine en grote, met/zonder muziek, overdag en in de avond tot middernacht, één-/meerdaagse evenementen. Er zijn jaarlijkse terugkerende evenementen waarmee al veel ervaring is opgedaan, maar ook nieuwe onbekende evenementen. Deze diversiteit aan evenementen vraagt om een op maat gerichte aanpak. Een aanpak die zowel recht doet aan de belangen van de gemeente (cultureel, historisch, toeristisch belang, openbare orde), het zoveel mogelijk beperken van bestuurlijke lasten (vergunningen, handhaving) en het algemeen belang van milieu en gezondheid om (ernstige) geluidshinder te voorkomen. Het vinden van een goede balans tussen deze en andere belangen is het uitgangspunt van het geluidsbeleid voor evenementen.

 

Met een helder toetsingskader wil de gemeente grip houden op het geluid van evenementen. Het uitgangspunt is het vertrouwen van de gemeente in initiatiefnemers van evenementen dat zij zorgvuldig omgaan met het gezondheidsbelang van bezoekers en omwonenden (zorgplicht). De gemeente wil zoveel mogelijk ruimte geven aan evenementen onder de voorwaarde dat (ernstige) geluidshinder en gezondheidsschade worden voorkomen. De gemeente ziet op het gebied van geluid vooral mogelijkheden voor preventie. Denk aan een goede communicatie met omwonenden, vooroverleg met organisatoren van evenementen, informatie geven aan inwoners en organisatoren over het voorkomen/beperken van geluidsoverlast. Onderdeel van een goede communicatie is het structureel regelen van de afhandeling van geluidsklachten en het meenemen hiervan bij toekomstige evenementen. Met dit beleid geeft de gemeente duidelijkheid aan organisatoren van evenementen, inwoners en andere partners hoe de gemeente wil omgaan met het stellen van regels voor geluid bij evenementen.

 

2.Wettelijk kader

 

APV

Voor evenementen is de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) van toepassing. De APV bevat een regeling ter voorkoming van geluidshinder. Burgemeester en wethouders kunnen een ontheffing verlenen voor het gebruik van toestellen, geluidsapparaten of handelingen die voor omwonenden geluidshinder veroorzaken. Deze ontheffing wordt in de evenementenvergunning opgenomen. Hierin worden voorwaarden opgenomen, bijvoorbeeld in de vorm van doel- en middelvoorschriften.

 

Evenementen kunnen alleen georganiseerd worden als naast een evenementenvergunning op grond van de APV ook is voorzien in een planologische borging. De verordenende bevoegdheid ten aanzien van evenementen komt niet in het omgevingsplan omdat het verlenen van een evenementenvergunning de bevoegdheid is van de burgemeester. Op grond van artikel 174 Gemeentewet is de burgemeester belast met het toezicht op ‘de openbare samenkomsten en vermakelijkheden’.

 

Voor feesten in of rondom bedrijven of inrichtingen is het Activiteitenbesluit van toepassing. Het gaat om een categorie van inrichtingen zoals cafés, discotheken, restaurants, scholen en sportverenigingen. Bij overschrijding van de normen uit het Activiteitenbesluit moet een melding incidentele festiviteit worden gedaan bij de gemeente. Deze feesten vallen niet onder evenementen, er wordt op deze feesten in dit beleid niet verder ingegaan.

 

Zondagswet

Voor evenementen die plaatsvinden op zondag dient rekening gehouden te worden met de Zondagswet. Zo mag in de nabijheid van kerken de godsdienstuitoefening niet gehinderd worden (artikel 2) en mogen evenementen op zondag niet voor 13 uur beginnen. Voor de tijd voor 13 uur kan de burgemeester ontheffing verlenen (artikel 3).

 

Stiltegebieden

In een stiltegebied zijn de natuurlijke geluiden van flora en fauna heel belangrijk. Daarom gelden binnen stiltegebieden regels om geluidshinder te beperken of te voorkomen. Sommige activiteiten in stiltegebieden zijn verboden. Het gaat bijvoorbeeld om:

  • omroepinstallaties of muziekinstrumenten gebruiken;

  • toertochten voor motorvoertuigen houden;

  • met waterscooters varen.

Bij evenementen in de openlucht in de nabijheid van beschermde natuur- en landschapsgebieden kan de Wet Natuurbescherming (WNB) van toepassing zijn. Gedurende het broedseizoen kan het noodzakelijk zijn om een ontheffing aan te vragen bij de provincie Zuid-Holland.

 

3.Categorieën van evenementen

 

Een heel praktische manier om evenementen te faciliteren is het onderscheid tussen kleine

evenementen (A-evenementen) met weinig risico op geluidshinder en middelgrote (B-evenementen) tot grote evenementen (C-evenementen) die gepaard gaan met enige vorm van geluidshinder. Voor A-evenementen geldt een indieningstermijn van de aanvraag van 3 weken, voor B- en C-evenementen een termijn van 13 weken. De initiatiefnemers dienen bij de aanvraag enkele gegevens aan te leveren. De gemeente heeft dan de tijd om te beoordelen of er nadere voorschriften nodig zijn, bijvoorbeeld over de gewenste eindtijd van het evenement. De gemeente kan de initiatiefnemers ook enkele concrete tips, aandachtspunten meegeven die helpen voorkomen dat geluidshinder overlast wordt.

 

Met behulp van criteria eerder in dit beleid beschrijven is het mogelijk kleine evenementen van middelgrote en grote evenementen te onderscheiden (zie kader evenementenveiligheid). Aan deze criteria kan een niet-limitatieve lijst van kleine evenementen worden toegevoegd, bijvoorbeeld braderie, buurtfeest, markten.

 

Voor de meeste evenementen geldt een vergunningplicht. Te denken valt aan kermissen, muziekfestivals, motorcrosswedstrijden en tentfeesten. In de vergunning worden doelvoorschriften (richtwaarden voor geluid, zie tabel 1) en middelvoorschriften opgenomen om te voorkomen dat omwonenden hinder ondervinden van te hoge geluidsniveaus. Middelvoorschriften zijn concrete handelingen die moeten worden uitgevoerd om het risico op geluidshinder te voorkomen (zie 5 Middelvoorschriften). Welke voorschriften adequaat zijn is maatwerk. De locatie van het evenement, de afstand tot de dichtstbijzijnde woningen of er sprake is van een muziek/dance festival bepalen mede de mate waarin doel- en middelvoorschriften nodig zijn.

 

4.Toetsingskader geluid voor evenementen

 

Voor het toetsingskader voor de te hanteren richtwaarden voor geluid bij de evenementen vormt de nota “Evenementen met een luidruchtig karakter” van de Inspectie Milieuhygiëne Limburg (1996) het uitgangspunt. Deze nota wordt hierna aangeduid met de Nota Limburg.

 

Tabel 1 geeft de richtwaarden uit de Nota Limburg. Hieruit blijkt dat het geluidsniveau in de woning nog acceptabel/ “duldbaar” is bij een maximale gevelbelasting van 70 tot 75 dB(A), onder de voorwaarde dat de gevelisolatie van de woning 20 tot 25 dB(A) bedraagt. Voor de nachtperiode gelden naar beneden bijgestelde richtwaarden om slaapverstoring te voorkomen. De grens waarbij in de nachtperiode sprake is van onduldbare geluidshinder in de woning is bepaald op maximaal 50 dB(A).

 

Tabel 1. Maximale gevelbelasting per dagperiode

Periode

Basisnorm

Max. binnen niveau

Gevelisolatie

Max. gevelbelasting

Dag (07.00- 19.00 uur)

35 dB(A)

50 dB(A)

20 - 25 dB(A)

70 à 75 dB(A)

Avond (19.00- 23.00 uur)

30 dB(A)

50 dB(A)

20 - 25 dB(A)

70 à 75 dB(A)

Nacht (23.00-

07.00 uur)

25 dB(A)

25 dB(A)

20 - 25 dB(A)

45 à 50 dB(A)

 

Voor evenementen die niet voldoen aan de richtwaarden van de Nota Limburg geldt dat deze gemotiveerd kunnen worden toegestaan. In de evenementenvergunning wordt dan een toelichting opgenomen met de argumenten waarom is afgeweken van de richtwaarden in de Nota Limburg. De volgende belangen en argumenten kunnen worden meegenomen bij de afweging om af te wijken van de richtwaarden in tabel 1:

  • Cultureel, historisch (tradities) en economisch belang van het evenement;

  • Landelijke feestdag, zoals Koningsdag, Oud & Nieuw;

  • Landelijke uitstraling van het evenement, toeristisch belang;

  • Jaarlijkse lokale feestdagen;

  • Draagvlak bij de lokale bevolking voor het evenement;

  • De duur van het evenement (één dag of meerdere dagen);

  • De eindtijd van het evenement (wel of niet gedurende de nachtperiode);

  • De afstand van de geluidsbron tot omliggende geluidsgevoelige objecten;

  • Ervaringen met het evenement in voorgaande jaren (goede of minder goede evaluatie).

Voor elk evenement vindt een belangenafweging plaats, waarbij op grond van verschillende argumenten kan worden afgeweken van de Nota Limburg. Welke geluidsniveaus uiteindelijk als doelvoorschrift worden opgenomen in de vergunning is maatwerk. Daarbij moet worden bedacht dat naarmate de afwijking t.o.v. de richtwaarden groter is, de motivering steviger moet zijn. Eventueel is (aanvullend) akoestisch onderzoek gewenst. Per evenement zal dat als maatwerk worden uitgewerkt.

 

In de vergunning worden tevens middelvoorschriften opgenomen die moeten waarborgen dat de afwijkende richtwaarden niet worden overschreden (zie 5 Middelvoorschriften).

 

De belangrijkste geluidsbron waarmee tijdens een evenement rekening moet worden gehouden, is versterkte muziek. Daarbij kan onderscheid worden gemaakt tussen de volgende typen evenementen: dansorkest, poporkest, popfestival en houseparty. Deze evenementen laten oplopende bronvermogens zien. Acceptabele geluidsniveaus bij omliggende geluidsgevoelige objecten zijn dan alleen haalbaar wanneer deze op afstanden vanaf 50 meter zijn gesitueerd of zelfs meer (zie tabel 2).

 

Tabel 2. Bronvermogens van evenementen met versterkte muziek en aan te houden afstanden

Afstand

Bronvermogen

25 meter

50 meter

100 meter

Dansorkest

105-115 dB(A)

70-80 dB(A)

65-75 dB(A)

55-65 dB(A)

Poporkest

115-125 dB(A)

80-90 dB(A)

75-85 dB(A)

65-75 dB(A)

Popfestival

135-145 dB(A)

110-110 dB(A)

95-105 dB(A)

85-95 dB(A)

Houseparty

Meer dan 145 dB(A)

110 dB(A)

105 dB(A)

95-100 dB(A)

 

Bij het maken van afwegingen speelt ook mee of de evenementenorganisatie het evenement wil laten doorgaan tot (ver) in de nachtperiode. De nachtperiode begint om 23.00 uur en eindigt de volgende ochtend om 07.00 uur. Voor de nachtperiode geldt als toetsingscriterium dat mensen geen slaapverstoring ondervinden. Veel mensen ondervinden bij een geringe overschrijding van de richtwaarden al slaapproblemen. Voor de nachtperiode gelden om die reden strengere geluidswaarden en afhankelijk van de eindtijd van het evenement zijn deze bepaald op maximaal 50 dB(A). Om de nachtrust ook zo goed mogelijk te waarborgen verdient het de aanbeveling om in de nachtperiode slechts “achtergrondmuziek” toe te staan of om een duidelijke eindtijd af te spreken. Overigens is het verdedigbaar dat voor evenementen op een vrijdag de normstelling voor de nachtperiode ingaat met 1 of 2 uur verschuift naar 24.00 of 02.00 uur, omdat de volgende dag (zaterdag) voor de meeste mensen een vrije dag is. Dit geldt niet standaard voor evenementen op een zaterdag, omdat voor de volgende dag de Zondagswet van toepassing kan zijn.

 

Gehoorschadepreventie

In Nederland lopen ieder jaar ruim 20.000 jongeren gehoorschade op door vrijetijdslawaai, ongeveer de helft tijdens het uitgaan. Vaak is de gehoorschade onomkeerbaar, met als gevolg levenslange beperkingen als oorsuizingen, geluidsvervorming en gehoorverlies. Gehoorschade kan leiden tot aandacht- en leerproblemen, sociaal isolement en in het ergste geval levenslange arbeidsongeschiktheid. Met de juiste maatregelen, is dit te voorkomen.

 

Om de potentiële gehoorschade zoveel mogelijk te beperken wordt aangeraden om het volgende als richtlijn te hanteren:

 

  • 1.

    Het geluidsniveau op alle voor bezoekers toegankelijke plaatsen mag nergens hoger zijn dan 100 dB(a) (gemeten over 15 minuten; bij de hoogst belaste publiek toegankelijke plek). Het geluidsniveau bij evenementen gericht op kinderen mag nergens hoger zijn dan 88dB(A) (zoals hierboven beschreven); waarschuwingen en gehoorbescherming zijn dan niet nodig.

  • 2.

    Bij evenementen waarbij mechanische versterkte muziek ten gehore wordt gebracht met een niveau vanaf 92 dB(A) (zoals hierboven beschreven), neemt het risico op gehoorschade snel toe en moet de organisatie tenminste de volgende maatregelen nemen:

    • a)

      Bezoekers moeten worden geïnformeerd over (preventie van) gehoorschade; bezoekers moeten worden geïnformeerd over actuele geluidsniveaus door decibeldisplays of geluidsplattegrond;

    • b)

      Geluidsboxen moeten tenminste 2 meter rondom/aan voorkant afgeschermd worden voor publiek;

    • c)

      De organisatie dient gehoorbescherming met muziekfilter (>SNR 17) beschikbaar te stellen.

    • d)

      Er dienen geluidsluwe ruimtes of zones te worden ingericht of er dienen “oorpauzes”, <80 dB(A) van minimaal 15 minuten per 2 uur te worden ingelast.

5. Middelvoorschriften

Aanvullend op de doelvoorschriften (zie 4. toetsingskader) worden er in de evenementenvergunning middelvoorschriften opgenomen. De keuze voor één of meerdere middelvoorschriften is maatwerk. Middelvoorschriften zijn concrete handelingen of aanwijzingen die moeten worden verricht of toegepast, zodat het risico op geluidshinder beperkt blijft. Voorbeelden van middelvoorschriften zijn:

  • Opstelling van het muziekpodium en muziekboxen vastgelegd op een plattegrond;

  • Een geluidsbegrenzer voor de muziekinstallatie

  • Vooraf inmeten van de toegestane geluidsniveaus

  • Toepassen van een specifiek luidsprekersysteem (bv. meer kleinere boxen);

  • Het geleidelijk terugdraaien van de bastonen aan het einde van het evenement;

  • Tijdige bekendmaking van het evenement aan omwonenden (minimaal 5 dagen).


1

Uit ‘Bestuurlijke opdracht evenementenveiligheid’, Dagelijks Bestuur Veiligheidsregio Hollands Midden, 21-04-2011.